Organisatie | Venlo |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2018 |
Citeertitel | Verordening parkeerbelastingen 2018 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2018 | 01-01-2019 | Nieuwe regeling | 10-11-2017 | crm 1159067 |
Verordening parkeerbelastingen 2018
De raad van de gemeente Venlo;
gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 19 september 2017, nummer 1159067;
gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b van de Gemeentewet;
vast te stellen de Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2018
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
bezoekersparkeerkaart: kaart die wordt afgegeven aan degene die woont respectievelijk degene die een beroep of bedrijf uitoefent in een van de in de bijlage 1, lid I, van deze verordening beschreven betaald parkeergebieden, ten behoeve van zijn bezoekers, om tegen een gereduceerd tarief een voertuig te parkeren bij parkeerapparatuur in het betreffende gebied.
doelgroepen: degenen die een beroep of bedrijf uitoefenen waarvoor aantoonbaar is dat op regelmatige basis binnen de parkeerregulering van Venlo werkzaamheden moeten worden verricht waarbij de aanwezigheid van het voertuig voor de werkzaamheden noodzakelijk dan wel gewenst is; als doelgroepen worden onder andere gezien: thuiszorg, bouw- en installatiebedrijven, reinigingsdiensten.
parkeren: het gedurende een aaneengesloten periode doen of laten staan van een voertuig (anders dan gedurende de tijd die nodig is voor en gebruikt wordt tot het onmiddellijk in- of uitstappen van personen dan wel het onmiddellijk laden of lossen van zaken) op binnen de gemeente gelegen voor het openbaar verkeer openstaande terreinen of weggedeelten, waarop dit doen of laten staan niet ingevolge een wettelijk voorschrift is verboden.
De algemene voorschriften voor deze abonnementen zijn opgenomen in bijlage 2.
De belasting, bedoeld in artikel 2, 1e lid onderdeel a, wordt niet geheven van degene die op de voet van artikel 3, 2e lid onderdeel b, als degene die het voertuig heeft geparkeerd wordt aangemerkt, als deze aannemelijk maakt dat ten tijde van het parkeren een ander tegen zijn wil van het voertuig heeft gebruik gemaakt en dat hij dit gebruik redelijkerwijs niet heeft kunnen voorkomen.
Artikel 4 Maatstaf van heffing, belastingtarief en belastingtijdvak
De maatstaf van heffing, het belastingtarief en het belastingtijdvak zijn vermeld in de bij deze verordening behorende en daarvan deel uitmakende tarieventabel 2016, Bijlage 3.
De belasting bedoeld in artikel 2, 1e lid onderdeel a, wordt geheven door voldoening op aangifte. Als voldoening op aangifte wordt aangemerkt het bij de aanvang van het parkeren in werking stellen van de parkeerapparatuur op de daartoe bestemde wijze en met inachtneming van de door het college gestelde voorschriften en de voorschriften op of bij de parkeerapparatuur. Als voldoening op aangifte wordt verder aangemerkt het aanvragen van het abonnement.
Artikel 7 Termijnen van betaling
In afwijking van het bepaalde in het vorige lid moet de belasting overeenkomstig de aangifte worden betaald binnen een maand na het einde van het parkeren, indien bij de aanvang van het parkeren in werking stellen van de apparatuur geschiedt door het via de telefoon inloggen op een centrale computer.
Artikel 8 Bepalingen omtrent aanvang en eindigen van de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak
Indien de belastingplicht in de loop van het tijdvak waarvoor het abonnement is aangegaan eindigt, wordt op aanvraag ontheffing verleend. Belasting is dan verschuldigd over een kwartaal of over even zoveel kwartalen als er in dat jaar reeds begonnen zijn respectievelijk over een maand of over even zoveel maanden als er in dat kwartaal reeds begonnen zijn, met dien verstande dat de belasting nimmer hoger is dan het tarief van het te beëindigen abonnement.
Artikel 9 Bevoegdheid tot aanwijzing parkeerplaatsen
De aanwijzing van de plaats waar, het tijdstip, de duur en de wijze waarop tegen betaling van de belasting bedoeld in artikel 2, 1e lid onderdeel a, mag worden geparkeerd dan wel waarvoor een abonnement kan worden verkregen als bedoeld in artikel 2, 1e lid onderdeel a geschiedt in alle gevallen door het college bij openbaar te maken besluit.
