Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze regeling wordt verstaan onder:
- a.
ASV : Algemene Subsidie Verordening gemeente Tiel;
- b.
Regeling : de subsidieregeling Onderwijsachterstanden 4-12 jaar 2018-2021 in Tiel;
- c.
College : het college van burgemeester en wethouders;
- d.
Doelgroepkinderen : kinderen die met een achterstand starten in het onderwijs en kinderen die gedurende de schoolcarrière (taal)achterstanden oplopen of blijven behouden. Het gaat hierbij niet om een leerachterstand vanwege een specifieke leerstoornis of taalontwikkelingsstoornis;
- e.
Reguliere school : basisschool in Tiel, niet zijnde speciaal onderwijs;
- f.
Vroegschoolse educatie : activiteiten en/of extra inzet personeel die reguliere basisscholen ondernemen om onderwijsachterstanden– met een focus op taalachterstand- in groepen 1 en 2 te verminderen via het Piramideprogramma.
Artikel 2 Algemene subsidieverordening
De ASV is van overeenkomstige toepassing, voor zover daar in deze regeling niet van wordt afgeweken.
Artikel 3 Doelstellingen
Doel van deze regeling is om door middel van subsidieverstrekking te zorgen:
- a.
voor de stimulering van de ontwikkeling van basisschoolleerlingen met een onderwijsachterstand;
- b.
dat doelgroepkinderen met een zo klein mogelijke (taal)achterstand aan het voortgezet onderwijs beginnen.
Artikel 4 Subsidiabele activiteiten
- 1.
Het college kan subsidie verlenen aan een basisschool voor de kosten van:
- a.
- b.
Taal Plusklassen voor leerlingen van groep 4 en 5;
- c.
Brede School Academie voor leerlingen van groep 6, 7 en 8;
- d.
- e.
activiteiten ter bevordering van taalontwikkeling al dan niet in combinatie met cultuur, sport en/of techniek op een reguliere school met meer dan 15% doelgroepkinderen
- f.
professionalisering van leerkrachten voor activiteiten die betrekking hebben op de in dit lid genoemde activiteiten.
- 2.
Andere activiteiten dan genoemd in dit artikel, eerste lid, komen niet op grond van deze regeling voor subsidie in aanmerking.
- 3.
- 4.
Vanaf 1 augustus 2019 hoeven scholen geen gewicht van nieuwe leerlingen meer te registreren. Dit komt omdat vanaf schooljaar 2019-2020 de middelen voor het onderwijsachterstandenbeleid verdeeld worden op grond van de nieuwe CBS-indicator. In het schooljaar 2018-2019 is het nog wel nodig om de gewichten vast te stellen en te registreren. In 2019 hanteren we nog het in het eerste lid van dit artikel onder sub e genoemde criterium van 15% doelgroepkinderen. Dit criterium wordt als volgt vastgesteld:
- a.
Scholen met minder dan 10% gewichtenleerlingen (0,3 en 1,2) voor de hele schoolpopulatie bij de laatste 1 oktober telling komen voldoen niet aan het criterium.
- b.
Scholen met tussen de 10% en 14% gewichtenleerlingen (0,3 en 1,2) voor de hele schoolpopulatie bij de laatste 1 oktober telling voldoen aan het criterium als zij aantonen dat zij over minimaal 15% doelgroepkinderen beschikken.
- c.
Scholen met 15% of meer gewichtenleerlingen (0,3 en 1,2) voor de hele schoolpopulatie bij de laatste 1 oktober telling voldoen aan het criterium.
Artikel 5 Subsidieplafond en verdeelregels
- 1.
Jaarlijks stelt het college het subsidieplafond voor het komende kalenderjaar vast.
- 2.
Volledige aanvragen worden op volgorde van binnenkomst behandeld.
- 3.
Voor onvolledige aanvragen geldt als datum van binnenkomst de datum waarop de aanvraag volledig is aangevuld.
- 4.
Als het subsidieplafond is bereikt, worden de overige aanvragen voor het betreffende kalenderjaar afgewezen.
- 5.
Voor het jaar 2018 geldt het volgende subsidieplafond:
- a.
Vroegschoolse Educatie: € 160.000
- b.
Taal Plusklassen voor leerlingen van groep 4 en 5: € 90.000
- c.
Brede School Academie voor leerlingen van groep 6, 7 en 8: € 90.000
- d.
Nieuwkomersklas: € 25.000
- e.
Activiteiten ter bevordering van taalontwikkeling al dan niet in combinatie met Cultuur, Sport en/of techniek op een reguliere school met meer dan 15% doelgroepkinderen: € 75.000
- f.
professionalisering van leerkrachten voor activiteiten genoemd in artikel 4, lid 1: € 50.000
- 6.
Voor de activiteiten genoemd in artikel 5, lid 5 geldt voor de onderdelen a tot en met d dat de schoolbesturen per kalenderjaar een gezamenlijke aanvraag indienen.
- 7.
