Organisatie | Hendrik-Ido-Ambacht |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verlofregeling Drechtsteden/ZHZ 2017 |
Citeertitel | Verlofregeling Drechtsteden/ZHZ 2017 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Onbekend
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
06-11-2017 | 01-01-2020 | Onbekend | 02-02-2017 Onbekend | Onbekend |
Artikel 0 Dit artikel moet nog worden gesplitst
Het College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Hendrik-Ido-Ambacht;
gelet op artikel 4 lid 2 van de overeenkomst tot vaststelling van een uniforme rechtspositieregeling voor de gemeenschappelijke regeling Drechtsteden, mede ten behoeve van de gemeenten Alblasserdam, Dordrecht, Hendrik-Ido-Ambacht, Papendrecht, Sliedrecht, Zwijndrecht en de gemeenschappelijke regelingen Dienst Gezondheid & Jeugd Zuid-Holland Zuid en Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid;
Artikel 1:2c Aanstellingen op grond van de banenafspraak
In afwijking van artikel 3:3 lid 1 kan het college vaststellen dat de ambtenaar die op grond van de Wet banenafspraak een aanstelling krijgt omdat hij Wajonger is met arbeidsvermogen en voor wie een loonwaarde van minder dan 100% is vastgesteld, recht heeft op een door zijn loonwaarde bepaald percentage van het salaris. Is het door het loonwaarde bepaalde percentage van het salaris lager dan het wettelijk minimumloon, dan is het salaris van de ambtenaar gelijk aan het wettelijk minimumloon.
Artikel 3:19 lid 2 wordt gewijzigd en komt te luiden:
Bij 25 jaar overheidsdienst bedraagt de toelage de helft van het maandsalaris en de toegekende salaristoelage(n) over de maand van jubileren, tezamen vermeerderd met 8%. Bij 40 en 50 jaar overheidsdienst bedraagt de toelage het maandsalaris en de toegekende salaristoelage(n) over de maand van jubileren, tezamen vermeerderd met 8%.
De toelichting op artikel 3:19 lid 2 wordt gewijzigd en komt te luiden:
De ambtsjubileumgratificatie wordt berekend op basis van het geldende salaris en de toegekende salaristoelagen, tezamen vermeerderd met 8% (deze 8% betreft de vakantietoelage die per 1 januari 2017 is toegevoegd aan het IKB; hoofdstuk 3, par. 5) naar rato over de maand waarin het jubileum valt. Een ambtsjubileumgratificatie kan niet in alle gevallen onbelast worden uitgekeerd; aanbevolen wordt om dit bij de Belastingdienst na te gaan.
De toelichting op artikel 3:24 lid 2 wordt gewijzigd en komt te luiden:
Nabestaanden van de ambtenaar die als gevolg van een ongeval in en door de dienst overlijden, krijgen deze overlijdensuitkering naast de overlijdensuitkering van artikel 3:23.
De hoogte van de uitkering is één jaarsalaris vermeerderd met de toegekende salaristoelage(n), tezamen vermeerderd met 8% (deze 8% betreft de vakantietoelage die per 1 januari 2017 is toegevoegd aan het IKB; hoofdstuk 3, par. 5), waarbij de 12 kalendermaanden direct voorafgaand aan de maand van overlijden als referteperiode dient. Ziekte van de ambtenaar in die referteperiode, waarbij zijn salaris is gekort o.g.v. artikel 7:3 CAR, heeft geen invloed op de hoogte van de overlijdensuitkering. Op jaarbasis wordt gerekend met het volledige salaris. Ook bij toepassing van lid 3 gelden de 12 kalendermaanden voorafgaand aan de maand van overlijden als referteperiode.
3 Het deel van het IKB waarover geen pensioen wordt opgebouwd bedraagt:
4 Indien in een maand het salaris en de toegekende salaristoelage(n) gedeeltelijk zijn uitbetaald dan wordt het IKB in die maand berekend op basis van het uitbetaalde salaris en de uitbetaalde salaristoelage(n). Ontvangt de ambtenaar in een maand geen salaris dan wordt in die maand geen IKB opgebouwd.
5 Indien in een maand het salaris en de toegekende salaristoelage(n) gedeeltelijk zijn uitbetaald op grond van artikel 7:3 lid 2 tot en met 4 dan wordt, in afwijking van lid 4 van dit artikel, het IKB in die maand berekend op basis van het volledige salaris en toegekende salaristoelage(n).
