Organisatie | Diemen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Afvalstoffenverordening Diemen 2009 |
Citeertitel | Afvalstoffenverordening Diemen 2009 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | milieu |
Eigen onderwerp | afvalstoffen |
Deze regeling vervangt de Afvalstoffenverordening Diemen 2006.
uitvoeringsbesluiten
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-10-2010 | 09-10-2015 | Onbekend | 26-11-2009 Diemer Nieuws, d.d. 30-09-2010 | 09-67 |
Opmerkingen m.b.t. de regeling
Deze regeling vervangt de Afvalstoffenverordening Diemen 2006.
Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd
Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen
Afvalstoffenverordening Diemen 2009
Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders;
Gelet op artikel 149 van de Gemeentewet en artikel 10.23, eerste lid, van de Wet milieubeheer ;
Vast te stellen de volgende Afvalstoffenverordening Diemen 2009;
PARAGRAAF 1. ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 1. Begripsomschrijvingen
In deze verordening wordt verstaan dan wel mede verstaan:
- b. inzamelen: de activiteiten gericht op het ophalen of innemen van afvalstoffen die binnen de
gemeente ter inzameling worden aangeboden en het feitelijk ophalen en innemen daarvan;
- c. ter inzameling aanbieden: de wijze van overdragen van afvalstoffen aan een inzamelende
persoon of instantie, inclusief het achterlaten van afvalstoffen in daartoe door of vanwege de
inzamelende persoon of instantie geplaatste inzamelmiddelen of -voorzieningen of op een
- d. inzamelmiddel: een voor de inzameling van afvalstoffen bestemd hulp- of bewaarmiddel,
bijvoorbeeld een huisvuilzak, minicontainer, afvalemmer, kca-box of big bag, ten behoeve van
- e. inzamelvoorziening: een voor de inzameling van afvalstoffen bestemd(e) bewaarmiddel of -
plaats, bijvoorbeeld een verzamelcontainer, wijkcontainer of brengdepot, ten behoeve van
- f. inzameldienst: de krachtens artikel 2, eerste lid, aangewezen inzameldienst, belast met de
inzameling van huishoudelijke afvalstoffen;
- g. andere inzamelaars: de krachtens artikel 2, tweede lid, aangewezen personen en
instanties, belast met het afzonderlijk inzamelen van categorieën huishoudelijke afvalstoffen;
- h. gebruiker van een perceel: degene die in de gemeente feitelijk gebruik maakt van een
perceel ten aanzien waarvan ingevolge artikel 10.21 en artikel 10.22 van de Wet
milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt;
- i. kentekenhouder: de natuurlijker persoon als bedoeld in artikel 6 lid 1 aanhef en onder a van
het Kentekenreglement of de rechtspersoon als bedoeld in artikel 6 lid 1 aanhef en onder b
- j. straatafval: huishoudelijke afvalstoffen van zeer beperkte omvang en gewicht, zoals
proppen, papier, sigarettenpeuken, kauwgom, plastic bekertjes en blikjes,
verpakkingsmateriaal, etenswaren, niet zijnde klein chemisch afval, ontstaan buiten een
- k. wegen: de wegen als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder b van de Wegenverkeerswet
- l. motorrijtuigen: alle voertuigen, als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder c van de
PARAGRAAF 2. INZAMELING VAN HUISHOUDELIJKE AFVALSTOFFEN
Artikel 2. Aanwijzing inzameldienst en andere inzamelaars
- 1. Het college wijst de inzameldienst aan, die belast is met het inzamelen van huishoudelijke
- 2. Naast de inzameldienst kan het college andere inzamelaars aanwijzen die belast zijn met
het afzonderlijk inzamelen van categorieën huishoudelijke afvalstoffen.
- 3. Het college kan aan het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen voorschriften en
beperkingen verbinden in het belang van de bescherming van het milieu.
