Organisatie | Stede Broec |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening, houdende regels omtrent de verdeling van woonruimte en de onttrekking van woonruimte |
Citeertitel | Huisvestingsverordening gemeente Stede Broec 2007 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | volkshuisvesting en woningbouw |
Eigen onderwerp |
Geen.
Gemeentewet, art. 149, Huisvestingswet, art. 2
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
24-01-2008 | 21-07-2011 | Ingetrokken | 10-01-2008 De Middenstander, 23-1-2008 | Onbekend. |
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
inkomen: het rekeninkomen zoals bedoeld in Artikel 14, lid 1 van de Wet op huurtoeslag; inschrijfduur: de termijn dat een woningzoekende van tenminste 18 jaar, die niet zelfstandig een in de regio gelegen huurwoning bewoont, bij een verhuurder staat ingeschreven voor een voor verhuur beschikbaar komende woning;
Hoofdstuk 2 Verdeling van huurwoningen
In afwijking van het bepaalde in Artikel 2 is het bepaalde in dit hoofdstuk niet van toepassing op:
Inschrijven als woningzoekende is noodzakelijk indien geen woonduur wordt opgebouwd. Bij toepassing van het distributiesysteem is inschrijven voor de toewijzing van woonruimte altijd noodzakelijk. Woonduur wordt uitsluitend toegekend indien bij vertrek de woning leeg en voor verhuur wordt achtergelaten. Er kan uitsluitend een beroep op woonduur worden gedaan als de woningzoekende bij de verhuurder staat geregistreerd.
De corporatie dient de woningzoekende die voor een overeenkomstig lid 1 aangeboden woonruimte in aanmerking komt te selecteren uit de woningzoekenden die op de betreffende te huur aangeboden woonruimte hebben gereageerd en aan de in lid 1, sub d, bedoelde voorwaarden voldoen.
De corporatie dient daarbij de volgende volgordecriteria in acht te nemen:
Voor de inschrijving als bedoeld onder sub a of de verlenging als bedoeld onder sub c kunnen door burgemeester en wethouders, of indien de inschrijving namens burgemeester en wethouders plaatsvindt, onder goedkeuring van burgemeester en wethouders, inschrijvingskosten c.q. kosten voor verlening van de inschrijfduur worden vastgesteld.
Woningzoekenden die een huurwoning in de regio leeg en voor verhuur beschikbaar achterlaten en waarvan de huidige huur is gelegen beneden de op basis van Wet op de huurtoeslag vastgestelde maximale huurgrens voor personen beneden de 23 jaar en waarvan de huur van de aangeboden woning boven de op basis van de Wet op de huurtoeslag vastgestelde maximale huurgrens voor personen beneden de 23 jaar is gelegen, ontvangen, in aanvulling op de feitelijke situatie, een extra woonduur van vijf jaar.
Burgemeester en wethouders kunnen op verzoek van de corporatie, in afwijking van het bepaalde in lid 1, akkoord gaan met toewijzing van woonruimte op basis van het distributiesysteem. Indien deze toestemming wordt verleend dient de corporatie de voor verhuur vrijkomende woonruimte schriftelijk aan te bieden aan een woningzoekende die daarvoor op grond van de in lid 4 genoemde volgordecriteria en de overige van toepassing zijnde voorwaarden in aanmerking komt. De corporatie kan daarbij kiezen voor een meervoudige aanbieding.
Zodra het leegstaan van woonruimte langer duurt dan twee maanden is de corporatie verplicht daarvan melding te doen aan burgemeester en wethouders.
