Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
De Kompanjie

Regeling functiebeschrijving en -waardering 2012

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieDe Kompanjie
OrganisatietypeRegionaal samenwerkingsorgaan
Officiële naam regelingRegeling functiebeschrijving en -waardering 2012
CiteertitelRegeling functiebeschrijving en -waardering 2012
Vastgesteld dooralgemeen bestuur
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2013N.v.t.

14-12-2017

Onbekend

onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Regeling functiebeschrijving en -waardering 2012

 

 

Functiebeschrijving en -waardering

Regeling functiebeschrijving en –waardering 2012

Inhoudsopgave

  • Artikel 1 Definities

  • Artikel 2 Procedure vaststelling functieboek

  • Artikel 3 Wijziging functieboek

  • Artikel 4 Indeling medewerker

  • Artikel 5 Wijziging indeling medewerker

  • Artikel 6 De indelingscommissie

  • Artikel 7 Vaststelling waarderingen lokale functies

  • Artikel 8 Vaststelling functieschaal en conversietabel

  • Artikel 9 Inschaling en bezoldiging medewerker

  • Artikel 10 Slot- en overgangsbepalingen

Artikel 1 Definities

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a

    Functiehouder: De ambtenaar als bedoeld in artikel 1:1, eerste lid, sub a van de CAR-UWO, alsmede uitzendkrachten, detacheringskrachten, stagiaires en personen die anderszins werkzaam zijn bij de werkgever;

  • b

    Functieboek: het functieboek zoals dat door de werkgever is vastgesteld, bestaande uit de voor de organisatie van toepassing verklaarde normfuncties uit HR-21 en lokale functies;

  • c

    Functie: Het samenstel van taken en of werkzaamheden dat, afgeleid uit de taakstelling van de organisatie, is opgedragen aan de medewerker;

  • d

    HR-21: het functiebeschrijvings- en waarderingssysteem van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten;

  • e

    Conversietabel: een bij algemeen verbindend voorschrift vastgestelde tabel zijnde een gerealiseerde vertaling van de uit de functiewaardering voortvloeiende functierangorde naar een voor de organisatie van toepassing zijnde salarisschaal;

  • f

    Sociaal Statuut: Het vigerende Sociaal Statuut waarin afspraken zijn vastgelegd tussen werkgever en werknemer over wederzijdse rechten en plichten bij de organisatieverandering;;

  • g

    Normbeschrijving: De generieke functiebeschrijving zoals opgenomen in het normbestand van HR21. De normbeschrijving is voorzien van een vaste waardering(puntenreeks).

  • h

    Lokale functiebeschrijving: Een groep van taken in de organisatie, niet behorende tot de HR21 normfunctie en volgens het format van HR21 beschreven;

  • i

    Functiebeschrijving: De normbeschrijving dan wel lokale functiebeschrijving die een resultaatgerichte weergave is van aard, overwegend karakter, niveau en complexiteit van taken;

  • j

    Structureel: Feitelijk langer dan een jaar en of de verwachting van langer dan een jaar.

Artikel 2 Procedure vaststelling functieboek

Lid 1

De Algemeen Directeur, het college of de werkgeverscommissie stelt op basis van de beschikbare normbeschrijvingen uit HR21 een lokaal concept functieboek samen.

Lid 2

Het concept functieboek wordt besproken in het managementteam en deze adviseert de Algemeen Directeur. Het concept functieboek van de gemeente wordt besproken in het college van burgemeester en wethouders, en dat van de raad in de werkgeverscommissie.

Lid 3

De Algemeen Directeur legt het concept functieboek, rekening houdend met het advies van het managementteam, ter voorlopige vaststelling voor aan het Dagelijks Bestuur. Het Dagelijks Bestuur stelt het concept functieboek, gelezen het advies van de Algemeen Directeur, voorlopig vast. Het college stelt het concept functieboek voorlopig vast. De werkgeverscommissie stelt het concept functieboek, voorlopig vast.