Artikel 3. Afzonderlijke inzameling
1.Door de inzameldienst of andere inzamelaars worden de volgende categorieën
huishoudelijke afvalstoffen afzonderlijk ingezameld:
o a. asbest en asbesthoudend afval;
o h. groente-, fruit- en tuinafval;
o i. grof huishoudelijk afval;
o l. hout, categorie A, B of C;
- 2. Het college kan een omschrijving vaststellen van de categorieën huishoudelijke afvalstoffen
Artikel 4. Inzamelmiddelen en -voorzieningen
o b. een inzamelvoorziening voor de gebruikers van een aantal percelen;
o c. een inzamelvoorziening op wijkniveau;
o d. een brengdepot op lokaal of regionaal niveau.
- 2. Het college kan aanwijzen via welk brengdepot, welk al dan niet van gemeentewege
verstrekt inzamelmiddel of via welke inzamelvoorziening de inzameling van een bepaalde
categorie huishoudelijke afvalstoffen ten behoeve van de gebruiker van een perceel
Artikel 5. Frequentie van inzamelen
- 1. Huishoudelijk restafval wordt ten minste een maal per week bij elk perceel ingezameld.
- 2. In afwijking van het eerste lid kan het college vaststellen dat huishoudelijk restafval voor
bepaalde percelen of delen van de gemeente nabij elk perceel wordt ingezameld.
3.Het college kan voor bepaalde percelen of delen van de gemeente een andere
inzamelfrequentie dan de in het eerste lid bepaalde vaststellen voor het inzamelen van
huishoudelijk restafval bij of nabij elk perceel.
4.Groente-, fruit- en tuinafval wordt ten minste een maal per week afzonderlijk bij elk perceel
- 5. In afwijking van het vierde lid kan het college vaststellen dat groente-, fruit- en tuinafval voor
bepaalde percelen of delen van de gemeente nabij elk perceel wordt ingezameld.
- 6. Het college kan voor bepaalde percelen of delen van de gemeente een andere
inzamelfrequentie dan de in het vierde lid bepaalde vaststellen voor het inzamelen van
groente-, fruit- en tuinafval bij of nabij elk perceel
- 7. In afwijking van het vierde lid wordt groente-, fruit- en tuinafval niet afzonderlijk bij elk
- a. de studentenflats van Woonstichting De Key aan de Rode Kruislaan en de Bergwijkdreef te
- b. bij nadere regels aan te wijzen specifieke woningbouw en/of soorten bebouwingstypen,
waarbij afzonderlijke inzameling van groente-, fruit- en tuinafval in het kader van een
verantwoorde inrichting van het GFT-Afvalbeheer (nog) niet haalbaar is.
Artikel 6. Inzamelverbod huishoudelijke afvalstoffen behoudens aanwijzing
- 1. Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen in te zamelen.
- 2. Het verbod geldt niet voor de inzameldienst of andere inzamelaars.
- 3. Het verbod geldt niet voor personen of instanties die in het kader van
producentenverantwoordelijkheid bij algemene maatregel van bestuur of ministeriële regeling
een inzamelplicht hebben gekregen voor categorieën van huishoudelijke afvalstoffen.
PARAGRAAF 3. TER INZAMELING AANBIEDEN VAN HUISHOUDELIJKE AFVALSTOFFEN
Artikel 7. Verbod op het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen aan anderen
Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling aan te bieden aan een ander dan de
inzameldienst, andere inzamelaars of de personen of instanties die in het kader van
producentenverantwoordelijkheid bij algemene maatregel van bestuur of ministeriële regeling een
inzamelplicht hebben voor categorieën van huishoudelijke afvalstoffen.
Artikel 8. Verbod op het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen door anderen
dan de gebruikers van percelen
Het is anderen dan gebruikers van percelen verboden om huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling
Artikel 9. Afzonderlijk ter inzameling aanbieden
- 1. Het is verboden om de categorieën huishoudelijke afvalstoffen zoals bepaald in artikel 3,
eerste lid, anders dan afzonderlijk ter inzameling aan te bieden, behoudens in de gevallen dat
het bepaalde in artikel 5, zevende lid van toepassing is.
