Organisatie | Lansingerland |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Lansingerland houdende regels omtrent subsidie Subsidieregeling Cultuur 2019 |
Citeertitel | Subsidieregeling Cultuur 2019 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
24-04-2018 | nieuwe regeling | 17-04-2018 | T18.03347 |
Voor u ligt de subsidieregeling Cultuur 2019, behorend bij Bruisen binden boeien, de Cultuurnota Lansingerland, die in 2017 is vastgesteld voor de periode 2018-2021. De regeling is een aanvulling op de Algemene Subsidieverordening Lansingerland 2018. Op basis van deze subsidieregeling kunnen maatschappelijke organisaties en inwoners subsidie aanvragen voor het verrichten van activiteiten die bijdragen aan de doelen die zijn opgenomen in de Cultuurnota. De kaders van de subsidieregeling Cultuur worden gevormd door de algemene subsidieverordening Lansingerland 2018, de Cultuurnota Lansingerland en de financiële kaders. In dit hoofdstuk wordt ingegaan op deze kaders.
1.1 Doelstelling subsidieregeling
De subsidieregeling geeft het inhoudelijk kader waarbinnen organisaties en inwoners een subsidie kunnen aanvragen. Dit kader heeft een tweeledige functie:
De subsidieregeling geeft duidelijkheid aan de aanvrager. Aanvragers van subsidie kunnen in dit document zien welk soort activiteiten in aanmerking komen voor subsidie en aan welke voor-waarden de subsidieaanvraag moet voldoen. Het is voor aanvragers van subsidie belangrijk om in die aanvraag goed uit te leggen waarom zij in aanmerking komen voor een subsidie.
De subsidieregeling biedt duidelijkheid bij de beoordeling van de subsidieaanvragen door de gemeente. De subsidieregeling is een transparant toetsingskader bij de beoordeling van subsidie-aanvragen en de verdeling van de middelen. Doelmatigheid en rechtmatigheid zijn twee belangrijke uitgangspunten die de gemeente hanteert in het gehele subsidieproces.
1.2 Procedureel kader: Algemene Subsidieverordening Lansingerland 2018
De gemeenteraad van Lansingerland heeft op 26 januari 2017 de Algemene subsidieverordening 2018 (ASV 2018) vastgesteld. Een Algemene Subsidieverordening is de hoofdstructuur van het subsidie-proces en bevat de kaders en richtlijnen voor het aanvragen, weigeren, verlenen en vaststellen van subsidies op de verschillende beleidsterreinen van de gemeente. De beleidsinhoudelijke elementen worden vervolgens in subsidieregelingen vastgelegd, die worden vastgesteld door het college. De subsidieregeling cultuur is onlosmakelijk verbonden de Cultuurnota Lansingerland. De activiteiten waarvoor een subsidie wordt aangevraagd dienen een bijdrage te leveren aan de doelen in de Cultuurnota.
1.3 Inhoudelijk kader: Cultuurnota Lansingerland
Voor de culturele subsidies onderscheiden we verschillende hoofddoelen:
1.4 Financieel kader: beschikbare budgetten
Bij het vaststellen van de Cultuurnota Lansingerland heeft de raad het beschikbare budget vastgesteld voor cultuur. De instrumenten waarmee uitvoering wordt gegeven aan de Cultuurnota worden zowel ingekocht als gesubsidieerd. De raad stelt in juni 2018 de subsidieplafonds vast per doel.
Een subsidieproces bestaat globaal uit de volgende zes stappen.
In dit hoofdstuk lichten we elk van deze stappen toe. Voor de volledigheid verwijzen we de aanvrager ook naar de Algemene subsidieverordening 2018 van Lansingerland.
