Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Tilburg

Verordening tegemoetkoming raadsfracties 2017

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieTilburg
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening tegemoetkoming raadsfracties 2017
CiteertitelVerordening tegemoetkoming raadsfracties 2017
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

31-03-2018Nieuwe regeling

02-10-2017

Gemeenteblad 2018 - 67175

raad 2017_574

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening tegemoetkoming raadsfracties 2017

 

 

Verordening tegemoetkoming raadsfracties 2017  

 

raad 2017_574

De raad van de gemeente Tilburg;

  • -

    gezien het voorstel van het presidium;

  • -

    gelet op de Gemeentewet;

Besluit

I.In te trekken de Verordening tegemoetkoming raadsfracties 2011.

II. Vast te stellen de Verordening tegemoetkoming raadsfracties 2017, luidende als volgt:

Verordening tegemoetkoming raadsfracties 2017

Artikel 1 Recht op financiële vergoeding

1.De in de raad vertegenwoordigde raadsfracties ontvangen jaarlijks een financiële bijdrage als tegemoetkoming in de kosten voor het functioneren van de fractie.

Deze bijdrage bestaat uit een vast deel van € 5.265,-- voor elke fractie. Daarnaast ontvangt elke fractie een bedrag van € 1.215,-- per raadszetel.

2.Voor de toepassing van het bepaalde in deze verordening worden als een fractie beschouwd de leden van de raad, gekozen op eenzelfde lijst, zoals deze heeft gediend voor de verkiezing van de raad.

Een lid, gekozen als enige op een lijst, zoals deze voor de verkiezing van de raad heeft gediend, wordt mede als een fractie aangemerkt.

  • 3.

    Het bepaalde in lid 2 leidt uitzondering indien:

    • a.

      één of meer leden van een zittende fractie als zelfstandige, nieuwe fractie gaat / gaan optreden;

    • b.

      twee of meer fracties als één fractie gaan optreden;

    • c.

      één of meer leden van een fractie zich aansluiten bij een andere fractie.

Alsdan wordt met de gewijzigde situatie rekening gehouden, met ingang van de dag waarop de wijziging is ingegaan en hiervan schriftelijk mededeling is gedaan aan de voorzitter van de raad. Vanaf het moment van wijziging worden de vergoedingen voor de betrokken fracties opnieuw vastgesteld, overeenkomstig de maatstaf zoals die geldt op grond van de leden 1 en lid 2, onverminderd het bepaalde in artikel 4.

Artikel 2 Besteding financiële vergoeding

  • 1.

    Fracties besteden de bijdrage om hun volksvertegenwoordigende, kaderstellende en controlerende rol te versterken.

  • 2.

    De bijdrage mag niet worden gebruikt ter bekostiging van:

    • a.

      uitgaven die in strijd zijn met wettelijke bepalingen en overige regelingen;

    • b.

      betalingen aan politieke partijen, met politieke partijen verbonden instellingen of natuurlijke personen anders dan ter vergoeding van prestaties (diensten of goederen) geleverd ten behoeve van de fractie op basis van een gespecificeerde, reële declaratie;

    • c.

      giften, anders dan attenties van geringe financiële waarde (tot maximaal € 50,--) in het kader van representatie;

    • d.

      uitgaven welke dienen bestreden te worden uit vergoedingen die de raadsleden ingevolge het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden toekomen;

    • e.

      partijuitgaven, zoals verkiezingsactiviteiten.

Artikel 3 Uitbetaling voorschot

  • 1.

    De in artikel 1 bedoelde bijdrage wordt ieder jaar in de maand januari in de vorm van een voorschot aan de raadsfractie uitgekeerd, op een afzonderlijke voor dit doel bestemde bankrekening.

  • 2.

    In het jaar waarin verkiezingen plaatsvinden, wordt het voorschot in gedeelten uitgekeerd in verhouding tot de delen van de zittingsperiode van de raad.

  • 3.

    Het voorschot wordt verrekend met teveel ontvangen voorschotten over voorafgaande jaren.

Artikel 4 Gevolgen splitsen fractie

  • 1.

    Bij afsplitsing van een fractie wordt de bijdrage voor de oorspronkelijke fractie verdeeld over de betrokken fracties, naar evenredigheid van het aantal bij de splitsing betrokken leden.

  • 2.

    Bij afsplitsing van een fractie wordt het aan de oorspronkelijke fractie verstrekte voorschot verrekend overeenkomstig de verdeling, die volgt uit het eerste lid.

