Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Aalburg

Gemeentelijke inkoopvoorwaarden bij IT (GIBIT)

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieAalburg
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingGemeentelijke inkoopvoorwaarden bij IT (GIBIT)
CiteertitelGemeentelijke inkoopvoorwaarden bij IT (GIBIT)
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

21-12-2017Nieuwe regeling

07-11-2017

Het Kontakt van 20 december 2017

Geen

Tekst van de regeling

Intitulé

Gemeentelijke inkoopvoorwaarden bij IT (GIBIT)

 

 

Hoofdstuk I Algemeen deel

Artikel 1 Begrippen

In deze Gemeentelijke Inkoopvoorwaarden bij IT (GIBIT) worden de navolgen- de begrippen met een (begin)hoofdletter gebruikt:

 

1.1 Acceptatie: De formele goedkeuring van (onderdelen van) de ICT Prestatie, afzonderlijk en in samenhang met elkaar, door middel van een succesvol uitgevoerde (integrale) Acceptatieprocedure.

1.2 Acceptatieprocedure: De testprocedure waarmee kan worden aangetoond dat de ICT Prestatie geen Gebrek(en) bevat.

1.3 Applicatielandschap: het geheel van interne en externe systemen, software, databanken, koppelingen, apparatuur, ICT-infrastructuur en hulpmiddelen die voor de Opdrachtgever de geautomatiseerde informatievoorziening vormt waarbinnen de ICT Prestatie ingepast wordt.

1.4 Beschikbaarheid: de mate waarin de ICT Prestatie daadwerkelijk beschikbaar is voor Opdrachtgever en gebruikt kan worden.

1.5 Conversie: Het converteren en migreren van gegevensbestanden van Opdrachtgever van het oude systeem naar de nieuwe ICT Prestatie, zonder daarbij de volledigheid, de integriteit en de metadata van de gegevens aan te tasten.

1.6 Correctief Onderhoud: het opsporen en herstellen door Leverancier van Gebreken die Opdrachtgever hem heeft gemeld of die Leverancier anderszins bekend zijn geworden.

1.7 Derdenprogrammatuur: Programmatuur waarvan (a) de intellectuele eigendomsrechten geheel niet bij Leverancier en/of een aan Leverancier gelieerde vennootschap rusten en (b) waarbij Leverancier niet in staat is bepaalde ontwikkelingen aan / wijzigingen in die programma- tuur af te dwingen.

1.8 Functiehersteltijd: de periode gelegen tussen het moment waarop een Gebrek bij Leverancier wordt gemeld en het moment waarop dit is verholpen.

1.9 Gebrek: Een storing of het niet of niet volledig voldoen van de ICT Prestatie aan het Overeengekomen gebruik.

1.10 Gebruiksrecht: het recht op grond waarvan Opdrachtgever bevoegd is tot het gebruik van de ICT Prestatie.

1.11 Gemeentelijke ICT-kwaliteitsnormen: de door Kwaliteitsinstituut Nederlandse Gemeenten (KING) en Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) op www.gibit.nl gepubliceerde en van tijd tot tijd bijgewerkte normen en standaarden voor ICT-producten en diensten.

1.12 GIBIT: de onderhavige Gemeentelijke inkoopvoorwaarden bij IT, zoals vastgesteld door de VNG d.d. 8 december 2016.

1.13 Hosting: het door Leverancier door middel van technieken voor communicatie op afstand aan Opdrachtgever ter beschikking stellen van de ICT Prestatie.

1.14 ICT Prestatie: alle door Leverancier op grond van de Overeenkomst te leveren goederen (waaronder begrepen Gebruiksrechten) en diensten.

1.15 Implementatie: Het geheel van handelingen en activiteiten dat nodig is om alle onderdelen van de ICT Prestatie, afzonderlijk en in onderlinge samenhang, in gebruik te kunnen nemen in de organisatie van Opdrachtgever, zodanig dat alle gebruikers van Opdrachtgever ermee kunnen werken overeenkomstig het Overeengekomen gebruik. Tot de Implementatie behoort tevens de Conversie, het realiseren van de voor het Overeengekomen gebruik noodzakelijke Koppelingen en het uitvoeren van de Acceptatieprocedure.

1.16 Implementatieplan: Het plan van aanpak voor de Implementatie, waarin een concrete uitwerking is opgenomen van de door de betrokken partijen in dit kader te verrichten activiteiten, de te implementeren en/ of te ontwikkelen ICT Prestatie, de verantwoordelijkheden van Leverancier en Opdrachtgever en de tijdsplanning.

1.17 Innovatief Onderhoud: het beschikbaar stellen door Leverancier aan Opdrachtgever van Updates en/of Upgrades van de ICT Prestatie.

1.18 Interoperabiliteitseisen: de in de Overeenkomst opgenomen eisen die aan de ICT Prestatie worden gesteld om gegevens uit te kunnen wisselen met of anderszins samen te kunnen werken met andere onderdelen van het Applicatielandschap.

1.19 Koppeling: de systematiek voor uitwisseling van gegevens tussen enerzijds de ICT Prestatie en anderzijds (onderdelen van) het Applicatielandschap.

1.20 Leverancier: de partij waarmee Opdrachtgever een Overeenkomst gesloten heeft.

1.21 Onderhoud: het geheel van Correctief Onderhoud, Preventief Onder- houd, Innovatief Onderhoud en gebruikersondersteuning, een en ander zoals nader uitgewerkt in de GIBIT, de Overeenkomst en de SLA.

1.22 Opdrachtgever: de partij ten behoeve waarvan de Overeenkomst wordt gesloten.

1.23 Overeengekomen gebruik: het door Opdrachtgever beoogde gebruik van de ICT Prestatie zoals dat ten tijde van het sluiten van de Overeenkomst voor Leverancier (al dan niet op basis van de offerteaanvraag of andere aan de Overeenkomst voorafgaande documenten) bekend was of op grond van artikel 3 voor Leverancier bekend behoorde te zijn, een en ander voor zover dat gebruik in de Overeenkomst niet uitdrukkelijk is uitgesloten of beperkt.

1.24 Overeenkomst: de afspraken tussen Opdrachtgever en Leverancier met betrekking tot de levering van de ICT Prestatie, waarvan de GIBIT onderdeel uitmaakt. Overeenkomsten die worden gesloten onder een mantel- of raamovereenkomst worden voor deze voorwaarden steeds als afzonderlijke Overeenkomst beschouwd.

1.25 Personeel: de door partijen bij de uitvoering van de Overeenkomst in te schakelen personeelsleden en/of hulppersonen.

1.26 Preventief Onderhoud: het treffen van maatregelen door Leverancier ter voorkoming van Gebreken en andere technische problemen en andere daarmee verband houdende vormen van dienstverlening.

1.27 Programmatuur: het geheel van de door Leverancier te leveren programmatuur (software).

1.28 Reactietijd: de tijd waarbinnen Leverancier op een melding door Op- drachtgever van een Gebrek en andere verzoeken van Opdrachtgever om dienstverlening, adequaat moet reageren.

1.29 Service levels: ten aanzien van Onderhoud en andere overeengekomen vormen van dienstverlening in de Overeenkomst opgenomen eisen en prestatienormen zoals Reactie- en Functiehersteltijden.

1.30 Update(s): een opvolgende versie van de ICT Prestatie waarin Gebreken zijn hersteld en/of de werking van de ICT Prestatie anderszins is verbeterd.

1.31 Upgrade(s): een opvolgende versie van de ICT Prestatie met in overwegende mate nieuwe of gewijzigde functionaliteiten, al dan niet onder een andere naam uitgebracht.

1.32 Vergoeding: de in totaal voor de ICT Prestatie overeengekomen prijs, te berekenen op basis van de initieel beoogde looptijd van de Overeenkomst en inclusief de initiële begroting van de werkzaamheden waarvoor geen vaste prijs is overeengekomen (alles ex. BTW).

Artikel 2 Toepasselijkheid

  • 2.1.

    De GIBIT is van toepassing op en maakt deel uit van alle aanvragen, offertes, aanbiedingen, opdrachtbevestigingen, bestellingen, overeenkomsten en alle andere rechtshandelingen tussen Opdrachtgever en Leverancier die betrekking hebben op de in de Overeenkomst gespecificeerde en daarmee samenhangende ICT Prestatie.

  • 2.2

    De GIBIT bestaat uit drie hoofdstukken:

    • i)

      hoofdstuk I (dat altijd van toepassing is); en

    • ii)

      hoofdstuk II inzake privacy, beveiliging en archiefbeheer (dat van toepassing is indien met de ICT Prestatie gegevens van Opdrachtgever worden verwerkt); en

    • iii)

      hoofdstuk III inzake Hosting (dat van toepassing is bij het verlenen van Hosting).

  • 2.3

    De toepasselijkheid van enige algemene of specifieke voorwaarden of bedingen van Leverancier, onder welke benaming ook, wordt uitdrukkelijk van de hand gewezen.

  • 2.4.

    Mocht enige bepaling van de GIBIT nietig zijn of vernietigd worden,of mocht enige bepaling van de GIBIT naar het oordeel van de rechter niet van toepassing of ongeldig zijn, dan zal slechts de betreffende bepaling als niet geschreven worden beschouwd, maar zullen de GIBIT voor het overige volledig van kracht blijven. Partijen zullen in overleg treden om de betreffende niet toepasselijke of ongeldige bepaling te vervangen door een nieuwe bepaling, waarbij zoveel mogelijk het doel en de strekking van de eerdere bepaling in acht zal worden genomen.

  • 2.5

    In geval van strijdigheid tussen het bepaalde in de GIBIT en het bepaalde in de Overeenkomst prevaleert het bepaalde in de Overeenkomst boven het bepaalde in de GIBIT.

  • 2.6.

    Wijzigingen van en aanvullingen op de GIBIT gelden slechts indien deze schriftelijk tussen partijen zijn overeengekomen. De wijziging en/of aanvulling geldt slechts voor de in artikel 2.1 bedoelde Overeenkomst.

Artikel 3 Totstandkoming overeenkomst

  • 3.1

    Een aanvraag voor een offerte of een andere uitnodiging tot het doen van een aanbod bindt Opdrachtgever niet. Offertes zijn kosteloos en hebben een geldigheidsduur van minimaal 90 dagen.

  • 3.2

    Alvorens een aanbod aan Opdrachtgever te doen heeft Leverancier zich in voldoende mate op de hoogte gesteld van:

    • i)

      de doelstellingen, in verband waarmee Opdrachtgever de Overeen- komst wil aangaan;

    • ii)

      de organisatie en het Applicatielandschap van Opdrachtgever, voor zover van belang voor de Overeenkomst.

  • 3.3.

    Indien en voor zover Leverancier beschikt over onvoldoende informatie om aan de in het vorige lid bedoelde verplichting te voldoen, dient zij hieromtrent navraag te doen bij Opdrachtgever. Opdrachtgever zal alle in redelijkheid verlangde informatie aan Leverancier verstrekken (tenzij deze vertrouwelijk van aard is en in redelijkheid ook niet onder een geheimhoudingsovereenkomst verstrekt kan worden).

  • 3.4

    Leverancier houdt bij het doen van een aanbod tot het verrichten van de ICT Prestatie rekening met de in de vorige twee leden bedoelde informatie.

  • 3.5

    Leverancier dient, tenzij anders overeengekomen en onverminderd het bepaalde in artikel 4.2, voorafgaand aan de totstandkoming van de Overeenkomst een risicoanalyse uit te voeren met betrekking tot de door Opdrachtgever beoogde ICT Prestatie. Deze risicoanalyse is met name gebaseerd op de in de leden 2 en 3 bedoelde informatie. Leverancier dient de eventueel gesignaleerde risico’s en de in dat kader benodigde beheersmaatregelen te adresseren in het aanbod aan Opdrachtgever.

  • 3.6.

    In geval van een aanbesteding in de zin van de Aanbestedingswet worden de in de leden 2 t/m 5 bedoelde verplichtingen begrensd door de inhoud, aard en omvang van de in de aanbestedingsdocumenten verstrekte informatie.

  • 3.7

    Indien de ICT Prestatie (deels) de levering van Derdenprogrammatuur behelst, of van Derdenprogrammatuur afhankelijk is, geldt tevens het bepaalde in artikel 19.

  • 3.8

    Een overeenkomst komt eerst tot stand nadat hetzij (1) Opdrachtgever een schriftelijk aanbod van Leverancier schriftelijk heeft aanvaard, (2) partijen een schriftelijk opgemaakte overeenkomst hebben ondertekend of (3) Leverancier uitvoering geeft aan een schriftelijke opdracht van Opdrachtgever.

Artikel 4 Uitvoering van de overeenkomst

  • 4.1

    Overeengekomen termijnen voor levering en/of andere prestaties gelden als vast en fataal, tenzij schriftelijk anders overeengekomen. Indien niet binnen de overeengekomen termijnen is gepresteerd, is Leverancier zonder nadere ingebrekestelling in verzuim, tenzij Leverancier bewijst dat het niet halen van de termijnen niet aan Leverancier is toe te rekenen.

  • 4.2.

    De in artikel 3.5 bedoelde risicoanalyse kan ook – behoudens bij een aanbesteding als bedoeld in artikel 3.6 – eerst na totstandkoming van de Overeenkomst, doch voorafgaand aan de Implementatie, worden uitgevoerd. Indien het voorstel van Leverancier over de wijze waarop met gesignaleerde risico’s wordt omgegaan voor Opdrachtgever niet aanvaardbaar is, is Opdrachtgever gerechtigd de Overeenkomst per direct te ontbinden, zonder schadeplichtig te zijn, doch tegen vergoeding van de tot dan toe door Leverancier gemaakte kosten (waaronder de kosten voor het uitvoeren van de risicoanalyse).

  • 4.3

    Voor zover uit de Overeenkomst voortvloeit dat Leverancier het transport van de bij de ICT Prestatie behorende zaken verzorgt, rust het risico van beschadiging of verlies gedurende het transport bij Leverancier.

  • 4.4.

    Opdrachtgever zal zijn verplichtingen uit de Overeenkomst en de daarmee samenhangende nadere overeenkomsten (Implementatieplan, SLA, etc.) nakomen en steeds de vereiste medewerking verlenen.

Artikel 5 Implementatie ICT Prestatie

  • 5.1

    Tenzij in de Overeenkomst uitdrukkelijk anders is bepaald, of de ICT Prestatie naar zijn aard niet geïmplementeerd kan worden, zal Leverancier zorgdragen voor de Implementatie van de ICT Prestatie in de organisatie van Opdrachtgever, overeenkomstig het (voor zover van toepassing) hieromtrent bepaalde in de Overeenkomst en het Implementatieplan.

  • 5.2

    Indien er ten tijde van ondertekening van de Overeenkomst nog geen Implementatieplan is opgesteld, zal dit op eerste verzoek van een der partijen binnen redelijke termijn alsnog in onderling overleg tussen partijen worden opgesteld. Leverancier is penvoerder van het Implementatieplan. De kosten voor het opstellen van het Implementatieplan liggen besloten in de Vergoeding.

  • 5.3

    Indien wordt overgegaan tot het opstellen van een Implementatieplan, zal dit plan het navolgende vermelden (voor zover van toepassing):

    • i)

      Gedetailleerde beschrijving van de doelstellingen van het project om te komen tot de Implementatie van de ICT Prestatie alsmede de randvoorwaarden en de geldende kaders en normen, mede in het licht van de uitgevoerde risicoanalyse;

    • ii)

      De projectorganisatie inclusief de wijze van verslaglegging en de wijze van projectmanagement;

    • iii)

      De werkverdeling en verdeling van verantwoordelijkheden, waaronder de van Opdrachtgever verlangde inzet en beschikbaarheid;

    • iv)

      Een overzicht van de benodigde Koppelingen, de functionele specificaties daarvan en de eventuele medewerking van derde partijen die voor het aanleggen daarvan vereist is;

    • v)

      De deelleveringen (‘milestones’) van het project en de functionele specificaties voor de deelleveringen waaraan moet worden voldaan (in relatie tot het Overeengekomen gebruik);

    • vi)

      Het tijdschema van de Implementatie (inclusief de deelleveringen), overeenkomstig de eisen die in de Overeenkomst aan de planning zijn gesteld;

    • vii)

      De wijze waarop iedere deellevering wordt opgeleverd;

    • viii

      De wijze waarop de Acceptatieprocedure zal worden uitgevoerd;

    • ix.

      De wijze waarop de Conversie zal plaatsvinden;

    • x.

      De wijze waarop Opdrachtgever middels opleidingen/trainingen vertrouwd zal worden gemaakt met het gebruik en het (technisch en functioneel) beheer van de ICT Prestatie, voor zover overeen- gekomen.

  • 5.4

    Indien tijdens de Implementatie blijkt dat aanpassingen aan het Applicatielandschap noodzakelijk zijn die Leverancier niet heeft voor- zien in het aanbod en/of de in artikel 3.5 bedoelde risicoanalyse, doch wel had behoren te voorzien, komen de kosten voor de betreffende aanpassingen voor rekening van Leverancier.

  • 5.5

    Tenzij anders overeengekomen zijn tussentijdse opleverdata, in afwijking van artikel 4.1, niet fataal, doch is de in de Overeenkomst en/of het Implementatieplan opgenomen einddatum voor de Implementatie wel fataal.

  • 5.6

    Leverancier verklaart zich reeds nu voor alsdan bereid en in staat om na afloop van de (initiële) Implementatie, op verzoek van Opdrachtgever, gedurende de looptijd van de Overeenkomst aan de Implementatie gerelateerde werkzaamheden te verrichten. Deze werkzaamheden zullen alsdan worden verricht tegen de in de Overeenkomst daartoe vermelde tarieven (met inachtneming van artikel 9.6) dan wel, bij gebreke daarvan, tegen de gebruikelijke tarieven van Leverancier. Artikel 5 is van overeenkomstige toepassing op deze werkzaamheden.

Artikel 6 Gemeentelijke ICT-kwaliteitsnormen, Interoperabiliteitseisen en standaarden

  • 1.

    6.1 Tot het Overeengekomen gebruik behoort dat de ICT Prestatie voldoet aan de:

    • i

      ten tijde van het sluiten van de Overeenkomst voor de functie en het werkingsgebied van de betreffende ICT Prestatie gepubliceerde Gemeentelijke ICT-kwaliteitsnormen;

    • ii

      in de Overeenkomst (nader) gespecificeerde overige Gemeentelijke ICT-kwaliteitsnormen en/of Interoperabiliteitseisen, dan wel andere normen en standaarden.

  • 6.2

    Leverancier voert voorafgaand aan de Implementatie de preventieve testen uit die in voornoemde normen zijn voorgeschreven. Deze testen worden uitgevoerd op een omgeving van Leverancier. Leverancier overlegt het testrapport waaruit blijkt dat de ICT Prestatie aan voornoemde norm(en) voldoet.

  • 6.3

    Leverancier is niet verplicht de in het vorige lid bedoelde preventieve testen uit te voeren indien hij een rapportage kan overleggen waaruit blijkt dat voornoemde testen reeds in positieve zin zijn afgerond op exact dezelfde versie van de ICT Prestatie en met vergelijkbaar Overeengekomen gebruik.

  • 6.4

    Gedurende de Acceptatieprocedure zal worden getoetst in hoeverre de ICT Prestatie na Implementatie bij Opdrachtgever daadwerkelijk voldoet aan hetgeen in artikel 6.1 is benoemd.

  • 6.5

    Indien en voor zover de ICT Prestatie mede bestaat uit Koppelingen, zal – als onderdeel van de Acceptatieprocedure – een ketentest worden uitgevoerd. Daarbij worden alle Koppelingen tussen de ICT Prestatie en het Applicatielandschap getest op de overeengekomen interoperabiliteit.

  • 6.6

    Opdrachtgever is verantwoordelijk voor het tijdig betrekken van de leveranciers van onderdelen van het Applicatielandschap die bij de in het vorige lid bedoelde ketentest worden betrokken. De verantwoordelijkheid voor het coördineren van de werkzaamheden van alle betrokken partijen ligt, tenzij anders overeengekomen, bij Leverancier.