De gemeenteraad stelt een urgentiecommissie in die burgemeester en wethouders bindend advies uitbrengt omtrent de urgentie van de woningzoekende.
medisch: medisch geïndiceerden zijn woningzoekenden die in verband met medische omstandigheden permanent ernstige hinder, belemmering of verslechtering ondervinden in hun woonsituatie. Er kan alleen een beroep worden gedaan op deze omstandigheid indien bij de aanvraag een verklaring wordt overgelegd van een professionele medische, psychiatrische en/of sociale hulpverleningsinstantie, zonodig aangevuld met een advies van de GGD;
sociaal: sociaal geïndiceerden zijn woningzoekenden die in verband met sociale of psychische omstandigheden ernstige hinder, belemmering of verslechtering ondervinden in hun huidige woonsituatie. Er kan alleen een beroep worden gedaan op deze omstandigheid indien dit blijkt uit een proces-verbaal van de politie, zo mogelijk aangevuld met gegevens van justitie en/of een professionele sociale hulpverleningsinstantie en indien gewenst een advies van de corporatie;
economisch en maatschappelijk: economisch en maatschappelijk geïndiceerden zijn woningzoekenden die beschikken over een economische of maatschappelijke binding. Van een dergelijke omstandigheid kan sprake zijn indien door het aanvaarden van een werkkring in de regio de woonwerk afstand onoverkomelijk is waarbij tevens van invloed zijn: de spanning op de arbeidsmarkt, de financiële mogelijkheden van de aanvrager, de gepleegde inspanningen van de werkgever en het belang van de regionale samenleving;
leefbaarheid: hieronder vallen woningzoekenden met ernstige relationele problemen met buren of buurt, waardoor sprake is van een acuut woonprobleem, waarbij de woningzoekende, de verhuurder en hulpverlenende instantie alles in het werk hebben gesteld de situatie weer leefbaar te maken. Er kan alleen een beroep worden gedaan op deze omstandigheid indien dit blijkt uit een proces-verbaal van de politie, zo mogelijk aangevuld met gegevens van justitie en/of een professionele hulpverleningsinstantie en indien gewenst een advies van de corporatie.
Urgentie kan uitsluitend worden verleend aan woningzoekenden die ingezetenen zijn, dan wel beschikken over een economische of maatschappelijke binding, dan wel in de positie verkeren als bedoeld in Artikel 13c, lid 1, van de Huisvestingswet en over de Nederlandse nationaliteit beschikken dan wel in het bezit zijn van een geldige verblijfstitel in Nederland en buiten hun schuld in een dusdanige situatie verkeren dat zij op korte termijn andere woonruimte behoeven en naar verwachting bij toepassing van de in Artikel 6, lid 4, bedoelde volgordecriteria niet binnen die termijn andere woonruimte zullen krijgen en hun betreffende situatie niet op andere wijze kunnen oplossen.
b. Indien de woningzoekende met een urgentie zoals bedoeld in lid 3, niet binnen de vastgestelde termijn woonruimte heeft gevonden, wordt binnen een termijn van vier maanden eenmalig een passende woonruimte aangeboden. Deze laatstgenoemde termijn kan worden verlengd met vier maanden indien geen passend aanbod beschikbaar is gekomen;
Hoofdstuk 3 Bijzondere woonvormen
In afwijking van het bepaalde in lid 4, sub b en c, kunnen burgemeester en wethouders besluiten de inschrijving niet te doen vervallen, indien de standplaatszoekende en/of huurwoonwagenzoekende naar hun oordeel aannemelijk maakt, dat er sprake is van bijzondere medische en/of sociale omstandigheden, welke het weigeren van de standplaats c.q. het accepteren van de huurwoonwagen, rechtvaardigen.
eerste prioriteit hebben standplaats- en/of woonwagenzoekenden, die bloed- of aanverwanten zijn tot en met de derde graad van degenen die met toestemming van burgemeester en wethouders een standplaats innemen op het woonwagencentrum waartoe de toe te wijzen standplaats behoort c.q. woonruimte hebben betrokken maar hechten aan terugkeer naar het woonwagencentrum waartoe de toe te wijzen standplaats behoort;
tweede prioriteit hebben standplaats- en/of woonwagenzoekenden die een standplaats innemen op het woonwagencentrum waartoe de toe te wijzen standplaats en/of woonwagen behoort en in aanmerking willen komen voor een andere standplaats en waarbij de standplaats die wordt verlaten leeg wordt opgeleverd en voor verhuur beschikbaar komt;
Burgemeester en wethouders wijzen slechts een woonwagenstandplaats toe indien de standplaatszoekende kan aantonen dat daarop binnen een termijn van 3 maanden na het aangaan van de huurovereenkomst, een woonwagen zal worden geplaatst. Op verzoek kunnen burgemeester en wethouders deze termijn met 3 maanden verlengen.