Artikel 5 Reserve

  • 1.

    De fractie reserveert het in enig jaar niet gebruikte gedeelte van de bijdrage, ter besteding door die fractie in volgende jaren.

  • 2.

    De reserve is niet groter dan 50% van de bijdrage die de fractie toekomt.

  • 3.

    Fracties die bij inwerkingtreding van deze verordening over een reserve beschikken die groter is dat de in dit artikel bepaalde omvang, mogen deze reserves behouden en kunnen deze inzetten ter dekking van toekomstige kosten voor fractieondersteuning.

  • 4.

    De reserve blijft na verkiezingen beschikbaar voor de fractie die onder dezelfde naam terugkeert in de raad, dan wel voor de fractie die naar het oordeel van het college als rechtsopvolger daarvan kan worden beschouwd.

  • 5.

    Als bij zetelverlies de reserve voor een fractie hoger is dan aangegeven in het tweede lid, vervalt het recht op het meerdere.

  • 6.

    Bij splitsing van een fractie komt de reserve toe aan de fractie, die als voortzetting van de oorspronkelijke fractie kan worden aangemerkt.

  • 7.

    Voor het bepalen van de hoogte van de reserve wordt het kosten-baten stelsel gehanteerd.

Artikel 6 Verantwoording en Controle

  • 1.

    Elke raadsfractie documenteert van alle betalingen wat het doel van de besteding is geweest.

  • 2.

    Elke fractie legt jaarlijks vóór 1 april verantwoording af over de inkomsten en de uitgaven, onder overlegging van een financieel verslag met vermelding van begin- en eindsaldo en omvang van de reserve, waarbij de bestedingen worden ingedeeld volgens de volgende kostencategorieën.

     

  • 2.

    Elke fractie overlegt, op verzoek, na afloop van het boekjaar, de volledige administratie met boekingsbescheiden.

  • 3.

    De raadsgriffie publiceert jaarlijks het in lid 1 bedoelde overzicht op de website van de raad.

  • 4.

    Het presidium kan nadere regels stellen over de wijze waarop uitvoering wordt gegeven aan deze verantwoordingsplicht.

Artikel 7 Terugbetalingsverplichting

  • 1.

    Indien een fractie ophoudt te bestaan, is de betreffende fractie gehouden om het restant-bedrag dat deze fractie nog aan fractievergoeding onder zich heeft, aan de gemeente terug te betalen.

  • 2.

    Indien op grond van artikel 1, lid 3, de vergoeding op een lager bedrag wordt vastgesteld, is de betreffende fractie gehouden het te veel betaalde aan de gemeente terug te betalen.

  • 3.

    Indien op basis van de verantwoording en controle geen goedkeuring wordt gegeven aan bepaalde bestedingen, moet het teveel betaalde voorschot worden terugbetaald.

Artikel 8 Toepassing Algemene wet bestuursrecht

Titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht is van toepassing op de financiële middelen die een fractie ontvangt.

Artikel 9 Slotbepalingen

  • 1.

    Het college is, belast met de uitvoering van deze verordening. Indien naar het oordeel van het college daar aanleiding voor is, treedt het college vooraf in overleg met het presidium.

  • 2.

    In gevallen waarin deze verordening niet voorziet, of bij twijfel omtrent de interpretatie van deze verordening, beslist het college, gehoord het presidium.

  • 3.

    Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2018.

  • 4.

    Op het tijdstip bedoeld in lid 3 vervalt de Verordening tegemoetkoming raadsfractie 2004.

  • 5.

    Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening tegemoetkoming raadsfracties 2017".

     

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 2 oktober 2017.

de griffier,

De plv voorzitter,

Toelichting bij de verordening tegemoetkoming raadsfracties 2017

Algemene toelichting:

In de Boardletter 2015 (n.a.v. de accountantscontrole 2015) heeft de accountant enkele aanbevelingen gedaan over de verbetering van de controle op de fractievergoedingen.

Met de aanpassing van de verordening wordt beoogd te verduidelijken waaraan de fractievergoeding besteed kan worden, de manier van verantwoorden door de fracties te uniformeren en meer inhoudelijke controle mogelijk te maken, door beschikbaarheid van stukken (declaraties en facturen).

Artikelgewijze toelichting:

Artikel 1

De tegemoetkoming in de kosten van raadsfracties bestaat uit twee elementen.

In de verordening is rekening gehouden met de vorming van nieuwe raadsfracties als gevolg van afsplitsingen of samengaan van fracties, of wanneer een raadslid zich wil aansluiten bij een andere fractie.