Om in aanmerking te komen voor een subsidie dient de organisatie voorafgaand aan de betreffende subsidieperiode een aanvraag in. De organisatie toetst in eerste instantie zelf aan de hand van deze subsidieregeling of de betreffende activiteit in aanmerking komt voor een subsidie. De basisregels staan opgenomen in de Algemene wet bestuursrecht, titel 2, en de Algemene subsidieverordening 2018. De aanvullende criteria staan opgenomen in hoofdstuk 3 van deze subsidieregeling. Tevens staan bij de specifieke activiteiten in de inhoudelijke hoofdstukken (hoofdstuk 4 en 5) aanvullende voorwaarden.
Wanneer een aanvrager verwacht in aanmerking te komen voor een subsidie, kan deze een aanvraag indienen via de website www.lansingerland.nl. De organisatie kan een subsidieaanvraag alleen indienen met een elektronisch aanvraagformulier en met de gevraagde bijlagen (zie hoofdstuk 3 voor de voorwaarden). De uiterlijke indieningstermijn van een subsidieaanvraag verschilt per onderdeel van deze regeling. In de hoofdstukken 4 en 5 wordt per doel de indieningstermijn apart aangegeven.
Subsidieaanvraag namens meerdere organisaties
Wanneer meerdere organisaties gezamenlijk één activiteit organiseren, is één organisatie de hoofd-aanvrager. De aanvraag beschrijft hoe de onderlinge verdeling eruit ziet.
Nadat de aanvraag is ingediend, toetsen wij allereerst of de aanvraag compleet en juist is ingediend. Daarna nemen we de aanvraag inhoudelijk in behandeling. We toetsen de aanvraag, aan de hand van het aanvraagformulier en het ingediende activiteitenplan, aan de inhoudelijke criteria. Daarna beoordelen we welk bedrag voor subsidie in aanmerking komt. We berekenen het subsidiebedrag op basis van een begroting en activiteitenplan bij de aanvraag van een organisatie. De hoogte van het subsidiebedrag bepalen we mede op basis van de mate waarin de aanvraag aan de voorwaarden voldoet en het uiteindelijk beschikbare budget. We houden rekening met de diversiteit in vraag en aanbod en met een verdeling van het aanbod over verschillende doelgroepen.
Het college besluit uiterlijk in december over de toekenning voor 2019. Bij een toekenning ontvangt de aanvrager een beschikking. Hierin staat opgenomen welk bedrag de aanvrager aan subsidie ontvangt en voor welke activiteiten. In de bijlage bij de beschikking worden prestatieafspraken opgenomen: een beschrijving van de onderdelen waaraan de activiteit aan moet voldoen.
Het college van B&W behoudt zich het recht voor om op onderdelen af te wijken van het daarin gestelde kader indien maatschappelijke ontwikkelingen of onvoorziene omstandigheden hiertoe aanleiding geven.
We vragen organisaties om gedurende de periode waarvoor de organisatie subsidie ontvangt ons te informeren over relevante ontwikkelingen binnen de organisatie die mogelijk ook invloed hebben op het verloop van de activiteiten. Verder verschilt het per subsidie welke verantwoording gewenst is. Afspraken hierover worden per aanbieder opgenomen in de beschikking.
Uiterlijk 1 juni volgend op de periode waarvoor subsidie is toegekend, dient de organisatie een verzoek in om de subsidie vast te stellen. De organisatie doet hiermee een verzoek om definitief aanspraak te maken op het aangevraagde subsidiebedrag door aan te tonen dat de activiteiten zoals deze zijn aangevraagd volledig of gedeeltelijk zijn nagekomen.
Organisaties die in totaal een subsidiebedrag van maximaal €7.500 ontvangen, vragen we vóór 1 juni 2020 een verslag van hun activiteiten in het betreffende jaar toe te sturen.
Voor organisaties die een subsidie hebben ontvangen voor culturele activiteiten en culturele evenementen in de openbare ruimte gelden andere termijnen voor verslaglegging. Deze termijnen zijn als volgt (zie verder onder 5.1):
Doelmatigheid en rechtmatigheid zijn twee belangrijke uitgangspunten die de gemeente hanteert in het gehele subsidieproces. Om die reden geldt voor alle aanvragers van subsidies een aantal algemene eisen. Daarnaast stellen we eisen aan de activiteiten waarvoor een subsidie wordt aangevraagd. Wanneer een organisatie of activiteit niet of onvoldoende aan de voorwaarden voldoet, vormt dit een grond om de subsidieaanvraag te weigeren.