Toelichting Artikel 3:28 Opbouw IKB
In dit lid is geregeld wat de bronnen van het pensioengevende deel van het IKB zijn. De bronnen komen uit arbeidsvoorwaarden die tot 1 januari 2017 onder een andere naam in de CARUWO geregeld waren. Het IKB is opgebouwd uit:
In dit lid zijn de niet-pensioengevende bronnen van het IKB geregeld:
De financiële tegenwaarde van 14,4 uren bovenwettelijk vakantieverlof is niet pensioengevend. Tot 1 januari 2017 had de ambtenaar op grond van artikel 6:2 recht op ten minste 158,4 uren vakantieverlof per kalenderjaar. Met ingang van 1 januari 2017 is de aanspraak op vakantieverlof verminderd tot 144 uren per kalenderjaar. De financiële tegenwaarde van 14,4 uren vakantieverlof is per diezelfde datum opgenomen in het IKB. Brandweerpersoneel dat valt onder hoofdstuk 9a heeft recht op 2,5% opbouw van de levenslooptoelage, in plaats van 1,5%. De extra 1% is niet pensioengevend en is daarom in het IKB niet een bron die pensioengevend is.
In dit lid is geregeld dat de 1,5% opbouw van het IKB, als vervanging van de levensloopuitkering, niet van toepassing is op brandweerpersoneel dat recht heeft op FLO overgangsrecht zoals omschreven in hoofdstuk 9b. De reden hiervan is dat voor medewerkers met FLO overgangsrecht aparte afspraken gelden over levensloop. Voor medewerkers als bedoeld in paragraaf 5 van hoofdstuk 9b geldt deze uitzondering niet.
Artikel 3:31 Waarde van een vakantie-uur
Als de ambtenaar kiest voor het kopen van vakantie-uren dan wordt het IKB per vakantie-uur verlaagd met het voor de ambtenaar geldende uurloon in de maand waarin hij de vakantie-uren koopt.
Artikel 3:32 Uitbetaling IKB bij einde dienstverband
Artikel 3:33 Wet- en regelgeving
Artikel 3:34 Vakantietoelage 2016
Artikel 3:35 Overige bepalingen
Voor de ambtenaar die werkzaam is in de kunsteducatie en op wie artikel 19b:10 van toepassing is, is artikel 3:28, lid 3, niet van toepassing.
M De nummering van paragraaf 6 wordt gewijzigd in paragraaf 7
N Na paragraaf 5 wordt een nieuwe paragraaf 6 toegevoegd met als titel ‘Overige individuele keuzemogelijkheden’
6Overigeindividuelekeuzemogelijkheden
Artikel 3:36 Verkoop van vakantie-uren
O Hoofdstuk 4a wordt geschrapt.
P Artikel 6:3 wordt geschrapt.
Q Artikel 6a:7 wordt geschrapt.
R De toelichting op artikel 3:36 lid 2 komt te luiden:
Artikel 3:36 Verkoop van vakantie-uren
De reden dat dit lid is opgenomen, is dat het op grond van fiscale regelgeving niet is toegestaan om vakantie-uren te verkopen die in het IKB zijn gekocht.
S In het vernummerde artikel 3:37 In de toelichting op punt 3, in de derde alinea, worden
de woorden: “extra eindejaarsuitkering of een” geschrapt.
In de toelichting op punt 4 worden de woorden “eindejaarsuitkering, vakantietoelage of levensloopbijdrage” vervangen door: “het IKB”.
T De titel van hoofdstuk 6 wordt gewijzigd en komt te luiden: VAKANTIE EN VERLOF
U Artikel 6:2 lid 1 wordt gewijzigd en komt te luiden:
a.De vakantie van de ambtenaar met een volledige betrekking bedraagt ten minste 144 uur per kalenderjaar.
De toelichting op artikel 6:2 lid 2 wordt gewijzigd en komt te luiden: Lid 2
Een ambtenaar kan verzoeken in enig jaar maximaal 50,4 uur op jaarbasis (bij een volledig dienstverband) meer te werken dan de maximale arbeidsduur van 1836 uur voortvloeit. Voor een deeltijder geldt een naar evenredigheid aantal uren als maximum.