- 2. Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen aan te bieden aan anderen dan de krachtens
artikel 2 aangewezen inzameldienst en andere inzamelaars.
- 3. Het in het eerste lid gestelde verbod geldt niet voor de bij nadere regels aan te wijzen
- 4. Het in het tweede lid gestelde verbod geldt niet voor het aanbieden van categorieën
huishoudelijke afvalstoffen aan personen of instanties die in het kader van
producentenverantwoordelijkheid bij algemene maatregel van bestuur of ministeriële regeling
een inzamelplicht hebben gekregen voor die categorieën huishoudelijke afvalstoffen.
Artikel 10. Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen
- 1. Het is de gebruiker van een perceel, voor wie krachtens artikel 4, tweede lid een
inzamelmiddel, inzamelvoorziening of brengdepot is aangewezen, verboden de
huishoudelijke afvalstoffen anders aan te bieden dan via het betreffende inzamelmiddel of de
betreffende inzamelvoorziening of het betreffende brengdepot.
- 2. Het is verboden andere categorieën huishoudelijke afvalstoffen via een inzamelmiddel of
inzamelvoorziening aan te bieden, dan de categorie waarvoor dit inzamelmiddel of deze
inzamelvoorziening krachtens artikel 4, tweede lid is bestemd.
- 3. Het college kan regels stellen omtrent het gebruik van een van gemeentewege verstekt
- 4. Het college kan regels stellen omtrent de plaats en wijze waarop huishoudelijke afvalstoffen
- 5. Het college kan categorieën huishoudelijke afvalstoffen aanwijzen die zonder
inzamelmiddel ter inzameling kunnen worden aangeboden.
- 6. Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen op andere wijze ter inzameling aan te bieden
Artikel 11. Dagen en tijden voor het ter inzameling aanbieden
- 1. Het college stelt de dagen en tijden vast waarop categorieën huishoudelijke afvalstoffen ter
inzameling kunnen worden aangeboden.
- 2. Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen op andere dagen en tijden ter inzameling aan te
bieden dan krachtens het eerste lid is bepaald.
3.Het college kan, i.v.m. feestdagen, vervangende dagen aanwijzen voor het ter inzameling
PARAGRAAF 4. INZAMELING VAN BEDRIJFSAFVALSTOFFEN
Artikel 13. Inzameling bedrijfsafvalstoffen door de inzameldienst
Het college kan categorieën bedrijfsafvalstoffen aanwijzen die door de inzameldienst worden
Artikel 14. Ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan de inzameldienst
- 1. Het is verboden bedrijfsafvalstoffen aan te bieden aan de inzameldienst.
- 2. Het verbod geldt niet voor de krachtens artikel 13 aangewezen categorieën
bedrijfsafvalstoffen, voor zover degene die gebruik maakt van de inzameling door de
inzameldienst voldoet aan de daarmee ontstane belastingplicht op grond van de Verordening
op de heffing en invordering van afvalstoffen.
- 3. Het college kan regels stellen omtrent de dagen, tijden, wijzen en plaatsen waarop de
krachtens artikel 13 aangewezen bedrijfsafvalstoffen aan de inzameldienst ter inzameling
- 4. Het is verboden de krachtens artikel 13 aangewezen bedrijfsafvalstoffen ter inzameling aan
Artikel 15. Het ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan een ander dan de
- 1. Het college kan regels stellen voor het ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen
aan een ander dan de inzameldienst.
- 2. Het is verboden bedrijfsafvalstoffen ter inzameling aan te bieden in strijd met deze regels.
Artikel 16. Voorkomen van diffuse milieuverontreiniging
- 1. Het is verboden buiten een daarvoor door het college bestemde plaats en buiten een
inrichting in de zin van de Wet milieubeheer een afvalstof, stof of voorwerp op of in de bodem
te brengen, te storten, te houden, achter te laten of anderszins te plaatsen op een wijze die
aanleiding kan geven tot hinder of nadelige beïnvloeding van het milieu.