Artikel 11 Kosten naheffingsaanslag en wielklem
De Kostenberekening naheffingsaanslag en wielklemmen 2018 is opgenomen als bijlage 4 en 5.
Artikel 13 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college kan nadere regels vaststellen met betrekking tot de heffing en de invordering van de parkeerbelasting.
De 'Verordening parkeerbelastingen 2017’ vastgesteld bij raadsbesluit van 21 december 2016 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 15 genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 10 november 2017.
De griffier, De voorzitter
Geert van Soest, Antoin Scholten
Centrum: (voorheen Q4, Centrum Binnenstad en Maaswaard)
het gedeelte van de gemeente dat begrensd wordt door de Maas, Puteanusstraat, Monseigneur Nolensplein, Sint Martinusstraat, Grote Kerkstraat, Parade, Keulsepoort, Koninginneplein, spoorlijn en Prinsessesingel met inbegrip van deze straten, deze singels, kaden, wegen, pleinen en poorten behoudens: de Puteanusstraat, de Noordzijde van het Mgr. Nolensplein en de Sint Martinusstraat.
Centrum-Oost: (voorheen Binnenstad Noord-Oost)
het gedeelte van de gemeente dat begrensd wordt door de Goltziusstraat, Deken van Oppensingel, Keulsepoort, Parade, Grote Kerkstraat, en Sint Martinusstraat (het gedeelte ten zuiden van de Goltziusstraat), met inbegrip van deze straten, singels, kaden, wegen, pleinen en poorten behoudens: de Parade en de Grote Kerkstraat.
Centrum-Zuid:(voorheen Maaswaard)
het gedeelte van de gemeente dat begrensd wordt door de Prof. Gelissensingel, Prinsessesingel, Spoorlijn, Veilingstraat, Nedinscoplein en Hamelstraat met inbegrip van deze straten, deze singels, kaden, wegen, pleinen en poorten, behoudens de Eindhovenseweg ten oosten van de Veilingstraat en de Veilingstraat.
Schil: (voorheen Binnenstad Noord, Venlo-Oost, Centrum-Zuid en Via Crescendo)
het gedeelte van de gemeente dat begrensd wordt door de Maas, Sint Urbanusweg, Dokter Aletta Jacobsstraat, Hogeschoorweg, Craneveldstraat, Gasthuiskampstraat, Krefeldseweg, Belletabelestraat, Burgemeester Conraetzstraat, Stalbergweg, Heutzstraat, Kaldenkerkerweg, Regentessestraat, Sophiastraat, Sinselveldstraat, Hendrikstraat, Oude Tegelseweg en de Tiberstraat, Prof. Gelissensingel, met inbegrip van deze straten, deze singels, kaden, wegen, pleinen en poorten, behoudens de wegen gelegen in het gebied Centrum, het gebied Centrum-Oost, het gebied Centrum-Zuid, Sint Utrbanusweg ten noorden van de Dokter Blumenkampstraat, Craneveldstraat, Gasthuiskampstraat , Krefeldseweg, Belletablestraat, Stalbergweg ten oosten van de Burgemeester Conraetzstraat, Kaldenkerkerweg ten oosten van de Prinsenstraat, Regentessestraat, Hendriksstraat, Oude Tegelseweg ten zuiden van de Tiberstraat en de Prof. Gelissensingel.
Rosarium:(gebied met alleen dagparkeren)
de straten Lohofstraat, Prinsenhofstraat, Prinses Beatrixstraat, Ruijs de Beerenbrouckstraat, van Cleefstraat, Jan de Verwerstraat, Mgr. Boermansstraat (weggedeelte tussen Deken van Oppensingel en Wilhelminastraat), Julianastraat en Wilhelminastraat.
Italiëplaats, Dominicanenstraat, oostzijde van Aan Cedron, aan de rechterzijde van de rijbaan Kruisherenstraat, Gildenstraat, Huzarenplaats, Brouwersplaats, achter de Wieën.
Geslotenverklaarde gedeelte binnenstad Venlo: het geslotenverklaarde gedeelte van het centrum van Venlo (Pollergebied).