Toekenning van dit verzoek geeft de ambtenaar recht op een gelijk aantal extra vakantie-uren. Dit verzoek dient betrokkene in vóór 1 november (tenzij anders geregeld) in het jaar voorafgaande aan het kalenderjaar waarvoor het verzoek geldt. Gelet op de samenhang met paragraaf 5 en 6 van hoofdstuk 3 ligt het voor de hand dat het college bij de toewijzing van de verzoeken rekening houdt met alle mutaties van het verlof, te weten:
extra vakantie-uren op basis van dit artikel,
verkoop van vakantie-uren op basis van artikel 3:36;
koop van vakantie-uren op basis van artikel 3:29 lid 1, onderdeel a.
Op basis van het totaalbeeld van de effecten van alle verzoeken kan worden bezien in hoeverre sprake is van ernstige problemen van organisatorische dan wel roostertechnische aard.
V In de toelichting op artikel 6:2:6 lid 3 wordt het getal “187,2” op twee plaatsen gewijzigd in: “144” en het getal “280,8” in: “216”.
W Artikel 6:3:1 vervalt, inclusief titel.
De toelichting op artikel 6:3:1 vervalt, inclusief titel.
X Artikel 6:4:1a lid 6 en lid 7 worden geschrapt.
De toelichting op de artikel 6:4:1a leden 6 tot en met 7 wordt geschrapt.
Y Artikel 6:5:4 wordt, inclusief titel, gewijzigd en komt te luiden:
De duur van de vakantie van een ambtenaar die ouderschapsverlof geniet, wordt verminderd naar evenredigheid van de omvang van het ouderschapsverlof.
De toelichting op artikel 6:5:4 wordt, inclusief titel, gewijzigd en komt te luiden: Opbouw vakantie
De korting van vakantieverlof vindt gedurende het ouderschapsverlof plaats overeenkomstig de omvang en de duur van dit verlof. Geniet de ambtenaar bijvoorbeeld ouderschapsverlof gedurende zes maanden voor de helft van zijn arbeidsduur en loopt het verlof van 1 mei tot 1 november, dan heeft betrokkene tot en met april recht op volledig verlof (4/12 x verlofaanspraak op jaarbasis), van mei tot november een halve verlofopbouw (6/12 x verlofaanspraak op jaarbasis x 0,5) en in november en december weer een gehele verlofopbouw (2/12 x verlofaanspraak op jaarbasis).
Z In de toelichting op artikel 6:10 lid 1 worden de woorden “de vakantietoelage, levensloopbijdrage en eindejaarsuitkering” vervangen door: “het IKB”.
AA In de toelichting op hoofdstuk 6a wordt de laatste zin van de eerste alinea geschrapt.
BB Artikel 6a:6 wordt gewijzigd en komt te luiden:
De jaarlijkse inleg van de ambtenaar in het kader van de gemeentelijke levensloopregeling bestaat uit een of meer van de volgende bronnen:
CC In artikel 7:13:1 worden tussen de woorden “in artikel 7:3” en “bestaat:” de woorden “en geen opbouw van het IKB, bedoeld in artikel 3:28,” toegevoegd.
In de toelichting op artikel 7:13:1 worden tussen de woorden “salaristoelage(n)” en “Het gaat” de woorden “en op opbouw van het IKB.” toegevoegd.
DD In artikel 7:13:2 lid 1 worden tussen de woorden “in artikel 7:3” en “indien” de woorden “en de opbouw van het IKB, bedoeld in artikel 3:28, worden gestaakt,” toegevoegd.
Artikel 7:13:2 lid 2 wordt gewijzigd en komt te luiden:
2.De doorbetaling van het salaris en de toegekende salaristoelage(n) en de opbouw van het IKB vinden wel plaats indien de ambtenaar op grond van zijn geestelijke toestand geen verwijt kan worden gemaakt van het gedrag, genoemd in het lid 1.
De toelichting op artikel 7:13:2 wordt gewijzigd en komt te luiden: Artikel 7:13:2 Staken van de doorbetaling
Zowel artikel 7:13:2 als artikel 7:14 bevatten de sancties op overtreding van de verplichtingen als genoemd in artikel 7:10, 7:11 en 7:12, alsmede de conclusies die uit het onderzoek als bedoeld in artikel 7:12 getrokken kunnen worden.