- 2. Het college kan van het verbod ontheffing verlenen.
afvalstoffen of bedrijfsafvalstoffen;
o b. het thuis composteren van groente-, fruit- en tuinafval;
o c. voor zover de (afval)stoffen tijdelijk op de weg geraken of worden gebracht als
onvermijdelijk gevolg van het laden, lossen of vervoeren van afvalstoffen dan wel het
verrichten van andere werkzaamheden op of aan de weg.
- 4. Het in het eerste lid gestelde verbod geldt niet voor zover de Wet bodembescherming of het
Besluit bodemkwaliteit voorziet in de beoogde bescherming van het milieu.
Artikel 17. Achterlaten van straatafval
- 1. Het is verboden straatafval in de openbare ruimte achter te laten zonder gebruik te maken
van de van gemeentewege of anderszins geplaatste of voorgeschreven bakken, manden of
- 2. Het is verboden om andere afvalstoffen dan straatafval achter te laten in daartoe van
gemeentewege of anderszins geplaatste of voorgeschreven bakken, manden of soortgelijke
Artikel 18. Voorkomen van zwerfafval bij ter inzameling gereed staande afvalstoffen
- 1. Het is verboden afvalstoffen of inzamelmiddelen die ter inzameling gereed staan te
- 2. Het is verboden tegen afvalstoffen of inzamelmiddelen, die ter inzameling gereed staan, te
stoten, te schoppen, deze omver te werpen of deze anderszins te behandelen waardoor er
Artikel 19. Afvalbakken in inrichtingen voor het verbruiken van eet- en drinkwaren
De houder of beheerder van een inrichting waar eet- of drinkwaren worden verkocht die ter plaatse
kunnen worden genuttigd, is verplicht:
- a. een afvalbak, -mand of soortgelijk voorwerp in of nabij de inrichting op een duidelijk
zichtbare plaats aanwezig te hebben, waarin het publiek afval kan achterlaten;
- b. zorg te dragen dat deze afvalbak, -mand of soortgelijk voorwerp van een zodanige
constructie is dat het afval daarin deugdelijk geborgen blijft en dat die afvalbak, -mand of
voorwerp steeds tijdig wordt geledigd;
- c. zorg te dragen dat dagelijks, uiterlijk een uur na sluiting van de inrichting, doch in ieder
geval terstond op eerste aanzegging van een ambtenaar, belast met de toezicht op de
naleving van dit artikel, in de nabijheid van de inrichting achtergebleven afval, voor zover
kennelijk uit of van die inrichting afkomstig, wordt opgeruimd.
Artikel 20. Wegwerpen van reclamebiljetten of ander promotiemateriaal
Degene die in de openbare ruimte reclamebiljetten of dergelijke of ander promotiemateriaal onder het
publiek verspreidt, is verplicht deze of de verpakking daarvan terstond op te ruimen of te laten
opruimen, indien deze in de omgeving van de plaats van uitreiking op de weg of een andere voor het
publiek toegankelijke plaats door het publiek worden weggeworpen.
Artikel 21. Zwerfafval bij vervoeren, laden en lossen of overige werkzaamheden
- 1. Het is verboden afvalstoffen, stoffen of voorwerpen zodanig te laden, te lossen of te
vervoeren of andere werkzaamheden te verrichten dat de weg wordt verontreinigd of het
milieu nadelig kan worden beïnvloed.
2.Indien bij het laden of lossen of vervoeren van afvalstoffen, stoffen of voorwerpen deze weg
wordt verontreinigd of het milieu nadelig wordt beïnvloed, is degene die genoemde
werkzaamheden verricht alsmede diens opdrachtgever verplicht deze weg te reinigen of te
o a. direct na het ontstaan van de verontreiniging, indien de verontreiniging gevaar voor
de veiligheid van het verkeer of beschadiging van het wegdek oplevert;
o b. direct na beëindiging van de werkzaamheden, indien de verontreiniging geen
gevaar voor de veiligheid van het verkeer of beschadiging van het wegdek oplevert;
o c. indien de werkzaamheden langer dan een dag duren, elke dag direct na
PARAGRAAF 6. OVERIGE ONDERWERPEN DIE DE VERORDENING AANGAAN
Artikel 22. Verbod opslag van afvalstoffen
- 1. Het is verboden afvalstoffen op voor het publiek zichtbare plaats in de open lucht en buiten
een inrichting in de zin van de Wet milieubeheer op te slaan of opgeslagen te hebben.