De gemeenteraad stelt een klachtencommissie in, waar woningzoekenden een klacht kunnen indienen met betrekking tot het (niet) inschrijven als woningzoekende bij de gemeente respectievelijk de eigenaar van woonruimte en woon-wagenstandplaatsen, het (niet) toewijzen van een woning door de gemeente respectievelijk de corporatie en de behandeling door de gemeente respectievelijk de eigenaar van woonruimte in het algemeen, voor zover deze behandeling betrekking heeft op de uitvoering van de op basis van Artikel 4 afgesloten overeenkomst.
De commissie verricht haar taak onafhankelijk van de gemeente en de eigenaren van woonruimte. Voor zover het betreft klachten waarvoor geen voorzie¬ning ingevolge de Algemene wet bestuursrecht open staat en die het gevolg zijn van activiteiten van de corporatie op basis van de huisvestingsovereenkomst, doet de commissie bindende uitspraken. Indien andere zaken aan de commissie worden voorgelegd, strekt de uitspraak van de commissie bur¬gemeester en wethouders tot advies.
Hoofdstuk 5 Wijziging van de samenstelling van de woonruimtevoorraad
Burgemeester en wethouders kunnen al dan niet onder voorwaarden een onttrekkingsvergunning verlenen.
Onder zelfstandige woonruimte als bedoeld in lid 1 wordt verstaan een woonruimte die een eigen toegang heeft en die door een huishouden kan worden bewoond zonder dat gebruik gemaakt moet worden van wezenlijke voorzieningen die buiten de
woonruimte zijn gelegen. Onder omzetting wordt verstaan het wijzigen van een zelfstandige woonruimte in een niet-zelfstandige woonruimte.
Burgemeester en wethouders verlenen, met inachtneming van het bepaalde in Artikel 31 van de Huisvestingswet, de onttrekkingsvergunning indien naar het oordeel van burgemeester en wethouders het met de onttrekking, samenvoeging of omzetting gediende belang groter is dan het belang van het behoud of de samenstelling van de woonruimtevoorraad en/of het belang van de leefbaarheid van de woonomgeving.
Indien burgemeester en wethouders hebben vastgesteld, dat er grond bestaat voor het verlenen van medewerking, wordt de onttrekkingsvergunning verleend, indien voldoende compensatie als bedoeld in Artikel 21 wordt geboden en overigens aan de door burgemeester en wethouders gestelde voorwaarden is voldaan.
in geval van samenvoeging van woonruimte of het omzetten van zelfstandige in onzelfstandige woonruimte € 75,--. Het vloeroppervlak als bedoeld in sub b, wordt gesteld op het gezamenlijke oppervlak van kamers en andere vertrekken, keukens, badkamer, doucheruimte, hal en andere verkeersruimten en inpandige bergingen.
Bij de als compensatie toe te voegen woonruimte als bedoeld in lid 1, sub a, dient door de aanvrager om een onttrekkingsvergunning binnen 4 weken na ontvangst van de vergunning een waarborgsom te worden betaald dan wel een bankgarantie te worden verstrekt, die gelijk is aan het bedrag dat had moeten worden betaald indien hij voor de in de onttrekkingsvergunning gestelde financiële compensatievoorwaarde zou hebben gekozen.
De waarborgsom als bedoeld in lid 5 wordt aan de vergunninghouder terugbetaald binnen 8 weken nadat aan burgemeester en wethouders schriftelijk is medegedeeld dat de compensatie daadwerkelijk heeft plaatsgevonden. Indien gekozen is voor een bankgarantie zoals bedoeld in lid 5 wordt de werking daarvan per gelijke datum beëindigd.