Bij de aanvraag van een subsidie voor een activiteit worden zowel de organisatie als de activiteit getoetst aan een aantal voorwaarden.
Voorwaarden aan de organisatie
Naast de algemene eisen aan organisaties (opgenomen in de Algemene wet bestuursrecht en de Algemene Subsidieverordening 2018) zijn verschillende aandachtspunten van toepassing bij de toekenning van subsidies. Deze zijn veelal opgesteld overeenkomstig geldende wet- en regelgeving. In meer algemene zin verwachten we bij culturele subsidies dat aanvragers aandacht besteden aan de toegankelijkheid van activiteiten, in het bijzonder voor inwoners met een beperking.
Let bij het indienen van een aanvraag verder op de volgende aandachtspunten die we hanteren voor subsidieaanvragers:
De professionele organisatie of vrijwilligersorganisatie die activiteiten uitvoert door en voor kinderen tot 18 jaar moet een VOG kunnen overleggen voor hun bestuursleden en hun mede-werkers die de activiteiten door en voor kinderen uitvoeren. 1
De professionele organisatie die werkt met beroepskrachten heeft de meldcode voor huiselijk geweld en kindermishandeling ingevoerd voor de gehele organisatie. De vrijwilligersorganisatie is op de hoogte van de meldcode voor huiselijk geweld en kindermishandeling en weet hoe ze moeten handelen bij signalen van kindermishandeling of huiselijk geweld.
De organisatie geeft invulling aan “social return on investment” (SROI). 2
Een subsidieaanvraag toetsen wij aan de algemene voorwaarden. Deze voorwaarden zijn opgenomen in de Algemene Subsidieverordening 2018 (artikel 11, Weigerings-, intrekkings- en terugvorderings-gronden). Daarnaast hebben we voorwaarden geformuleerd voor subsidies behorend bij de Cultuurnota Lansingerland. Binnen deze regeling vallen alleen subsidies voor activiteiten die een bijdrage leveren aan de doelen die zijn opgenomen in de Cultuurnota Lansingerland.
Om dat te kunnen beoordelen vragen wij organisaties bij het indienen van een subsidieaanvraag om een toelichting bij de onderstaande elementen:
Organisaties die een subsidiebedrag ontvangen tot en met € 7.500 per jaar
Organisaties die maximaal €7.500 aan subsidie ontvangen, dienen geen aanvraag tot vaststelling in. Wel verwachten wij een inhoudelijk activiteitenverslag, waarin staat beschreven in hoeverre uitvoering is gegeven aan de activiteit waarvoor de subsidie is verleend en of dat hierbij de beoogde doelgroep aanwezig was.
Organisaties die een subsidiebedrag ontvangen van meer dan € 7.500 per jaar
Voor de organisaties die meer dan € 7.500 aan subsidie ontvangen wordt bij de aanvraag tot vaststelling een verslag verwacht met de volgende informatie:
Organisaties die een subsidiebedrag ontvangen van meer dan € 50.000 per jaar
De organisaties die meer dan € 50.000 ontvangen in één jaar leveren naast de bovengenoemde gegevens ook uitgebreide jaarstukken en een accountantsverklaring in.
4 Cultuurparticipatie en cultuureducatie buiten en binnen school
We stellen subsidies voor cultuurparticipatie en cultuureducatie beschikbaar zodat inwoners van 0 tot 18 jaar kunnen deelnemen aan culturele vrijetijdsactiviteiten en cultuureducatie. Cultuurparticipatie is gericht op cultuurdeelname in de vrije tijd en het opbouwen en onder-houden van een sociaal netwerk. Met cultuureducatie dragen we zowel buiten als binnen het onderwijs bij aan het toegankelijk en begrijpelijk maken van kunst en cultuur.