  • 6.7

    Indien de in artikel 6.5 bedoelde ketentest niet slaagt, en Leverancier aantoont dat dit niet aan hem toerekenbaar is, dan zal een overleg plaatsvinden met alle betrokken partijen teneinde nadere afspraken te maken om te komen tot een passende oplossing. Het initiatief voor dit overleg wordt genomen door de partij die op grond van het vorige lid

  • 10.

    de coördinatiewerkzaamheden verricht. De Acceptatieprocedure wordt gedurende voornoemd overleg opgeschort. Zodra partijen overeenstemming hebben bereikt over de passende oplossing, zullen zij deze vastleggen in een (gewijzigd of aanvullend) Implementatieplan. Artikel 5 is van overeenkomstige toepassing op het opstellen/wijzigen van dit plan. Voor zover het uitvoeren van dit plan leidt tot meerwerk, zal dit niet aanvangen dan na uitdrukkelijke instemming van Opdrachtgever.

Artikel 7 Acceptatie

  • 7.1

    Indien er geen Implementatieplan is opgesteld, of dit plan geen beschrijving bevat van de wijze waarop de Acceptatieprocedure wordt uitgevoerd, zal op eerste verzoek van Opdrachtgever alsnog in een schriftelijk testprotocol worden vastgelegd op welke wijze de Acceptatieprocedure zal worden uitgevoerd. Artikel 5.2 is van overeenkomstige toepassing op het opstellen van dit testprotocol.

  • 7.2

    Tenzij in de Overeenkomst, het Implementatieplan of het in het vorige lid bedoelde testprotocol anders is bepaald, is de Acceptatieprocedure als volgt:

    • i)

      Na iedere levering van (delen van) de ICT Prestatie, wordt de betreffende levering getest op Gebreken. Door partijen wordt daarbij een testverslag opgemaakt en ondertekend. In dit testverslag zal worden vastgelegd of de ICT Prestatie Gebreken vertoont en voorts of de ICT Prestatie (deels) is goedgekeurd, dan wel afgekeurd;

    • ii)

      Binnen een redelijke termijn, althans de daartoe in de Overeen- komst gespecificeerde termijn, na de datum van de ondertekening van het testverslag, zal Leverancier een planning afgeven waarbinnen de in het testverslag vastgelegde Gebreken voor eigen rekening worden verholpen;

    • iii)

      Leverancier zal na afloop van de in het vorige lid bedoelde termijn (het gedeelte van) de bijgewerkte ICT Prestatie opnieuw ter Acceptatie middels de Acceptatieprocedure voorleggen.

  • 7.3

    De in het kader van de Acceptatieprocedure gehanteerde termijnen en (bijgestelde) planningen dienen te passen in de algehele planning van de Overeenkomst of het Implementatieplan en mogen niet tot vertraging leiden.

  • 7.4

    Indien (delen van) de ICT Prestatie bij het voor de tweede maal doorlopen van de (integrale) Acceptatieprocedure op Gebreken wordt/worden afgekeurd, is Opdrachtgever gerechtigd om:

    • i)

      de Overeenkomst – geheel of gedeeltelijk – zonder nadere ingebrekestelling buiten rechte te ontbinden, waarbij geldt dat Leverancier dan tevens binnen de kaders van artikel 13 aansprakelijk is voor de door Opdrachtgever geleden en te lijden schade; ofV

    • ii)

      onverminderd zijn recht op vergoeding (binnen de kaders van artikel 13) van de reeds geleden schade Leverancier toe te staan de Gebreken alsnog voor diens rekening te herstellen; of

    • iii)

      de ICT Prestatie onder een nader overeen te komen voorwaarde voorwaardelijk te accepteren, waarbij geldt dat indien Leverancier niet tijdig aan de bij de voorwaardelijke acceptatie gestelde voor- waarden voldoet, het bepaalde onder i van toepassing is.

  • 7.5

    Voor Gebreken die niet binnen de overeengekomen planning kunnen worden opgelost, kan met wederzijds goedvinden worden besloten om tijdelijk een acceptabele work-around aan te brengen en/of om hiervoor later een oplossing te vinden.

  • 7.6.

    Gebreken die (individueel noch gezamenlijk) niet in de weg staan aan het gebruik voor productieve doeleinden van (het betreffende onder- deel van) de ICT Prestatie, kunnen geen grond vormen voor niet-Acceptatie, onverminderd de verplichting van Leverancier om die op korte termijn te herstellen.

  • 7.7

    Indien de ICT Prestatie in deelleveringen wordt geleverd, vindt na iedere levering een Acceptatieprocedure plaats en vindt na Acceptatie van het laatste deel van de ICT Prestatie vervolgens een integrale Acceptatieprocedure plaats, waarbij de gehele ICT Prestatie alsmede de samenhang van deelleveringen (‘som der delen’) op Gebreken wordt getoetst. Er is pas sprake van Acceptatie na het succesvol doorlopen van de integrale Acceptatieprocedure.

  • 7.8

    Acceptatie wordt geacht te hebben plaatsgevonden indien er geen Acceptatieprocedure is afgesproken noch heeft plaatsgevonden en Opdrachtgever de ICT Prestatie voor productieve doeleinden in gebruik heeft genomen binnen zijn organisatie.

Artikel 8 Onderhoud en ondersteuning

  • Algemeen

  • 8.1

    Tenzij anders overeengekomen, verricht Leverancier Onderhoud aan de ICT Prestatie tegen de in de Overeenkomst beschreven vergoeding. Het Onderhoud gaat in vanaf de Acceptatie van (het betreffende deel van) de ICT Prestatie.

  • 8.2

    De hierna te beschrijven voorwaarden gelden als (minimum) voor- waarden voor Onderhoud, tenzij hiervan in de Overeenkomst / SLA is afgeweken.

  • 8.3

    Het Onderhoud omvat, tenzij anders overeengekomen, ten minste de volgende diensten:

    • i)

      Correctief Onderhoud;

    • ii)

      Preventief Onderhoud;

    • iii)

      Innovatief Onderhoud;

    • iv)

      Gebruikersondersteuning.

  • 8.4.

    Het moment van het verrichten van Onderhoud wordt in onderling overleg bepaald. Uitgangspunt daarbij is dat Onderhoud op zodanige wijze plaatsvindt dat dit minst verstorend is voor de bedrijfsprocessen van Opdrachtgever. Onderhoud dat verstorend is of kan werken voor de bedrijfsprocessen van Opdrachtgever wordt bovendien tijdig vooraf aangekondigd.

  • Bereikbaarheid

  • 8.5.

    Leverancier is in het kader van Onderhoud ieder geval bereikbaar op werkdagen tussen 08.00-18.00 uur.

  • Service level agreement

  • 8.6

    Leverancier verklaart zich bereid om – indien en voor zover zulks niet reeds geregeld is in de Overeenkomst – op eerste verzoek van Opdrachtgever een of meer service level agreements (SLA’s) te sluiten, waarin concrete Service Levels ter zake van het in artikel 8.3 bedoelde Onderhoud worden vastgelegd en waarin maatregelen zijn opgenomen ter zake van het al dan niet halen van de afgesproken Service Levels.

  • 8.7

    De gevolgen van het niet halen van Service Levels worden in de Overeenkomst/SLA geregeld, met dien verstande dat (gedeeltelijke) ontbinding van de Overeenkomst en/of de SLA(‘s) in ieder geval mogelijk is bij het meerdere meetperiodes achtereenvolgens niet halen van dezelfde Service Levels. Eventueel in de SLA bedongen maatregelen laten de overige rechten van Opdrachtgever onverlet, waaronder begrepen het recht om naast de maatregel de door hem geleden schade te verhalen. Betaalde sancties (als onderdeel van de afgesproken maatregelen) worden in mindering gebracht op de eventueel te betalen schadevergoeding.

  • 8.8

    Indien en voor zover Leverancier bewijst dat een Gebrek niet aan hem toerekenbaar is, is hij niet verplicht tot herstel daarvan. Indien Opdrachtgever niettemin opdracht geeft tot voornoemd herstel, is Leverancier gerechtigd de kosten gemoeid met het herstel separaat door te berekenen.

  • Preventief en Innovatief Onderhoud

  • 8.9

    In het kader van Preventief en/of Innovatief Onderhoud garandeert Leverancier ten minste:

    • i)

      dat de ICT Prestatie steeds tijdig zal blijven voldoen aan de relevante Wet- en regelgeving;

    • ii)

      dat de ICT Prestatie steeds tijdig geschikt zal blijven voor gegevensuitwisseling met de overige relevante onderdelen van het Applicatielandschap (voor zover bekend bij Leverancier) en in dat kader aan de overeengekomen Interoperabiliteitseisen zal blijven voldoen;

    • iii)

      dat de ICT Prestatie door middel van het tijdig uitbrengen van Up- dates en/of Upgrades steeds tijdig zal blijven voldoen aan nieuwe versies van de Gemeentelijke ICT-kwaliteitsnormen die in de Overeenkomst als vereiste normen zijn gespecificeerd;

    • iv)

      dat bij het uitbrengen van Updates en/of Upgrades de performance van de ICT Prestatie ten minste gelijk blijft en dat de ICT Prestatie blijft voldoen aan het Overeengekomen gebruik.

  • 8.10

    Op verzoek van Opdrachtgever verzorgt Leverancier de Implementatie van Updates en Upgrades, tegen een nader overeen te komen vergoeding. De bepalingen omtrent Implementatie en Acceptatie zijn in dat geval van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat bij Implementatie van een Update in beginsel geen Acceptatieprocedure zal plaatsvinden.

  • 8.11

    Opdrachtgever is – behoudens in de situatie als bedoeld in artikel 31.4 – gerechtigd het gebruik en/of de Implementatie van Updates en Upgrades te weigeren, zonder dat dit afbreuk doet aan het door Leverancier te verlenen Onderhoud, met dien verstande dat:

    • i)

      er geen sprake is van een tekortkoming van Leverancier in het ka- der van Onderhoud indien een bepaald Gebrek in een Update en/ of Upgrade is verholpen en Opdrachtgever de ingebruikname van die Update of Upgrade weigert;

    • ii)

      Opdrachtgever maximaal 24 maanden mag achterlopen in het ingebruiknemen van Update en/of Upgrade, bij gebreke waarvan Leverancier na het verstrijken van die periode gerechtigd is de aantoonbare meerkosten voor het blijvend moeten verlenen van Onderhoud op (het betreffende onderdeel van) de door Opdracht- gever gebruikte ICT Prestatie in rekening te brengen.

  • Rapportage en controle

  • 8.12

    Leverancier zal periodiek aan Opdrachtgever rapport uitbrengen over de nakoming door hem van de overeengekomen Service Levels, waaronder in ieder geval wordt verstaan de beschikbaarheid van de ICT Prestatie en het niveau van de diensten, waaronder het Onderhoud van de ICT Prestatie alsmede het geplande Innovatief Onderhoud. De inhoud en frequentie van deze rapportage is nader omschreven in de SLA.

  • 8.13

    Na ontvangst van het rapport zal door Opdrachtgever worden vastgesteld of Leverancier zijn verplichtingen uit hoofde van het Onderhoud, waaronder de door hem gegarandeerde Service Levels, heeft gehaald, al dan niet door inschakeling van een derde overeenkomstig artikel 21.

  • Latere onderhoudsovereenkomst

  • 8.14

    Leverancier verklaart zich reeds nu voor alsdan bereid om, voor zover oorspronkelijk is overeengekomen dat Leverancier geen of slechts onderdelen van het in artikel 8.3 bedoelde Onderhoud verricht, op eerste verzoek van Opdrachtgever alsnog in overleg te treden om te komen tot een Overeenkomst voor het verrichten van aanvullende diensten ten aanzien van Onderhoud.

Artikel 9 Vergoeding facturatie en betaling

  • De door Opdrachtgever ten behoeve van de ICT Prestatie aan Leverancier te betalen vergoedingen zijn vastgelegd in de Overeenkomst.

  • 9.2

    De facturering van de vergoedingen vindt, tenzij anders overeengekomen, als volgt plaats:

    • i)

      Implementatie- of ontwikkelingskosten: van de totale vergoeding is 30% eerst opeisbaar na integrale Acceptatie, over de resterende 70% kunnen in de Overeenkomst nadere afspraken worden gemaakt;

    • ii)

      De kosten van de Gebruiksrechten voor Programmatuur: (1) voor zover het betreft Derdenprogrammatuur: 100% bij levering; (2) voor zover het geen Derdenprogrammatuur betreft: 70% bij ingebruikname voor productieve doeleinden en 30% na integrale Acceptatie;

    • iii)

      iii) De kosten van Onderhoud van de ICT Prestatie:(1) voor zover het eenmalige vergoedingen betreft: eerst na integrale Acceptatie;(2) en voor zover het periodieke vergoedingen betreft: periodiek vooraf, voor het eerst na integrale Acceptatie;

    • iv)

      Overige zaken en diensten: Facturatie na Acceptatie van de des- betreffende ICT Prestatie, of maandelijks achteraf op basis van werkelijk bestede uren in het geval de dienstverlening op nacalculatiebasis wordt uitgevoerd.

  • 9.3

    Een factuur dient te voldoen aan de wettelijke eisen alsmede de eisen die in de Overeenkomst worden gesteld.

  • 9.4

    De betalingstermijn bedraagt 30 dagen na ontvangst factuur, tenzij anders overeengekomen.

  • 9.5

    Leverancier verzendt de factuur elektronisch overeenkomstig de geldende eisen voor facturatie zoals opgenomen in de Gemeentelijke ICT-kwaliteitsnormen, tenzij anders tussen partijen overeengekomen.

  • 9.6

    Jaarlijks per 1 januari kunnen de overeengekomen (jaar)tarieven en doorlopende vergoedingen door Leverancier worden aangepast, mits deze minimaal één maand voorafgaand is aangekondigd. Deze wijziging is gelimiteerd tot maximaal de (eventuele) wijziging van het laatst gepubliceerde prijsindexcijfer voor ‘Computerprogrammering, advisering en aanverwante diensten’ (CPA: 62) zoals opgenomen in de door het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) gepubliceerde tabel Dienstenprijzen; commerciële dienstverlening index (2010=100)’, althans de opvolger daarvan.

  • 9.7

    Leverancier is voorts gerechtigd de aantoonbare prijsstijging van Der- denprogrammatuur per 1 januari door te belasten, mits deze prijsstijging ten tijde van het sluiten van de Overeenkomst nog niet voorzien- baar was. Indien de prijzen van Derdenprogrammatuur gedurende de looptijd van de Overeenkomst dalen, zal Leverancier van Derdenprogrammatuur steeds slechts de actuele (verlaagde) prijs in rekening brengen.

  • 9.8

    Indien en voor zover de vergoeding en/of het aantal Gebruiksrechten voor het gebruik van de ICT Prestatie afhankelijk is gesteld van een aan Opdrachtgever gerelateerd getal dat aan wijziging onderhevig is (zoals inwoneraantal, oppervlakte werkgebied, etc.), dan zal deze vergoeding / het aantal verleende Gebruiksrechten slechts éénmaal per jaar en wel per 1 januari worden bijgesteld.

  • 9.9

    Het bepaalde in dit artikel omtrent Derdenprogrammatuur geldt alleen voor zover Leverancier heeft voldaan aan het bepaalde in artikel 19.1.

Artikel 10 Garanties

  • 10.1

    Leverancier garandeert dat:

    • i)

      de ICT Prestatie de overeengekomen eigenschappen zal bevatten en voldoet aan het Overeengekomen gebruik;

    • ii)

      hij alleen Personeel inzet dat beschikt over de overeengekomen dan wel voor het verrichten van de ICT Prestatie benodigde vaardigheden en kwalificaties, rekening houdend met de aard van de te leveren ICT Prestatie en de wijze waarop Leverancier zich als deskundige heeft gepresenteerd. Hij garandeert tevens dat het door hem ingezette personeel voldoet aan de eisen die dienaangaande aan een vergelijkbare dienstverlener als redelijk bekwaam en redelijk handelend vakgenoot mogen worden gesteld;

    • iii)

      hij ten minste tot 2 jaar na datum van Acceptatie Onderhoud kan plegen op de ICT Prestatie;

    • iv)

      de ICT Prestatie geschikt zal zijn voor gebruik in samenhang met het Applicatielandschap (voor zover bij Leverancier bekend of bekend had moeten zijn);

    • v)

      de ICT Prestatie voldoet en (bij Onderhoud) zal blijven voldoen aan de relevante wet- en regelgeving en de Gemeentelijke ICT-kwaliteitsnormen.

  • 10.1

    Indien Opdrachtgever tijdens de looptijd van de Overeenkomst op enig tijdstip constateert dat de ICT Prestatie of delen daarvan niet voldoen aan voornoemde garanties, zal Opdrachtgever Leverancier hiervan schriftelijk of per email en in spoedgevallen ook telefonisch op de hoogte stellen. Indien Leverancier van mening is dat Opdrachtgever geen beroep kan doen op de garantiebepalingen, omdat een Gebrek niet behoort tot de gegarandeerde eigenschappen of terug te voeren is op niet aan Leverancier toe te rekenen oorzaken of op niet door Leverancier geleverde of geadviseerde Programmatuur of apparatuur, rust de bewijslast terzake op Leverancier.

Artikel 11 Documentatie

  • 11.1

    Leverancier zal Opdrachtgever voorzien van voldoende en begrijpelijke documentatie over de eigenschappen, technische inpasbaarheid en gebruiksmogelijkheden van de ICT Prestatie. De documentatie voor eind- gebruikers is in de Nederlandse taal opgesteld, overige documentatie mag ook in het Engels zijn gesteld (tenzij anders overeengekomen). De documentatie zal zodanig zijn en blijven:

    • i)

      dat zij een juiste, volledige en gedetailleerde beschrijving geeft van de door Leverancier te leveren ICT Prestatie, alsmede de functies daarvan;

    • ii)

      dat zij een juiste en volledige beschrijving geeft van de door de Leverancier in het kader van de Implementatie of het Onderhoud gemaakte instellingen/parametriseringen;

    • iii)

      dat gebruikers van alle mogelijkheden van de ICT Prestatie gebruik kunnen maken en de werking ervan goed kunnen begrijpen;

    • iv)

      dat zij geschikt is om op basis hiervan de ICT Prestatie te kunnen testen in het kader van een Acceptatieprocedure;

    • v)

      dat zij geschikt is om op basis hiervan de ICT Prestatie adequaat te kunnen beheren en te kunnen inpassen in het Applicatielandschap overeenkomstig de documentatie-eisen over inpasbaarheid uit de Gemeentelijke ICT-kwaliteitsnormen.

  • 11.2

    De relevante documentatie zal steeds tijdig voor de desbetreffende Acceptatieprocedure aan Opdrachtgever ter beschikking worden gesteld, tenzij anders overeengekomen. Bij het leveren van Updates of Upgrades of het leveren van aanvullende programmatuur, zal steeds bij de terbeschikkingstelling daarvan de documentatie met betrekking daarop worden meegeleverd.

  • 11.3

    Leverancier zal de documentatie steeds actueel houden. Zodra blijkt dat de documentatie niet of niet langer juist of volledig is, zal Leverancier de documentatie zo spoedig mogelijk en op zijn kosten actualiseren.

Artikel 12 Productmanagement

  • 12.1

    Onverminderd het eventueel overeengekomen Onderhoud zal Leverancier Opdrachtgever periodiek en tijdig informeren over de planning en beoogde functionaliteiten voor Upgrades (soms ‘roadmap’ genoemd).

  • 12.2

    Voor zover Leverancier een (fysiek of virtueel) orgaan of platform faciliteert ten behoeve van (een deel van) zijn klanten voor het delen van kennis en ervaring over de ICT Prestatie en/of het bespreken van de (te verwachten) ontwikkelingen van de ICT Prestatie, zal Leverancier Opdrachtgever daar kosteloos en zonder beperkingen toegang toe verlenen.

  • 12.3

    Indien Leverancier – hetzij ten behoeve van Opdrachtgever, hetzij ten behoeve van derden – een aanvulling op bestaande Programmatuur heeft ontwikkeld waarop artikel 17.4 GIBIT, althans een daarmee vergelijkbare bepaling, van toepassing is, dan:

    • i)

      zal Leverancier Opdrachtgever en andere gebruikers van de Programmatuur over deze aanvulling informeren, waaronder of deze aanvulling zal worden opgenomen in de (op een later moment) te verschijnen Updates of Upgrades en welke consequenties verbonden zijn aan de ingebruikname van de aanvulling; en

    • ii)

      zal Leverancier – onverminderd eventueel overeengekomen Onderhoud – deze aanvulling om niet ter beschikking stellen aan Opdrachtgever en andere gebruikers van de Programmatuur; en

    • iii)

      is het gebruik van de betreffende aanvulling voor risico van Opdrachtgever, tenzij:(1) de aanvulling in opdracht van Opdrachtgever is ontwikkeld; of (2) de aanvulling in het kader van Onderhoud als onderdeel van een Update of Upgrade aan Opdrachtgever ter beschikking wordt gesteld.