Artikel 2

Wat betreft de inhoudelijke besteding van de fractieondersteuning wordt de fractie enige mate van vrijheid gelaten. Minimumvoorwaarde is dat de bijdrage besteed wordt aan raadswerkzaamheden. Daartoe is in artikel 6 een aantal kostencategorieën vastgelegd.

In artikel 2 is een aantal doelen genoemd waarvoor de bijdrage niet mag worden gebruikt. Daarmee wordt onder andere voorkomen dat met de bijdrage verkiezingscampagnes worden gefinancierd en dat raadsleden hun eigen vergoeding voor het raadswerk aanvullen met de bijdrage voor de fractieondersteuning.

In het algemeen is het doen van giften ten laste van het fractiebudget niet toegestaan. Kleine / representatieve attenties ten laste van het fractiebudget zijn toegestaan. Dit sluit aan bij de Tilburgse uitvoeringspraktijk. De hoogte van het bedrag van € 50,-- is conform het toegestane schenkingsbedrag van de gedragscode.

Raadsleden ontvangen naast hun raadsvergoeding ook een onkostenvergoeding. Deze onkostenvergoeding is bedoeld voor kosten die niet gedeclareerd kunnen worden, zoals representatie, vakliteratuur, reiskosten, excursies, bureaukosten, porti, contributies, lidmaatschappen en zakelijke giften. Voor dienstreizen buiten de gemeente kan een onkostenvergoeding worden verstrekt.

Kosten die geacht moeten worden uit de onkostenvergoeding bestreden te kunnen worden, mogen niet ten laste van het fractiebudget worden gebracht.

Algemene opleidingen of trainingen voor de hele raad of voor een specifieke groep raads- of commissieleden worden in de praktijk door de griffie georganiseerd. De kosten hiervan komen ten laste van het opleidingsbudget van de raad. Denk hierbij aan een debattraining of een training voor commissievoorzitters.

Het fractiebudget mag worden besteed aan opleidingen en trainingen die inhoudelijk gerelateerd zijn aan de politieke uitgangspunten van de deelnemers (lees: partijpolitieke uitgangspunten).

De fractievergoeding is nadrukkelijk niet bedoeld voor het doen van partijuitgaven, zoals verkiezingsactiviteiten. Daarom is in de verordening vastgelegd dat de fractievergoeding gestort wordt op een afzonderlijke bankrekening van de fractie, om te voorkomen dat er vermenging met de partijkas plaatsvindt.

Artikel 3

De bijdrage wordt als voorschot verstrekt. In een verkiezingsjaar wordt het voorschot in twee gedeelten gesplitst en de hoogte daarvan wordt aangepast aan de nieuwe verhoudingen in de raad.

Dit artikel is zo geformuleerd dat het kan dienen voor fracties die bij de verkiezingen verdwijnen, voor nieuwe fracties na de verkiezingen en bij het groter of kleiner worden van fracties. raad 2017_574 definitief 10

Artikel 4

Bij splitsing van een fractie moet het eerder verstrekte voorschot direct verrekend worden. Als dat niet zou gebeuren, zou een deel van de oorspronkelijke fractie over een te groot voorschot beschikken en zou het andere deel van de oorspronkelijke fractie juist helemaal geen voorschot krijgen.

Artikel 5

De vorige Tilburgse verordening kende geen beperking ten aanzien van het opbouwen van reserves.

Omdat de fractievergoeding een kostenvergoeding is, is het logisch dat er een beperking wordt gesteld aan de hoogte van de reserve die kan worden opgebouwd. In casu 50%.

De hoogte van de reserve kan toe- of afnemen, als een fractie groter of kleiner wordt, na verkiezingen of door fusies van fracties of bij afsplitsingen. Voor het bepalen van de toegestane omvang van de reserve wordt uitgegaan van de actuele situatie aan het einde van elk kalenderjaar.

De omvang van de reserves bij de fracties varieert per fractie. Enkele fracties hebben geen of nauwelijks reserve. Andere fracties hebben vanuit het verleden een grotere reserve dan 50%.

Omdat de regeling met betrekking tot reserves in de huidige regeling nieuw is, is als overgangsregeling opgenomen dat fracties bestaande reserves die groter zijn dan 50% mogen behouden, zodat de fracties de ruimte hebben om die in de toekomst nog in te zetten voor fractieondersteuning.

