Organisatie | Eemnes |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden gemeente Eemnes 2017 |
Citeertitel | Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden gemeente Eemnes 2017 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-07-2017 | 01-10-2019 | Nieuwe regeling | 25-09-2017 | 63269 |
Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen
Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2017
De raad van de gemeente Eemnes;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 20 juni 2017; gelet op de artikelen 95, eerste en tweede lid, 96, eerste en tweede lid, en 97, 99 en 147 van de Gemeentewet, de artikelen 22, eerste lid, 23, eerste lid, 27a, vijfde lid, van het Rechtspositiebesluit wethouders, en de artikelen 2, 7a, vierde lid, 13, tweede lid, en 15 van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden;
Vast te stellen de volgende verordening: Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden gemeente Eemnes 2017.
Hoofdstuk 2. Voorzieningen voor raads- en commissieleden
Artikel 2. Vergoeding voor de werkzaamheden van het raadslid
Aan het raadslid wordt een vergoeding voor de werkzaamheden toegekend die gelijk is aan het door de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties vastgestelde maximum.
Artikel 3. Vergoeding voor het bijwonen van vergaderingen door commissieleden
Geen vergoeding ontvangt degene die zitting heeft in een commissie a. als lid van de raad of het college; b. uit hoofde van dan wel als rechtstreeks uitvloeisel van een ambtelijke of bestuurlijke hoedanigheid dan wel van een functie bij een instelling die grotendeels van overheidswege wordt gesubsidieerd; c. als vertegenwoordiger van een belanghebbende instelling, organisatie of groepering, tenzij zijn lidmaatschap van de commissie tevens in belangrijke mate het gemeentelijk belang dient.
In afwijking van het bepaalde in het eerste lid, stelt het college een hogere vergoeding vast, ten aanzien van een lid van een commissie, niet zijnde de rekenkamercommissie: a. die op grond van zijn bijzondere beroepsmatige deskundigheid op het taakgebied van de commissie voor deelname aan haar werkzaamheden is aangetrokken, en b. ten aanzien waarvan de vergoeding niet geacht kan worden in een redelijke verhouding te staan tot de zwaarte van zijn taak en de omvang van de door hem te verrichten arbeid.
Artikel 8. Aanwijzing als eindheffingsbestanddeel
Als eindheffingsbestanddeel als bedoeld in artikel 31, eerste lid, onderdeel f, van de Wet op de loonbelasting 1964 worden verder aangewezen de vergoedingen, tegemoetkomingen en verstrekkingen, genoemd in paragraaf 2 van deze verordening, voor zover deze worden gerekend tot een vergoeding, tegemoetkoming of verstrekking als bedoeld in artikel 31a, tweede lid, onderdelen a tot en met h, van de Wet op de Loonbelasting 1964.
Hoofdstuk 3. Voorzieningen voor wethouders
Artikel 10. Zakelijke reis- en verblijfkosten
Wethouders hebben aanspraak op een vergoeding van de reis- en verblijfkosten voor reizen gemaakt voor de uitoefening van het ambt, bedoeld in artikel 23, eerste lid, onderdeel b, van het Rechtspositiebesluit wethouders binnen en buiten het grondgebied van de gemeente, overeenkomstig artikel 4 van de Regeling rechtspositie wethouders.
Artikel 13. Communicatieapparatuur
De wethouders aan wie communicatieapparatuur in bruikleen ter beschikking wordt gesteld tekenen hiervoor een bruikleenovereenkomst met de gemeente. De directeur van de BEL Combinatie stelt het model van de bruikleenovereenkomst vast.
Artikel 14. Verhuis-, reis- en pensionkosten en tegemoetkoming dubbele woonlasten bij benoeming
De wethouder die bij benoeming nog niet over woonruimte in de gemeente beschikt, heeft aanspraak op een vergoeding van reis- en pensionkosten, dubbele woonlasten en verhuiskosten, bedoeld in artikel 22, eerste lid, onderdeel a en b, van het Rechtspositiebesluit wethouders, overeenkomstig de artikelen 1 en 2 en 4a van de Regeling rechtspositie wethouders.
aanspraak op een vergoeding van:
Artikel 15. Aanwijzing als eindheffingsbestanddeel
Als eindheffingsbestanddeel als bedoeld in artikel 31, eerste lid, onderdeel f, van de Wet op de loonbelasting 1964 worden verder aangewezen de vergoedingen, tegemoetkomingen en verstrekkingen, genoemd in paragraaf 3 van deze verordening, voor zover deze worden gerekend tot een vergoeding of verstrekking als bedoeld in artikel 31a, tweede lid, onderdelen a tot en met h, van de Wet op de Loonbelasting 1964.
Hoofdstuk 4. De procedure van declaratie
Artikel 16. Betaling vaste vergoedingen
De betaling van de vergoeding voor werkzaamheden, de bezoldiging voor de wethouders op grond van het Rechtspositiebesluit wethouders, de onkostenvergoedingen en declaraties geschiedt maandelijks of in maandelijkse termijnen als er sprake is van een vergoeding op jaarbasis, tenzij het Rechtspositiebesluit wethouders, het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden of de Regeling rechtspositie wethouders anders bepalen.