Artikel 13 Aansprakelijkheid

  • 13.1

    De partij die toerekenbaar tekortschiet in de nakoming van zijn verplichtingen, is tegenover de andere partij aansprakelijk voor de door deze geleden en/of te lijden schade, met inachtneming van het bepaal- de in artikel 20.9 en het bepaalde in het onderhavige artikel.

  • 13.2

    De aansprakelijkheid voor schade, uit welke hoofde dan ook, is – tenzij anders overeengekomen – beperkt tot vier maal de hoogte van de Vergoeding per gebeurtenis, met dien verstande dat de aansprakelijkheid nooit meer zal bedragen dan € 5.000.000,-- per gebeurtenis. Samenhangende gebeurtenissen worden daarbij aangemerkt als één gebeurtenis. Louter de volgende schadeposten komen voor vergoeding in aanmerking:

    • i)

      schade aan de ICT Prestatie en/of aan gegevensbestanden, waaronder in elk geval verstaan wordt: materiële beschadiging, gebrekkig of niet functioneren, verminderde betrouwbaarheid en verhoogde storingsgevoeligheid;

    • ii)

      schade aan andere eigendommen van partijen en/of van derden;

    • iii)

      kosten van noodzakelijke wijzigingen en/of veranderingen in de ICT Prestatie, aangebracht ter beperking of herstel van schade;

    • iv)

      de kosten van noodvoorzieningen, zoals het uitwijken naar andere computersystemen, het inhuren van derden of het hanteren van noodprocedures of afwijkende werkwijzen;

    • v)

      kosten, waaronder begrepen personeelskosten, van het noodgedwongen langer operationeel houden van oude systemen en daarmee samenhangende voorzieningen;

    • v)

      de kosten van het niet kunnen inzetten (leegloop) van medewerkers, goederen en faciliteiten van Opdrachtgever en de kosten van het niet kunnen inzetten (leegloop) van door Opdrachtgever in het kader van de uitvoering van de Overeenkomst ingehuurde derden, voorzover deze kosten, in redelijkheid, niet vermijdbaar zijn;

    • vii)

      de kosten voor het herstel van Gebreken van Opdrachtgever of door hem ingeschakelde derden, of alle extra kosten verbonden aan de noodgedwongen vroegtijdige vervanging van de ICT Prestatie door een systeem van een derde Leverancier;

    • viii)

      aan derden aantoonbaar verschuldigde vergoedingen en boetes alsmede de waarde van het verloren gaan van door derden verstrekte garanties;

    • ix)

      redelijke kosten gemaakt ter voorkoming of beperking van schade, die als gevolg van de gebeurtenis waarop de aansprakelijkheid berust, mocht worden verwacht;

    • x)

      redelijke kosten gemaakt ter vaststelling van de schadeoorzaak, de aansprakelijkheid, de hoogte van de schade en de wijze van herstel.

  • 13.3

    De in het vorige lid bedoelde beperking van aansprakelijkheid komt te vervallen:

    • i)

      in geval van aanspraken van derden op schadevergoeding ten gevolge van dood of letsel en/of;

    • ii)

      indien sprake is van opzet of grove schuld aan de zijde van de andere partij of diens Personeel; en/of

    • iii)

      in geval van schending van intellectuele eigendomsrechten als bedoeld in artikel 17.

  • 13.4

    Indien er als gevolg van een toerekenbare tekortkoming van Leverancier, of een aan Leverancier toerekenbaar gedragen of nalaten, aan Opdrachtgever door een overheidstoezichthouder een boete wordt opgelegd, welke boete (deels) rechtstreeks verband houdt met voornoemde tekortkoming, gedragen of nalaten, vrijwaart Leverancier Opdrachtgever voor (dat deel van) die boete. De vrijwaring geldt niet voor zover de boete (mede) verband houdt met gedrag van Opdrachtgever zelf (zoals het gebruik van de ICT Prestatie). Op deze vrijwaring zijn de voorgaande beperkingen van aansprakelijkheid niet van toepassing.

  • 13.5

    Alle verplichtingen, ook die krachtens de belasting-, zorgverzekerings- en sociale verzekeringswetgeving met betrekking tot Personeel van Leverancier, komen ten laste van Leverancier. Leverancier vrijwaart Opdrachtgever tegen elke aansprakelijkheid die daarmee verband houdt. Op deze vrijwaring zijn de voorgaande beperkingen van aansprakelijkheid niet van toepassing.

Artikel 14 Verzekering

  • 14.1

    Leverancier heeft zich op een naar verkeersnormen passende en gebruikelijke wijze verzekerd en houdt zich zodanig verzekerd tegen alle aansprakelijkheid voortvloeiende uit de Overeenkomst en de onderhavige voorwaarden, waaronder in ieder geval begrepen beroeps- en bedrijfsaansprakelijkheid, althans biedt anderszins aantoonbaar voldoende waarborgen ter dekking van eventuele aansprakelijkheid.

  • 14.2

    De in het vorige lid bedoelde verzekering/waarborg biedt dekking voor ten minste 200% van het in artikel 13.2 bedoelde bedrag per jaar.

Artikel 15 Geheimhouding

  • 15.1

    Partijen maken hetgeen hen bij de uitvoering van de Overeenkomst ter kennis komt, en waarvan zij het vertrouwelijke karakter kennen of redelijkerwijs kunnen vermoeden, tot minimaal twee jaar na afloop van de Overeenkomst, op geen enkele wijze verder bekend behalve voorzover enig wettelijk voorschrift, onderzoek door een bevoegde toezichthouder of uitspraak van de rechter of een door partijen aangewezen geschillenbeslechter hen tot bekendmaking daarvan verplicht. De inhoud van de onder de GIBIT gesloten Overeenkomst(en) als zodanig mag/mogen met andere gemeenten, aan gemeenten gelieerde rechtspersonen en gemeentelijke samenwerkingsverbanden worden gedeeld.

  • 15.2

    Partijen verplichten hun personeel en andere ingeschakelde hulppersonen om de geheimhoudingsverplichting opgenomen in het vorige lid na te komen.

  • 15.3

    Partijen geven alle gegevens die zij van elkaar hebben ontvangen en die vertrouwelijk van aard zijn op eerste verzoek terug.

  • 15.4

    De partij die in dit artikel opgenomen geheimhoudingsverplichting schendt, is aan de andere partij een onmiddellijk opeisbare boete verschuldigd van 4 keer de Vergoeding per overtreding, onverminderd het recht de daadwerkelijk geleden schade te verhalen (met inachtneming van artikel 13). De hiervoor bedoelde boete bedraagt evenwel nooit meer dan € 50.000,- per overtreding.

Artikel 16 Overmacht

  • 16.1

    Een tekortkoming in de nakoming van de Overeenkomst, die niet te wij- ten is aan schuld van een partij en evenmin krachtens, wet, rechtshandeling of in het maatschappelijk rechtsverkeer geldende opvatting voor rekening van de betreffende partij komt, levert overmacht op.

  • 16.2

    Onder overmacht aan de zijde van Leverancier wordt in ieder geval niet verstaan: gebrek aan Personeel, stakingen, ziekte van Personeel (m.u.v. pandemie), verlate aanlevering of ongeschiktheid van voor het verrichten van de ICT Prestatie benodigde goederen dan wel liquiditeits- of solvabiliteitsproblemen. Een aantoonbare storing van nuts-/ telecomvoorzieningen wordt wel als overmacht beschouwd, tenzij deze veroorzaakt is door Leverancier of de ICT Prestatie juist ziet op het beschikbaar houden van voornoemde voorzieningen.

Artikel 17 Intellectuele eigendom

  • 17.1

    Tenzij anders overeengekomen, berusten alle rechten van intellectuele eigendom op de krachtens de Overeenkomst door Leverancier ontwikkelde en ter beschikking gestelde ICT Prestaties uitsluitend bij Leverancier of diens licentiegever(s).

  • 17.2

    Alle rechten op de met de ICT Prestatie van Opdrachtgever afkomstige verwerkte gegevens (blijven) rusten bij Opdrachtgever, ongeacht waar deze gegevens staan opgeslagen en ongeacht of de gegevens na initiële ontvangst zijn bewerkt of niet.

  • 17.3

    Leverancier verleent, behoudens andersluidende afspraken in de Overeenkomst, een Gebruiksrecht op de ICT Prestaties. Indien voor het Gebruiksrecht periodiek een vergoeding verschuldigd is, is de duur van het Gebruiksrecht gelijk aan de looptijd van de Overeenkomst. In overige gevallen is het Gebruiksrecht eeuwigdurend en onherroepelijk. Het Gebruiksrecht omvat in ieder geval het recht de ICT Prestatie(s) (en alle daarin besloten liggende informatie/kennis) te gebruiken voor het Overeengekomen gebruik, alsmede voor testdoeleinden, met inbegrip van alle daarvoor redelijkerwijs noodzakelijke al dan niet tijdelijke verveelvoudigingen en openbaarmakingen.

  • 17.4

    Indien de Overeenkomst (mede) ziet op het door Leverancier ontwikkelen van een aanvulling op bestaande Programmatuur, dan geldt voor die aanvulling eveneens het bepaalde in lid 3, met dien verstande dat Leverancier – tenzij anders overeengekomen – de betreffende aanvulling om niet overeenkomstig het bepaalde in artikel 12.3 aan andere gebruikers van de Programmatuur zal aanbieden.

  • Indien de Overeenkomst (mede) ziet op het door Leverancier ontwik- kelen van Programmatuur, niet zijnde een aanvulling op bestaande Programmatuur, dan berusten de rechten van intellectuele eigendom op die te ontwikkelen Programmatuur – in afwijking van artikel 17.1 en 17.3 – bij Opdrachtgever. Voor zover nodig worden de betreffende rechten reeds nu voor alsdan overgedragen door Leverancier aan Opdrachtgever, die deze overdracht reeds nu voor alsdan aanvaardt. Deze overdracht ziet op alle huidige en toekomstige rechten in de meest ruime zin van het woord. Leverancier doet reeds nu voor alsdan voorts – voor zover de wet dat toestaat – onherroepelijk afstand van eventuele persoonlijkheidsrechten op de ICT Prestaties. Leverancier zal voorts alle broncodes van de betreffende ontwikkelde Programmatuur aan Opdrachtgever ter beschikking stellen. De eenmalige koopprijs voor deze overdracht wordt geacht besloten te hebben gelegen in de Vergoeding. De overdracht en de levering van de rechten en eerder genoemde broncode vindt plaats onder de opschortende voorwaarde van betaling van de betreffende Vergoeding.

  • 17.6

    Opdrachtgever verklaart zich reeds nu voor alsdan bereid in gesprek te gaan over het tegen een vergoeding mogelijk (gedeeltelijk) terug over- dragen van de in het vorige lid bedoelde rechten, waarbij Leverancier dan gelijktijdig met deze (terug)overdracht een Gebruiksrecht overeenkomstig lid 3 verleent op de aldus overgedragen rechten.

  • 17.7

    Leverancier garandeert dat de door hem aan Opdrachtgever verstrekte ICT Prestaties geen inbreuk maken op enige intellectuele eigendomsrechten of andere rechten, waaronder persoonlijkheidsrechten, van derden. Leverancier vrijwaart Opdrachtgever en stelt Opdrachtgever schadeloos voor alle aanspraken van derden gebaseerd op de stelling dat door Leverancier aan Opdrachtgever ter beschikking gestelde ICT Prestaties, inbreuk maken op bedoelde rechten van die derden. Indien Opdrachtgever door een derde het recht tot gebruik van de ICT Prestaties of delen daarvan wordt ontzegd, zal Leverancier voor zijn rekening en te harer keuze onverwijld hetzij:

    • i)

      zorgen dat Opdrachtgever alsnog het recht verkrijgt het gebruik voort te zetten;

    • ii)

      het inbreuk makende onderdeel vervangen door een ander onderdeel met gelijkwaardige gebruiksmogelijkheden, dat geen inbreuk maakt op dergelijke rechten van derden;

    • iii)

      het inbreuk makende onderdeel zodanig wijzigen dat de inbreuk wordt opgeheven.

  • 17.8

    Bij vervanging of wijziging als onder (ii) en (iii) bedoeld, zal de functionaliteit van de vervangende onderdelen minimaal gelijkwaardig zijn aan de vervangen onderdelen en zullen de garanties van artikel 10 volledig in tact blijven.

  • 17.9

    In het geval derden Opdrachtgever ter zake van een beweerdelijke schending van intellectuele eigendomsrechten aansprakelijk stellen, is Opdrachtgever – onverminderd het voorgaande – gerechtigd om de Overeenkomst schriftelijk, buiten rechte geheel of gedeeltelijk te ontbinden. Een dergelijke ontbinding laat de overige rechten van Opdrachtgever onverlet.

Artikel 18 Toegang tot data en autorisaties

  • 18.1

    Leverancier stelt Opdrachtgever gedurende de looptijd van de Overeenkomst in staat om te allen tijde toegang te krijgen tot de met de ICT Prestatie ten behoeve van Opdrachtgever verwerkte gegevens, alsmede de daarbij ingestelde (instellingen met betrekking tot) autorisaties.

  • 18.2

    Leverancier kan aan de in het vorige beschreven verplichting onder meer voldoen door:

    • i)

      aan Opdrachtgever Koppelingen ter beschikking te stellen en de daarbij horende documentatie, teneinde Opdrachtgever in staat te stellen de gegevens / autorisaties middels de Koppelingen op te vragen;

    • ii)

      aan Opdrachtgever een juiste, volledige en gedetailleerde beschrijving te geven van de aan de ICT Prestatie ten grondslag liggende datamodellen, teneinde Opdrachtgever in staat te stellen de gegevens zelf te ontsluiten.

  • 18.3

    Indien en voor zover door het verlenen van toegang tot de opgeslagen gegevens een bepaalde beveiliging (waaronder begrepen autorisaties) wordt omzeild, zal Leverancier Opdrachtgever daarover informeren en uitdrukkelijk waarschuwen.

  • 18.4

    Opdrachtgever is zelf aansprakelijk voor het gebruik van de op grond van artikel 18 verkregen gegevens. Opdrachtgever vrijwaart Leverancier voor eventuele aanspraken van derden die uit dit gebruik voortvloeien.

Artikel 19 Derdenprogrammatuur

  • 19.1

    Indien de door Leverancier te leveren Programmatuur en Koppelingen (mede) bestaat uit Derdenprogrammatuur, zal Leverancier dit in het aanbod uitdrukkelijk specificeren. Leverancier zal in dat geval de eventueel toepasselijke licentievoorwaarden ter beschikking stellen.

  • 19.2

    Leverancier zal in het in lid 1 bedoelde geval voorts specificeren in hoe- verre het mogelijk is de betreffende Derdenprogrammatuur elders te betrekken en in hoeverre de keuze daartoe over te gaan consequenties heeft voor het aanbod van Leverancier.

  • 19.3

    19.3 Indien en voor zover de ICT Prestatie afhankelijk is van Derdenprogrammatuur, zal Leverancier zulks uitdrukkelijk in het aanbod specificeren. Leverancier zal duidelijk kenbaar maken waar die afhankelijkheid in is gelegen en welke effecten die afhankelijkheid heeft voor (de kwaliteit van) de door Leverancier te verlenen ICT Prestatie.

  • 19.4

    Leverancier zal in het kader van Onderhoud tijdig Updates en Upgrades uitbrengen teneinde de compatibiliteit met Derdenprogrammatuur waarvan de ICT Prestatie afhankelijk is te blijven borgen.

  • 19.5

    Indien en voor zover Leverancier bewijst dat een Gebrek in de ICT Prestatie wordt veroorzaakt door een fout in Derdenprogrammatuur, wordt het betreffende Gebrek niet als Gebrek beschouwd, tenzij Leverancier de betreffende fout in de Derdenprogrammatuur had behoren te kennen en het effect van de betreffende fout in de eigen ICT Prestatie redelijkerwijs vermeden had kunnen worden. Dit artikel geldt zowel voor de Implementatie, de Acceptatie als het Onderhoud.

  • 19.6

    Het in het vorige lid bepaalde laat onverlet dat Leverancier in voorkomend geval binnen de kaders van het Onderhoud alle redelijke inspanningen zal betrachten om zo spoedig mogelijk het Gebrek alsnog op te lossen, bijvoorbeeld door de fout in de Derdenprogrammatuur in de eigen ICT Prestatie te omzeilen en/of door Opdrachtgever zo spoedig mogelijk te voorzien van Updates en/of Upgrades op de ICT Prestatie en/of de Derdenprogrammatuur.

  • 19.7

    Het bepaalde in artikel 19.5 is uitsluitend van toepassing indien Leverancier heeft voldaan aan de in artikel 19.1 tot en met 19.3 bedoelde informatieverplichtingen.

  • 19.8

    De in het kader van artikel 19.1 meegeleverde licentievoorwaarden prevaleren op hetgeen in de Overeenkomst is bepaald, doch louter voor zover het betreft de Derdenprogrammatuur.

Artikel 20 Opschorting, opzegging en ontbinding

 

  • 20.1

    Leverancier is niet gerechtigd zijn verplichtingen op te schorten dan na het sturen van een ingebrekestelling, waarin aan Opdrachtgever een redelijke termijn van minimaal 30 dagen wordt geboden om alsnog aan de verplichtingen te voldoen.

  • Opzegging

  • 20.2

    Overeenkomsten voor bepaalde tijd kunnen – behoudens de specifieke opzeggingsgronden in de GIBIT of de Overeenkomst – niet tussentijds worden opgezegd (artikel 7:408 lid 1 BW is niet van toepassing). Overeenkomsten voor onbepaalde tijd kunnen worden opgezegd met inachtneming van een opzegtermijn van respectievelijk drie (3) maanden voor Opdrachtgever en achttien (18) maanden voor Leverancier.

  • 20.3

    Ook als meerdere Overeenkomsten onderlinge samenhang vertonen (bijv. een licentie- en een onderhoudsovereenkomst), is Opdrachtgever niettemin gerechtigd slechts een deel van de Overeenkomsten (selectief) op te zeggen tegen het einde van de dan actuele looptijd en met inachtneming van een opzegtermijn van drie (3) maanden. Een dergelijke opzegging heeft overigens geen effect op de overige samen- hangende Overeenkomsten.

  • 20.4

    Opdrachtgever is voorts bevoegd de Overeenkomst en alle daarmee samenhangende overeenkomsten, met inachtneming van een opzegtermijn van twaalf (12) maanden, op te zeggen tegen de datum:

    • i)

      dat de rechten en verplichtingen van Opdrachtgever onder algemene titel overgaan op een andere partij (bijv. vanwege een gemeentelijke fusie); of

    • ii)

      dat de betreffende activiteiten van Opdrachtgever worden uitbesteed aan een gemeenschappelijke regeling of soortgelijke andere entiteit met een publieke functie.

  • 20.5

    Indien Opdrachtgever op grond van ten tijde van het sluiten van de Overeenkomst nog niet voorzienbaar gewijzigd landelijk beleid gehouden is om tegen een bepaalde datum over te stappen op een landelijke voorziening die een (gedeeltelijk) functioneel alternatief vormt voor et met de ICT Prestatie Overeengekomen gebruik, is Opdrachtgever gerechtigd, met inachtneming van een opzegtermijn van twaalf (12) maanden, de Overeenkomst en alle daarmee samenhangende overeenkomsten (voor dat deel) op te zeggen tegen voornoemde datum.

  • 20.6

    In geval van opzegging op grond van de artikelen 20.4 en/of 20.5 vindt tussen Opdrachtgever en Leverancier afrekening plaats op basis van de door Leverancier:

    • i)

      ter uitvoering van de Overeenkomst ten tijde van de opzegging reeds verrichte werkzaamheden; en

    • i)

      in redelijkheid gemaakte kosten; en

    • ii)

      in redelijkheid voor de toekomst reeds aangegane verplichtingen; en

    • iv)

      gederfde winst.

  • 20.7

    Bij de berekening van de in het vorige lid bedoelde afrekening wordt steeds gecorrigeerd voor de voorzienbare en/of redelijkerwijs te verwachten herinzet van productiemiddelen door Leverancier.

  • 20.8

    Voor zover partijen over de hoogte van het in het vorige lid bedoelde bedrag geen overeenstemming weten te bereiken, wordt dit bedrag op basis van algemeen aanvaarde boekhoudkundige principes vastgesteld door een door beide partijen gezamenlijk te benoemen onafhankelijke en ter zake deskundige derde.