Lid 4

Het voorlopig vastgestelde functieboek wordt, bij belangrijke wijzigingen in de organisatie, ter advies aangeboden aan de ondernemingsraad en bij wijzigingen in het kader van de invoering van een nieuw functiewaarderingssysteem ter instemming aan de ondernemingsraad voorgelegd. Het voorlopig vastgestelde functieboek wordt tenminste eenmaal in een overlegvergadering behandeld.

Lid 5

De datum van de te houden overlegvergadering wordt in gezamenlijk overleg vastgesteld, doch vindt niet later plaats dan zes weken nadat de Algemeen Directeur de ondernemingsraad om instemmingadvies heeft gevraagd.

Lid 6

Nadat de ondernemingsraad haar advies of instemming heeft verleend, legt de Algemeen Directeur het functieboek ter vaststelling voor aan het Dagelijks Bestuur, het college van burgemeester en wethouders en de werkgeverscommissie.

Lid 7

Het Dagelijks Bestuur, het college van burgemeester en wethouders en de werkgeverscommissie stelt het functieboek bij algemeen verbindend voorschrift vast.

Artikel 3 Wijziging functieboek

Lid 1

Bij wijziging of aanpassing van de organisatiestructuur, taken of doelstellingen van de organisatie, waarvoor het bestaande functieboek ontoereikend of onvolledig is, worden normbeschrijvingen uit HR21 toegevoegd en/of worden lokale functies beschreven en/of worden functies uit het functieboek verwijderd. Door de Algemeen Directeur, Gemeentesecretaris en werkgeverscommissie zal, in overleg met het managementteam, jaarlijks worden bezien in hoeverre de noodzaak tot wijziging van het functieboek aanwezig is.

Lid 2

Het nieuwe of gewijzigde functieboek wordt vervolgens vastgesteld volgens de procedure als beschreven in artikel 2, leden 3 tot en met 7.

Artikel 4 Indeling medewerker

Lid 1

De concernmanager adviseert de Algemeen Directeur over de indeling van de functiehouders van de betreffende afdeling. Uitgangspunt voor de indeling is de voor de ambtenaar laatstelijk vastgestelde functiebeschrijving of laatstelijk opgedragen werkzaamheden.

Lid 2

De Algemeen Directeur, college en werkgeverscommissie legt de indelingsadviezen, al dan niet voorzien van een aanvullend advies, voor aan de indelingscommissie.

Lid 3

De indelingscommissie adviseert de Algemeen Directeur, college en werkgeverscommissie.

Lid 4

De Algemeen Directeur, college en werkgeverscommissie maakt schriftelijk aan de functiehouder bekend in welke normbeschrijving of lokale functiebeschrijving hij voornemens is de functiehouder in te delen evenals de daarbij behorende functieschaal.

Lid 5

Indien dit voornemen tot plaatsing afwijkt van het advies van de indelingscommissie, wordt dit in het voornemen tot indeling nader gemotiveerd.

Lid 6

De functiehouder wordt in de gelegenheid gesteld zijn zienswijze over de indeling kenbaar te maken, zoals bedoeld in artikel 4:8 Algemene Wet Bestuursrecht. De termijn voor het kenbaar maken van de zienswijze bedraagt twee weken. De zienswijze wordt schriftelijk kenbaar gemaakt bij de Algemeen Directeur, college en werkgeverscommissie.

Lid 7

De Algemeen Directeur, college en werkgeverscommissie legt de zienswijze ter heroverweging voor aan de indelingscommissie.

Lid 8

Binnen een termijn van acht weken na het ontvangen van de zienswijze adviseert de indelingscommissie de Algemeen Directeur, college en werkgeverscommissie ten aanzien van de ingediende zienswijze, al dan niet nadat de functiehouder in de gelegenheid is gesteld zijn zienswijze mondeling of schriftelijk nader toe te lichten.

Lid 9

Binnen een termijn van zes weken na ontvangst van het advies van de indelingscommissie, besluit de Algemeen Directeur, college en werkgeverscommissie, met inachtneming van dit advies en gemotiveerd, in welke norm- of lokale functiebeschrijving de functiehouder wordt ingepast.

