Organisatie | Lansingerland |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Besluit van de gemeenteraad van de gemeente Lansingerland houdende regels omtrent delegatie Delegatiebesluit Gemeente Lansingerland 2012 |
Citeertitel | Delegatiebesluit Gemeente Lansingerland 2012 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt het Delegatiebesluit gemeente Lansingerland van 29 september 2011.
Deze regeling is vervangen door het Delegatiebesluit gemeente Lansingerland 2013.
artikel 156 Gemeentewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
20-09-2012 | 28-02-2013 | nieuwe regeling | 06-09-2012 Heraut, 12 september 2012 | T12.12279 |
De raad van de gemeente Lansingerland,
Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 26 juni 2012,
Gelet op de Wet openbaarheid van bestuur, de Wet op de Ruimtelijke Ordening (WRO), de Wet ruimtelijke ordening (Wro), de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo), de Onteigeningswet, de Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling en de Uitwerkingsovereenkomst (CAR/UWO), de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en artikel 156 van de Gemeentewet,
Ruimtelijke ordening, grondzaken en openbare werken
Het college oefent de bevoegdheid uit tot het nemen van besluiten als bedoeld in artikel 19, eerste lidvan de Wet op de ruimtelijke ordening (WRO)voor locaties, die gelegen zijn in een door de raadscommissie
geaccordeerd voorontwerp bestemmingsplan, ontwerp bestemmingsplan, stedenbouwkundigplan of andersoortig ruimtelijk plan en mits het desbetreffende vrijstellingsverzoek daarmee inovereenstemming is. De raad ontvangt een afschrift van ieder besluit dat op grond van delegatie van
Het college oefent de bevoegdheid uit tot het nemen van een projectbesluit, zoals bedoeld in artikel3.10, lid 1 van de Wet ruimtelijke ordening (Wro), mits het betreffende project gelegen is in een door deraadscommissie behandeld voorontwerpbestemmingsplan, stedenbouwkundig plan of andersoortigruimtelijk plan en mits het desbetreffende verzoek daarmee in overeenstemming is. De raad ontvangteen afschrift van ieder besluit dat op grond van delegatie van deze bevoegdheid is genomen.
Het college oefent de bevoegdheid uit tot het nemen van besluiten als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis en herstelwet voor projecten die gelegen zijn in een door de commissie Ruimte en/of gemeenteraad behandeld (voor)ontwerpbestemmingsplan, een structuurvisie, een stedenbouw-kundig plan, een masterplan, een ruimtelijke visie of andersoortig ruimtelijk plan en/of een sectorale beleidsnota en mits het betreffende project daarmee in overeenstemming is. De raad ontvangt een afschrift van ieder besluit dat op grond van delegatie van deze bevoegdheid is genomen.
Het college oefent de bevoegdheid uit tot het weigeren van verzoeken om vrijstelling als bedoeld inartikel 19 lid 1 WRO. De raad ontvangt een afschrift van ieder besluit dat op grond van delegatie vandeze bevoegdheid is genomen.
Het college oefent de bevoegdheid uit tot het weigeren van een projectbesluit, zoals bedoeld in artikel3.10, lid 1 van de Wro. De raad ontvangt een afschrift van ieder besluit dat op grond van delegatie vandeze bevoegdheid is genomen.
Het college oefent bij een besluit tot het verlenen van een omgevingsvergunning met toepassing vanartikel 2.12, eerste lid onder a onder 3 van de Wabo (projectafwijkingsbesluit) de bevoegdheid uit tothet vaststellen van een exploitatieplan als bedoeld in artikel 6. 12 lid 1 Wro.
Het college oefent bij het vaststellen van een wijzigingsplan als bedoeld in artikel 3.6 eerste lid onder a Wro of bij een besluit tot het verlenen van een omgevingsvergunning met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, sub 3 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (projectafwijkingsbesluit) de bevoegdheid uit tot het vaststellen van een exploitatieplan als bedoeld in artikel 6.12 lid 1
Het college oefent bij een besluit tot het verlenen van een omgevingsvergunning met toepassing vanartikel 2.12, eerste lid onder a onder 3 van de Wabo (projectafwijkingsbesluit) de bevoegdheid uit tothet besluiten geen exploitatieplan vast te stellen als bedoeld in artikel 6. 12 lid 2 Wro.
Het college oefent bij het vaststellen van een wijzigingsplan als bedoeld in artikel 3.6 eerste lid onder a Wro of bij een besluit tot het verlenen van een omgevingsvergunning met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, sub 3 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (projectafwijkingsbesluit) de bevoegdheid uit tot het besluiten geen exploitatieplan vast te stellen als bedoeld in artikel 6.12 lid 2.