  • Ontbinding

  • 20.9

    Indien een partij tekortschiet in de nakoming van een overeengekomen verplichting, kan de andere partij haar in gebreke stellen waarbij de nalatige partij alsnog een redelijke termijn voor de nakoming wordt gegund. Blijft nakoming ook dan uit dan is de nalatige partij in verzuim. Ingebrekestelling is niet nodig wanneer voor de nakoming een fatale termijn geldt, nakoming blijvend onmogelijk is of indien uit een mededeling dan wel de houding van de andere partij moet worden afgeleid dat deze in de nakoming van haar verplichting zal tekortschieten.

  • 20.10

    Onverminderd hetgeen overigens in de Overeenkomst is vastgelegd, kan elk van de partijen de Overeenkomst door middel van een aangetekend schrijven buiten rechte geheel of gedeeltelijk ontbinden indien de andere partij in verzuim is dan wel een van de overige situaties bedoeld in artikel 20.9 zich voordoet.

  • 20.11

    Onverminderd hetgeen overigens in de Overeenkomst is bepaald, en onverminderd hetgeen overigens in de wet is bepaald, kan Opdrachtgever de Overeenkomst en alle daarmee samenhangende overeenkomsten middels een aangetekend schrijven ontbinden binnen twaalf (12) maanden nadat Opdrachtgever constateert dat:

    • i)

      Leverancier (voorlopig) surceance van betaling aanvraagt; of

    • ii)

      Leverancier zijn faillissement aanvraagt of in staat van faillissement wordt verklaard; of

    • iii)

      de onderneming van Leverancier wordt ontbonden; of

    • iv)

      Leverancier zijn onderneming staakt; of

    • v)

      sprake is van een ingrijpende wijziging in de zeggenschap over de activiteiten van de onderneming van Leverancier die maakt dat het in alle redelijkheid niet van de opdrachtgever kan worden verwacht dat zij de Overeenkomst in stand houdt; of

    • vi)

      op een aanmerkelijk deel van het vermogen van Leverancier beslag wordt gelegd (anders dan door Opdrachtgever); of

    • vii)

      het Bureau BIBOB een negatief advies heeft uitgebracht over de organisatie van Leverancier; of

    • viii)

      voor zover de Overeenkomst door middel van een aanbestedingsprocedure als bedoeld in de Aanbestedingswet tot stand is gekomen, zich gedurende de looptijd van de Overeenkomst ten aanzien van Leverancier uitsluitingsgronden voordoen als bedoeld in artikel 2.86 Aanbestedingswet.

  • 20.12

    Opdrachtgever kan de Overeenkomst en alle daarmee samenhangende overeenkomsten ook ontbinden indien hij op goede gronden aanneemt dat de rechter op een daartoe strekkende vordering op grond van de Aanbestedingswet de overeenkomst zal vernietigen. Leverancier heeft alsdan aanspraak op vergoeding van in redelijkheid voor de uitvoering van de Overeenkomst gemaakte kosten en in verband daarmee in redelijkheid voor de toekomst reeds aangegane verplichtingen. Indien Opdrachtgever echter aantoont dat de onrechtmatigheid (mede) aan Leverancier toerekenbaar is, komt Leverancier geen vergoeding toe.

  • 20.13

    Indien de overmachttoestand zestig (60) aaneengesloten dagen of gedurende in totaal meer dan negentig (90) dagen binnen een kalenderjaar heeft geduurd, of zodra duidelijk is dat de overmachttoestand langer dan dergelijke termijn zal duren, is de wederpartij van degene die zich op overmacht beroept, gerechtigd deze Overeenkomst tussentijds met onmiddellijke ingang (gedeeltelijk) te ontbinden.

  • Gevolgen van beëindiging

  • 20.14

    Leverancier retourneert of verwijdert bij het, op welke grond dan ook, eindigen van de Overeenkomst(en) onverwijld alle hem door Opdrachtgever ter hand gestelde documenten, boeken, bescheiden en andere zaken (waaronder begrepen gegevens- en informatiedragers). Bij vroegtijdige beëindiging geldt het voorgaande wederkerig.

Artikel 21 Controlerecht en medewerking audits bij Opdrachtgever
  • Controlerecht

  • 21.1

    Opdrachtgever is gerechtigd de naleving door Leverancier van de wezenlijke verplichtingen uit hoofde van de Overeenkomst, de GIBIT en de daarmee samenhangende overeenkomsten (SLA, bewerkersovereenkomst, etc.), alsmede de juistheid van toegezonden facturen, door een onafhankelijke ter zake deskundige derde te laten controleren.

  • 21.2

    De controle zal alleen plaatsvinden indien Opdrachtgever gerede twijfel heeft over de nakoming van de verplichtingen door Leverancier, of indien Opdrachtgever anderszins een gerechtvaardigd belang bij de controle heeft (o.m. wettelijke plicht, instructie toezichthouder).

  • 21.3

    Leverancier zal alle redelijkerwijs te verwachten medewerking verlenen aan een dergelijke controle. Leverancier zal in dat kader ten minste inzage verlenen in alle relevante gegevens en achtergrondinformatie die relevant kan zijn in het kader van voornoemde controle. Ook zal Leverancier toegang verlenen tot de locatie waar de diensten worden verleend.

  • 21.4

    Opdrachtgever staat er voor in dat de in het eerste lid bedoelde derde eventueel door Leverancier gehanteerde voorschriften zal opvolgen. Indien de controle niet (volledig) kan worden uitgevoerd vanwege voornoemde voorschriften, dan komt dit evenwel voor risico van Leverancier.

  • 21.5

    De kosten voor deze controle worden gedragen door Opdrachtgever (zowel eigen kosten als kosten van de Leverancier), tenzij de derde één of meer tekortkomingen van niet ondergeschikte aard van Leverancier constateert die ten nadele zijn van Opdrachtgever.

  • Medewerking audits bij Opdrachtgever

  • 21.6

    Voor zover Opdrachtgever afhankelijk is van Leverancier voor de uitvoering van (wettelijke verplichte) audits, zal Leverancier alle noodzakelijke medewerking verlenen aan de uitvoering van deze audits. De kosten voor deze medewerking worden gedragen door Opdrachtgever.

Artikel 22 Overstap van Opdrachtgever naar ander systeem, afschaling en overdracht

  • Exit-plan

  • 22.1

    Op eerste verzoek van Opdrachtgever zullen Partijen een exit-plan opstellen waarin wordt vastgelegd wat er dient te gebeuren ter voorbereiding op de in dit artikel beschreven werkzaamheden. Het exit-plan zal qua opbouw en mate van detaillering vergelijkbaar zijn met het Implementatieplan. Artikel 5.3 is van overeenkomstige toepassing op het opstellen van het exit-plan.

  • 22.2

    De in dit artikel bedoelde werkzaamheden zullen worden verricht overeenkomstig het exit-plan en het overig bepaalde in de GIBIT, tegen de dan reguliere tarieven van Leverancier.

  • Exit-scenario

  • 22.3

    Leverancier doet bij het, op welke grond ook beëindigen van de Overeenkomst(en), op eerste verzoek van Opdrachtgever datgene wat redelijkerwijs noodzakelijk is om er voor te zorgen dat een nieuwe leverancier of Opdrachtgever zelf zonder belemmeringen een soortgelijke ICT Prestatie ten behoeve van Opdrachtgever kan verrichten (zulks met uitzondering van de afgifte van de broncode van de Programmatuur).

  • 22.4

    Onder de in het vorige lid bedoelde redelijke maatregelen in het kader van de overstap naar een andere leverancier/ander systeem worden in ieder geval verstaan (naar keuze van Opdrachtgever):

    • i.

      het aanleveren van de in de ICT Prestatie opgeslagen gegevens conform de norm voor dataportabiliteit die deel uitmaakt van de Gemeentelijke ICT-kwaliteitsnormen;

    • ii)

      het aan Opdrachtgever aanleveren van de specifieke instellingen/ inrichting van de ICT Prestatie (waaronder begrepen bedrijfsregels, macro’s, etc.);

    • iii)

      het vernietigen van de gegevens waarvoor Opdrachtgever verantwoordelijk is (tegen afgifte van bewijs van vernietiging);

    • iv)

      het technisch ontvlechten en ontmantelen van (een deel van) de ICT Prestatie.

  • 22.5

    Leverancier verricht de in het vorige lid bedoelde werkzaamheden tegen de in de Overeenkomst bepaalde tarieven en condities of bij gebreke daarvan tegen de in het algemeen door Leverancier gehanteerde tarieven en nader overeen te komen condities. In afwijking van de vorige volzin worden voornoemde diensten kosteloos verricht indien sprake is van een toerekenbaar tekortschieten door Leverancier. De onder sub 22.4iii) bedoelde werkzaamheden worden op verzoek hoe dan ook kosteloos verricht.

  • Beperkte voorzetting van ICT Prestatie

  • 22.6

    Leverancier verklaart zich reeds nu voor alsdan bereid bij beëindiging van de Overeenkomst(en) – op welke grond dan ook – op eerste verzoek van Opdrachtgever:

    • i)

      Gebruiksrechten op de Programmatuur of soortgelijke programmatuur te verstrekken die Opdrachtgever in staat (blijven) stellen de met de Programmatuur opgeslagen gegevens te blijven raadplegen; en

    • ii)

      een beperkte vorm van Onderhoud te (blijven) verlenen op deze Programmatuur (namelijk binnen de kaders van de in het vorige lid bedoelde beperkte functionaliteit).

  • 22.7

    De duur en kosten voor de in het vorige lid bedoelde Gebruiksrechten en het daarmee samenhangende Onderhoud zullen in onderling overleg worden vastgesteld, met dien verstande dat:

    • i)

      de Gebruiksrechten en het daarmee samenhangende Onderhoud ten minste een zodanige duur kunnen hebben dat Opdrachtgever aan de wettelijke administratieplichten kan voldoen;

    • ii)

      de kosten voor de beperkte Gebruiksrechten en het beperkte Onderhoud in redelijke verhouding staan tot de oorspronkelijke kosten voor de gehele ICT Prestatie (naar rato van de verminderde functionaliteit).

  • 22.8

    Artikel 22.6 is niet van toepassing bij Hosting.

  • Overdracht ICT Prestatie

  • 22.9

    Opdrachtgever is gerechtigd de ICT Prestatie geheel of gedeeltelijk, inclusief alle daarbij behorende Gebruiksrechten en alle aanspraken in het kader van Onderhoud, onder gelijkblijvende voorwaarden over te dragen aan een gemeenschappelijke regeling of andere entiteit met een publieke functie in het kader van een uitbesteding van een deel van de activiteiten van Opdrachtgever. Leverancier zal alle noodzakelijke medewerking verlenen aan voornoemde overdracht. Leverancier is niet gerechtigd voor de overgang als zodanig kosten in rekening te brengen, wel voor eventueel aanvullend te verrichten werkzaamheden.

  • Verlengd gebruik

  • 22.10

    Leverancier verklaart zich voorts bereid om Opdrachtgever desgewenst toe te staan het gebruik van de ICT Prestatie na de beëindigingsdatum voor een redelijke periode te verlengen, indien de werkzaamheden overeenkomstig het Exit-plan niet tijdig zijn afgerond. Hiervoor zal een vergoeding in rekening worden gebracht, naar rato van de laatst geldende gebruiksvergoedingen, tenzij de niet-tijdige afronding van de Exit-werkzaamheden toerekenbaar is aan Leverancier (de verlenging is dan gratis). De onderhavige Overeenkomst blijft gedurende voornoem- de verlenging onverminderd van kracht.

Artikel 23 Toepasselijk recht en geschillen

  • 23.1

    Op de Overeenkomst en alle daarmee verband houdende overeenkom- sten, is uitsluitend Nederlands recht van toepassing.

  • 23.2

    De eenvormige wetten, opgesteld door de in 1964 te ‘s-Gravenhage gehouden diplomatieke Conferentie betreffende de unificatie van het internationale kooprecht (‘LUF’ en ‘LUVI’) en het Weens Koopverdrag, zijn niet van toepassing.

  • 23.3

    Alle geschillen (daaronder begrepen geschillen die slechts één van de partijen als zodanig beschouwt) die naar aanleiding van de Overeen- komst of daaruit voortvloeiende overeenkomsten tussen partijen mochten ontstaan, zullen aanhangig worden gemaakt bij de bevoegde rechter bij het arrondissement van Opdrachtgever.

  • II. Privacy, beveiliging en archivering

     

    Voor zover met de ICT Prestatie (al dan niet door Leverancier) persoonsgegevens of andersoortige gegevens worden verwerkt die afkomstig zijn van Opdrachtgever of waarvoor Opdrachtgever verantwoordelijk is, gelden in aanvulling op het algemene deel de bepalingen uit het onderhavige hoofdstuk.

Artikel 24 Bewerkersrelatie

  • 24.1

    Voor zover Leverancier in het kader van de uitvoering van de Overeenkomst persoonsgegevens voor Opdrachtgever verwerkt, wordt Leverancier als bewerker / verwerker in de zin van de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) / EU verordening 2016/679 (AVG) aangemerkt.

  • 24.2

    De Overeenkomst in combinatie met de GIBIT wordt door partijen aangemerkt als overeenkomst in de zin van artikel 14 lid 2 Wbp / artikel 28 AVG.

  • 24.3

    Leverancier verklaart zich reeds nu voor alsdan bereid een separate bewerkersovereenkomst af te sluiten met Opdrachtgever met daarin opgenomen aanvullende of afwijkende afspraken omtrent de verwerking van persoonsgegevens. De betreffende bewerkersovereenkomst prevaleert op hetgeen in de onderhavige voorwaarden is bepaald.

  • 24.4

    Opdrachtgever stemt er reeds nu voor alsdan mee in dat Leverancier de verwerking van persoonsgegevens kan uitbesteden aan een derde (een zogenaamde ‘sub-bewerker’) , mits Leverancier:

    • i)

      louter sub-bewerkers betrekt die afdoende garanties bieden met betrekking tot het toepassen van passende technische en organisatorische maatregelen opdat de verwerking aan de vereisten van de wet- en regelgeving voldoet en de bescherming van de rechten van de betrokkene is gewaarborgd;

    • ii)

      de volledige aansprakelijkheid aanvaardt voor het handelen van de ingeschakelde sub-bewerkers;

    • iii)

      met deze sub-bewerker voorafgaand aan de uitbesteding een schriftelijke overeenkomst sluit, op grond waarvan: (1) alle verplichtingen die op grond van de Overeenkomst (waaronder de GIBIT) met betrekking tot de verwerking van persoons- gegevens op Leverancier rusten mede komen te rusten op deze sub-bewerker; (2) de betreffende sub-bewerker zich eveneens richt naar de instructies van Opdrachtgever.

Artikel 25 Verwerking persoonsgegevens

  • 25.1

    Begrippen uit de Wbp / AVG die in dit hoofdstuk zijn overgenomen hebben dezelfde betekenis als in de Wbp / AVG gedefinieerd.

  • 25.2

    Leverancier is niet gerechtigd om op enig moment de persoonsgegevens die zij ter beschikking krijgt op enigerlei wijze geheel of gedeeltelijk anders te (doen) gebruiken dan voor de uitvoering van de Overeenkomst, een en ander behoudens afwijkende wettelijke verplichtingen.

  • 25.3

    Leverancier zal, onverminderd hetgeen in artikel 26 staat vermeld, passende technische en organisatorische beveiligingsmaatregelen treffen om de persoonsgegevens te beveiligen tegen verlies of tegen enige vorm van onrechtmatige verwerking. Deze maatregelen garanderen, rekening houdend met de stand van de techniek en de kosten van de tenuitvoerlegging daarvan, een passend beveiligingsniveau gelet op de risico’s die de verwerking en de aard van de te beschermen gegevens meebrengen. De maatregelen zijn er mede op gericht onnodige verzameling en verdere verwerking van persoonsgegevens te voorkomen.

  • 25.4

    Leverancier legt ten minste een algemene beschrijving van de in het vorige lid bedoelde getroffen technische en organisatorische beveiligingsmaatregelen schriftelijk vast.

  • 25.5

    Leverancier verwerkt persoonsgegevens op behoorlijke en zorgvuldige wijze en in overeenstemming met de toepasselijke wet- en regelgeving, de instructies van Opdrachtgever alsmede een eventueel toepasselijke gedragscode van Opdrachtgever.

  • 25.6

    Leverancier verwerkt persoonsgegevens louter binnen de Europese Economische Ruimte, althans een land dat door een besluit van de Europese Commissie als veilig is aangemerkt, tenzij uitdrukkelijk anders overeengekomen.

  • 25.7

    Alle persoonsgegevens worden als vertrouwelijk in de zin van artikel 15 aangemerkt.

  • 25.8

    Het controlerecht van artikel 21 is van overeenkomstige toepassing.

  • 25.9

    Leverancier onderhoudt zelf geen contact met de betrokkene. Indien de betrokkene Leverancier benadert, zal hij deze verwijzen naar Opdrachtgever. Indien Opdrachtgever (bijv. om technische redenen) niet zelf (volledig) gehoor kan geven aan de uitoefening van een recht door betrokkene (o.m. inzage, correctie, verzet), dan zal Leverancier daar op verzoek zo spoedig mogelijk alle noodzakelijke medewerking aan verlenen.

Artikel 26 Informatiebeveiliging

  • 26.1

    Leverancier staat er voor in dat met de ICT Prestatie door Opdrachtgever kan worden voldaan aan de Baseline Informatiebeveiliging Nederlandse Gemeenten (BIG) welke deel uitmaakt van de Gemeentelijke ICT-kwaliteitsnormen (voor zover relevant voor de ICT Prestatie), althans een andere overeengekomen norm voor informatiebeveiliging.

  • 26.2

    Indien de ICT Prestatie (gedeeltelijk) door Leverancier beheerd wordt (bijv. bij Hosting), of dienstverlening betreft die door Leverancier verricht wordt, staat Leverancier er (voor dat deel) voor in dat de ICT Prestatie voldoet aan de in lid 1 bedoelde norm voor informatiebeveiliging, althans een andere overeengekomen norm. Artikel 25.4 is van overeenkomstige toepassing.

  • 26.3

    Leverancier staat er voor in dat al het door hem ingeschakelde personeel en andere derden zullen werken overeenkomstig de overeengekomen normen voor informatiebeveiliging.

  • 26.4.

    Informatie over de getroffen beveiligingsmaatregelen wordt als vertrouwelijke informatie als bedoeld in artikel 15 beschouwd.

Artikel 27 Meldplicht beveiligingsincidenten

  • 27.1

    Leverancier zal Opdrachtgever na ontdekking onverwijld informeren over alle inbreuken op de beveiliging alsmede andere incidenten die op grond van wetgeving moeten worden gemeld aan een toezichthouder of betrokkene, onverminderd de verplichting de gevolgen van dergelijke inbreuken en incidenten zo snel mogelijk ongedaan te maken dan wel te beperken.

  • 27.2

    Leverancier zal het doen van meldingen aan de toezichthouder(s) overlaten aan Opdrachtgever (behoudens dwingendrechtelijke verplichtingen).

  • 27.3

    Leverancier zal alle noodzakelijke medewerking verlenen aan het zo nodig, op de kortst mogelijke termijn, verschaffen van aanvullende informatie aan de toezichthouder(s) en/of betrokkene(n).

  • 27.4

    De kosten voor de werkzaamheden die op grond van dit artikel door Leverancier moeten worden verricht komen voor rekening van Leverancier, tenzij Leverancier bewijst dat de inbreuk niet aan hem is toe te rekenen.

  • 27.5.

    Leverancier houdt een gedetailleerd logboek bij van alle inbreuken op de beveiliging, evenals de maatregelen die in vervolg op dergelijke inbreuken zijn genomen.

  • 27.6

    Leverancier geeft op eerste verzoek van Opdrachtgever inzage in het in het vorige lid bedoelde logboek.

  • 27.7

    Indien Leverancier toerekenbaar in strijd handelt met een van deze verplichtingen van dit artikel zal Leverancier onmiddellijk – dus zonder dat daarvoor nog een ingebrekestelling moet worden verstuurd - aansprakelijk zijn voor alle schade die Opdrachtgever als gevolg daarvan lijdt, waaronder begrepen eventueel door Opdrachtgever te verbeuren boetes (binnen de kaders van artikel 13). De boetebepaling van artikel 15.4 is van overeenkomstige toepassing.

