Organisatie | Vianen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening woonoverlast Vianen |
Citeertitel | Verordening woonoverlast Vianen |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
18-04-2018 | 15-01-2019 | Nieuwe regeling | 23-01-2018 | 104266 |
De raad van de gemeente Vianen,
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 9 januari 2018;
sinds 1 juli 2017 de Wet aanpak woonoverlast in werking is getreden, welke wet gemeenten meer mogelijkheden biedt om woonoverlast te beperken door het opleggen van een gedragsaanwijzing;
in Vianen behoefte bestaat aan het kunnen toepassen van deze bevoegdheid;
het noodzakelijk is om deze bevoegdheid bij verordening vast te leggen.
Gelet op artikel 149 en 151 d lid 1 van de Gemeentewet:
Artikel 1 Woonoverlast als bedoeld in artikel 151d Gemeentewet
Degene die een woning of een bij die woning behorend erf gebruikt, of tegen betaling in gebruik geeft aan een persoon die niet als ingezetene met een adres in de gemeente in de basisregistratie personen is ingeschreven, draagt er zorg voor dat door gedragingen in of vanuit die woning of dat erf of in de onmiddellijke nabijheid van die woning of dat erf geen ernstige en herhaaldelijke hinder voor omwonenden wordt veroorzaakt.
Als de burgemeester een last onder dwangsom of onder bestuursdwang oplegt naar aanleiding van een schending van de zorgplicht als bedoeld onder 1 kan hij daarbij aanwijzingen geven over wat de overtreder dient te doen of na te laten om verdere schending te voorkomen. De burgemeester stelt beleidsregels vast over het gebruik van deze bevoegdheid.
Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de door het college van burgemeester en wethouders aangewezen buitengewoon opsporingsambtenaren en de in de artikelen 141 en 142 van het Wetboek van Strafvordering genoemde opsporingsambtenaren.
Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van 23 januari 2018.
De griffier, de voorzitter,
C.J. (Kees) Steehouwer W.G. (Wim) Groeneweg
Per 1 juli 2017 is de Wet aanpak woonoverlast in werking getreden. Deze wet behelst het opnemen van een nieuw artikel 151d in de Gemeentewet waarin de gemeenteraad de bevoegdheid krijgt om bij verordening de burgemeester toe te staan om een gedragsaanwijzing te geven aan gebruikers van woningen en erven dan wel de eigenaren daarvan als zij ernstige en stelselmatige hinder veroorzaken voor hun omgeving. Met deze maatregel kan de burgemeester woonoverlast aanpakken als andere middelen niet voorhanden zijn of niet het gewenste effect hebben gehad.
Dit lid is geformuleerd als een zorgplichtbepaling. Een bewoner hoort zich zo te gedragen dat zijn of haar buren daar geen ernstige hinder van ondervinden. Bij ernstige en herhaaldelijke hinder kan ook de verhuurder worden aangesproken.
Als last onder bestuursdwang of dwangsom kan de burgemeester gedragsaanwijzingen opleggen aan de overtreder. Het tweede lid schrijft ook voor dat de burgemeester in beleidsregels vastlegt hoe hij of zij invulling geeft aan deze bevoegdheid.
In het derde lid regelt de raad in welke gevallen de burgemeester in ieder geval toepassing kan geven aan deze bevoegdheid. Wij hebben overwogen om daarbij ook ernstige “vervuiling of verwaarlozing van een woning of een erf” op te nemen. Daarbij is het punt dat artikel 7:21 van het Bouwbesluit de facto hetzelfde regelt, ook met het tegengaan van overlast als motief. Dit artikel zal naar verwachting met de inwerkingtreding van de Omgevingswet vervallen, maar daar zal nog wel de nodige tijd over heen gaan.