Organisatie | Kapelle |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening Wet inburgering |
Citeertitel | Verordening Wet inburgering gemeente Kapelle |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Geen
Wet inburgering, art. 8
Wet inburgering, art. 19, lid 5
Wet inburgering, art. 23, lid 3
Wet inburgering, art. 35
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
27-03-2007 | Onbekend | 13-03-2007 de Scheldepost | 2007/13 |
Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen en informatieverstrekking
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Kapelle;
2.De begripsomschrijvingen in de wet en de daarop berustende regelingen zijn van
toepassing op de begrippen die in deze verordening worden gebruikt.
Artikel 2 De informatieverstrekking aan inburgeringsplichtigen
1.Het college draagt er zorg voor dat de inburgeringsplichtigen op een doeltreffende
en doelmatige wijze worden geïnformeerd over hun rechten en plichten uit hoofde
van de wet en over het aanbod van en de toegang tot inburgeringsvoorzieningen.
2.Het college maakt bij de informatieverstrekking aan de inburgeringsplichtigen in
ieder geval gebruik van de volgende middelen:
a.schriftelijke voorlichting aan inburgeringsplichtigen en potentiële
inburgeringsplichtigen, in ieder geval aan degenen met een gemeentelijke
daarvoor aangestelde consulent van de gemeente Kapelle.
3.Het college beoordeelt één keer per jaar de doeltreffendheid en doelmatigheid
van de informatieverstrekking aan de inburgeringsplichtigen en rapporteert
Hoofdstuk 2 Doelgroepen en samenstelling van de inburgeringsvoorziening
Artikel 3 Aanwijzen van de doelgroepen
Het college wijst de groepen inburgeringsplichtigen aan waaraan hij bij voorrang een inburgeringsvoorziening kan aanbieden.
Naast de groepen personen voor wie de gemeente verplicht is een aanbod te doen, hebben met name de volgende groepen prioriteit:
Artikel 5 De inning van de eigen bijdrage
De eigen bijdrage, bedoeld in artikel 23, tweede lid, van de wet wordt in ten hoogste 18 maanden betaald bij inburgeringsplichtigen met een gemeentelijke uitkering. Bij overige inburgeringsplichtigen wordt de eigen bijdrage in één keer betaald, tenzij dit niet mogelijk is, dan wordt in dat geval ook 18 maanden toegepast.
Artikel 6 Opleggen van verplichtingen
Het college kan een inburgeringsplichtige bij beschikking een of meer van de volgende verplichtingen opleggen:
door het college wordt bepaald;
e.het melden indien door ziekte dan wel door andere relevante omstandigheden
niet aan de verplichtingen in de beschikking kan worden voldaan;
f.het deelnemen aan een herexamen op een tijdstip dat door het college wordt
g.meewerken aan specifieke onderzoeken die noodzakelijk zijn voor het kunnen
Hoofdstuk 3 Het aanbod van een inburgeringsvoorziening
Artikel 7 De procedure van het doen van een aanbod
Het college doet het aanbod, bedoeld in artikel 19, eerste of tweede lid, van de wet schriftelijk. Het aanbod wordt gezonden naar het adres waar de inburgeringsplichtige in de gemeentelijke basisadministratie is ingeschreven.
Hoofdstuk 4 De bestuurlijke boete
Artikel 9 De hoogte van de bestuurlijke boetes voor de verschillende overtredingen
De bestuurlijke boete bedraagt ten hoogste € 200,-- indien de inburgeringsplichtige geen of onvoldoende medewerking verleent aan de uitvoering van de voor hem vastgestelde inburgeringsvoorziening, bedoeld in artikel 23, eerste lid, van de wet of aan de verplichtingen, bedoeld in artikel 6 van deze verordening.
Artikel 10 Verhoging van de bestuurlijke boete bij herhaling van de overtreding
De bestuurlijke boete voor overtredingen, bedoeld in artikel 9, tweede en derde lid, bedraagt ten hoogste € 500,-- indien de inburgeringsplichtige zich binnen twaalf maanden na de vorige als verwijtbaar aangemerkte overtreding opnieuw schuldig maakt aan dezelfde overtreding. De bestuurlijke boete bedraagt ten hoogste € 1.000,-- indien de inburgeringsplichtige niet binnen de door het college op grond van artikel 32 of 33 van de wet vastgestelde termijn het inburgeringsexamen heeft gehaald.