De waarborgsom als bedoeld in lid 5 vervalt aan het in lid 4 genoemde fonds indien de compensatie als bedoeld in lid 1, sub a, niet voldoet aan de in de vergunning vermelde voorwaarden, dan wel de compensatie niet binnen de gestelde termijn daadwerkelijk heeft plaatsgevonden. Indien gekozen is voor een bankgarantie zoals bedoeld in lid 5 dient het daarin genoemde bedrag per omgaande te worden betaald.
Burgemeester en wethouders verlenen voor een tijdelijke woonruimteonttrekking alleen een onttrekkingsvergunning indien de aanvrager aantoont dat een situatie bestaat die een tijdelijke woonruimteonttrekking rechtvaardigt en waarbij vast staat dat die woonruimteonttrekking niet langer dan vijf jaar zal duren.
Burgemeester en wethouders kunnen aan de onttrekkingsvergunning voor tijdelijke woonruimteonttrekking de voorwaarde van financiële compensatie verbinden. Deze compensatie bedraagt 10% van de compensatie als bedoeld in Artikel 21, lid 1, sub b, vermenigvuldigd met het aantal jaren waarvoor de tijdelijke onttrekkingsvergunning is verleend.
Burgemeester en wethouders kunnen aan de onttrekkingsvergunning voor tijdelijke woonruimteonttrekking tevens de voorwaarde verbinden dat de vergunninghouder een waarborgsom stort dan wel een bankgarantie verstrekt. De hoogte van de waarborgsom c.q. bankgarantie is gelijk aan de compensatie als bedoeld in lid 3.
Hoofdstuk 6 Verdeling van Koopwoningen
Het bepaalde in dit hoofdstuk is uitsluitend van toepassing op woonruimten voor nieuwbouw koopwoningen met een koopprijs beneden de koopprijsgrens.
Burgemeester en wethouders kunnen eigenaren van voor verkoop vrijkomende nieuwbouwwoningen beneden de koopprijsgrens verplichten deze woningen aan te bieden aan woningzoekenden die zijn opgenomen in een door burgemeester en wethouders bij de houden register van koopwoningzoekenden. Burgemeester en wethouders bepalen daarbij de koopprijsgrens en de volgorde waarin de woningzoekenden voor de betreffende woningen in aanmerking komen.
Burgemeester en wethouders stellen, ter uitvoering van het bepaalde in lid 1 vast: welke categorieën koopwoningen vallen onder het bepaalde in lid 1; de categorieën en de onderlinge volgorde van mensen die in aanmerking komen voor toewijzing van een koopwoning, waaronder het percentage dat in aanmerking komt voor toewijzing aan starters.
Hoofdstuk 7 Overgangs-, straf-, slot- en overige bepalingen
Bij de voorbereiding van een besluit tot wijziging van deze verordening plegen burgemeester en wethouders overleg met de ingevolge de Woningwet toegelaten instellingen en met andere daarvoor in aanmerking komende organisaties die binnen de gemeente op het gebied van de woonruimteverdeling werkzaam zijn.
Overtreding van het bepaalde in Artikel 7, 13 en 17 wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste vier maanden of geldboete van de derde categorie, zoals bedoeld in Artikel 23, lid 4 van het Wetboek van Strafrecht.
Met de opsporing van de bij Artikel 27 strafbaar gestelde feiten zijn, behalve de in Artikel 141 van het wetboek van Strafvordering en de in Artikel 75 van de Huisvestingswet aangewezen ambtenaren belast de in het eerste lid genoemde ambtenaren, voor zover zij door de minister van justitie daartoe zijn aangewezen.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de uitoefening van bevoegdheden krachtens de paragrafen 5, 7 en 8 van deze verordening te mandateren aan eigenaren van woonruimte en/of standplaatsen.
In afwijking van het bepaalde in lid 2 blijven de Artikelen 5 tot en met 11 van de Huisvestingsverordening gemeente Stede Broec 2002 in stand totdat burgemeester en wethouders met de corporatie lokaal maatwerk heeft vastgelegd in een huisvestingsovereenkomst zoals bedoeld in Artikel 5 van deze verordening.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad
van de gemeente Stede Broec, gehouden op 6 december 2007.