  • 27.8

    De verplichtingen in dit artikel (behoudens artikel 27.5) zijn niet van toepassing indien en voor zover de inbreuken/incidenten geen enkel risico vormen voor de gegevens die afkomstig zijn van Opdrachtgever of waarvoor Opdrachtgever verantwoordelijk(e) is.

Artikel 28 Archivering

  • 28.1

    Tenzij in de Overeenkomst anders bepaald dient Leverancier zorg te dragen voor het aantoonbaar beheren en beschermen van beheerde gegevens door beveiligingsmaatregelen, preserveringsmaatregelen en controles ten aanzien van archivering, conform de vereisten die deel uitmaken van de Gemeentelijke ICT-kwaliteitsnormen.

  • 28.2

    Leverancier dient zich aantoonbaar aan de in de Gemeentelijke ICT-kwaliteitsnormen althans de Overeenkomst gestelde bewaartermijnen te houden en pas over te gaan tot verwijdering na toestemming van Opdrachtgever.

  • 28.3

    Leverancier moet archiefbescheiden kunnen migreren naar archiefsystemen van Opdrachtgever conform de vereisten die deel uitmaken van de Gemeentelijke ICT-kwaliteitsnormen. Leverancier verricht de werkzaamheden voor het daadwerkelijk migreren van archiefbescheiden tegen de in de Overeenkomst bepaalde tarieven en condities of bij gebreke daarvan tegen de in het algemeen door Leverancier gehanteerde tarieven en nader overeen te komen condities.

  • 28.4

    Indien op het moment van opschorting, opzegging of ontbinding van de Overeenkomst Leverancier archiefbescheiden van Opdrachtgever onder zich heeft die vanwege de plaatsing en inrichting van de ICT Prestatie niet tevens berusten onder de Opdrachtgever als zorgdrager, dan verplicht Leverancier zich te handelen als zou hij een kennisgeving hebben ontvangen onder artikel 11 lid 1 Archiefwet 1995 (ongeacht of de betreffende archiefbescheiden zijn opgenomen in Derdenprogrammatuur).

  • III. Hosting

    Het bepaalde in het onderhavige hoofdstuk is, in aanvulling op het algemene hoofdstuk, alsmede hoofstuk II, van toepassing indien en voor zover de ICT Prestatie (mede) Hosting betreffen (zoals bij ASP, Cloud, IAAS, etc.).

Artikel 29 Algemeen

  • 29.1

    Leverancier zal alle noodzakelijke gegevens, zoals URLs en inloggegevens, aan Opdrachtgever ter beschikking stellen die noodzakelijk zijn om daadwerkelijk gebruik te kunnen maken van de ICT Prestatie.

  • 29.2

    Leverancier is niet gerechtigd de Hosting op te schorten, behalve voor zover voortzetting niet gevergd kan worden. De enkele eenmalige niet-betaling rechtvaardigt dit niet.

Artikel 30 Opgeslagen gegevens

  • 30.1

    Opdrachtgever is zelf te allen tijde volledig verantwoordelijk voor het gebruik dat zij maakt van de Hosting en voor de gegevens die zij met behulp van de Hosting opslaat, opvraagt, verspreidt en anderszins gebruikt.

  • 30.2

    Indien en voor zover er aanwijzigingen of vermoedens bestaan dat de middels de Hosting verwerkte gegevens onrechtmatig jegens derden zijn, zal Leverancier Opdrachtgever daarover zo spoedig mogelijk informeren.

  • 30.3

    Leverancier zal de betreffende gegevens niet zonder voorafgaand overleg met Opdrachtgever verwijderen, tenzij de gegevens zodanig evident onrechtmatig zijn en de spoedeisendheid van het geval maakt dat voorafgaand overleg met Opdrachtgever niet kan worden afgewacht.

Artikel 31 Onderhoud en Beschikbaarheid

  • 31.1

    Vanaf het moment van Acceptatie van de ICT Prestatie zijn de specifieke afspraken omtrent het Onderhoud (ook) op de Hosting van toepassing (zoals de gegarandeerde serviceevels en de overeengekomen Beschikbaarheid).

  • 31.2

    Indien en voor zover in de Overeenkomst geen Service Levels ten aanzien van de Beschikbaarheid van de Hosting zijn afgesproken, geldt een Service Level van 98% Beschikbaarheid per maand op werkdagen tussen 08.00-18.00 uur.

  • 31.3

    Leverancier verzorgt – in afwijking van het bepaalde in artikel 8.10 – bij Hosting de installatie van Updates en Upgrades.

  • 31.4

    Het recht om de ingebruikname van Updates en/of Upgrades te weigeren als bedoeld in artikel 8.11 is niet van toepassing bij generieke Hosting die door Leverancier aan meerdere klanten wordt aangeboden, tenzij in de Overeenkomst anders is bepaald.

Artikel 32 Waarborgen continuïteit

  • 32.1

    Gelet op de grote afhankelijkheid van Leverancier alsmede het continuïteitsrisico bij incidenten en calamiteiten (zoals faillissement) die er bij Hosting bestaat, verklaart Leverancier zich reeds nu voor alsdan bereid aanvullende afspraken met Opdrachtgever te maken teneinde voornoemde risico’s te verkleinen.

  • 32.2

    De in het vorige lid bedoelde aanvullende afspraken kunnen onder meer bestaan uit:

    • i)

      het maken van afspraken over het periodiek terug of aan een derde partij leveren van de door Leverancier verwerkte gegevens (‘data-escrow’); en/of

    • ii)

      het met een derde partij sluiten van een overeenkomst die ertoe strekt dat de betreffende derde partij zich hoofdelijk verbindt tot of borg staat voor de nakoming van de Overeenkomst; en/of

    • iii

      het met een derde partij sluiten van een (triartite) overeenkomst die ertoe strekt dat de betreffende derde partij (voortdurend) over alle benodigde gegevens komt te beschikken om in voorkomend geval (een deel van) de ICT Prestatie uit de Overeenkomst – al dan niet op basis van een nieuwe overeenkomst – in plaats van Leverancier te kunnen (gaan) verrichten.

Bijlage Gemeentelijke inkoop voorwaarden bij IT (GIBIT)

I GIBIT - Artikelgewijze toelichting

 

I. Algemeen deel

 

Artikel 1. Begrippen

In dit artikel zijn de diverse centrale begrippen uit de GIBIT gedefinieerd. Deze begrippen worden niet afzonderlijk toegelicht, doch worden besproken bij de verschillende artikelen waar ze worden gebruikt.

 

Artikel 2. Toepasselijkheid

Dit artikel geeft enkele algemene regels omtrent de toepasselijkheid van de GIBIT. Daarbij wordt onder ICT Prestatie verstaan de totale leveringsomvang van te leveren producten en diensten en gebruiksrechten.

 

Artikel 2.1 bepaalt dat de GIBIT niet alleen van toepassing is op de ICT Prestaties uit de Overeenkomst, maar ook op daarmee – eventueel in de toekomst overeen te komen – samenhangende ICT Prestaties. Hiermee wordt beoogd te voorkomen dat op latere, aanvullende, overeenkomsten opeens een andere set voorwaarden van toepassing zou zijn. Let wel: er is niet beoogd leveranciers voor alle toekomstige opdrachten bij voorbaat aan de GIBIT te binden. Het beding heeft alleen betrekking op overeenkomsten die samenhangen met een overeenkomst waarbij de toepasselijkheid van de GIBIT reeds bedongen is. Een voorbeeld is dat op een later moment alsnog een onderhoudsovereenkomst wordt afgesloten terwijl die oorspronkelijk niet tot de overeenkomst behoorde. Deze betreffende onderhoudsovereenkomst valt dan onder de voorwaarden van de GIBIT. Gemeenten dienen er dus op bedacht te zijn voorafgaand aan het sluiten van een overeenkomst – dus al in de fase van een offerteaanvraag/aanbesteding – de GIBIT van toepas- sing te verklaren. Zodoende wordt geborgd dat vanaf het begin de GIBIT als voorwaarden gelden, ook voor aanvullende overeenkomsten die op een later moment worden afgesloten.

 

Artikel 2.2 ziet op de indeling van de GIBIT in drie hoofdstukken. Het algemene hoofdstuk I is altijd van toepassing; de overige hoofdstukken met bepalingen over privacy, beveiliging, archiefbeheer en hosting zijn van toepassing naar gelang de aard van de te leveren producten/diensten.

Artikel 2.3 is opgenomen om algemene voorwaarden van leveranciers van de hand te wijzen. Doel van deze bepaling is te voorkomen dat de GIBIT niet van toepassing is in het geval leveranciers eigen voorwaarden van toepassing verklaren. De bepaling hangt samen met het bepaalde in artikel 6:225 lid 3 BW. Daarin staat – in de kern – dat de algemene voorwaarden die als eerste van toepassing zijn verklaard van toepassing blijven, tenzij bij het van toepassing verklaren van een tweede set algemene voorwaarden de eerste set uitdrukkelijk van de hand is gewezen. Het is overigens de vraag of het bepaalde in dit artikel voldoet aan het uitdrukkelijkheidsvereiste als bedoeld in artikel 6:225 lid 3 BW. Gemeenten dienen er dus altijd alert op te zijn dat leveranciers in het aanbod geen eigen voorwaarden van toepassing verklaren.

 

Artikel 2.4 is opgenomen om bij eventuele ongeldigheid van een bepaling uit de GIBIT:

1 te voorkomen dat dit effect heeft op de overige bepalingen van de

GIBIT; en

2 partijen te verplichten nieuwe afspraken te maken waarbij doel en strekking van de oorspronkelijke bepaling in acht worden genomen.

 

Artikel 2.5 bepaalt dat de overeenkomst prevaleert op hetgeen in de GIBIT is bepaald. Het is een zeer belangrijke bepaling. Dit hangt samen met het abstracte karakter van de GIBIT en het feit dat de GIBIT een vangnet is. Voor de goede orde: in de overeenkomst tussen gemeente en leverancier kan van iedere bepaling in de GIBIT worden afgeweken. Dat in de GIBIT bij sommige bepalingen uitdrukkelijk wordt verwezen naar de overeenkomst en in andere bepalingen niet, is hiervoor niet relevant. De verwijzingen naar de overeenkomst zijn in voorkomend geval louter opgenomen om extra aandacht te vestigen op de mogelijkheid om af te wijken.

 

Artikel 2.6 bepaalt ten slotte dat wijzigingen op de GIBIT schriftelijk overeen- gekomen moeten zijn. Ook is bepaald dat wijzigingen slechts voor de in artikel 2.1 bedoelde overeenkomst gelden. De gedachte is dat voor ieder project opnieuw moet worden bezien welke bepalingen al dan niet relevant zijn.

 

Artikel 3. Totstandkoming overeenkomst

In dit artikel komt de zorgplicht van de leverancier duidelijk naar voren. Deze zorgplicht voor leveranciers geldt hoe dan ook op grond van de wet en de rechtspraak. Vaak is echter niet duidelijk wat precies onder deze abstracte zorgplicht wordt verstaan. Die wordt daarom hier in artikel 3 nader beschreven. De GIBIT vult deze zorgplicht in ieder geval voor wat betreft de voorfase van contracteren nader in. De leverancier moet zich namelijk niet alleen goed op de hoogte stellen van relevante informatie over opdrachtgever en het voorgenomen project (artikel 3.2/3.3), maar daar vervolgens ook wat mee doen door deze informatie te vertalen in het aanbod en de risicoanalyse (artikel 3.4/3.5). Van de leverancier wordt in feite verwacht dat hij voldoet aan het ‘ken uw klant’ en ‘ken uw product’ principe. Doordat de leverancier de gemeente moet waarschuwen voor eventueel gesignaleerde risico’s, wordt bovendien bewerkstelligd dat de gemeente vooraf weet met welke risico’s rekening gehouden moet worden.

De gedachte is dat de inventarisatie van risico’s zo meer naar voren wordt gehaald en beide partijen beter weten waar ze aan beginnen en vroegtijdig maatregelen kunnen treffen.

De aard en omvang van de risicoanalyse zal per opdracht verschillen. Bij kleine opdrachten of projecten is denkbaar dat de inventarisatie nauwelijks iets om het lijf heeft; bij grote opdrachten en projecten zal hier meer van beide partijen gevergd worden. Het is niet perse noodzakelijk dat er onderzoek bij de gemeente op locatie plaatsvindt. Een leverancier die zijn eigen product kent en ervaring heeft met het implementeren daarvan, weet welke informatie vereist is voor het kunnen doen van een goed aanbod en welke valkuilen in dat aanbod dienen te worden geadresseerd (althans behoort dit te weten). Bij zeer risicovolle en complexe projecten ligt het voor de hand separaat advies in te winnen over de risico’s. Dit kan ook mogelijk als afzonderlijke (deel) opdracht worden ingewonnen.

Afhankelijk van de waarde van de opdracht en/of het eigen beleid van gemeenten kan het zijn dat een opdracht aanbesteed wordt. De aanbestedingswetgeving beperkt de ruimte voor leveranciers om zelf bij de gemeenten tijdens het aanbestedingsproces navraag te doen. Dit wordt erkend in artikel 3.6 van de GIBIT.

 

In artikel 3.7 wordt voor wat betreft zogenaamde Derdenprogrammatuur vooruit verwezen naar artikel 19. De GIBIT erkent hiermee dat leveranciers soms zelf ook gebonden zijn aan bepaalde voorwaarden en mogelijkheden die hen beperken in de vrijheid een volledig eigen aanbod te doen. Meer over Derdenprogrammatuur bij de betreffende toelichting.

Met ‘schriftelijk’ in artikel 3.8 is wordt bedoeld ‘geschreven’, niet ‘op papier’. Elektronische communicatie is dus ook toegestaan.

 

Artikel 4. Uitvoering overeenkomst

In artikel 4.1 is opgenomen dat termijnen fataal zijn. Een fatale termijn wil zeggen dat bij overschrijding daarvan de leverancier automatisch, zonder nadere ingebrekestelling door gemeente, in verzuim raakt. Bij overschrijding van een termijn kan de gemeente de overeenkomst direct ontbinden en/of schade verhalen. Let op: Daar wordt in artikel 5.6 voor wat betreft de implementatie alweer van afgeweken. Ook wordt het fatale karakter gerelativeerd door het bepaalde in artikel 4.4 (zie hierna).

 

Artikel 4.2 biedt de ruimte om de in artikel 3 bedoelde risicoanalyse op een later moment uit te voeren. Dit geeft leveranciers de ruimte om niet al in de offertefase veel energie in de risicoanalyse te hoeven steken. Het risico dat in deze latere fase opeens onacceptabele risico’s naar voren komen, wordt afgedekt door het recht van de gemeente om in die situatie (tegen vergoeding van kosten) de overeenkomst te ontbinden. Leveranciers hebben dit recht niet. Hier is expliciet voor gekozen: immers, van een leverancier mag verwacht worden dat hij reeds bij de eerste aanbieding (voordat de risicoanalyse is uitgevoerd) goed in beeld heeft wat de risico’s aan zijn kant zijn ten aanzien van het leveren van de ICT Prestatie.

 

Artikel 4.3 bepaalt dat indien het transport (in opdracht van of) door de leverancier wordt verzorgd, het transportrisico bij de leverancier ligt, tenzij anders overeengekomen.

 

In artikel 4.4 is uitdrukkelijk bepaald dat de gemeente alle verplichtingen die uit de overeenkomst voortvloeien zal naleven. Strikt genomen is de bepaling overbodig, omdat dit ook al uit de wet en de overeenkomst voortvloeit. De bepaling heeft vooral een belangrijke signaalfunctie, zowel richting ge- meenten als leveranciers. Voor gemeenten is van belang dat zij zich terdege realiseren dat het van belang is dat de – bijvoorbeeld in het Implementatieplan – gemaakte afspraken over de te verrichten werkzaamheden ook (tijdig) worden nagekomen. Voor leveranciers geldt dat indien fatale termijnen (zie artikel 4.1) niet gehaald kunnen worden door toedoen van de gemeenten, de gemeente aldus geen beroep toekomt op het fatale karakter van de betreffende termijnen.

 

Artikel 5. Implementatie ICT Prestatie

De GIBIT gaat ervan uit dat de leverancier de implementatie verzorgt. De implementatie is daarbij bewust ruim gedefinieerd (zie artikel 1.15) en gaat uit van het beheerst en projectmatig inrichten en in gebruik nemen van de ICT Prestatie in de organisatie en het inpassen ervan binnen de bestaande informatievoorziening. Dit laatste uiteraard binnen de kaders van het Overeengekomen gebruik. De implementatie leidt dus niet tot wijzigingen van de gemaakte afspraken over de te leveren functionaliteit.

In artikel 5 komt het vroegtijdig adresseren van risico’s aan de orde.

 

Artikel 5.1 bepaalt dat de implementatie overeenkomstig het implementatieplan plaatsvindt en artikel 5.2 bepaalt dat het opstellen van een dergelijk plan altijd verlangd kan worden.

 

Artikel 5.3 geeft bovendien aan welke onderwerpen in een dergelijk plan opgenomen moeten worden. Het idee is dat het in belang van beide partijen is vooraf – en niet pas gaandeweg het project – goed na te denken over al datgene dat noodzakelijk is om de implementatie tot een succes te maken. Overigens zullen in de praktijk niet alle in het artikel 5.3 genoemde onderwerpen voor ieder project van belang zijn.

 

In artikel 5.4 komt de in artikel 3 en 4 bedoelde risicoanalyse terug. Hierin is opgenomen dat aanpassingen aan het Applicatielandschap van de gemeen- te die noodzakelijk zijn maar vooraf niet-voorzien waren, doch gelet op de zorgplicht van leverancier achteraf wel voorzienbaar waren geweest, voor rekening van de leverancier komen. Het artikel vormt in zoverre de ‘proof of the pudding’ van (de kwaliteit van) de eerder genoemde risicoanalyse ten aanzien van de inpasbaarheid van de aangeboden oplossing bij de gemeente. Het artikel is alleen van toepassing op aanpassingen aan het Applicatielandschap die de Leverancier had kunnen of behoren te voorzien. Het artikel probeert in zoverre te voorkomen dat leveranciers die willens en wetens een onvolledig of ondoordacht aanbod doen bij de gunning voordeel halen en later ‘beloond’ worden met meerwerkopdrachten. Het artikel is bovendien alleen van toepassing op aanpassingen aan het Applicatielandschap die voor de Implementatie (en daarmee dus voor het Overeengekomen gebruik) noodzakelijk zijn. Het artikel vormt dus ook zeker geen vrijbrief voor gemeenten om op kosten van leveranciers allerlei niet aan de Implementatie gerelateerde onderdelen van het Applicatieland- schap te laten upgraden, of om verderstrekkende verbeteringen te verlan- gen dan die noodzakelijk zijn voor de Implementatie. Voor verdergaande aanpassingen maakt de gemeente nieuwe/separate afspraken. Indien in de praktijk blijkt dat het voor gemeenten aantrekkelijk is om bij de aanpassing in het Applicatielandschap verder te gaan dan het voor de Overeenkomst strikt noodzakelijke, dan ligt het voor de hand dat partijen daarover separate afspraken maken (bijv. een afzonderlijk upgrade project met een korting op grond van artikel 5.4).

 

Artikel 5.5 erkent dat gedurende de implementatie werkzaamheden nog wel eens willen schuiven. Tussentijdse opleverdata zijn daarom niet fataal. De eindtermijn is uitdrukkelijk wel fataal. Dit in de gedachte dat uiteindelijk het eindresultaat voor de gemeente telt: een functionerende ICT Prestatie op de overeengekomen datum. De weg ernaartoe is over het algemeen daarbij van minder zwaar gewicht.

 

Artikel 5.6 ziet op de bereidheid van de leverancier om later alsnog of nogmaals aan de implementatie gerelateerde werkzaamheden te verrichten. Te denken valt hierbij aan een na inbedrijfsstelling of livegang alsnog uit te voeren conversie, het na livegang alsnog aanleggen van extra koppelingen of het na livegang alsnog verzorgen van (aanvullende) trainingen. Dergelijke werkzaam- heden worden in beginsel uitgevoerd binnen hetzelfde kader van artikel 5 (dus ook een plan, alleen einddatum is fataal, etc.). Leverancier is uiteraard gerechtigd voor dit meerwerk kosten in rekening te brengen. Dat gebeurt overeenkomstig de (geïndexeerde) overeengekomen dan wel gebruikelijke tarieven.

