Organisatie | Boekel |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN RIOOLHEFFING 2018 (VERORDENING RIOOLHEFFING 2018) |
Citeertitel | Verordening rioolheffing 2018 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
22-12-2017 | 31-12-2018 | nieuwe regeling | 14-12-2017 Weekblad Boekel & Venhorst | AB/022400 Z/035299 |
De raad vansss de gemeente Boekel;
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 7 november 2017;
gelet op artikel 228a van de Gemeentewet;
Vast te stellen de volgende verordening:
VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN RIOOLHEFFING 2018 (VERORDENING RIOOLHEFFING 2018)
Artikel 2 Aard van de belasting
Onder de naam rioolheffing wordt een directe belasting geheven ter bestrijding van de kosten die voor de gemeente verbonden zijn aan:
gevolgen van de grondwaterstand voor de aan de grond gegeven bestemming zoveel mogelijk te voorkomen of te beperken.
Artikel 4 Zelfstandige gedeelten
Indien gedeelten van een in artikel 3 bedoeld perceel blijkens hun indeling bestemd zijn om als afzonderlijk geheel te worden gebruikt, wordt de belasting geheven ter zake van elk als zodanig bestemd gedeelte, met dien verstande dat indien twee of meer van die gedeelten tezamen als één geheel worden gebruikt, deze als één perceel worden aangemerkt.
Artikel 5 Maatstaf van heffing
Het aantal kubieke meters water wordt gesteld op het aantal kubieke meters leidingwater, grondwater en oppervlaktewater dat in de laatste aan het begin van het belastingjaar voorafgaande verbruiksperiode naar het perceel is toegevoerd of opgepompt. Ingeval de verbruiksperiode niet gelijk is aan een periode van twaalf maanden, wordt de hoeveelheid water door herleiding naar tijdsgelang bepaald. Bij die herleiding wordt een gedeelte van een kalendermaand voor een volle maand gerekend.
De eerste volzin is niet van toepassing indien vaststelling van de hoeveelheid opgepompt water geschiedt op grond van enige andere wettelijke bepaling.
Voor zover de gegevens als bedoeld in het tweede, derde en vierde lid van dit artikel niet bekend zijn, wordt het de hoeveelheid afgevoerd water door de in artikel 232, vierde lid, onderdeel a van de Gemeentewet bedoelde ambtenaar vastgesteld op basis van het waterverbruik van vergelijkbare huishoudens en bedrijven.
In afwijking van het tweede lid wordt de hoeveelheid afgevoerd water van een perceel in de categorie horeca gesteld op 70% van het aantal kubieke meters leidingwater en grondwater dat in de laatste aan het begin van het belastingjaar voorafgaande verbruiksperiode naar het perceel is toegevoerd of opgepompt.
In afwijking van het tweede lid wordt de hoeveelheid afgevoerd water van een perceel in de categorie horeca/sport gesteld op 85% van het aantal kubieke meters leidingwater en grondwater dat in de laatste aan het begin van het belastingjaar voorafgaande verbruiksperiode naar het perceel is toegevoerd of opgepompt.
afvalwater. Het huishoudelijk afvalwater wordt berekend op basis van 50 m3 per jaar per persoon woonachtig op het perceel. Voor de bepaling van het aantal personen wordt uitgegaan van de situatie op 1 januari van het betreffende belastingjaar.
9.In afwijking van het achtste lid wordt de hoeveelheid afgevoerd water van een perceel in de categorie melkveehouderij vermeerderd met het bedrijfsafvalwater van de melkinstallatie. Het bedrijfsafvalwater van de melkinstallatie wordt berekend op basis van 3,50 m3 per jaar per melkkoe.
Het tarief bedraagt bij een hoeveelheid afgevoerd water, afgerond op hele m³: De hoeveelheid afgevoerd water wordt met uitzondering van de grote lozers bepaald op basis van het waterverbruik. Deze gegevens worden aangeleverd door Brabant Water
van 51 m³ tot en met 150 m³ € 167,48
van 151 m³ tot en met 250 m³ € 198,94
van 251 m³ tot en met 500 m³ € 231,42
Indien per verbruiksperiode meer dan 500 m³ water wordt afgevoerd, is daarboven een tarief verschuldigd voor elke volle eenheid van 1 m³ afgevoerd water. Het tarief bedraagt per volle eenheid van 1 m³ afgevoerd water:
van 501 m³ tot en met 5.000 m3€ 1,03
van 5.001 m³ tot en met 10.000 m³ € 0,74
van 10.001 m3 tot en met 25.000 m3 € 0,48
Artikel 10 Termijnen van betaling
In afwijking van het eerste en tweede lid moeten, indien een machtiging voor automatische incasso is afgegeven, en zolang de verschuldigde bedragen via automatische incasso kunnen worden afgeschreven, de aanslag(en) en bestuurlijke boete(s) worden betaald in tien gelijke maandelijkse termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op die van de dagtekening van het aanslagbiljet en de volgende termijn telkens een maand later.
Artikel 11 Nadere regels door het Dagelijks Bestuur
Het Dagelijks Bestuur van de Belastingsamenwerking Oost-Brabant kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de rioolheffing.
Artikel 12 Inwerkingtreding en citeertitel
De “Verordening op de heffing en invordering van rioolheffing 2017” vastgesteld bij raadsbesluit van 15 december 2016, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Aldus besloten in de openbare vergadering van
de raad van de gemeente Boekel, gehouden op 14 december 2017.