Lid 10

Ten aanzien van de indeling van de concernmanagers adviseert de Algemeen Directeur aan het Dagelijks Bestuur en neemt het Algemeen Bestuur de betreffende besluiten

Lid 11

Ten aanzien van de indeling van de Algemeen Directeur adviseert het Dagelijks Bestuur aan het Algemeen Bestuur en neemt het Algemeen Bestuur daarop een besluit.

Lid 12

Tegen de besluiten tot indeling, als bedoeld in de leden 9, 10 en 11 van dit artikel en artikel 5, lid 3, staat bezwaar en beroep open.

Artikel 5 Wijziging indeling medewerker

Lid 1

Indien de concernmanager van mening is dat de functie waarin de functiehouder binnen HR 21 is ingedeeld niet meer aansluit bij de in het jaargesprek structureel overeengekomen taken en werkzaamheden, kan hij gemotiveerd aan de Algemeen Directeur verzoeken om een andere indeling te overwegen.

Lid 2

Indien de functiehouder van mening is dat de functie waarin hij binnen HR21 is ingedeeld niet meer aansluit bij de in het jaargesprek structureel overeengekomen taken en werkzaamheden, kan hij -met kennisgeving aan zijn leidinggevende- aan de Algemeen Directeur, college en werkgeverscommissie gemotiveerd verzoeken om een indeling in een andere normfunctie.

Lid 3

De Algemeen Directeur, college en werkgeverscommissie beslist binnen de daarvoor geldende wettelijke termijnen.

Artikel 6 De indelingscommissie

Lid 1

Er is een indelingscommissie, bestaande uit:

  • a

    Een daartoe aangewezen lid van het MT, niet zijnde een directielid;

  • b

    De concerncontroller;

  • c

    Een lid aan te wijzen door de organisaties van overheidspersoneel;

  • d

    Een personeelsadviseur.

Lid 2

De in lid 1 genoemde leden a Urn c dragen in onderling overleg een onafhankelijk voorzitter voor.

Lid 3

De personeelsadviseur en de concerncontroller adviseren de indelingscommissie maar hebben geen stemrecht.

Lid 4

Aan de indelingscommissie wordt een door de algemeen Directeur aan te wijzen functionaris als secretaris toegevoegd. Deze heeft geen stemrecht.

Lid 5

De indelingscommissie toetst het voornemen tot de indelingen op onderlinge samenhang en opbouw en op een juiste toepassing van deze regeling en adviseert de Algemeen Directeur, college en werkgeverscommissie daarover. Het staat de indelingscommissie vrij bij de behandeling van het indelingsadvies informanten te raadplegen. De commissie krijgt alle informatie die zij nodig acht om haar werkzaamheden naar behoren te kunnen verrichten. Minderheidsstandpunten kunnen worden ingenomen.

Lid 6

De indelingscommissie adviseert de Algemeen Directeur, college en werkgeverscommissie bij meerderheid van stemmen.

Artikel 7 Vaststelling waarderingen lokale functies

Lid 1

In opdracht van het Dagelijks Bestuur, college en werkgeverscommissie wordt door de externe deskundige, aan de hand van de in HR21 vastgelegde functiewaarderingsmethode, alle lokale functiebeschrijvingen gewaardeerd.

Lid 2

De waarderingsresultaten van de lokale functiebeschrijvingen worden ter toetsing aangeboden aan de Algemeen Directeur, college en werkgeverscommissie.

Lid 3

De waarderingsresultaten worden opgenomen in een eindadvies functiewaardering aan het Dagelijks Bestuur, college en werkgeverscommissie. Het waarderingsadvies bevat in ieder geval:

  • a

    een motivering, gerubriceerd per invalshoek en dimensie, van de subscores en de totaalscore per lokale functiebeschrijving;

  • b

    een overzicht van de functiewaarderingsresultaten van alle lokale functiebeschrijvingen;

  • c

    een gecombineerd overzicht van de functiewaarderingsresultaten van alle geselecteerde normbeschrijvingen en lokale functiebeschrijvingen;

  • d

    een verslag van de toetsing als bedoeld in lid 2 van dit artikel.