 

Artikel 6. Gemeentelijke ICT-kwaliteitsnormen, Interoperabiliteitseisen en standaarden

Een van de doelen van de GIBIT is te komen tot een hogere kwaliteit van de informatievoorziening van gemeenten en van de ICT-producten en diensten die daar deel van uitmaken. Ook wenst de GIBIT gestandaardiseerde gegevensuitwisseling te stimuleren zodat informatie goed, veilig en betrouwbaar gedeeld kan worden en processen ketengericht kunnen worden uitgevoerd. Dit komt terug in artikel 6.

 

Artikel 6 schrijft voor dat de ICT Prestatie moet voldoen aan de Gemeentelijke ICT-kwaliteitsnormen. KING geeft aan voor bepaalde soorten/typen applicaties of ICT-producten/diensten welke normen gelden. Het verplichtende karakter van die normen komt terug in artikel 6.1 onder i. Deze set van verplichte nor- men en standaarden wordt periodiek door VNG/KING gepubliceerd. Binnen de set vallen alleen normen en standaarden die verplicht zijn binnen het werkingsgebied van gemeenten, van gemeentelijke samenwerkingsverbanden of voor ketens waarin gemeenten opereren. Het betreft open standaarden en normen waarbij leveranciers bij de vaststelling zijn betrokken.

Verplicht zijn normen en standaarden die een wettelijk kader hebben en standaarden op de lijst van open standaarden zoals vastgesteld en gepubliceerd door het bureau Forum Standaardisatie (ook wel de gangbare standaarden en/of standaarden op de pas-toe-of-leg-uit lijst) en standaarden die als landelijke gemeentelijke standaard of norm door VNG/KING zijn vastgesteld. Het betreft normen en standaarden die de volgende ICT-kwaliteitsgebieden afdekken (tussen haakjes staan ter verduidelijking voorbeelden van betreffende normen en standaarden):

o Architectuur (GEMMA);

o Interoperabiliteit (NEN3610, StUF, SUWIML, Digikoppeling, iWMO);

o Beveiliging (Baseline Informatiebeveiliging Gemeenten);

o Dataportabiliteit;

o Metadatering (TMLO);

o Toegankelijkheid (Webrichtlijnen);

o Archivering (NEN-ISO 15489-1 NL);

o Infrastructuur (Generieke Digitale Infrastructuur, aansluiten op Stelsel van Basisregistraties);

o Documentatie;

o E-facturering.

Standaarden of versies van standaarden die nog in ontwikkeling zijn, vallen buiten de GIBIT. De standaarden en/of nieuwe versies dienen formeel te zijn vastgesteld en een status te hebben van ‘in gebruik’ of een soortgelijke betekenis. De set van toe te passen normen zal op www.gibit.nl worden vermeld.

 

Artikel 6.1 onder ii geeft de gemeente de ruimte om ook aan andere normen als eis op te nemen. Deze eisen dienen dan in bijvoorbeeld een Programma van Eisen of offerteaanvraag gespecificeerd te worden.

Veel normen en standaarden schrijven voor dat bepaalde preventieve testen worden uitgevoerd zodat aangetoond wordt dat aan de betreffende norm wordt voldaan.

 

Artikel 6.2 bepaalt dat deze testen moeten worden uitgevoerd voorafgaand aan de implementatie en op een omgeving van de leverancier. De gedachte is dat het tot een goed ontwikkelproces behoort dat de leverancier zijn eigen product grondig test op de kwaliteitsaspecten (o.a. technische inpasbaarheid en interoperabiliteit) die voor de klant niet goed te beoordelen zijn, alvorens het product aan klanten ter beschikking te stellen. Tevens bepaald artikel 6.2 dat de leverancier moet aantonen dat de ICT Prestatie aan de normen voldoet middels het overleggen van een positief testrapport.

 

Op grond van artikel 6.3 is het opnieuw preventief testen niet noodzakelijk indien de testen onder vergelijkbare omstandigheden op de dezelfde versie van het product, van de norm en van de testset al eens succesvol zijn doorlopen. Dit maakt dat het artikel over de preventieve testen met name bij nieuwe producten, nieuwe versies van producten of producten die nog niet in een vergelijkbare context zijn gebruikt relevant is.

 

Artikel 6.4 benoemt (volledigheidshalve) dat gedurende de Acceptatieprocedure wordt getoetst in hoeverre de ICT Prestatie aan de normen voldoet. Strikt genomen volgt dit al uit het gegeven dat het voldoen aan de normen tot het ‘Overeengekomen gebruik’ hoort.

 

Artikel 6.5 bepaalt dat eventuele koppelingen met andere systemen ge- durende de Acceptatieprocedure moeten worden getest op correcte interoperabiliteit. Veel applicaties werken immers alleen goed in de context van koppelingen met andere applicaties. Dat is voor de eindgebruiker echter vaak niet goed zichtbaar, maar wel essentieel voor veilige en betrouwbare informatieketens.

 

In artikel 6.6 is bepaald dat in beginsel de gemeente verantwoordelijk is om tijdig de leveranciers van de andere relevante applicaties bij de ketentest te betrekken (zij is immers de partij met de contractuele relatie). De leverancier verzorgt in beginsel de coördinatie tussen alle bij de ketentest betrokken partijen. De leverancier zal immers veelal de expertise in huis hebben om dit proces het best te kunnen begeleiden.

 

In artikel 6.7 is een regeling opgenomen voor het geval de ketentest niet slaagt. Het artikel maakt onderscheid tussen twee situaties:

1 Het falen van de test is toerekenbaar aan Leverancier. Deze situatie doet zich bijvoorbeeld voor indien de door leverancier geleverde ICT Prestatie (zoals een Koppeling) gebrekkig is. In dat geval gaat eenvoudigweg de hoofdregel van de Acceptatieprocedure op (zie artikel 7, althans de afspraken in de overeenkomst omtrent acceptatie);

2 Het falen van de test is niet toerekenbaar aan Leverancier. Deze situatie doet zich bijvoorbeeld voor indien er gebreken blijken te zitten in de programmatuur van de andere – tevens bij de ketentest betrokken – leveranciers (waarmee de ICT Prestatie gekoppeld betrokken en het gebrek is dan ook (uiteraard) niet aan leverancier toerekenbaar. Dat laat onverlet dat het voor de gemeente wel noodzakelijk is dat er een oplossing gevonden wordt. Voor de gemeente is immers een functionerende keten van belang. Vandaar de bepaling dat de acceptatieprocedure in dat geval wordt opgeschort totdat partijen een acceptabele oplossing hebben weten te bereiken. Het is denkbaar en zelfs waarschijnlijk dat die oplossing in feite meerwerk omvat. Omvat die oplossing inderdaad meerwerk, dan mag dit alleen worden uitgevoerd na uitdrukkelijke instemming/opdracht van de gemeente. Uiteraard is denkbaar dat in de praktijk ineens zowel het nieuwe/bijgestelde plan, als het (daarin beschreven en daarmee) uit te voeren meerwerk door de gemeente wordt goedgekeurd.

De GIBIT kiest hiermee uitdrukkelijk voor een meer ‘holistische’ benadering van het Applicatielandschap van de gemeente. De gemeente wil immers dat de verschillende applicaties goed samenwerken. Doordat de GIBIT eveneens eisen dat ICT Prestaties aan standaarden voldoen, is de verwachting dat op termijn, zeker zodra er door meer leveranciers onder toepasselijkheid van de GIBIT wordt geleverd, veelvoorkomende problemen en knelpunten bij koppelingen worden gereduceerd en het functioneren van proces- en informatieketens beter is geborgd.

 

Artikel 7. Acceptatie

In artikel 7 is de acceptatieprocedure beschreven.

Het is in het belang van beide partijen dat vooraf helder is op welke wijze de acceptatieprocedure zal verlopen. Vandaar ook dat reeds in artikel 5.3 sub viii is bepaald dat, als onderdeel van het Implementatieplan, moet worden vastgelegd op welke wijze de acceptatieprocedure wordt uitgevoerd. Er zal echter niet altijd een implementatieplan zijn. Ook is denkbaar dat het implementatieplan ten aanzien van de acceptatietest geen of onvoldoende uitgewerkte afspraken bevat.

 

Vandaar dat artikel 7.1 bepaalt dat op verzoek van de gemeente alsnog een schriftelijk testprotocol wordt opgesteld. De verwijzing naar artikel 5.2 is bedoeld om aan te geven dat de leverancier penvoerder is van het plan (als meest deskundige) en voor het opstellen van het plan geen afzonderlijke vergoeding in rekening mag brengen. De overige bepalingen van artikel 7 moeten worden gezien zijn ‘vangnetbepalingen’. Deze artikelen geven de kaders voor zover er in de Overeenkomst of in een ander bovenliggend document geen meer specifieke afspraken over de Acceptatieprocedure zijn gemaakt. Het geheel van deze bepalingen beschrijft de Acceptatieprocedure.

 

Artikel 7.2 geeft in de kern aan wat er tijdens testen gebeurt. We lichten de elementen puntsgewijs toe:

• Er wordt getest op Gebreken (zie artikel 1.9), dus op het niet voldoen aan het Overeengekomen gebruik (zie artikel 1.23). Er wordt uitdrukkelijk niet getest op aspecten van de ICT Prestatie die niet overeengekomen zijn (dat zou immers ook niet toerekenbaar zijn aan leverancier). Wel wordt getest op het begrip Overeengekomen gebruik welke ruimer is dan sec datgene wat in een programma van eisen staat (o.a. vanwege de in artikel 3 verwoorde zorgplicht);

• De resultaten van de Acceptatieprocedure worden schriftelijk vastgelegd in een testverslag. Dit verslag zal door partijen worden ondertekend. De gedachte is dat discussie achteraf over de uitkom- sten van de acceptatietest op deze wijze tot een minimum wordt beperkt;

• Leverancier dient een planning af te geven voor het herstel van geconstateerde Gebreken. Die planning dient conform artikel 7.3 te passen binnen de algehele planning van het project;

• Na het herstel van de Gebreken legt de leverancier de ICT Prestatie opnieuw ter Acceptatie voor. Er volgt dan wederom een acceptatie- procedure conform de hiervoor beschreven uitgangspunten.

 

Artikel 7.3 is hiervoor al kort aangestipt. Het artikel bepaalt dat herstel van tijdens het testen geconstateerde Gebreken niet mag leiden tot vertraging. Het is dus aan de leverancier – mede gelet op zijn rol als penvoerder van het aanbod (artikel 3), het implementatieplan (artikel 5) en/of het testprotocol (artikel 7.1) – om op voorhand een realistische planning te hanteren met voldoende ruimte voor herstel van eventueel geconstateerde Gebreken.

acceptatieprocedure vermeld:

1 ontbinding van de Overeenkomst; of

2 het alsnog kosteloos laten herstellen van de Gebreken; of

3 onder een nadere voorwaarde accepteren waarbij geldt dat indien niet aan de voorwaarde wordt voldaan alsnog direct kan worden ontbonden.

Deze drie smaken geven de gemeenten veel flexibiliteit in hoe om te gaan met eventuele gebreken:

1 indien kernaspecten van de ICT Prestatie niet goed zijn dan ligt ontbinding voor de hand;

2 bij kleine gebreken ligt kosteloos herstel voor de hand; en

3 bij het niet tijdig opleveren van onderdelen van de Prestatie die voor de gemeente pas in de toekomst relevant worden, ligt voorwaardelijke acceptatie voor de hand (namelijk acceptatie onder de voorwaarde dat de ICT Prestatie wel correct is geïmplementeerd op de datum dat de nu ontbrekende onderdelen voor de gemeente relevant worden).

In de GIBIT is er bewust voor gekozen na twee testrondes direct te kunnen ontbinden, zonder nadere ingebrekestelling. De gedachte is dat twee kansen om de overeengekomen prestatie te leveren in beginsel voldoende moet zijn. Bovendien wordt hiermee het preventief en zorgvuldig testen gestimuleerd.

 

Artikel 7.5 geeft partijen de ruimte om eventueel overeen te komen dat bepaalde gebreken buiten de staande planning worden hersteld.

 

Artikel 7.6 bepaalt uitdrukkelijk dat Gebreken die niet in de weg staan aan productieve ingebruikname, geen grond kunnen vormen voor niet-Acceptatie. De gedachte van de bepaling is dat een project niet op een formaliteit zou moeten worden afgekeurd, maar alleen op gebreken die daadwerkelijk relevant/wezenlijk zijn voor de gemeente. Dat laat overigens onverlet dat ook die minder relevante gebreken alsnog moeten worden hersteld. De levering van die betreffende functionaliteit is immers wel overeengekomen.

 

Artikel 7.7 bepaalt dat indien er deelleveringen hebben plaatsgevonden, dat dan na de laatste deellevering er ook nog een integrale Acceptatieprocedure plaatsvindt. Hiermee wordt uitdrukkelijk erkend dat bij ICT Prestaties de delen correct kunnen functioneren (voor zover te beoordelen als losstaand onderdeel), doch de som der delen niet, terwijl het de gemeente uiteraard om de som der delen (de totale ICT Prestatie) te doen is.

 

Artikel 7.8 geeft ten slotte een vermoeden van acceptatie aan indien de ICT Prestatie voor productieve doeleinden in gebruik is genomen, terwijl er geen acceptatieprocedure is afgesproken noch heeft plaatsgevonden. Deze dubbele voorwaarde is met name opgenomen vanwege noodgedwongen ingebruikname bij vertraging van het project. Het is denkbaar dat een gemeente bij vertraagde levering de ICT Prestatie noodgedwongen wel in gebruik moet nemen (bijv. omdat er anders geen ICT in huis is om een nieuwe wet te ondersteunen), maar dat wil daarmee niet zeggen dat de gemeente de ICT Prestatie (dus) ook geaccepteerd heeft. Als de gemeente echter zelf op voorhand bewust afziet van het houden van een Acceptatieprocedure en de ICT Prestatie vervolgens voor productieve doeleinden in gebruik neemt, dan aanvaardt ze daarmee impliciet dat de ICT Prestatie bij levering mogelijk nog Gebreken bevat, die vervolgens in het kader van Onderhoud (artikel 8) geadresseerd zullen (kunnen/moeten) worden.

 

Artikel 8. Onderhoud en ondersteuning

Uitgangspunt van de GIBIT is dat na de acceptatie de onderhoudsfase volgt. De GIBIT biedt een (abstract) kader voor de onderhoudsfase. Dit kader wordt in de praktijk veelal nader uitgewerkt in de overeenkomst of een afzonderlijke onderhoudsovereenkomst/SLA.

Vanwege het belang van blijvend goed functionerende ICT-systemen is er bewust voor gekozen om standaard te bepalen dat de leverancier Onderhoud verricht (artikel 8.1) en dat dit Onderhoud standaard alle in artikel 8.3 genoemde vormen van onderhoud omvat. Uiteraard is het ook mogelijk dat in de overeenkomst juist wordt bepaald dat leverancier geen onderhoud verricht, of slechts een deel van de in artikel 8.3 genoemde vormen van onderhoud.

 

In artikel 8.2 wordt het ‘vangnet’ karakter van de GIBIT wederom benadrukt. De bepalingen in de GIBIT gelden als basis, maar in de Overeenkomst of SLA kan hiervan worden afgeweken. De GIBIT bevatten weinig concrete normen ter zake van Onderhoud, behoudens enkele abstracte eisen (die hierna worden toegelicht). De concrete door de Leverancier na te leven normen (Service Levels) zullen dan ook in de Overeenkomst of SLA moeten worden opgenomen. Bovendien zullen allerlei praktische aspecten rondom het verlenen van Onderhoud nader moeten worden ingevuld (zoals hoe en waar een Gebrek gemeld moet worden). In veel gevallen is een dergelijke overeenkomst of SLA dan ook noodzakelijk.

 

In artikel 8.4 is het uitgangspunt benoemd dat onderhoud zo min mogelijk verstorend moet zijn voor de bedrijfsprocessen van de gemeente. Er is bewust gekozen niets te bepalen over de precieze tijden waarop onderhoud wel/niet mag plaatsvinden, aangezien dat te zeer afhankelijk is van de precieze aard van de ICT Prestatie en de processen waarin deze wordt gebruikt.

 

Artikel 8.5 bepaalt dat de leverancier in ieder geval bereikbaar moet zijn op werkdagen tussen 08.00 en 18.00 uur. Er is bewust gekozen voor de term bereikbaar, zonder te specificeren welk kanaal of communicatiemiddel hierbij gebruikt moet worden. Dit laat leveranciers voldoende ruimte om dit zelf in te richten (telefoon, e-mail, chat, etc.).

 

Artikel 8.6 hangt samen met het hiervoor bij artikel 8.2 beschreven ‘vang- net’ karakter van de GIBIT. Het bepaalt dat leverancier bereid moet zijn een nadere SLA te sluiten. Een specifieke eis aan die SLA is dat er Service Levels in kunnen worden opgenomen en dat aan het niet halen van Service Levels maatregelen zijn verbonden. Welke maatregelen dat zijn, zal van geval tot geval nader moeten worden ingevuld. Het is voor de gemeente van belangdat de maatregel voldoende prikkel voor de leverancier geeft tot nakoming en bovendien iets oplevert waar de gemeente ook iets aan heeft.

 

In artikel 8.7 is bepaald dat ontbinding van de overeenkomst(en) in ieder geval mogelijk is bij het herhaald niet halen van de service levels. Deze bepaling is opgenomen om uit de discussie te blijven of het niet halen van een service level altijd kwalificeert als tekortkoming en/of de discussie of dergelijke omissies altijd de ontbinding van de overeenkomst rechtvaardigen. Bovendien is bepaald dat bedongen maatregelen de overige rechten van gemeenten onverlet laten. Dit om te voorkomen dat een in de SLA bedongen sanctie op grond van de wet zou gelden als gefixeerde schadevergoeding (artikel 6:92 lid 2 BW).

 

In artikel 8.8 is bepaald dat indien Leverancier aantoont dat een Gebrek niet aan hem toerekenbaar is, hij alleen na afzonderlijke opdracht daartoe gehouden is tot herstel van het Gebrek. Te denken valt hierbij aan de situatie dat een medewerker van de gemeente in strijd met instructies van de leverancier belangrijke instellingen in de ICT Prestatie heeft gewijzigd, of dat door toedoen van een niet aan Leverancier toerekenbare virusuitbraak er allerlei herstelwerkzaamheden moeten worden verricht.

 

In artikel 8.9 zijn enkele eisen opgenomen ten aanzien van het preventief en innovatief onderhoud. Het is voor gemeenten van groot belang dat blijvend wordt voldaan aan wet- en regelgeving, dat de interoperabiliteit gewaarborgd blijft en dat zij er niet in functionaliteit op achteruit gaat. Voor leveranciers

is dit een zware eis, echter voor gemeenten een belangrijke. Vrijwel alle gemeentelijke producten, diensten, processen en informatieketens zijn immers op de een of andere manier gerelateerd aan het voldoen aan wet- en regelgeving. Door verdergaande digitalisering heeft dat effect op de kwaliteitseisen aan ICT-producten en diensten. De GIBIT gaat er derhalve vanuit dat de leverancier, als gespecialiseerde aanbieder van bepaalde programma- tuur om bepaalde wetgeving te ondersteunen, veel beter dan de gemeente in staat is (zou moeten zijn) om wijzigingen in wetgeving tijdig te vertalen naar de benodigde (technische) aanpassingen in de ICT Prestatie. Let op: het ondersteunen van volstrekt nieuwe wetgeving valt veelal niet onder het ‘Overeengekomen gebruik’ (en daarmee het Onderhoud) en valt dus niet binnen de verplichting van dit artikel.

 

Artikel 8.10 geeft het kader voor de installatie van updates en upgrades. Uitgangspunt is dat de gemeente in beginsel zelf de installatie van updates en upgrades verzorgt. In artikel 8.10 is niettemin bepaald dat leverancier dit op verzoek (en tegen vergoeding) kan doen. In dat geval zijn ook de bepalingen omtrent implementatie en acceptatie van toepassing. In artikel 8.11is getracht een genuanceerde regeling te treffen voor het weigeren van de installatie van nieuwe updates/upgrades. Enerzijds heeft de gemeente het recht die installatie te weigeren, anderzijds worden de verplichtingen van de leverancier in het kader van Onderhoud wat gerelativeerd indien de gemeente hiertoe besluit. Het artikel speelt niet in het geval van Hosting (zie de vooruitverwijzing naar artikel 31.4).