Aldus besloten in de openbare raadsvergadering van Lansingerland van 6 september 2012.
De griffier,
Kees van ’t Hart
Ewald van Vliet
De voorzitter,
Artikelgewijze toelichting Delegatiebesluit gemeente Lansingerland 2012
Diverse wettelijke bepalingen geven aan dat de gemeenteraad indieners van zienswijzen en bedenkingen de gelegenheid moet geven voor een nadere mondelinge toelichting. Hoe de gemeenteraad dit wenst te
regelen wordt niet nader bepaald. Aangegeven wordt dat het mogelijk moet zijn een mondelinge toelichting te geven. De wetgever geeft ook niet aan dat sprake moet zijn van hoor en wederhoor.
De mogelijkheid tot het geven van een mondelinge toelichting te geven kan op zich geschieden door een raadscommissie of de verantwoordelijke portefeuillehouder of ambtenaren van de verantwoordelijke
vakafdeling. Het horen door een raadscommissie heeft als nadeel dat deze commissie gewoonlijk slechts één keer per maand bijeenkomt. Het horen door de verantwoordelijke portefeuillehouder al dan niet in aanwezigheid van ambtenaren of alleen door ambtenaren is relatief eenvoudig en snel te organiseren.
De termijn waarbinnen het bestuursorgaan, in dit geval de raad, moet beslissen op een verzoek om informatie is, gelet op artikel 6 van Wet openbaarheid van bestuur (Wob), vier weken, met de mogelijkheid tot verlenging van eenmaal vier weken. Reageert het bestuursorgaan binnen deze vier weken niet, dan kan de burger dit uitblijven van een reactie, gelet op artikel 6:2 van de Awb, in beroep gaan en/of een dwangsom verbeuren, volgens artikel 4:15 e.v. Awb.
Ook hier geldt dat delegatie van deze bevoegdheid aan het college grote voordelen met zich meebrengt. De organisatie kan hierdoor directer en slagvaardiger optreden. De gemeenteraad wordt minder belast. Voorts loopt de organisatie minder juridische en financiële risico's, omdat termijnen in de Wob erg kort zijn en veelal niet gehaald zullen worden als de raad op deze verzoeken dient te beslissen.
Artikel 19 lid 1 WRO is op 1 juli 2008 gewijzigd in artikel 3.10 Wro, en per 1 oktober 2010 opgegaan in de Wabo. De bevoegdheid met betrekking tot wijzigingen in bestemmingsplannen is in de Wabo van de raad naar het college verschoven; er is geen delegatie meer nodig. Er zijn nog een aantal verzoeken op basis van de oude Wet op de Ruimtelijke Ordening (WRO) die nog vergund moeten worden. Volgens artikel 19, lid 1 WRO (de zgn. zelfstandige projectprocedure) is de raad bevoegd ten aanzien van het verlenen van de vrijstelling. Tevens is bepaald dat de raad de bevoegdheid
omtrent het verlenen van vrijstelling kan delegeren aan burgemeester en wethouders. Voor het projectbesluit geldt hetzelfde. Voor de nog lopende procedures wordt de delegatie, zoals in dit besluit is opgenomen, onveranderd gelaten. Onder de Wabo is de Raad niet meer bevoegd maar het college. De Raad wordt wel gevraagd een Verklaring van geen bedenkingen te geven voor de grotere afwijkingen van het bestemmingsplan. De raad kan een lijst vaststellen in welke gevallen een dergelijke verklaring niet nodig is. Dit valt niet meer onder delegatie maar wordt apart aan de Raad voorgelegd voor besluitvorming.
Indien de raad in een bestemmingsplan heeft bepaald dat het college bevoegd is om binnen de aangegeven kaders te wijzigen, dan is het ook wenselijk om binnen deze kaders ook de besluiten te kunnen nemen over het exploitatieplan. Daarnaast is in december 2011 is de Crisis en herstelwet gewijzigd. In de Crisis en herstelwet is de mogelijkheid opgenomen dat de raad de bevoegdheid om een projectuitvoeringsbesluit vast te stellen, kan delegeren aan het college.
Het betreft hier situaties die veelal zo duidelijk in strijd zijn met de bestemmingsplannen en provinciale kaders, dat vrijwel direct duidelijk is dat deze verzoeken om vrijstelling/ projectbesluit geweigerd moeten worden. Ook in dit geval gaat het nog om een aantal lopende procedures. In de WABO is deze bevoegdheid direct aan het college toegekend en is onder de WABO geen delegatie meer nodig.