A. Algemene voorschriften abonnementen als bedoeld in artikel 2, 2e lid van de Verordening parkeerbelastingen 2018
het (digitaal) parkeerabonnement vermeldt tenminste:
in afwijking van lid 1, aanhef , onder sub a kan voor zakelijk belanghebbenden en doelgroepen in plaats van het kenteken de organisatie- of firmanaam worden vermeld (mits het voertuig als zodanig herkenbaar is als voertuig van de organisatie of bedrijf of voorzien is van een door de gemeente goedgekeurd vignet met de naam of het logo van de organisatie of het bedrijf);
B. Abonnement bewonersbelanghebbenden en bezoekersparkeerkaart
De abonnementen voor bewonersbelanghebbenden worden voor alle gebieden verleend met dien verstande dat voor het eerste abonnement, dat wordt aangevraagd, geldt dat dit wordt verleend, indien men niet beschikt over een parkeerplaats op het eigen adres, dan wel over een parkeerrecht beschikt behorende bij het eigen adres.
Bij de (digitale) aanvraag van een abonnement voor bewonersbelanghebbenden en/of een bezoekersparkeerkaart wordt het bevolkingsregister geraadpleegd en dient een legitimatiebewijs en een kopie van het kentekenbewijs van de auto te worden overgelegd. Ingeval van leasevoertuigen dient een houderschapsverklaring te worden overgelegd. Ook dient te worden aangegeven of men beschikt over een parkeerplaats dan wel over een parkeerrecht behorende bij het eigen adres. Indien dit het geval is komt men niet in aanmerking voor een eerste belanghebbende abonnement.
C. Abonnement zakelijkbelanghebbenden
Het aantal per bedrijfsadres af te geven abonnementen voor zakelijk belanghebbenden wordt bepaald aan de hand van het aantal (voltijds)werknemers. Het aantal werknemers blijkt uit een uittreksel van de Kamer van Koophandel tenzij blijkt dat de feitelijke situatie anders is. Per drie (voltijds)werknemers kan één abonnement worden verstrekt.
Bij de (digitale) aanvraag van een abonnement voor zakelijk belanghebbenden dient het kentekenbewijs van het voertuig, een uittreksel van de Kamer van Koophandel waaruit blijkt dat op het adres inderdaad een bedrijf is gevestigd en waaruit tevens het aantal op dat adres bij dat bedrijf werkzame (voltijds)werknemers blijkt, een werkgeversverklaring inhoudende dat men op het onderhavige adres werkzaam is en een legitimatiebewijs te worden overgelegd. Ingeval van leasevoertuigen dient een houderschapsverklaring te worden overgelegd.
D. Abonnement zakelijk belanghebbenden bedrijfsverzamelgebouw
Het aantal per bedrijfsverzamelgebouw af te geven abonnementen wordt bepaald aan de hand van het aantal (voltijds)werknemers van de gezamenlijke bedrijven gevestigd in dit gebouw. Het aantal werknemers blijkt uit de uittreksels van de Kamer van Koophandel tenzij blijkt dat de feitelijke situatie anders is. Per drie (voltijds)werknemers kan één abonnement worden verstrekt.
Het college kan in bijzondere gevallen afwijken van de in deze bijlage opgenomen voorschriften voor wat betreft de aan te wijzen parkeergelegenheid.
Kosten naheffingsaanslag en wielklemmen 2018.
De kosten per aanslag, uitgaande van 7.000 naheffingsaanslagen, bedragen € 110,35.
Op grond van artikel 3, tweede lid, van het Besluit gemeentelijke parkeerbelastingen bedraagt het bedrag van de naheffingsaanslag met ingang van 1 januari 2018 maximaal € 62,00.
Het tarief voor 2018 wordt derhalve € 62,00.
B. Kosten aanbrengen en verwijderen van de wielklem:
In voorkomende gevallen wordt een voertuig ingeklemd in samenwerking met een particulier takelbedrijf. De kosten zijn gebaseerd op de door dat takelbedrijf naar landelijke normen te berekenen tarieven en inclusief btw.
·Kosten per inklemming/uitklemming bedragen € 73,51.
C. Kosten voor het verwijderen en bewaren van ingeklemde voertuigen:
In voorkomende gevallen wordt een ingeklemd voertuig overgebracht door een particulier takelbedrijf. De kosten zijn gebaseerd op de door dat takelbedrijf naar landelijke normen te berekenen tarieven en inclusief btw.