 

In artikel 8.12 is opgenomen dat de leverancier in beginsel standaard rapporteert over de nakoming van de Service Levels. Artikel 8.13 bepaalt vervolgens dat de gemeente na ontvangst van de rapportage zal beoordelen in hoeverre de leverancier de gemaakte afspraken naleeft. Eventueel kan op grond van artikel 21 hierbij een derde partij (auditor) worden ingeschakeld.

 

Artikel 8.14 vormt het sluitstuk van het vangnetkarakter van de GIBIT inzake onderhoud. Het bepaalt namelijk dat indien er initieel geen of slechts deels Onderhoud is overeengekomen, dat leverancier dan bereid moet zijn om op verzoek later alsnog Onderhoud te gaan verrichten of de bestaande overeen- komst inzake Onderhoud uit te breiden. Uiteraard geschiedt dit alles tegen een nader overeen te komen vergoeding. Het belang voor de gemeente is er met name in gelegen dat zij zeker weet dat ze altijd alsnog tot het afnemen van onderhoud kan overgaan.

 

Artikel 9. Vergoeding, facturatie en betaling

In artikel 9.2 is een iets andere benadering gekozen dan de ARBIT doet. Waar de ARBIT uitgaat van volledige voorfinanciering door de leverancier, kiest de GIBIT ervoor slechts een deel van de betalingen achter te houden tot na acceptatie. Dit in de gedachte dat het onredelijk is het gehele financiële risico van het project bij de leverancier te leggen, doch tegelijkertijd voldoende (financiële) prikkel voor de leverancier over te houden om tot correcte implementatie te komen. In dat kader is voor de meeste vergoedingen bepaald dat 30% wordt achtergehouden tot Acceptatie. De GIBIT erkent voorts dat bij Derdenprogrammatuur de leverancier veelal zelf direct moet betalen. Van- daar dat bij Derdenprogrammatuur geen sprake is van het achterhouden van een deel van de vergoeding maar betaling na levering geschiedt. Overigens, dit geldt enkel voor Derdenprogrammatuur welke conform artikel 19 vooraf aan de gemeente kenbaar is gemaakt.

 

Artikel 9.3 geeft de mogelijkheid in de Overeenkomst nadere eisen te stellen ten aanzien van de factuur.

 

Artikel 9.4 stelt als standaard betaaltermijn 30 dagen.

 

Artikel 9.5 bepaalt dat er standaard elektronisch moet worden gefactureerd conform de daarvoor geldende standaard.

 

In artikel 9.6 en 9.7 zijn regelingen omtrent prijsverhogingen doorgevoerd. Hoofdregel is dat alleen de prijsstijging uit de dienstenprijsindex gevolgd mogen worden (artikel 9.6). Opnieuw wordt hier de nuance gezocht ten aanzien van Derdenprogrammatuur: hier mogen niet voorzienbare prijsstijgingen aan gemeenten worden doorbelast mits deze aantoonbaar worden gemaakt.

 

Artikel 9.8 bepaalt dat vergoedingen die gerelateerd zijn aan wijzigingen onderhevige getallen die zijn gerelateerd aan Opdrachtgever, slechts éénmaal per jaar worden bijgesteld en wel op 1 januari. De gedachte is dat hierdoor prijsschommelingen gedurende de looptijd worden beperkt.

 

Artikel 9.9 bepaalt dat hetgeen in dit artikel omtrent Derdenprogrammatuur is bepaald alleen geldt voor zover leverancier heeft voldaan aan hetgeen in artikel 19.1 is bepaald. Artikel 19.1 bepaalt dat leverancier de relevante Derdenprogrammatuur uitdrukkelijk in zijn aanbod moet specificeren. Met andere woorden: indien leverancier verzaakt de relevante Derdenprogrammatuur te specificeren, dan geniet hij ook niet de voordelen van genuanceerde betalingsregeling zoals verwoord in dit artikel (en wordt dus ook bij die programmatuur 70% bij ingebruikname en 30% bij integrale acceptatie betaald).

 

Artikel 10. Garanties

In dit artikel worden in het eerste lid diverse garanties vermeld. De meeste garanties spreken voor zich en zien er met name op dat de leverancier er voor in staat dat hij zal levert wat is overeengekomen.

De garantie onder iii hangt samen met artikel 8.14 inzake Onderhoud. Het is voor gemeenten van belang om desnoods op een later moment alsnog Onderhoud af te kunnen nemen. Het is daarvoor noodzakelijk dat de geleverde ICT Prestatie daadwerkelijk nog onderhouden wordt. In dit artikel geeft de leverancier de garantie dat dit in ieder geval twee jaar na Acceptatie nog het geval is.

 

Artikel 10.2 vermeldt een belangrijk gevolg van de garanties, namelijk dat indien de gemeente een garantie inroept, dat het dan aan de leverancier is om aan te tonen dat het beroep onterecht is. Het artikel bevat in zoverre een bewijslastverdeling.

 

Artikel 11. Documentatie

Het eerste lid van dit artikel bepaalt dat leverancier documentatie dient te leveren. Ook stelt het artikel enkele eisen aan de documentatie. Documentatie wordt hier in brede zin gebruikt: het artikel ziet zowel op het gebruik van de geleverde ICT Prestatie (sub i, sub iii), op het documenteren van de door Leverancier gemaakte instellingen (sub ii), op het kunnen uitvoeren van de acceptatietesten (sub iv) en op het beheren van de ICT Prestatie (sub v). Daarbij kan voor het nakomen van sub v de GEMMA Softwarecatalogus (www.softwarecatalogus.nl) deels worden gebruikt.

Om leveranciers voldoende flexibiliteit te geven, is bepaald dat alleen de documentatie gericht op eindgebruikers in het Nederlands gesteld dient te zijn. Overige documentatie mag ook in het Engels zijn opgesteld.

 

Artikel 11.2 en 11.3 zien op het tijdig aanleveren van de documentatie. Lid

2 bepaalt dat de documentatie in ieder geval voorafgaand aan de Acceptatie- procedure en bij de levering van Updates en Upgrades moet worden geleverd. Het derde lid bepaalt in algemene zin dat leverancier de documentatie moet updaten zodra blijkt dat deze niet langer juist is.

 

Artikel 12. Productmanagement

Het is voor gemeenten van belang tijdig op de hoogte te zijn en blijven omtrent de ontwikkelingen van de ICT Prestatie. Vandaar dat in dit artikel is opgenomen dat de gemeente tijdig over de roadmap wordt geïnformeerd (artikel 12.1) en toegang krijgt tot organen/platformen waar ervaringen met en informatie over de ICT Prestatie wordt uitgewisseld (artikel 12.2). Beide aspecten staan los van eventueel overeengekomen onderhoud. Voorts zijn in dit artikel in het derde lid bepalingen opgenomen over uitbrei- dingen op bestaande programmatuur die op maat en op kosten van een gemeente zijn ontwikkeld. Het artikel bepaalt dat de leverancier (1) andere gebruikers van de programmatuur moet informeren over de uitbreiding, waar- onder of de uitbreiding wordt opgenomen in toekomstige versies en (2) de uitbreiding aan andere gebruikers kosteloos ter beschikking moet stellen.

De gedachte is dat meer gemeenten van deze uitbreidingen profijt hebben. Het artikel bepaalt verder dat het gebruik van de aldus ter beschikking gestelde uitbreiding voor eigen risico van de gemeente is, tenzij de uitbreiding op kosten van de gemeente zelf is ontwikkeld of als onderdeel van een Update

of Upgrade in het kader van Onderhoud ter beschikking wordt gesteld. De gedachte hiervan is dat het zowel voor de gemeente als de leverancier het meest aantrekkelijk is om uitbreidingen onder te brengen in het standaard product en het standaard onderhoudsprogramma.

 

Artikel 13. Aansprakelijkheid

Het artikel over aansprakelijkheid is geïnspireerd op de ARBIT, maar kiest ook een eigen koers. Die eigen koers blijkt met name uit het tweede en het vierde lid van het artikel.

In het tweede lid staan de schadesoorten vermeld die bij aansprakelijkheid van de leverancier voor vergoeding in aanmerking komen. Deze lijst is bedoeld om discussies over schade (direct/indirect, causaliteit, etc.) te vermin- deren en juist vooraf voor beide partijen helder te hebben welke schadesoorten relevant (kunnen) zijn. Bij de concrete toepassing van het artikel kan er altijd als nog discussie zijn of een bepaalde schadepost onder een bepaald artikel valt en of de betreffende concrete schade niet in een te ver verwijderd verband van de schadeoorzaak staat. Dat een bepaalde schadesoort (in abstracto) voor vergoeding in aanmerking komt, is hiermee echter evident.

In het vierde lid is een genuanceerdere regeling getroffen in vergelijking met de ARBIT. In de kern staat hier dat wanneer de gemeente een boete opgelegd krijgt van een toezichthouder vanwege een situatie die rechtstreeks toe te rekenen is aan een toerekenbare tekortkoming of een toerekenbaar gedragen of nalaten van de leverancier (lees: een onrechtmatige daad), dat de leverancier de gemeente voor die boete moet vrijwaren (althans voor dat deel dat aan de leverancier is toe te rekenen). Dit is een situatie die zich in de praktijk niet zo snel zal voordoen (gelet op o.m. het ultimum remedium karakter van boetes). De vraag is bovendien of er geen sprake is van opzet of grove schuld van de leverancier indien de gemeente een boete krijgt vooreen situatie die toerekenbaar is aan de leverancier. Juist om die discussie te voorkomen is niettemin opgeschreven dat de leverancier de gemeente voor dergelijke boetes vrijwaart.

Voor de goede orde merken wij op dat naast de bepalingen in de GIBIT het Burgerlijk Wetboek (en andere wetgeving) onverkort van toepassing is, tenzij daar in de GIBIT uitdrukkelijk van is afgeweken. Dat uitgangspunt geldt voor de hele GIBIT en (dus) ook voor het thema aansprakelijkheid. Dit houdt o.m. in dat de regels uit boek 6 titel 1 afdeling 10 (over schadevergoeding) van toepassing zijn, waaronder begrepen de daarin opgenomen regels omtrent schadebegroting, causaliteit, eigen schuld, etc. Ook in de situaties van artikel 13.3, 13.4 en 13.5 is de aansprakelijkheid van leverancier dus niet onbeperkt (maar beperkt door de kaders van het BW).

 

Artikel 14. Verzekering

In artikel 14 is bepaald dat leverancier voldoende zekerheid moet bieden voor verhaal, hetzij via een verzekering, hetzij anderszins. Er is bewust voor gekozen een verzekering niet dwingend voor te schrijven. Er zijn immers legio manieren denkbaar waarop het risico voor gemeenten dat de leverancier in voorkomend geval geen verhaal biedt, afgedekt kan worden (moedergarantie, bankgarantie, derdenrekening, etc.).

In het tweede lid is een minimumdekking opgenomen. Deze dekking correspondeert met de maximale aansprakelijkheid zoals dit in het vorige artikel is bepaald.

 

Artikel 15. Geheimhouding

Artikel 15 regelt een wederkerige geheimhoudingsverplichting. In het eerste lid is bepaald dat beide partijen alle informatie waarvan zij het vertrouwelijke karakter (behoren te) kennen geheim zullen houden. Partijen worden uit de geheimhouding ontheven voor zover dit noodzakelijk is op grond van een wettelijk voorschrift, onderzoek van een toezichthouder of gerechtelijke procedures. Verder is uitdrukkelijk in lid 1 bepaald dat gemeenten de inhoud van de overeenkomst met andere gemeenten mogen delen. De gedachte is dat hierdoor meer prijstransparantie op de markt zal gaan ontstaan.

In het tweede lid is opgenomen dat beide partijen de geheimhouding ook zullen opleggen aan door hen ingeschakeld personeel en hulppersonen.

Het derde lid bepaalt dat vertrouwelijke gegevens op verzoek moeten worden teruggeven.

Het vierde lid ten slotte stelt voor alle partijen een boete op het schenden van de geheimhoudingsplicht. Er is een boete opgenomen omdat het begroten van de schade bij schending van de geheimhouding in de praktijk veelal niet eenvoudig is. Zodoende zou iedere prikkel tot het geheim houden van vertrouwelijke informatie zonder boetebeding kunnen ontbreken (bij niet te begroten schade volgt immers toch geen schadeclaim). De boete is gemaximeerd op € 50.000,--.

 

Artikel 16. Overmacht

Het eerste lid van dit artikel herhaalt in feite wat er in de wet omtrent over- macht staat.

Het tweede lid expliceert dat bepaalde omstandigheden in ieder geval niet als overmacht worden gekwalificeerd. De in dit lid genoemde omstandigheden komen dus voor risico van de leverancier.

Ten aanzien van uitval van nuts- en telecomvoorzieningen is een genuanceerde regeling getroffen. In beginsel kwalificeert uitval van dergelijke diensten als overmacht. De GIBIT erkent daarmee dat leveranciers dergelijke diensten zelf ook inkopen en daarbij veelal niet in de positie zijn om een bepaald niveau van dienstverlening af te dwingen. Van overmacht is echter geen sprake indien de storing door leverancier zelf is veroorzaakt of wanneer is overeengekomen dat leverancier de nuts- of telecomvoorzieningen beschik- baar diende te houden. Ter illustratie van dit laatste: voor een cloud-/ASP-dienst betekent dit veelal dat het de leverancier wel kan worden aangerekend als zijn eigen verbinding naar het publieke internet toe uitvalt (dit is dan geen overmacht), maar niet indien er op het publieke internet of bij de provider van de gemeente storingen zijn die maken dat er geen gebruik kan worden gemaakt van de cloud-/ASP-dienst.

 

Artikel 17. Intellectuele eigendom

Tijdens de totstandkoming van de GIBIT is ten aanzien van intellectuele eigendom onderscheid gemaakt tussen drie situaties:

1 de leverancier levert een standaardproduct;

2 de leverancier ontwikkelt op verzoek en op kosten van gemeente een aanvulling op een standaardproduct;

3 de leverancier ontwikkelt op verzoek van de gemeente een autonoom functionerend programma.

In de eerste situatie ligt het voor de hand dat de gemeente louter een gebruiksrecht verkrijgt en geen andere aanspraak op de intellectuele eigendomsrechten. Dit komt in artikel 17.3 naar voren. De duur van de gebruiksrechten verschilt naar gelang de aard van de vergoeding: bij periodieke vergoedingen is de duur van het gebruiksrecht gelijk aan de looptijd van de overeenkomst, bij overige vergoedingen is sprake van een eeuwigdurend gebruiksrecht. De koppeling aan de duur van de overeenkomst (en niet: aan de betaalfrequentie) bij periodieke vergoedingen is bewust; voorkomen moet worden dat het niet tijdig betalen automatisch tot verval van het gebruiksrecht leidt.

De tweede hiervoor beschreven situatie kan zich onder allerlei omstandig- heden voordoen. Zo kan de aanvulling op het product zeer specifiek op de omstandigheden bij een bepaalde gemeente toegeschreven zijn (in welk ge- val overdracht van IE-rechten voor de hand zou kan liggen), maar is evengoed denkbaar dat de aanvulling op het product in feite zo generiek van aard is dat ook andere gemeenten daarvan zouden kunnen profiteren (in welk geval een terugverdienregeling en/of een doorslaggevende stem bij de verdere productontwikkeling wellicht logischer is). Juist omdat het een aanvulling op een standaardproduct betreft, en de broncode van de aanvulling dus sterk ver- band zal hebben met de broncode van het standaardproduct, ligt terbeschikkingstelling van broncodes in veel situaties niet voor de hand (bedrijfsgeheim). Overdracht van IE-rechten zal in veel gevallen om soortgelijke redenen lastig liggen. Het voorgaande laat onverlet dat bij dergelijke situaties in feite sprake is van door de belastingbetaler gefinancierde productontwikkeling. Vandaar dat is bepaald dat die aanvullingen kosteloos aan andere gebruikers van de betreffende programmatuur ter beschikking moeten worden gesteld. Zie daarvoor de nadere toelichting bij artikel 12. Het staat partijen vrij in voorkomend geval in de overeenkomst te bepalen dat artikel 17.4 niet van toepassing is, in welk geval het bepaalde in artikel 12.3 ook niet geldt.

In de derde situatie wordt specifiek voor de gemeente een autonoom program- ma ontwikkeld. Het ligt dan voor de hand dat de gemeente ook de beschikking krijgt over de rechten en de broncodes van dat zelfstandige programma. Dat is dan ook in artikel 17.5 bepaald. In artikel 17.6 wordt direct de nuance hierbij gezocht: de gemeente verklaart zich hierin bij voorbaat bereid om in gesprek te gaan om de rechten terug over te dragen. Partijen zullen in overleg moeten treden onder welke voorwaarden die overdracht plaatsvindt.

In lid 6 en 7 is geborgd dat de gemeente gebruik kan blijven maken van de voor haar relevante functionaliteit bij claims van derden dat de gebruikte ICT Prestatie inbreuk maakt op hun rechten. In lid 8 is bepaald dat bij een aansprakelijkstelling door de betreffende derde, de gemeente de overeenkomst ook moet kunnen ontbinden. Deze laatste bepaling is met name bedoeld om de schade voor de gemeente te kunnen beperken. De gemeente moet een aansprakelijkstelling immers in de administratie opnemen en heeft zodoende een (boekhoudkundige) prikkel om de (vermeende) inbreuk zo snel mogelijk te (kunnen) staken. In de praktijk zal vermoedelijk weinig een beroep worden gedaan op lid 8 en zal met name de (meer praktisch gerichte) benadering van lid 6 en 7 relevant zijn.

 

Artikel 18. Toegang tot data

Het is voor de gemeenten van groot belang dat zij toegang blijven houden tot de met de ICT Prestatie verwerkte data (hun eigen data). Gemeenten wensen de betreffende gegevens ook buiten de door de leverancier geleverde prestatie en/of voor andere doeleinden en in andere processen en systemen te kunnen gebruiken, zoals business intelligence toepassingen of big data analyses voor managementinformatie en/of in bedrijfssystemen die deel uitmaken van de proces- en informatieketen.

Dit artikel bepaalt in lid 1 dat leverancier opdrachtgever in staat moet stellen die toegang te allen tijde te verkrijgen. De wijze waarop leverancier daar invulling aan geeft, is open gelaten. In lid 2 zijn slechts enkele voorbeelden opgenomen. In de praktijk kan leverancier ook op andere wijzen aan de verplichting uit lid 1 voldoen.

Het laatste lid bepaalt dat het gebruik van de gegevens door de gemeente voor eigen rekening en risico is. Wel moet de leverancier de gemeente waarschuwen indien het verlenen van toegang ertoe leidt dat bepaalde beveiligingen worden omzeild (lid 3). De gemeente kan zo een geïnformeerde keuze maken over het gebruik van de data.

 

Artikel 19. Derdenprogrammatuur

In de GIBIT is een afzonderlijke regeling opgenomen voor Derdenprogrammatuur. Dit begrip is gedefinieerd in artikel 1.7. Er wordt gedoeld op programma- tuur van externe leveranciers die niet gelieerd zijn aan de leverancier en op welke ontwikkeling leverancier verder ook geen invloed heeft. Er kan worden gedacht aan programmatuur van partijen als Microsoft, Oracle, Adobe, Google, IBM, HP, SAP, etc.

De regeling van artikel 19 is opgenomen omdat erkend wordt dat leveranciers veelal geen invloed hebben op de kwaliteit/functionaliteit van deze Derdenprogrammatuur, noch op de voorwaarden waaronder deze Derdenprogrammatuur op de markt wordt gebracht.

In lid 1 is bepaald dat leverancier moet specificeren of sprake is van Derden- programmatuur en zo ja, welke licentievoorwaarden gelden. De gedachte is dat de gemeente zo een geïnformeerd besluit kan nemen over het al dan niet accepteren van die voorwaarden. Die voorwaarden prevaleren namelijk op hetgeen elders in de overeenkomst is bepaald (lid 6).

In lid 2 is bepaald dat de leverancier moet aangeven of de betreffende Derden- programmatuur ook elders te verkrijgen is. De ervaring leert dat veel Derdenprogrammatuur ook bij andere leveranciers te krijgen is, of wellicht al eerder door de gemeente is aangeschaft. De specificatie maak dat de gemeente kan besluiten de Derdenprogrammatuur niet of bij een andere leverancier aan te schaffen.