Lid 4

Het Dagelijks Bestuur, college en werkgeverscommissie stelt de waarderingen vast met inachtneming van het eindadvies functiewaardering. Afwijking van het advies kan slechts plaatsvinden op basis van zwaarwegende argumenten. Het Dagelijks Bestuur, college en werkgeverscommissie stelt de waarderingen van de lokale functiebeschrijvingen en normbeschrijvingen bij algemeen verbindend voorschrift vast.

Artikel 8 Vaststelling functieschaal en conversietabel

Lid 1

Het Dagelijks Bestuur, college en werkgeverscommissie stelt, als algemeen verbindend voorschrift, een conversietabel vast in overeenstemming met het Georganiseerd Overleg.

Lid 2

Door middel van toepassing van de vastgestelde conversietabel worden de, in het functieboek opgenomen waarderingen omgezet in salarisschalen.

Artikel 9 Inschaling en bezoldiging medewerker

De inschaling en beloning vinden plaats met inachtneming van H3 CAR UWO en het Beloningsbeleid 2016.

Artikel 10 Slot- en overgangsbepalingen

Lid 1

Deze regeling kan worden aangehaald als "Regeling functiebeschrijving en -waardering 2012".

Lid 2

In gevallen waarin deze regeling niet of niet in redelijkheid voorziet, beslist het Dagelijks Bestuur, college en werkgeverscommissie in de geest van deze regeling na overleg met de commissie voor Georganiseerd Overleg.

Lid 3

Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2013.

Algemene en artikelsgewijze toelichting

Inhoudsopgave

  • Algemeen

  • Artikel 1 Definities

  • Artikel 2 Procedure vaststelling functieboek

  • Artikel 3 Wijziging functieboek

  • Artikel 4 Indeling medewerker

  • Artikel 5 Wijziging indeling medewerker

  • Artikel 6 De indelingscommissie

  • Artikel 7 Vaststelling waarderingen lokale functies

  • Artikel 9 Inschaling en beloning medewerker

Algemeen

Deze regeling vormt de formele juridische basis voor alle activiteiten rondom het proces van functiebeschrijving en functiewaardering voor "De Kompanjie". Dit betekent dat in deze regeling zowel formele verantwoordelijkheden zijn geregeld ten aanzien van het proces van functiebeschrijving en de waarderingsuitkomsten, als collectieve en individuele rechten en plichten gedurende de procesgang. De procedureregeling wordt formeel vastgesteld door het Dagelijks Bestuur, college en werkgeverscommissie na overeenstemming met het Georganiseerd Overleg. Aangezien in deze regeling formeel-juridisch taalgebruik wordt gehanteerd, worden de belangrijkste artikelen kort toegelicht. Voordat over wordt gegaan tot de artikelsgewijze toelichting wordt eerst de context van de nieuwe regeling toegelicht.

Achtergrond van deze regeling

Met de vorming van "De Kompanjie" is een functieboek opgesteld ten behoeve van de plaatsingsprocedure. In overleg met het Georganiseerd Overleg is bepaald dat na twee jaar het functieboek en de waarderingen definitief vastgesteld zouden worden.Moderne (overheids)organisaties moeten zich in toenemende mate aanpassen aan de maatschappelijke ontwikkelingen; ontwikkelingen die elkaar in snel tempo opvolgen. Om voldoende op de externe ontwikkelingen in te kunnen spelen moet de interne organisatie in staat zijn zich snel aan te kunnen passen. Organiek generiek beschreven functies dragen daaraan bij.Met de samenstelling van het functieboek ten behoeve van de plaatsing is een eerste aanzet gegeven tot het organiek generiek beschrijven van functies. Met de keuze voor het functiewaarderingssysteem HR-21 van de VNG wordt deze weg verder ingeslagen.Door de minder gedetailleerde beschrijving verdwijnt de herkenbaarheid van de beschrijving in relatie tot wat de medewerker in de dagelijkse praktijk doet. Het management maakt in het kader van de jaarplannen afspraken met medewerkers over specifiek te behalen resultaten binnen de bandbreedte van de functiebeschrijving. Daarmee wordt de herkenbaarheid gerepareerd, maar nog belangrijker is dat daarmee de functiebeschrijving niet meer bepalend is voor de dagelijkse werkzaamheden, maar het kader vormt voor het dagelijkse HRmanagement.Ten aanzien van het functiewaarderingssysteem is gekozen voor HR-21 omdat deze, in tegenstelling tot vele andere systemen, speciaal ontworpen is voor gemeenten. Het systeem bevat dan ook 100 normfuncties waaruit een lokaal functieboek kan worden samengesteld. Deze 100 normfuncties dekken bijna alle denkbare functies binnen de gemeentelijke organisaties.Een tweede voordeel van HR-21 is dat de normfuncties onafhankelijk van de organisatie, en daarmee objectief, zijn voorzien van een waardering. Het is aan het lokaal Georganiseerd Overleg om deze waardering, in overleg met de werkgever, via de conversietabel om te zetten naar een lokale beloning.Ten slotte kan binnen HR-21 een koppeling worden gelegd met competenties en de gesprekscyclus, waardoor de functiebeschrijving en -waardering, zoals hiervoor aangeven, een beter kader vormt voor het dagelijkse HR-management.

