2.3.9 | Uitweg/inrit | | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2.1.5.5 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief: | € | 39,40 |
| | | | | | | |
| |
2.3.10 | Kappen | | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of de vigerende bomenverordening van de gemeente Landgraaf een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief: | € | 25,85 |
| | | | | | | |
| |
| | | |
2.3.11 | Opslag van roerende zaken | | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de provincie of de gemeente, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 4.3.1 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief: | | |
2.3.11.1 | indien de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder j, van de Wabo: | € | 39,40 |
| |
2.3.11.2 | indien de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken worden opgeslagen, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder k, van de Wabo: | € | 39,40 |
| | | |
| |
| | | |
2.3.12 | Projecten of handelingen in het kader van de Wet natuurbescherming (bescherming van een Natura 2000-gebied). | | |
2.3.12.1 | Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder a, van het Besluit omgevingsrecht (Natura 200-activiteit) bedraagt het tarief: | € | 587,30 |
| | | |
| | | |
| | | |
| | | |
| | | |
| | | |
| | | |
| | | |
| | | |
| | | |
| | | |
| | | |
| | | |
| | | |
| | | |
2.3.13 | Handelingen in het kader van de Wet natuurbescherming (bescherming van soorten). | | |
2.3.13.1 | Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in art. 2.2aa, aanhef en onder b, van het Besluit omgevingsrecht (flora en fauna-activiteit) bedraagt het tarief | € | 587,30 |
2.3.13.2 | Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in of in de nabijheid van een Natura 2000 gebied als bedoeld in artikel 19d, lid 1 van de Natuurbeschermingswet 1998 dan wel artikel 2.7, lid 2 van de Wet natuurbescherming, waarvoor Gedeputeerde Staten van de Provincie Limburg een verklaring van geen bedenkingen dient te geven of te weigeren ingevolge artikel 2.27, lid 1 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, geldt het tarief zoals opgenomen in paragraaf 2.6 van de vigerende Tarieventabel behorende bij de vigerende Legesverordening van de Provincie Limburg. | | |
| Dit tarief bedraagt: | | |
| a. Landbouw en overige | € | 2.491,80 |
| b. Industrie | € | 12.377,90 |
| c. Infrastructuur | € | 18.559,25 |
| Voor zover deze tarieven door Provinciale Staten van de Provincie Limburg zijn gewijzigd zijn de vigerende tarieven van kracht. | | |
2.3.13.3 | Restitutiebepaling: | | |
2.3.13.3.1 | Bij weigeren omgevingsvergunning | | |
| Indien een omgevingsvergunning, die voorziet in projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in of in de nabijheid van een Natura 2000-gebied, door de Gemeente wordt geweigerd, als gevolg van het weigeren van een verklaring van geen bedenkingen met betrekking tot dit onderdeel door Gedeputeerde Staten van de Provincie Limburg, vindt restitutie door de Gemeente aan de aanvrager plaats van 75% van de geheven leges van de aanvrager. | | |
2.3.13.3.2 | Restitutie bij intrekking aanvraag Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning, die voorziet in projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in of in de nabijheid van een Natura 2000-gebied, door de aanvrager wordt ingetrokken alvorens daarop door de Gemeente is beschikt, vindt restitutie door de Gemeente aan de aanvrager als volgt plaats: | | 50% |
| indien het verzoek tot intrekking is gedaan binnen zes maanden na datum van ontvangst van de aanvraag bij de Gemeente, vindt restitutie door de Gemeente aan de aanvrager plaats van van de geheven leges van de aanvrager. indien het verzoek tot intrekking is gedaan zes maanden na datum van ontvangst van de aanvraag bij de Gemeente, vindt restitutie plaats door de Gemeente aan de aanvrager van van de geheven leges van de aanvrager. | | 25% |
2.3.13.4 | Leges worden niet geheven voor: | | |
| het in behandeling nemen van een aanvraag tot verlening van een omgevingsvergunning in het kader van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats of soorten in of nabij een Natura 2000-gebied betrekking hebbende op evenementen en het beheer van een Natura 2000-gebied. | | |
| | | |
2.3.14 | Andere activiteiten | | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling: | | |
2.3.14.1 | behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief: | € | 39,40 |
| | | |
| |
2.3.14.2 | behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief: | | |
2.3.14.2.1 | als het een gemeentelijke verordening betreft | € | 39,40 |
2.3.14.2.2 | als het een provinciale of waterschapsverordening betreft | € | 39,40 |
| | | |
2.3.15 | Omgevingsvergunning in twee fasen | | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief: | | |
2.3.15.1 | voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft; | | |
2.3.15.2 | voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft. | | |
| | | |
2.3.16 | Beoordeling bodemrapport: | | |
| Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld: | | |
2.3.16.1 | voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport | € | 40,15 |
2.3.16.2 | voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport | € | 40,15 |
| | | |
2.3.17 | Advies: | | |
2.3.17.1 | Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. | | |
2.3.17.2 | Indien een begroting als bedoeld in 2.3.17.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. | | |
| | | |
2.3.18 | Verklaring van geen bedenkingen: | | |
2.3.18.1 | Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo: | | |
2.3.18.1.1 | indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: | € | 587,30 |
| |
2.3.18.1.2 | indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: | € | 587,30 |
| |
| | |
Hoofdstuk 4 Vermindering | | |
2.4.1 | Vervallen | | |
2.4.2 | Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op meer dan vijf activiteiten, bestaat aanspraak op vermindering van leges, met uitzondering van het legesdeel in verband met adviezen of verklaringen van geen bedenkingen als bedoeld in de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18. De vermindering bedraagt: | | |
2.4.2.1 | bij 5 tot 10 activiteiten: | | 25% |
| van de voor die activiteiten verschuldigde leges; | | |
2.4.2.2 | bij 10 tot 15 activiteiten: | | 30% |
| van de voor die activiteiten verschuldigde leges; | | |
2.4.2.3 | bij 15 of meer activiteiten: | | 35% |
| van de voor die activiteiten verschuldigde leges. | | |
| | |
Hoofdstuk 5 Teruggaaf | | |
2.5.1 | Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw -, aanleg- of sloopactiviteiten | | |
| Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw -, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: | | |
2.5.1.1. | Indien de gevraagde omgevingsvergunning wegens onvolledigheid niet verder wordt behandeld | | 80% |
2.5.1.2. | indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 8 weken na het in behandeling nemen ervan | 80% |
| van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges; | |
2.5.1.3 | indien de aanvraag wordt ingetrokken na 8 weken na het in behandeling nemen ervan | | 50% |
| van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges; | |
| | | |
| Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw -, aanleg- of sloopactiviteiten: | | |
2.5.2. | Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw -, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 18 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt: | | 25% |
| van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. | |
2.5.3. | Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen | | |
| van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18 wordt geen teruggaaf verleend. | | |
| | |
Hoofdstuk 6 Vervallen | | |
| | | |
Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project | |
2.7.1 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project: | € | 163,85 |
| |
| |
2.7.2 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, omvangrijke wijziging in het project: | € | 587,30 |
| |
| |
| | |
Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten | | |
2.8.1 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening | € | 3.593,85 |
| |
| |
2.8.2 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening | € | 3.593,85€ |
| |
| |
| | |
Hoofdstuk 9 Sloopmelding (Vervallen) | | |
| | |
Hoofdstuk 10 In deze titel niet benoemde beschikking | | |
2.10 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking: | € | 39,40 |
| |
| | | | | | |