Op grond van het derde lid moet de leverancier ook de eventuele afhankelijkheid van Derdenprogrammatuur in het aanbod specificeren. De ervaring leert dat bij discussies over bijvoorbeeld performance (te) snel wordt gewezen op programmatuur van derden. Door vooraf te worden geïnformeerd over die afhankelijkheid, kan de gemeente ook op dit punt een geïnformeerde keuze maken. Bovendien wordt zo oneigenlijk gebruik van dit argument voorkomen.

In het vierde lid is bepaald dat de leverancier tijdig Updates en Upgrades moet uitbrengen teneinde de compatibiliteit met Derdenprogrammatuur te blijven borgen. Hierbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan de situatie dat de ICT Prestatie niet meer functioneert na een update van de Derdenprogrammatuur, of de situatie dat de Derdenprogrammatuur zelf (om wat voor reden dan ook) niet langer functioneert.

Het bepaalde in lid 5 en 6 vormt het sluitstuk van de afhankelijkheid van Derdenprogrammatuur. Vrij vertaald staat hier dat een leverancier vrijuit gaat indien een gebrek in de door hemzelfde geleverde prestatie (veelal: software) wordt veroorzaakt door een fout in de Derdenprogrammatuur, tenzij hij die laatstgenoemde fout had behoren te kennen en er om heen had kunnen werken. Eventueel overeengekomen service levels e.d. gelden dus in dat geval ook niet. Wel moet de leverancier er dan alsnog zo snel mogelijk alles aan doen om het probleem zo snel mogelijk op te lossen (lid 6).

De leverancier kan niet van deze (royale) uitzondering op de onderhoudsverplichtingen profiteren indien hij niet de hiervoor gespecificeerde informatie heeft gegeven (lid 7). De leverancier schiet in dat geval in beginsel bovendien tekort in de nakoming van de betreffende verplichtingen. Dat zou in principe een ontbinding of mogelijk vernietiging (wegens dwaling) van de overeenkomst kunnen rechtvaardigen. Wel moet dan steeds van geval tot geval bezien worden hoe zwaar dat achterhouden van de betreffende informatie door de leverancier in concreto heeft meegewogen.

 

Artikel 20. Opschorting, opzegging en ontbinding

In dit artikel zijn enkele bepalingen opgenomen in het belang van de gemeente. Zo is een beroep van de leverancier op opschorting aan banden gelegd (artikel 20.1). De gemeente is immers veelal in grote mate afhankelijk van de leverancier, terwijl het normale wettelijke systeem de leverancier vrij laagdrempelig toestaat zich op opschorting te beroepen.

In artikel 20.2 is bepaald dat overeenkomsten voor bepaalde tijd in beginsel niet tussentijds kunnen worden opgezegd en dat overeenkomsten voor onbepaalde tijd in beginsel altijd kunnen worden opgezegd met inachtneming van de vermelde opzegtermijnen. De bepaling houdt verband met het bepaalde in artikel 7:408 BW.

In artikel 20.3 is bepaald dat samenhangende overeenkomsten – ondanks die samenhang – selectief kunnen worden opgezegd tegen het einde van de actuele looptijd. Hierbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan het opzeggen van de onderhoudsovereenkomst, terwijl de hostingovereenkomst doorloopt. De bepaling kan overigens ook worden gelezen als selectief verlengen.

In de artikelen 20.4 en 20.5 is bepaald dat de gemeente de overeenkomst(en) moet kunnen opzeggen bij fusie, uitbesteding en de verplichte overstap naar landelijke voorzieningen. De gedachte bij al deze bepalingen is dat de gemeente zonder een dergelijke bevoegdheid in voorkomend geval niet van bestaande overeenkomsten af zou kunnen en aldus zou moeten blijven betalen voor dienstverlening die voor haar van geen waarde meer is.

In artikel 20.6 is bepaald dat de leverancier gerechtigd is om – kort samen- gevat – de daardoor geleden schade bij de gemeente in rekening te brengen. Bij die schadeberekening moet rekening worden gehouden met mogelijke hernieuwde inzet van productiemiddelen door leverancier. Dit om te voorkomen dat leverancier voor hetzelfde productiemiddel zowel een schadevergoeding van de gemeente ontvangt, als (bij een andere klant) daarmee opnieuw winst realiseert.

In de artikelen 20.7-20.11 zijn de verschillende ontbindingsgronden nader uitgewerkt. Naast de wettelijke gronden voor ontbinding, zijn hier ook de gebruikelijke gronden (zoals faillissement leverancier) aan toegevoegd. Verder is voorzien in ontbinding bij een vernietiging van een overeenkomst op grond van de Aanbestedingswet en bij langdurige overmacht.

 

Artikel 21. Controlerecht en medewerking audits bij Opdrachtgever

Dit artikel ziet op twee verschillende (en niet-gerelateerde) soorten controles/ audits: enerzijds het door opdrachtgever controleren van leverancier (lid 1-5) en anderzijds het medewerking verlenen van leverancier aan audits die bij opdrachtgever worden uitgevoerd (lid 6).

Opdrachtgever is gerechtigd om een onafhankelijke derde te laten controleren of leverancier de overeengekomen verplichtingen nakomt (lid 1). Ook mag de juistheid van de facturen worden onderzocht (lid 1).

Er is in het kader van de redelijkheid toegevoegd dat de controle moet zien op de nakoming van wezenlijke verplichtingen. Om diezelfde reden is ook toe- gevoegd dat een controle alleen gerechtvaardigd is indien er gerede twijfel is over de nakoming door de leverancier, of indien er een ander gerechtvaardigd belang voor de gemeente is.

De leverancier moet aan de controle alle redelijkerwijs te verwachten mede- werking verlenen (lid 3). De kosten voor de controle zijn voor de gemeente, tenzij de deskundige relevante tekortkomingen van leverancier constateert (lid 4). Deze laatste regel maakt dat een gemeente terughoudend en prudent zal omspringen met het aantal uit te voeren controles.

De gemeente zelf kan ook onderworpen zijn aan audits. Het kan in dat kader relevant zijn om meer informatie te kunnen verschaffen over de gebruikte ICT- prestaties. Veelal zal de gemeente die informatie zonder medewerking van de leverancier kunnen verschaffen. Er zijn echter omstandigheden denkbaar waarbij medewerking van de leverancier noodzakelijk is. Voor die omstandigheden bepaalt lid 6 dat de leverancier alle medewerking zal verlenen aan een dergelijke audit.

 

Artikel 22. Overstap naar ander systeem, afschaling voor archiefdoeleinden en overdracht

Artikel 22 vormt het sluitstuk op de ‘life cycle’ benadering van de GIBIT.

Dit artikel beschrijft diverse situaties waarbij de gemeente de ICT Prestatie niet langer gebruikt en wat er (in voorbereiding daarop) in dat geval dient te gebeuren voor een soepele overstap.

In artikel 22.1 is allereerst vastgelegd dat partijen op verzoek van de gemeente over zullen gaan tot het opstellen van een exit-plan. Het artikel ziet louter op het opstellen van het plan als zodanig. In het plan kunnen één of meer van de in de volgende artikelleden beschreven opties nader worden uitgewerkt.

De eerste optie die in dit kader wordt beschreven is dat van het exit-scenario

(artikel 22.2-22.5). Dit scenario ziet op de overstap op een ander systeem, of de overdracht van het beheer van het bestaande systeem aan een ander. De leverancier wordt verplicht om daaraan mee te werken. Doel is een vendor lock-in situatie te voorkomen.

De tweede optie die wordt beschreven is het verkrijgen van nieuwe licenties voor beperkt gebruik (artikel 22.6-22.8). De gedachte is dat de bestaande (ruime) licenties niet langer nodig zijn, maar de gemeente middels beperkte licenties (bijv. alleen inzagerechten, geen gebruik van de software) in ieder geval nog een basis kan borgen om bij bepaalde data te kunnen. In artikel

22.8 is bepaald dat deze mogelijkheid niet beschikbaar is bij Hosting. De gedachte daarvan is dat het gebruik van beperktere licenties alleen zinvol is bij on premise software en niet bij gehoste software.

De derde optie die wordt geboden is dat de ICT Prestatie wordt overgedragen aan een gemeenschappelijke regeling of andere publieke entiteit (artikel 22.9). Dit artikel geldt in aanvulling op het bepaalde in artikel 20.4. Laatst- genoemde artikel biedt een grond om de overeenkomst op te zeggen, artikel 22.9 biedt een grond om de overeenkomst over te dragen. Aangezien bij overdracht allerlei werkzaamheden zullen moeten worden verricht is de bepaling in artikel 22 opgenomen. Dit maakt immers dat het exit-plan van artikel 22.1 van toepassing is op deze werkzaamheden.

Tenslotte wordt in algemene zin bepaald dat (kort gezegd) gedurende de uitvoering van de exit-werkzaamheden de overeenkomst van kracht blijft c.q. verlengd wordt (artikel 22.10). Dit om te voorkomen dat de gemeente in een situatie terecht komt waarbij ze tijdelijk geen enkel systeem heeft (geen oud systeem meer, maar ook nog geen nieuw systeem).

 

Artikel 23. Toepasselijk recht en geschillen

In artikel 23 is bepaald dat de overeenkomst wordt beheerst door Nederlands Recht, dat het Weens Koopverdrag niet van toepassing is en dat geschillen zullen worden beslecht door de rechter in het arrondissement van de Opdrachtgever.

Er is bewust gekozen voor de overheidsrechter en niet voor arbitrage. Afwegingen hierbij zijn o.m. kosten en de openbaarheid van de zitting. Het is voor overheidsorganen van belang dat publiekelijk verantwoording wordt afgelegd over de besteding van belastinggeld. Het past in dat kader niet om geschillen standaard middels (in beginsel) geheime en veelal kostbare arbitrageprocedures af te doen.

Het is wel denkbaar dat in voorkomend geval (alsnog) voor arbitrage gekozen wordt. Partijen zullen daar dan – bij contractering of achteraf – overeenstemming over moeten zien te bereiken. Met name de specifieke deskundigheid van de arbiters kan in dat kader een relevante afweging zijn.

II. Privacy, beveiliging en archivering

In dit hoofdstuk zijn enkele specifieke artikelen opgenomen over privacy, beveiliging en archivering. Het hoofdstuk is van toepassing zodra er gegevens met de ICT Prestatie worden verwerkt. Dat zal heel vaak het geval zijn, maar zeker niet altijd (bijv. niet bij verkoop hardware).

 

Artikel 24. Bewerkersrelatie

Artikel 24 ziet op de verhouding tussen partijen en de in dat kader al dan niet aanvullend te maken afspraken. Leverancier neemt de rol van bewerker in. De GIBIT heeft in dit kader te gelden als (basis)bewerkersovereenkomst (artikel 24.2). Daar waar de afspraken uit de GIBIT niet volstaan, kan een aanvullende of afwijkende bewerkersovereenkomst worden gesloten (artikel 24.3).

In artikel 24.4 wordt uitdrukkelijk de ruimte geboden om sub-bewerkers in te schakelen. Een verbod op sub-bewerkers zou in de praktijk namelijk te zeer knellen. De GIBIT stelt wel allerlei randvoorwaarden aan de inschakeling van de betreffende sub-bewerkers.

 

Artikel 25. Verwerking persoonsgegevens

In artikel 25 komen de meeste afspraken uit een bewerkersrelatie terug. Zo is bepaald dat leverancier de gegevens niet voor eigen doeleinden mag gebruiken (lid 2), dat hij de gegevens op passende wijze moet beveiligen (lid 3), dat een algemene beschrijving van de genomen beveiligingsmaatregelen wordt vastgelegd (lid 4), dat de gegevens met inachtneming van gedragscodes en wet- en regelgeving moeten worden verwerkt (lid 5), dat gegevens louter binnen de EER worden verwerkt (lid 6), dat de gegevens geheim moe- ten worden gehouden (lid 7), dat de gemeente de bewerker mag controleren (lid 8) en dat bij uitoefening van rechten door de betrokkene de leverancier in beginsel verwijst naar de gemeente (lid 9).

Gemeenten worden er uitdrukkelijk op gewezen dat zij – als verantwoordelijke

– het beleid ten aanzien van de verwerking van persoonsgegevens dienen te bepalen. Dit betekent dus ook dat de gemeenten in principe het beveiligingsbeleid van de leverancier dienen te dicteren, althans op zijn minst te toetsen of het door de leverancier gehanteerde beleid aan minimaal dezelfde normen voldoet als het beleid van de gemeente.

 

Artikel 26. Informatiebeveiliging

Artikel 26 ziet specifiek op beveiliging. Het artikel heeft enerzijds het karakter van een garantie, in de zin dat leverancier er op grond van het eerste lid voor in moet staan dat de Opdrachtgever met de ICT Prestatie kan voldoen aan de Baseline Informatie Beveiliging van KING, althans een andere overeengekomen norm van informatiebeveiliging (lid 1).Anderzijds bevat het artikel ook een verplichting in die zin dat als de ICT Prestatie door de leverancier beheerd of verricht wordt, dat de leverancier er dan voor moet zorgen dat de ICT Prestatie feitelijk aan die norm voldoet (lid 2).

Het derde lid bepaalt dat de leverancier er voor in staat dat ingeschakeld personeel zich aan de normen houdt.

In het vierde lid is uitdrukkelijk bepaald dat informatie over de getroffen beveiligingsmaatregelen vertrouwelijk is.

 

Artikel 27. Meldplicht beveiligingsincidenten

Artikel 27 geeft een uitwerking van de verplichtingen die voortvloeien uit de meldplicht datalekken en soortgelijke wetgeving (bijvoorbeeld de mogelijke meldplicht voor vitale infrastructuur die wellicht ook nog volgt).

Het artikel is als volgt opgebouwd:

• Lid 1 bepaalt dat de leverancier de gemeente zal informeren over inbreuken en incidenten;

• In lid 2 is opgenomen dat de melding in beginsel door de gemeente wordt gedaan;

• Op grond van lid 3 moet de leverancier meewerken aan het zo nodig verschaffen van (aanvullende) informatie aan betrokkenen of toezichthouders;

• Het vierde lid bepaalt dat de leverancier de werkzaamheden op grond van dit artikel kosteloos verricht, tenzij leverancier aantoont dat de inbreuk niet aan hem toerekenbaar is (lid 4). De ratio hiervan is dat de leverancier moet voorzien in ‘passende’, maar niet in ‘perfecte’ beveiliging en dat (dus) niet iedere inbreuk het gevolg zal zijn van een tekortkoming van leverancier. Als van die tekortkoming wel sprake is, verricht leverancier de werkzaamheden dus (bij wijze van schadevergoeding) kosteloos, in andere gevallen worden deze op basis van nacalculatie verricht;

• Op grond van respectievelijk het vijfde en het zesde lid moet leverancier een logboek bijhouden van incidenten en daar inzage in verlenen;

• Lid 7 bepaalt dat leverancier aansprakelijk is voor de gevolgen van incidenten en dat bij schending van het artikel geen nadere ingebrekestelling vereist is;

• Het 8e lid ten slotte bepaalt dat de verplichtingen niet van toepassing zijn voor zover de door het incident getroffen gegevens niet van de gemeente afkomstig zijn of de gemeente daarvoor niet verantwoordelijk is. Dit hangt samen met het gegeven dat veel leveranciers gegevens van verschillende gemeenten tegelijkertijd verwerken en niet ieder incident betrekking zal hebben op al die gegevens.

 

Artikel 28. Archivering

Typerend voor de overheidsmarkt is de gebondenheid aan de Archiefwet. In dit artikel zijn daarom enkele randvoorwaarden opgenomen. Het eerste lid bepaalt dat de leverancier zorg moet dragen voor het aantoonbaar beheren en beschermen van de bewaarde gegevens overeenkomstig daartoe in de Gemeentelijke ICT-kwaliteitsnormen gestelde eisen. Het tweede lid bepaalt dat de leverancier gegevens overeenkomstig de in die normen gestelde termijnen moet bewaren. Het derde lid bepaalt dat de leverancier de archief- bescheiden moet kunnen migreren naar archiefsystemen van de gemeente, overeenkomstig de Gemeentelijke ICT-kwaliteitsnormen. Het artikel zal in de praktijk enige overlap (kunnen) vertonen met het in artikel 22.3 en 22.4 beschreven deel van het Exit-scenario. Het vierde lid is opgenomen omdat (met name bij Hosting) denkbaar is dat de leverancier de enige partij is die feitelijk over de archiefbescheiden beschikt. Het artikel stelt buiten alle

twijfel dat leverancier die gegevens moet (terug)leveren aan de gemeente bij opschorting, opzegging of ontbinding van de overeenkomst. Het is de leverancier dus niet toegestaan die gegevens te ‘gijzelen’. Ook hier geldt dat er enige overlap is met het in artikel 22.3 en 22.4 beschreven Exit-scenario.

III. Hosting

In dit hoofdstuk zijn enkele specifieke artikelen opgenomen voor het geval de ICT Prestatie (mede) Hosting omvat. Het begrip ‘Hosting’ is bewust abstract en vrij breed gedefinieerd (zie artikel 1.13). Het omvat niet alleen de dienst- verlening die klassiek onder ‘hosting’ wordt verstaan, maar alle dienstverlening op afstand (zoals Cloud, SaaS, etc.).

 

Artikel 29. Algemeen

In het eerste lid is de verplichting opgenomen om alle voor hosting noodzakelijke gegevens aan de gemeente ter beschikking te stellen.

In het tweede lid is het recht op opschorting verder aan banden gelegd. In artikel 20.1 is al bepaald dat opschorting eerst is toegestaan na het sturen van een ingebrekestelling. De afhankelijkheid van de gemeente van de leverancier bij Hosting is veelal niettemin zo groot, dat die waarborg nog onvoldoende kan zijn. Een beroep op opschorting bij Hosting betekent immers veelal de facto het volledig frustreren van de bedrijfsvoering van de gemeente (zij kan dan immers niet meer bij haar gegevens en/of haar software). Vandaar dat de norm voor een beroep op opschorting bij Hosting is aangescherpt.

 

Artikel 30. Opgeslagen gegevens

Dit artikel houdt verband met de aansprakelijkheid van leverancier voor ge- hoste gegevens en de wettelijke vrijwaring (artikel 6:196c BW). Uit de wet zou kunnen worden afgeleid dat de leverancier gerechtigd is gehoste gegevens prompt te verwijderen indien er een claim komt dat bepaalde informatie onrechtmatig is opgeslagen. Het artikel regelt dat het uitgangspunt is dat de gemeente eerst over dergelijke claims wordt geïnformeerd (lid 2) en over dergelijke claims altijd overleg met de gemeente plaatsvindt, tenzij de spoedeisendheid maakt dat dergelijk overleg niet kan worden afgewacht (lid 3).

 

Artikel 31. Onderhoud en Beschikbaarheid

Dit artikel geeft enige aanvullende bepalingen over het onderhoud van de via Hosting aangeboden ICT Prestatie. Het artikel geeft een basis beschikbaarheidslevel van 98% per maand op werkdagen tussen 08.00 en 18.00 uur (lid 2). In de Overeenkomst kan hier uiteraard van worden afgeweken.

In lid 3 is bepaald dat bij Hosting de installatie van Upgrades en Updates door de leverancier wordt verzorgd. Dit zal bij hosting veelal eigen zijn aan de aard van dienstverlening. Het artikel moet dan ook vooral worden gezien in samenhang met het bepaalde in artikel 8.10, waar juist stond dat de gemeente in beginsel zelf de installatie verzorgt (hetgeen bij hosting veelal niet mogelijk zal zijn).

In lid 4 is bepaald dat de gemeente bij gestandaardiseerde Hosting diensten niet het recht heeft de installatie van Updates en Upgrades te weigeren. Hiermee wordt erkend dat die diensten veelal op gelijke wijze voor een veelvoud aan klanten wordt aangeboden en dat het aldus noodzakelijk is steeds mee te gaan in de ontwikkelingen die voor alle klanten gelden.

 

Artikel 32. Waarborgen continuïteit

Bij Hosting gelden er specifieke continuïteitsrisico’s. De via de Hosting aangeboden software en de daarmee verwerkte gegevens staan immers buiten de deur. Dat betekent dat bij faillissement van de leverancier en/of diens toeleverancier(s), de gemeente zowel in juridische als in praktische zin niet (onverkort) meer bij haar eigen data kan. Artikel 32 erkent dit risico en bepaalt dat partijen daarover preventief, dus voordat de feitelijke faillissementssituatie zich voordoet (!), aanvullende afspraken kunnen maken. Het artikel geeft enkele voorbeelden van mogelijke afspraken die in dat kader gemaakt kunnen worden.