Voor de activiteiten genoemd in artikel 5, lid 5 geldt voor het onderdeel e een maximale subsidie van € 15.000 per school.
- 8.
Voor de activiteiten genoemd in artikel 5, lid 5 geldt voor het onderdeel f een plafond van € 10.000 per aanvraag per school.
Artikel 6 Aanvraag subsidie
- 1.
Een aanvraag om subsidie wordt ingediend bij het college.
- 2.
De aanvraag bevat de naam en het adres van de reguliere school en het bankrekeningnummer van de reguliere school.
- 3.
Het college neemt uitsluitend aanvragen in behandeling ten behoeve van activiteiten in lopende kalenderjaar dan wel het eerstvolgende kalenderjaar.
- 4.
Aanvragen die betrekking hebben op het eerstvolgende kalenderjaar kunnen vanaf 1 oktober van het jaar daaraan voorafgaand en gedurende het betreffende kalenderjaar worden ingediend. De gesubsidieerde activiteit dient te worden uitgevoerd in het desbetreffende kalenderjaar.
- 5.
Bij de aanvraag om subsidie wordt een begroting gevoegd waaruit blijkt:
- a.
de periode waarvoor subsidie wordt aangevraagd;
- b.
de hoogte van de gevraagde subsidie, met in de toelichting de opbouw en motivering van de aantallen en bedragen;
- c.
welk percentage van de kosten ten laste van de aanvrager komt.
- 6.
Het college kan nadere eisen stellen aan het indienen van de aanvraag.
- 7.
Het college kan bepalen dat de aanvraag om subsidie geschiedt met behulp van een door het college vastgesteld en beschikbaar gesteld aanvraagformulier.
- 8.
Bij een aanvraag door meerdere partijen geldt dat er altijd één hoofdaanvrager is, die de aanvraag namens zichzelf en de anderen aanvraagt.
Artikel 7 Beslistermijn
- 1.
Het college besluit over de aanvraag binnen acht weken na ontvangst van een volledige aanvraag.
- 2.
Het college kan dit besluit met ten hoogste zes weken verdagen. Het college stelt de reguliere school hiervan schriftelijk in kennis.
Artikel 8 Weigeringsgronden
Het college weigert de subsidie als:
- a.
de aanvraag niet voldoet aan de vereisten zoals genoemd in artikel 6;
- b.
de reguliere school niet aannemelijk kan maken dat diens activiteiten bijdragen aan de in artikel 3 van deze regeling genoemde doelstellingen;
- c.
de aanvraag andere voorzieningen betreft, dan genoemd in artikel 4, eerste lid van deze regeling.
Artikel 9 Bevoorschotting
- 1.
De subsidie kan in de vorm van een voorschot in maandelijkse of kwartaaltermijnen worden uitbetaald.
- 2.
Het college kan nadere voorschriften stellen aan de wijze van bevoorschotting.
Artikel 10 Intrekking subsidie
Het college trekt het besluit tot subsidieverlening in als:
- a.
niet langer wordt voldaan aan de inrichtingseisen;
- b.
de subsidie niet gebruikt wordt voor de activiteiten als bedoeld in artikel 4, eerste lid van deze regeling.
Artikel 11 Vaststelling van de subsidie
- 1.
De reguliere school dient voor 1 april na afloop van het kalenderjaar waarvoor de subsidie is verleend een aanvraag tot vaststelling in bij het college en verstrekt hierbij:
- a.
een overzicht van het bereik van het totaal aantal doelgroepkinderen;
- b.
inzicht (kwalitatief) op de effecten van de activiteiten voor wat betreft het verminderen van onderwijsachterstanden voor de doelgroepkinderen;
- c.
daadwerkelijke financiële kosten van de activiteiten in het betreffende kalenderjaar;
- d.
inzicht in de eigen bijdrage van de aanvrager voor de activiteiten waarover subsidie is aangevraagd.
- 2.
Het college stelt de subsidie vast binnen acht weken na ontvangst van de aanvraag en de gegevens zoals bedoeld in het tweede lid. Het college kan dit besluit met ten hoogste zes weken verdagen. Het college stelt de houder hiervan schriftelijk in kennis.
- 3.
De beschikking vermeldt het bedrag waarop de subsidie wordt vastgesteld en de wijze waarop verrekening van betaalde voorschotten plaatsvindt.
Artikel 12 Gevallen waarin deze regeling niet voorziet
In gevallen waarin deze regeling niet voorziet, beslist het college.
Artikel 13 Hardheidsclausule
Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de aanvrager afwijken van de bepalingen in deze regeling, indien toepassing van deze regeling leidt tot onbillijkheid van overwegende aard.
Artikel 14 Slotbepalingen
- 1.
Deze subsidieregeling treedt in werking op 1 januari 2019 en eindigt op 1 januari 2022.
- 2.
Deze subsidie wordt aangehaald als: “Subsidieregeling Onderwijsachterstanden Tiel 4-12 jaar”.