Organisatie | Noord-Holland |
---|---|
Organisatietype | Provincie |
Officiële naam regeling | Uitvoeringsregeling Nationaal Landschap Laag Holland 2009-2011 |
Citeertitel | Uitvoeringsregeling Nationaal Landschap Laag Holland 2009-2011 |
Vastgesteld door | gedeputeerde staten |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | natuur, landschap, landschapsontwikkelingsplan,Laag Holland, groene educatie, subsidie |
Geen
Algemene subsidieverordening Noord-Holland 2009, art. 1, lid 3
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
05-09-2009 | 31-12-2011 | Nieuwe regeling | 11-08-2009 Provinciaal Blad, 2009, 121 | 2009-37523 |
Gedeputeerde Staten van Noord-Holland;
overwegende dat hiermee uitvoering wordt gegeven aan de doelstelling tot behoud en ontwikkeling van de kernkwaliteiten zoals benoemd in het Uitvoeringsprogramma Nationaal Land- schap Laag Holland 2007-2013, vastgesteld door ons op 10 oktober 2006;
voorts overwegende dat voor het behoud en ontwikkelen van de kernkwaliteiten in Nationaal Landschap Laag Holland door middel van sub- sidies een wettelijke grondslag vastgesteld dient te worden;
gelet op artikel 1, derde lid van de Uitvoeringsregeling Nationaal Landschap Laag Holland 2009-2011;
besluiten vast te stellen de volgende Uitvoeringsregeling Nationaal Landschap Laag Holland 2009-2011.
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze regeling wordt verstaan onder:
Kernkwaliteiten: de bijzondere waarden van het Nationaal Landschap Laag Holland zoals benoemd in het Uitvoeringsprogramma Nationaal Landschap Laag Holland 2007-2013, vastgesteld door ons op 10 oktober 2006; Het betreft: de grote openheid van het landschap, de vele weide- en moerasvogels, het oude geometrische inrichtingspatroon in de droogmakerijen, de veenpakketten, de middeleeuwse strokenverkavelingen en de historische watergangen, een groot aantal archeologische locaties en karakteristieke dijk- en lintdorpen.
Landschapsontwikkelingsplan (LOP): een plan gericht op de instandhouding, het herstel en de ontwikkeling van het landschap; Een LOP beschrijft de landschappelijke randvoorwaarden waarbinnen ontwikkelingen plaats kunnen vinden. In een LOP komt het totaal aan landschappelijke waarden aan bod waaronder in ieder geval begrepen worden visuele kenmerken, watersysteemkenmerken, ecologische waarden, cultuurhistorische en archeologische waarden en gebruikswaarden (in ieder geval de agrarische en recreatieve gebruikswaarde). Het LOP bevat naast een visie op het landschap tevens een uitvoeringsprogramma waarin concrete plannen en projecten zijn benoemd en een financieringsplan.
Integraal gebiedsplan/integrale gebiedsvisie: een plan/visie gericht op de instandhouding, het herstel en de ontwikkeling van de kernwaarden en kernkwaliteiten in het buitengebied; Het plangebied kan gemeentegrensoverschrijdend zijn. In een integraal gebiedsplan of integrale gebiedsvisie wordt een koers bepaald voor het gebied, waarin thema’s als economie, ruimte/bebouwing, landschap, cultuurhistorie, natuur en recreatie centraal staan. Een integraal gebiedsplan of integrale gebiedsvisie bevat naast een visie voor de ontwikkeling van het gebied tevens een uitvoeringsprogramma waarin concrete plannen en projecten zijn benoemd en een financieringsplan.
Beeldkwaliteitplannen: een plan gericht op het in beeld brengen van waardevolle veelal visuele kenmerken en kwaliteiten van een gebied, met het doel om de identiteit van een gebied te versterken; Het beeldkwaliteitplan geeft een samenhangend pakket van intenties, aan- bevelingen, richtlijnen en/of toetsingscriteria voor het veiligstellen, creëren en/of verbeteren van beeldkwaliteit, ook als het gaat om nieuwe ontwikkelingen.
Artikel 3 Berekening van de subsidie
Beperking in verband met staatssteun
Indien toepassing van het eerste lid zou leiden tot het overtreden van het verbod op het geven van staatssteun in de zin van artikel 87, eerste lid, EG- Verdrag, wordt het subsidiebedrag in afwijking van het eerste lid zodanig vastgesteld dat het totale bedrag aan subsidies voor de activiteit niet meer bedraagt dan het hoogste steunbedrag of de hoogste steunintensiteit dat op grond van de van toepassing zijnde vrijstellingsverordening van de Europese Commissie verstrekt mag worden (de-minimisverordening).
Hoofdstuk 1 Plan- en projectvoorbereiding
Subsidie op grond van dit hoofdstuk kan worden verstrekt aan gemeenten, organisaties en instellingen die zich richten op het beheer van landschap en natuur en/of het verbreden en verduurzamen van landbouw, niet zijnde landbouwbedrijven die actief zijn in de primaire productie van landbouwproducten, en organisaties die werkzaam zijn op het gebied van toerisme en recreatie.
Hoofdstuk 2 Kennis- en bekendheidsvergroting
Subsidie op grond van dit hoofdstuk kan worden verstrekt aan gemeenten, organisaties en instellingen die zich richten op het beheer van landschap en natuur en/of het verbreden en verduurzamen van landbouw, niet zijnde landbouwbedrijven die actief zijn in de primaire productie van landbouwproducten, en organisaties die werkzaam zijn op het gebied van toerisme en recreatie.
Subsidie op grond van dit hoofdstuk kan worden verstrekt aan scholen en organisaties en instellingen gericht op groene educatie.
Subsidie kan worden verstrekt voor activiteiten op het gebied van groene educatie met als doel jongeren op basisscholen en scholen voor voortgezet onderwijs bekend te maken met de kernkwaliteiten van het Nationaal Landschap Laag Holland. Daaronder wordt in elk geval begrepen:
Haarlem, 11 augustus 2009
Gedeputeerde Staten van Noord-Holland
H.C.J.L. Borghouts, voorzitter.
H.W.M. Oppenhuis de Jong, provinciesecretaris
In de Nota Ruimte zijn een twintigtal landschappen aangewezen als Nationaal Landschap. Eén van deze landschappen is Laag Holland. Laag Holland is een uniek oer-Hollands landschap tussen de steden Alkmaar, Hoorn, Amsterdam en Zaanstad. Het gebied kenmerkt zich door de afwisseling van de waterrijke veenweiden en de dieper gelegen droogmakerijen. In de herziening van het Streekplan Noord-Holland Zuid van 18 december 2006 zijn de kernkwaliteiten van het Nationaal Landschap Laag Holland beschreven.
De kernkwaliteiten zijn onder meer de openheid van het landschap, de rijkdom aan weide- en moerasvogels, het geometrische inrichtings- patroon in de droogmakerijen en de strokenverkavelingen en historische watergangen in het veenweidegebied.
De algemene doelstelling zoals vastgelegd in de streekplanherziening is het behoud en de versterking van deze kernkwaliteiten. In het Uitvoeringsprogramma Nationaal Landschap Laag Holland 2007 – 2013 is deze algemene doelstelling omgezet naar een aantal operationele doelen voor de periode 2007 - 2013.