Bezwaar en beroep

Tegen het indelingsbesluit en tegen het inschalingbesluit kan bezwaar en beroep worden aangetekend. Als een medewerker bezwaar aantekent wordt dit bezwaar ter advisering aan de ex. artikel 7:13 Awb ingestelde Commissie bezwaarschriften voorgelegd.Het Dagelijks Bestuur, college en werkgeverscommissie beslist binnen 12 weken, gerekend vanaf de dag na die waarop de termijn voor het indienen van het bezwaarschrift is verstreken en doet hiervan schriftelijk en gemotiveerd mededeling aan de medewerker. De beslissing kan voor maximaal zes weken worden verdaagd. Van deze verdaging wordt schriftelijk mededeling gedaan.Als een medewerker zich ook met deze beslissing op bezwaar niet kan verenigen kan binnen zes weken na de dag volgend op de bekendmaking van de beslissing op bezwaar beroep worden aangetekend bij de Rechtbank, conform hoofdstuk 8 Awb.

Artikel 1

Bij wijziging van de indeling wordt gesproken over structurele wijziging van de functie. In dit artikel is omschreven dat structureel betekent: Feitelijk langer dan een jaar en of de verwachting van langer dan een jaar. Onder feitelijk wordt verstaan dat in twee achtereenvolgende jaarplannen is aangegeven dat de taken niet meer overeenkomen met het functieprofiel. Onder de verwachting dat het langer dan een jaar zal duren kan o.a. worden verstaan dat op enig moment de wetgeving wijzigt en daardoor het takenpakket onmiddellijk aangepast moet worden.

Artikel 2

Een organiek generieke beschrijving is afgeleid van de doelstellingen van de organisatie. De Algemeen Directeur, college en werkgeverscommissie heeft vanuit zijn concernverantwoordelijkheid de belangrijkste rol in het vormen van het functieboek. Concernmanagers hebben op afdelingsniveau de verantwoordelijkheid inhoud te geven aan de doelstellingen van de organisatie en worden dan ook via het managementteam betrokken bij de samenstelling van het functieboek Omdat het Dagelijks Bestuur, college en werkgeverscommissie bevoegd is het functieboek vast te stellen, kan de Algemeen Directeur, college en werkgeverscommissie het Dagelijks Bestuur, college en werkgeverscommissie alleen maar adviseren over de samenstelling van het functieboek. De Algemeen Directeur, college en werkgeverscommissie laat zich bij het samenstellen van het functieboek weer adviseren door de concernmanagers.Het Dagelijks Bestuur, college en werkgeverscommissie stelt als bestuursorgaan het functieboek eerst voorlopig vast. Omdat de functiebeschrijvingen worden gewijzigd met het oog op de invoering van HR2, heeft de ondernemingsraad op grond van artikel 27 van de Wet op de Ondernemingsraad (WOR) instemming. Na instemming van de ondernemingsraad wordt het functieboek definitief door het Dagelijks Bestuur, college en werkgeverscommissie vastgesteld. De WOR hanteert daarvoor termijnen.

Artikel 3

Zoals bij de achtergrond is beschreven bevindt "De Kompanjie" zich in een veranderende omgeving waardoor van tijd tot tijd het functieboek tegen het licht moet worden gehouden. De procedure daarvoor is gelijk aan de procedure zoals deze in artikel 2 is beschreven.

