Organisatie | Valkenburg aan de Geul |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening rechtspositie raadsleden gemeente Valkenburg aan de Geul 2008 |
Citeertitel | Verordening rechtspositie raadsleden gemeente Valkenburg aan de Geul 2008 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Gemeentewet artikel 95, 99 en 147
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2008 | 01-01-2008 | 01-01-2019 | Nieuwe regeling | 21-04-2008 Heuvelland Actueel | Onbekend |
In deze verordening wordt verstaan onder:
a.. rechtspositiebesluit raads- en commissieleden: het Koninklijk Besluit van 22 maart 1994,
b. raadslid: lid van de gemeenteraad;c. griffier: de griffier, bedoeld in artikel 107 van de Gemeentewet;
Artikel 2 Vergoeding voor de werkzaamheden
De vergoeding voor de werkzaamheden bedoeld in artikel 2, eerste lid, van het
Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden, is gelijk aan het door de minister van
Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties voor gemeenteklasse 6 vastgestelde maximum.
1. De vergoeding voor aan de uitoefening van het raadslidmaatschap verbonden kosten is
gelijk aan het bedrag voor gemeenteklasse 14.000-18.000, vermeld in tabel II van het
Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden.
2. Ten aanzien van een raadslid van wie de arbeidsverhouding als gevolg van artikel 4, aanhef
en onderdeel f, van de Wet op de loonbelasting 1964 voor de toepassing van die wet als
dienstbetrekking wordt aangemerkt, is in afwijking van het eerste lid de onkostenvergoeding
gelijk aan het bedrag voor gemeenteklasse 14.001- 18.000, vermeld in tabel III van het
Artikel 4 Berekening en betaling vaste vergoedingen
1.Hij/zij die gedurende een gedeelte van het kalenderjaar raadslid is geweest ontvangt de
vergoedingen, bedoeld in de artikelen 2 en 3, naar evenredigheid van het aantal dagen dat hij
in dat jaar raadslid is geweest.
2. De betaling van de vergoedingen, bedoeld in de artikelen 2 en 3, geschiedt in maandelijkse
De in het eerste lid bedoelde vergoeding betreft:
a. bij gebruik van openbare middelen van vervoer en van een taxi: een volledige vergoeding
van de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke reiskosten;
b. bij gebruik van een eigen vervoermiddel: een vergoeding van de in redelijkheid gemaakte
noodzakelijke reiskosten in overeenkomstig de regeling zoals deze is of wordt vastgesteldvoor de vergoeding van de reiskosten van de wethouders.
De in redelijkheid noodzakelijk gemaakte verblijfskosten ter zake van reizen buiten hetgrondgebied van de gemeente worden aan het raadslid vergoed.
Artikel 7 Cursus, congres, seminar of symposium
Het raadslid dat wil deelnemen aan een cursus, congres, seminar of symposium dat niet
door of namens de gemeente wordt aangeboden of verzorgd, dient daartoe een gemotiveerde
aanvraag in. De aanvraag gaat vergezeld van inhoudelijke informatie en een
kostenspecificatie. De kosten komen voor rekening van de gemeente als deelname van
algemeen belang is in verband met de vervulling van het raadslidmaatschap en nietpartijgebonden.
Indien géén notebook, bijbehorende apparatuur en software ter beschikking is gesteld,
verleent het college een raadslid op aanvraag voor de uitoefening van het raadslidmaatschap
voor een periode van maximaal drie jaar een tegemoetkoming van 30 % van de
a. aanschaf van een notebook, bijbehorende apparatuur en software, of
b. gebruik van een eigen notebook, bijbehorende apparatuur en software..
Daarbij wordt ten hoogste uitgegaan van de aanschafwaarde van de notebook, bijbehorende
apparatuur en software welke door de gemeente aan raadsleden in bruikleen ter beschikkingworden gesteld.
Het raadslid van wie de arbeidsverhouding als gevolg van artikel 4, aanhef en onderdeel f,
van de Wet op de loonbelasting 1964 voor de toepassing van die wet als dienstbetrekking
wordt aangemerkt kan deelnemen aan de fietsregeling als bedoeld in artikel 37 van de
Uitvoeringsregeling loonbelasting 2001. Naar keuze van het raadslid wordt de
raadsvergoeding dan wel vaste onkostenvergoeding verminderd met de vergoeding voor defiets als bedoeld in de Uitvoeringsregeling.
Artikel 11 Verlaging vergoeding werkzaamheden bij arbeidsongeschiktheid
De vergoeding voor de werkzaamheden, bedoeld in artikel 2, kan op verzoek van een raadslid
worden verlaagd in het geval hij een uitkering ontvangt in verband met gehele of gedeeltelijkearbeidsongeschiktheid.
Artikel 12 Compensatie korting werkloosheidsuitkering
In het geval een raadslid een uitkering op grond van de Werkloosheidswet ontvangt en de
na toepassing van artikel 20 van die wet ontstane korting op deze uitkering ten gevolge van
het uitoefenen van het raadslidmaatschap meer bedraagt dan de in artikel 2 bedoelde
vergoeding voor de werkzaamheden die het raadslid ontvangt, wordt deze vergoeding ten
laste van de gemeente verhoogd tot het bedrag van bedoelde korting.
In het geval dat een raadslid een uitkering op grond van het Besluit Werkloosheid
onderwijs- en onderzoekpersoneel ontvangt en de na toepassing van artikel 6, vierde lid, van
dat besluit ontstane korting op deze uitkering ten gevolge van het uitoefenen van het dat besluit ontstane korting op deze uitkering ten gevolge van het uitoefenen van het
raadslidmaatschap meer bedraagt dan de in artikel 2 bedoelde vergoeding voor de
werkzaamheden die het raadslid ontvangt, wordt deze vergoeding ten laste van de gemeente
Artikel 13 Vergoeding voor waarneming voorzitterschap van de gemeenteraad
1. Een raadslid dat op grond van artikel 77 van de Gemeentewet meer dan 30 dagen
onafgebroken het voorzitterschap van de gemeenteraad waarneemt, ontvangt voor die
waarneming een toeslag van 8% van de in artikel 2 bedoelde vergoeding voor de
werkzaamheden over de tijd van de waarneming.
2. Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing ten aanzien van de onkostenvergoeding,
Artikel 15 Voorzieningen bij tijdelijk ontslag wegens zwangerschap en bevalling of ziekte
De artikelen 2 tot en met 8 en 10 tot en met 12 blijven van toepassing op het raadslid aan
wie als gevolg van artikel X 10 van de Kieswet tijdelijk ontslag is verleend wegens
zwangerschap en bevalling of ziekte, met dien verstande dat de onkostenvergoeding die dit
raadslid op grond van artikel 3, eerste of tweede lid, ontvangt de helft bedraagt van het bedrag