4.1 Cultuurparticipatie en cultuureducatie buiten school
We willen jongeren tot 18 jaar in de gelegenheid stellen zich te ontwikkelen en hun sociale netwerk op te bouwen en te onderhouden. Het deelnemen aan culturele vrijetijdsactiviteiten draagt daaraan bij. We willen voorzien in een aanbod voor deze doelgroep.
4.2 Cultuureducatie binnenschools
Door cultuur educatie op school maken kinderen op jonge leeftijd kennis met kunst en cultuur. Op deze manier ervaren en ontdekken kinderen wat ze met hun talenten kunnen doen. Kinderen moeten de kans krijgen zijn of haar creativiteit optimaal te ontwikkelen en leren om hun creatieve vaardig-heden te gebruiken om problemen op te lossen en antwoorden te vinden. Het onderwijs is de plek bij uitstek om kinderen met cultuur te bereiken.
De afgelopen jaren is mede met inzet van middelen vanuit de regeling Cultuureducatie met Kwaliteit van het Fonds voor Cultuurparticipatie samen met de gemeente Pijnacker-Nootdorp de leerlijn Cultuurtrein E-lijn ontwikkeld. De bibliotheek heeft hierin een coördinerende functie en er is een samenwerking met het provinciale Kunstgebouw. Bij de uitvoering zijn verschillende culturele partners betrokken. De gemeente stelt voor deze activiteiten specifieke subsidie beschikbaar.
Een gevarieerd kunstaanbod vergroot de participatie van de inwoners en voegt iets toe aan de kwaliteit van de leefomgeving. Het helpt inwoners hun creatieve en artistieke talenten te ontdekken en te benutten. En om te genieten van verschillende vormen van kunst.
Lansingerland beschikt over diverse locaties, al dan niet in de buitenlucht, waar de inwoners actief kunnen meedoen aan en genieten van het cultuuraanbod. Het Annie M.G. Schmidtpark, twee cultuurhuizen en een derde cultuurhuis in ontwikkeling bieden nieuwe kansen en podia voor (inter)culturele activiteiten.
Voor de programmering van het culturele aanbod in de openbare ruimte en op de podia in Lansingerland kunnen partijen die een bijdrage willen leveren aan een bruisende stad verschillende soorten subsidies aanvragen.
5.1 Culturele activiteiten en culturele evenementen in de openbare ruimte
Culturele activiteiten en evenementen dragen bij aan de verbinding van inwoners met hun stad en met elkaar. Individuen, gezelschappen, organisaties uit de professionele èn de amateur kunsten kunnen een subsidie aanvraag indienen.
5.2 Voorstellingen met, voor en door inwoners
We willen inwoners een podium geven en de mogelijkheid bieden met elkaar voorstellingen te maken, bijvoorbeeld om maatschappelijke thema’s bespreekbaar te maken. Mensen verschillen op heel veel manieren van elkaar. De zichtbare dingen, zoals leeftijd en huidskleur, en de minder zichtbare dingen als culturele en sociale achtergrond, competenties en leefstijlen. Door culturele activiteiten beleven en ervaren deelnemers de positieve kanten en mogelijkheden van de verschillen tussen mensen. Tijdens het maken en uitvoeren van voorstellingen met, voor en door inwoners werken we hieraan.
5.3 Professionele programmering
Het is de kunst om voor Lansingerland voorstellingen te programmeren die passen bij de schaal: stedelijke omvang, dorps karakter. Wat passend is, kan per kern verschillen. De verwachting is dat in aanvang vooral kleine voorstellingen en acts op hun plaats zijn in de cultuurhuizen. Hiervoor creëren we dan ook de nodige ruimte. Maar professionele programmering kan ook plaatsvinden op andere locaties in de openbare ruimte dan in de Cultuurhuizen.