De in deze artikelen beschreven situaties kunnen tijdelijk zijn. Dit houdt in dat artikel 7:13:2 en 7:14 ook tussentijds kunnen worden toegepast. Wanneer de situatie weer hersteld is, wordt de betaling van het salaris en de toegekende salaristoelage(n) en de opbouw van het IKB weer gestart.
Artikel 7:13:2 ziet op de verplichtingen die aan de ambtenaar zijn opgelegd in artikel 7:10 en 7:12. Artikel 7:14 ziet op de verplichtingen die op grond van artikel 7:11 aan de ambtenaar zijn opgelegd.
Artikel 7:13:2 sanctioneert allereerst de weigering de benodigde informatie te verstrekken. De andere sancties van artikel 7:13:2 betreffen gedrag van de ambtenaar, waarbij de arbodienst een rol speelt in de beoordeling van dat gedrag.
De sancties op de overtredingen die genoemd zijn, zijn imperatief: de betaling van het salaris en de toegekende salaristoelage(n) en de opbouw van het IKB worden gestaakt wanneer bijvoorbeeld de ambtenaar nalaat zich onder geneeskundige behandeling te stellen of zich niet houdt aan voorschriften van behandelende geneeskundigen.
Als de ambtenaar geen verwijt gemaakt kan worden op grond van zijn geestelijke toestand, vindt doorbetaling van het salaris en de toegekende salaristoelage(n) en de opbouw van het IKB wel plaats. De gemeente moet zich voor het besluit om de salarisbetaling te staken dus vergewissen van de geestestoestand van de ambtenaar.
EE Artikel 7:14 wordt gewijzigd en komt te luiden:
Artikel 7:14 Sanctie bij nalatigheid algemene verplichtingen
De doorbetaling van het salaris en de toegekende salaristoelage(n), bedoeld in artikel 7:3, en de opbouw van het IKB bedoeld in artikel 3:28, worden gestaakt, indien en voor zolang de ambtenaar:
i.weigert mee te werken aan, door het college of een door hem aangewezen deskundige, gegeven redelijke voorschriften of getroffen maatregelen, als bedoeld in artikel 7:11 lid 1, onderdeel a, die erop gericht zijn om de betrokkene in staat te stellen de eigen passende arbeid te verrichten;
weigert aangeboden passende arbeid te verrichten, waartoe hij op grond van artikel 7:11 lid 2 verplicht is.
d.De doorbetaling van het salaris en de toegekende salaristoelage(n), en de opbouw van het IKB, bedoeld in lid 2, vinden wel plaats indien de ambtenaar op grond van zijn geestelijke toestand geen verwijt kan worden gemaakt van het gedrag, genoemd in het lid 2.
In de toelichting op artikel 7:14 worden in de eerste alinea tussen de woorden “salaristoelage(n)” en “weer opgestart.” de woorden “en de opbouw van het IKB” toegevoegd.
De toelichting op artikel 7:14 lid 3 wordt gewijzigd en komt te luiden: Lid 3
Als de ambtenaar, bedoeld in lid 2, geen verwijt gemaakt kan worden op grond van zijn geestelijke toestand, vindt doorbetaling van het salaris en de toegekende salaristoelage(n) en de opbouw van het IKB wel plaats. De gemeente moet zich voor het besluit om de betaling van het salaris en de toegekende salaristoelage(n) en de opbouw van het IKB te staken dus vergewissen van de geestestoestand van de ambtenaar.
FF In de algemene toelichting op artikel 7:16 worden in de laatste alinea tussen de woorden ”salaristoelage(n)” en “te staken,” de woorden “en de opbouw van het IKB” toegevoegd.
GG In artikel 10d:2 sub worden de woorden “de vakantietoelage en de eindejaarsuitkering” vervangen door: “het IKB, bedoeld in artikel 3:28 lid 2, onderdeel a en b”.
HH In artikel 18:1:1 lid 1, sub f worden de woorden “de aanspraak op de vakantieuitkering” vervangen door: “8%”.
2.De navolgende regeling BestedingsdoelenindividueelKeuzebudgetDrechtsteden vast te stellen:
Regeling bestedingsdoelen Individueel Keuzebudget Drechtsteden
Deze regeling is van toepassing op de gemeenten Alblasserdam, Dordrecht, Hendrik-Ido-Ambacht, Papendrecht, Sliedrecht en Zwijndrecht, de Gemeenschappelijke regeling Drechtsteden, de Gemeenschappelijke regeling Dienst Gezondheid & Jeugd Zuid-Holland Zuid en de Gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid 2.