Artikel 4

In deze regeling wordt een onderscheid gemaakt tussen indeling en inschaling. De indeling is in artikel 4 geregeld en de inschaling in artikel 7. Na het vaststellen van het functieboek wordt de functiehouder ingedeeld in een functiebeschrijving uit het functieboek. Daarbij wordt tevens de bijbehorende functionele schaal bekend gemaakt. In het kader van integraal management en een bijdrage leveren aan het concernmanagement, adviseert de concernmanager aan de Algemeen Directeur, college en werkgeverscommissie over de indeling van de medewerkers van de betreffende afdeling. De Algemeen Directeur, college en werkgeverscommissie adviseert ten aanzien van de, onder zijn leiding vallende, concernmanagers aan het Dagelijks Bestuur, college en werkgeverscommissie. Hiermee is een zekere mate van onafhankelijke toets ingebouwd. Omdat hier sprake is van een organieke plaatsing waarop de medewerker in het voortraject geen invloed heeft gehad, wordt hem de mogelijkheid geboden om een zienswijze in te dienen met betrekking tot de indeling. Artikel 4:8 Algemene Wet Bestuursrecht* is hiervoor de juridische basis. De mogelijkheid van bezwaar is pas van toepassing als een definitief besluit over de indeling is genomen en kenbaar is gemaakt.De zienswijze wordt door de indelingscommissie beoordeeld, die met de ingebrachte zienswijze een heroverweging maakt ten aanzien van het eerder uitgebrachte advies.

Artikel 5

In dit artikel is geregeld dat zowel de leidinggevende als de medewerker de mogelijkheid hebben om een andere indeling voor te stellen aan de Algemeen Directeur, college en werkgeverscommissie. De toetsing van de taken ten opzichte van organieke functiebeschrijving vindt plaats binnen de gesprekscyclus.

Artikel 6

De indelingscommissie bestaat uit een MT lid, de concerncontroller, een lid van de vakorganisatie, een personeelsadviseur en een onafhankelijke voorzitter. Deze samenstelling zorg voor een (concern)brede interne en een onafhankelijke externe beoordeling van de adviezen.De personeelsadviseur en de concerncontroller hebben voornamelijk een toetsende rol ten aanzien van de regeling en een adviserende rol ten aanzien van eenheid van beleid.De indelingscommissie heeft tot taak te beoordelen of de ingebrachte indelingsadviezen de toets der kritiek kunnen doorstaan en in voldoende mate rekening is gehouden met alle bepalende factoren.De indelingscommissie beoordeeld op basis van het takenpakket de indeling van de betreffende medewerker in relatie tot andere functies binnen de functiefamilie en functies binnen andere functiefamilies. De indelingscommissie kan daarbij de betreffende medewerker, de Algemeen Directeur, college en werkgeverscommissie, leden van het Dagelijks Bestuur, college en werkgeverscommissie, de leidinggevende of andere informanten uitnodigen om toelichting te geven.De indelingscommissie adviseert zo veel mogelijk bij meerderheid van stemmen.

Artikel 7

In de vergadering van het Georganiseerd Overleg wordt overleg gepleegd en overeenstemming bereikt over de conversietabel.Door middel van de conversietabel worden de aan de normfuncties gekoppelde waarderingen vertaald naar een functieschaal.

Artikel 9

In artikel 4 was de indeling geregeld en in artikel 9 de inschaling. Voor de inschaling en beloning zijn H3 CAR UWO en het Beloningsbeleid De Kompanjie 2016 van toepassing.Tegen het besluit staat bezwaar en beroep open.


*

Artikel 4:8Voordat een bestuursorgaan een beschikking geeft waartegen een belanghebbende die de beschikking niet heeft aangevraagd naar verwachting bedenkingen zal hebben, stelt het die belanghebbende in de gelegenheid zijn zienswijze naar voren te brengen indien:a. de beschikking zou steunen op gegevens over feiten en belangen die belanghebbende betreffen, enb. die gegevens niet door belanghebbende zelf ter zake zijn verstrekt.