- 2. Het college kan ontheffing verlenen van het in het eerste lid gestelde verbod.
- 3. Het verbod is niet van toepassing op het overdragen of ter inzameling aanbieden van
huishoudelijke afvalstoffen aan de inzameldienst, andere inzamelaars of de personen of
instanties die in het kader van producentenverantwoordelijkheid bij algemene maatregel van
bestuur of ministeriële regeling een inzamelplicht hebben voor categorieën van huishoudelijke
Een gedraging in strijd met de volgende artikelen is een strafbaar feit in de zin van artikel 1a, onder 3, Wet op de economische delicten :
Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de
krachtens artikel 18.4, derde lid, van de wet aangewezen ambtenaren.
- 1. Deze verordening treedt in werking op de dag na die waarop zij is bekendgemaakt.
- 2. De Afvalstoffenverordening Diemen 2006 wordt ingetrokken op de datum als bedoeld in het
- 1. Vergunningen verleend krachtens de verordening bedoeld in artikel 26, tweede lid, blijven -
voor zover zij niet eerder zijn vervallen of ingetrokken - nog gedurende 1 jaar na de
inwerkingtreding van deze verordening van kracht en worden beschouwd als een aanwijzing
bedoeld in artikel 2 van deze verordening.
- 2. Ontheffingen verleend krachtens de verordening bedoeld in artikel 26, tweede lid, blijven -
voor zover zij niet eerder zijn vervallen of ingetrokken - nog gedurende 1 jaar na de
inwerkingtreding van deze verordening van kracht en worden beschouwd als een ontheffing
als bedoeld in deze verordening.
- 3. Voorschriften en beperkingen opgelegd krachtens de verordening bedoeld in artikel 26,
tweede lid, blijven - indien en voor zover de bepalingen ingevolge welke deze voorschriften en
beperkingen zijn opgelegd, ook zijn vervat in deze verordening en voor zover zij niet eerder
zijn vervallen of ingetrokken - nog gedurende 1 jaar na de inwerkingtreding van deze
- 4. Indien voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening een aanvraag om een
vergunning op grond van de verordening bedoeld in artikel 26, tweede lid, is ingediend en
voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening nog niet op die aanvraag is beslist,
wordt deze aanvraag beschouwd als een aanvraag tot aanwijzing, als bedoeld in artikel 2 van
- 5. Indien voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening een aanvraag om een
ontheffing op grond van de verordening bedoeld in artikel 26, tweede lid, is ingediend en voor
het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening nog niet op die aanvraag is beslist,
wordt deze aanvraag beschouwd als een aanvraag tot ontheffing, als bedoeld in deze
- 6. Op een aanhangig beroep of bezwaarschrift, betreffende een vergunning of ontheffing
bedoeld in het eerste lid, dan wel voorschrift of beperking bedoeld in het tweede lid dat voor of
na het tijdstip bedoeld in artikel 26, eerste lid, is ingekomen binnen de voordien geldende
beroepstermijn, wordt beslist met toepassing van de verordening bedoeld in artikel 26, tweede
- 7. De intrekking van de verordening bedoeld in artikel 26, tweede lid heeft geen gevolgen voor
de geldigheid van op basis van die verordening genomen nadere regels en
aanwijzingsbesluiten, indien en voor zover de rechtsgrond waarop de aanwijzingsbesluiten
zijn gebaseerd ook vervat is in deze verordening en voor zover zij niet eerder zijn vervallen of