Binnen de fiscale mogelijkheden en de randvoorwaarden die het ABP stelt, kan de medewerker (een deel van) het IKB inzetten voor extra pensioen.
In gevallen waarin deze regeling niet voorziet beslist de werkgever.
Verlofregeling Drechtsteden/Zuid-Holland Zuid 2017
Volledig dienstverband: een dienstverband waarvan de arbeidsduur per jaar 1836 uur bedraagt en de formele arbeidsduur per week gemiddeld 36 uur bedraagt. Bij een deeltijd dienstverband bedraagt de arbeidsduur minder dan 1836 uur per jaar en de formele arbeidsduur minder dan gemiddeld 36 uur per week.
Deze regeling is van toepassing op de gemeenten Alblasserdam, Dordrecht, Hendrik-Ido-Ambacht, Papendrecht, Sliedrecht en Zwijndrecht, de Gemeenschappelijke regeling Drechtsteden, de Gemeenschappelijke regeling Dienst Gezondheid & Jeugd Zuid-Holland Zuid en de Gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid.
Artikel 3. Duur van het verlof
Artikel 4. Verlof bij deeltijd
Voor medewerkers met een deeltijdbetrekking wordt de duur van het verlof bedoeld in de voorgaande artikelen berekend met de voor hen geldende deeltijdfactor.
Artikel 5. Overschrijven verlof naar volgend kalenderjaar
Indien in een kalenderjaar het wettelijk verlof geheel of gedeeltelijk niet is opgenomen, vervalt dit verlof 12 maanden na het einde van dat kalenderjaar, tenzij de ambtenaar tot aan dat tijdstip om medische redenen redelijkerwijs niet in staat is geweest om dit vakantieverlof op te nemen, of dit vanwege dienstbelang niet mogelijk is geweest.
Artikel 6. Aanwijzen collectieve vrije dagen
Jaarlijks kunnen door het college/bestuur, na instemming door de OR maximaal 4 dagen aangewezen worden als collectieve vrije dagen.
Artikel 7. Garantie verlofrechten1
1 Als gevolg van de invoering van de IKB zal het garantierecht met het zelfde aantal uren worden verminderd als het aantal bovenwettelijke uren dat in het IKB als bron is opgenomen.
1 Voor medewerk(st)ers, die voor 1 juli 2007 in dienst zijn getreden bij de gemeente
Hendrik Ido-Ambacht wordt het aantal verlofuren op jaarbasis zoals dat zou gelden op
basis van de op 1 januari 2007 geldende verlofregeling, gefixeerd en als een
individuele garantie vastgezet. Dit aantal verlofuren wordt gegarandeerd zolang er op
basis van artikel 2 van deze verlofregeling sprake is van een lager aantal verlofuren op
2 Voor medewerk(st)ers, die voor 1 januari 1997 in dienst zijn getreden bij de gemeente
Alblasserdam, Dordrecht, Papendrecht, Sliedrecht, Zwijndrecht of de GR ZHZ wordt
het aantal verlofuren op jaarbasis zoals dat zou gelden op basis van de op
31 december 2006 geldende verlofregeling van hun voormalige werkgever, gefixeerd
en als een individuele garantie vastgezet. Dit aantal verlofuren wordt gegarandeerd
zolang er op basis van de verlofregeling zoals die voor de Drechtsteden/ZHZ geldt
sprake is van een lager aantal verlofuren op jaarbasis.
Medewerkers in dienst van de gemeenten Dordrecht, Sliedrecht en Zwijndrecht en de gemeenschappelijke regelingen Drechtsteden, Omgevingsdienst Zuid Holland-Zuid en Dienst gezondheid & Jeugd Zuid Holland-Zuid, die 60 jaar of ouder zijn kunnen op hun verzoek gebruik maken van de mogelijkheid om een half uur per werkdag korter te werken.
3 Van deze faciliteit kan alleen gebruik worden gemaakt voor zover de formele arbeidsduur voor een bepaalde dag tenminste 7,2 uur bedraagt. Dit betekent dat deze faciliteit alleen toegekend kan worden als er normaliter een volle werkdag gewerkt zou worden.
Aldus besloten in de vergadering van 2 februari 2017.
Burgemeester en wethouders van Hendrik-Ido-Ambacht,