Organisatie | Zutphen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels ontheffing parkeren caravans, aanhangwagens e.d. |
Citeertitel | Beleidsregels ontheffing parkeren caravans, aanhangwagens e.d. |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp |
Geen
Algemene plaatselijke verordening Zutphen 2005, art. 5.1.5
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
23-05-2003 | Nieuwe regeling | 29-04-2003 Zutphense Koerier, 15-05-2003 | Onbekend |
Behandeld door: Toestelnr.: Datum:
Mevrouw M. Brinker 7304 3 april 2003
Ontheffingenbeleid ex artikel 5.1.5 Algemene plaatselijke Verordening Zutphen 1992
Conceptraadsvoorstelbijgevoegd:nee
Beslissing B&W d.d: 29 APR. 2003
Sinds 29 november 2002 is het overeenkomstig artikel 5.1.5, lid 1, onder a, van de Algemene Plaatselijke Verordening Zutphen 1992 (APV) verboden een woonwagen, kampeerwagen, caravan, camper, magazijnwagen, aanhangwagen, keetwagen of dergelijk voertuig dat voor recreatie dan wel anderszins uitsluitend of mede voor andere dan verkeersdoeleinden wordt gebezigd langer dan gedurende drie achtereenvolgende dagen (binnen de bebouwde kom) op de weg te plaatsen of te hebben. Het tweede lid van dit artikel biedt de mogelijkheid om van het hiervoor gestelde verbod een ontheffing te verlenen. Nu in de praktijk op naleving van deze bepaling wordt gecontroleerd lijkt het gewenst om zoveel als mogelijk een algemene beleidsregel op te stellen, waaraan ontheffingsaanvragen getoetst kunnen worden. Uitzonderingen daarop zijn uiteraard altijd mogelijk, omdat toch iedere aanvraag apart moet worden beoordeeld. Het voordeel van een beleidsregel is echter dat er een duidelijk toetsingskader is en dat in een concreet besluit op een aanvraag om ontheffing volstaan kan worden met een verwijzing naar die beleidsregel en een overweging dat er geen sprake is van een bijzonder geval dat aanleiding geeft tot afwijking van die regel.
De bevoegdheid tot het verlenen van een ontheffing is neergelegd in artikel 5.1.5, lid 2, van de APV.
Voor het vaststellen van de beleidsregel wordt het volgende overwogen. In het oude artikel 5.1.5 van de APV was de term ‘parkeren’ opgenomen. Dit had tot gevolg dat een overtreding van de bepaling eenvoudig ongedaan gemaakt kon worden door het betreffende voertuig steeds een paar meter te verplaatsen of het voertuig regelmatig te gebruiken. Om handhaving van deze bepaling eenvoudiger te maken, heeft de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) in de model-APV deze bepaling aangepast. Deze aanpassing is zoals hiervoor al is aangegeven inmiddels opgenomen in de Zutphense APV. De in het artikel opgenomen ontheffingsbevoegdheid is niet bedoeld is om het plaatsen of hebben van voertuigen permanent toe te staan. Het verlenen van een ontheffing die permanent geldig is, is strijdig met het karakter van artikel 5.1.5, lid 1, APV. Gelet op het karakter van de bepaling wordt geadviseerd om alleen voor incidentele en in tijd beperkte gevallen een ontheffing te verlenen. Hierbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan een ontheffing ten behoeve van een verbouwing of voor het opknappen van een caravan.