Organisatie | Gilze en Rijen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing 2018 |
Citeertitel | Verordening afvalstoffenheffing 2018 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2018.
De "Verordening afvalstoffenheffing 2017", vastgesteld bij raadsbesluit d.d. 19 december 2016, wordt ingetrokken met ingang van 1 januari 2018. Zij blijft van toepassing op de belastbare feiten die zich vóór die datum hebben voorgedaan.
Wet milieubeheer, artikel 15.33
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
30-12-2017 | 01-09-2018 | nieuwe regeling | 18-12-2017 | Nr. 233617 |
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
gesorteerd herbruikbaar afval: papier, elektrisch en elektronisch afval, oud ijzer, plastic verpakkingen, motorolie, klein gevaarlijk afval, frituurolie, kadavers, asbest, snoeihout, personenautobanden, dakbitumen, dakgrind, grond, hout – schoon en geïmpregneerd, glas, vlakglas, piepschuim, luiers en puin, hard plastic en pvc.
Artikel 2 Aard van de belasting en belastbaar feit
De afvalstoffenheffing als bedoeld in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel wordt naar afzonderlijke grondslagen geheven ter zake van het gebruik van een perceel ten aanzien waarvan krachtens de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
Artikel 4 Maatstaf van heffing en belastingtarief
Voor de berekening van de belasting bedoeld in hoofdstuk 1, onderdeel 1.2, van de tarieventabel wordt uitgegaan van het aantal malen dat een minicontainer, onderverdeeld naar de verschillende volumes ter lediging wordt aangeboden en daarbij door de op het inzamelvoertuig aangebrachte registratieapparatuur wordt geregistreerd.
De belasting wordt geheven bij wege van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving. Deze kan worden gesteld op de afrekening van de Brabant Water NV. Als dagtekening van de kennisgeving geldt in dat geval de dagtekening van de afrekening. Als kennisgeving van voorlopig gevorderde bedragen wordt aangemerkt de voorschotnota of de kennisgeving op andere wijze van betaling van voorschotbedragen.
Artikel 7 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
Indien het belastingtijdvak het kalenderjaar is en de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt, is de belasting bedoeld in hoofdstuk 1, onderdelen 1.1 en 1.3, van de tarieventabel voor dat tijdvak verschuldigd voor zoveel maanden als er in dat tijdvak, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Indien het belastingtijdvak het kalenderjaar is en de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing van de voor dat tijdvak verschuldigde belasting bedoeld in hoofdstuk 1, onderdelen 1.1 en 1.3, van de tarieventabel voor zoveel maanden als er in dat tijdvak, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Artikel 8 Termijnen van betaling
In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet moet het voorlopig gevorderde bedrag alsmede het definitief gevorderde bedrag worden betaald tegelijk met en op dezelfde wijze als die waarop het voorschotbedrag onderscheidenlijk het definitieve bedrag van de afrekening van Brabant Water NV moet worden betaald, indien het belastingtijdvak de verbruiksperiode is.
In andere gevallen dan bedoeld in het eerste lid moet het voorlopig gevorderde bedrag alsmede het definitief gevorderde bedrag, in afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet, worden betaald op het moment van het uitreiken van de kennisgeving, dan wel ingeval van toezending daarvan, uiterlijk op de laatste dag van de tweede maand volgend op de maand die in de dagtekening van de kennisgeving is vermeld.
Kwijtschelding wordt verleend tot maximaal 12 maal het maandelijkse bedrag zoals vermeld in artikel 1.1 van de tarieventabel, vermeerderd met 10 maal het in artikel 1.2.1 van de tarieventabel genoemde bedrag en 16 maal het in artikel 1.2.4 van de tarieventabel genoemde bedrag.
Artikel 10 Nadere regels door het college
Het college kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de afvalstoffenheffing.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 18 december 2017.
DE RAAD VOORNOEMD,
de griffier, de voorzitter,
mr. J.W. Timmermans dr. A.J.W. Boelhouwer
BIJLAGE Tarieventabel behorende bij de Verordening afvalstoffenheffing 2018
Hoofdstuk 1 Maatstaven en tarieven afvalstoffenheffing
1.2.1 een minicontainer bestemd voor groente-, fruit en tuinafval
met een inhoud van 140 liter € 0,88
1.2.2 een minicontainer bestemd voor groente-, fruit en tuinafval
met een inhoud van 240 liter € 1,50
1.2.3 een minicontainer bestemd voor overige huishoudelijke afvalstoffen
met een inhoud van 140 liter € 5,69
1.2.4 een minicontainer bestemd voor overige huishoudelijke afvalstoffen
met een inhoud van 240 liter € 9,75
1.3 Onverminderd het bepaalde in artikel 1.1 bedraagt de belasting
voor het gebruik van een verzamelcontainer of een citybin per perceel per
maand van het belastingtijdvak € 6,85
Hoofdstuk 2 Maatstaven en overige tarieven afvalstoffenheffing
2.1 De belasting bedraagt voor het op aanvraag omwisselen van één mini-
2.2 In afwijking van het bepaalde in artikel 2.1 is de eerste wisseling per fractie
2.3 Per adres wordt 1 milieupas verstrekt. De milieupas is aan het adres gebonden.
2.3.1 Bij verhuizing binnen of van buiten de gemeente wordt een nieuwe milieupas
verstrekt op het nieuwe adres, met een waarde van € 25,00
2.3.2 Bij vermissing van de milieupas, kan een nieuwe pas worden aangeschaft. De kosten hiervan bedragen € 10,00
2.4 In het aangeboden afval wordt een onderscheid tussen gesorteerd
herbruikbaar afval, restafval en grof afval.
2.4.1 Gesorteerd herbruikbaar afval kan gratis op de milieustraat worden
2.4.2 Bij gesorteerd herbruikbaar afval geldt bij personenautobanden een
Maximum van vier per jaar en bij puin geldt een maximum van 1m3 per jaar.
De belasting voor het meerdere bedraagt per autoband en per ¼ m3 € 6,25
2.4.3 De belasting voor het achterlaten van restafval op de milieustraat bedraagt
2.4.4 De belasting voor het aan huis laten ophalen van grof afval, waarbij maximaal
1m3 mag worden aangeboden, bedraagt € 50,00
Deze tarieventabel behoort bij de Verordening afvalstoffenheffing 2018,
vastgesteld bij raadsbesluit d.d. 18 december 2017.