Voor het bepalen van de hoogte van de reserve wordt het baten-lasten stelsel gehanteerd. Dat betekent dat niet het moment van betalen leidend is bij het bepalen van de reserve, maar het moment waarop de prestatie wordt geleverd. Dit om te voorkomen dat in een bepaald jaar vooruitbetalingen plaatsvinden om gelden veilig te stellen.

Artikel 6

In dit artikel is een aantal kostencategorieën vastgelegd, om inzicht te krijgen in de besteding van de fractievergoeding, teneinde de controle daarop te vergemakkelijken.

Deze opsomming is niet limitatief bedoeld. Dat blijkt ook uit de categorie "overige kosten". De fracties hebben vrijheid om de tegemoetkoming, binnen het doel van de regeling, te besteden.

Ten aanzien van ICT, kan gedacht worden aan de kosten van een eigen site van een raadsfractie.

Bij fractie-ondersteuning, kan het gaan om loonkosten van een fractieondersteuner of een vrijwilligersvergoeding..

Bij informatie en communicatie kan gedacht worden aan werkbezoeken of advieskosten.

De kosten van reizen binnen de gemeente moeten bestreden worden uit de onkostenvergoeding van de raadsleden. Reëel gemaakte reiskosten van commissieleden kunnen desgewenst ten laste van het fractiebudget worden gebracht. Hetzelfde geldt voor reiskosten buiten de gemeente, mits die gemaakt worden in het kader van de volksvertegenwoordigende, kaderstellende of controlerende rol van de raad. Wanneer raads- of commissieleden op verzoek van de gemeente reiskosten maken buiten de gemeente, kunnen die kosten van gemeentewege vergoed worden.

Voor scholingskosten, zie de toelichting bij artikel 2.

Onder secretariaatskosten vallen bureaukosten.

Van gemeentewege worden aan fracties vergaderfaciliteiten beschikbaar gesteld voor regulier fractieoverleg. In de praktijk maken fracties daarnaast (veelal incidenteel) gebruik van externe vergaderfaciliteiten, bijvoorbeeld ter voorbereiding op de begrotingsvergaderingen.

Bij overige kosten kan bijvoorbeeld gedacht worden aan bankkosten

Uit oogpunt van verantwoording en controle is vastgelegd dat de fracties jaarlijks een financieel verantwoordingsverslag aan het presidium moeten overleggen.

Om de controlemogelijkheden te verbeteren, heeft het presidium de volgende nadere regels gesteld over de wijze waarop uitvoering wordt gegeven aan de verantwoordingsplicht.

  • 1.

    De fracties administreren hun uitgaven conform de vastgestelde categorie-indeling van kostensoorten.

  • 2.

    De fracties overleggen, op verzoek, na afloop van het boekjaar, de volledige administratie, met boekingsbescheiden.

  • 3.

    De afdeling P&C / Interne Controle toetst, in samenspraak met de griffier, steekproefgewijs de rechtmatigheid van de uitgaven en stemt dit vervolgens af met de betreffende fractie voor eventuele correctie.

  • 4.

    Als dat niet leidt tot overeenstemming, wordt het geschilpunt voorgelegd aan het presidium, die hierover een standpunt bepaalt.

  • 5.

    De controle maakt voor het overige onderdeel van de reguliere controle door de gemeente-accountant.

Artikel 7

In dit artikel is geregeld in welke gevallen terugbetaling moet plaatsvinden van de fractievergoeding of een deel daarvan.

Artikel 8

Het college is, op grond van artikel 160 van de Gemeentewet, belast is met de uitvoering van besluiten, waaronder verordeningen. Het betreft hier weliswaar een verordening die de raadsfracties betreft, maar uiteindelijk gaat het om de toepassing van een regeling. Dit past ook binnen de functiescheiding tussen raad en college, waarbij de raad de kaders van de regeling stelt en het college belast wordt met de uitvoering van de regeling.

In Tilburg is het uitvoeringspraktijk dat het presidium materieel belast is met operationele aangelegenheden van de raad. Omdat het presidium geen formeel bestuursorgaan is, kan de uitvoering van deze verordening niet bij het presidium worden neergelegd.

Daarom is ook in de huidige verordening vastgelegd dat het college belast is met de uitvoering van de verordening, maar dat, indien daar aanleiding voor is, het college vooraf in overleg treedt met het presidium.

De operationele uitvoering berust in de praktijk bij de raadsgriffie.

De nieuwe verordening treedt per 1 januari 2018 in werking. De verantwoording over het jaar 2017 valt dus onder de werkingssfeer van de nieuwe verordening.