Organisatie | Veendam |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Marktverordening Veendam 2017 |
Citeertitel | Marktverordening Veendam 2017 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
Onbekend
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
08-03-2017 | 01-01-2017 | Nieuwe regeling | 12-12-2016 Elektronisch Gemeenteblad, 7 maart 2017 | 2016R0122 |
Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen
Deze verordening is van toepassing op alle door burgemeester en wethouders ingestelde warenmarkten die op gezette tijden worden gehouden. Ze is echter niet van toepassing op een vrijmarkt op Koningsdag, incidentele braderieën en de drie ‘Vakantiemarkten’.
voor zover van toepassing, de plaatsen of gebieden die bij voorrang zijn bestemd voor een of meer branches of artikelgroepen alsmede, indien van toepassing, de maximum aantallen vaste-standplaatsvergunningen die voor een of meer branches of artikelgroepen of combinaties daarvan kunnen worden afgegeven;
Hoofdstuk 2. Vaste-standplaatsvergunningen
Artikel 5. Vrijgekomen standplaats; plaatsverbetering volgens anciënniteitslijst
Burgemeester en wethouders houden een lijst bij van de houders van een vaste-standplaatsvergunning, met vermelding van de datum waarop de betrokkenen voor het eerst een vaste-standplaatsvergunning werd verleend en met vermelding van de branche waartoe zij behoren of de artikelen die zij verhandelen (anciënniteitslijst).
Als een standplaats vrijkomt die werd ingenomen door de houder van een vaste-standplaatsvergunning, kan deze op aanvraag worden toegewezen aan de hoogstgeplaatste aanvrager op de anciënniteitslijst in volgorde van de datum waarop hem voor het eerst een vaste-standplaatsvergunning werd verleend. Als de plaats bestemd is voor een specifieke branche of artikelgroep, komt alleen iemand in aanmerking die aan dat vereiste voldoet.
Als er ruimte is om een nieuwe vaste-standplaatsvergunning toe te kennen, komt daarvoor als eerste in aanmerking de hoogstgeplaatste kandidaat die op de wachtlijst staat en die voldoet aan de vereisten voor toekenning. Daarna komen andere aanvragers in aanmerking, in volgorde van indiening van hun aanvraag tot plaatsing op de wachtlijst. De kandidaat die in aanmerking komt voor de vergunning dient daarvoor binnen vier weken een aanvraag in te dienen.
Gegadigden komen in aanmerking in de volgorde van het aantal toegekende punten.
Burgemeester en wethouders maken bekend dat voor de markt een of meer vaste-standplaats-vergunningen kunnen worden verleend, voor welke branche of artikelgroep dit geldt en dat gegadigden voor een vergunning vóór de daarbij genoemde datum daarvoor een aanvraag kunnen indienen. Op de bekendmaking is artikel 7, derde lid, van overeenkomstige toepassing.
Artikel 9. Overschrijven vaste-standplaatsvergunning
Wenst de houder van een vaste-standplaatsvergunning niet langer zelf gebruik te maken van de vergunning of is hij overleden of onder curatele gesteld, dan kunnen burgemeester en wethouders op aanvraag van de vergunninghouder, zijn erven of zijn curator de vergunning overschrijven op naam van zijn echtgenoot, geregistreerde partner of andere persoon met wie hij duurzaam samenwoonde, of zijn kind.
Kan deze weg niet worden gevolgd, dan kan de vergunning op aanvraag van de vergunninghouder, zijn erven of zijn curator worden overgeschreven op een medewerker van de vergunninghouder of de mede-eigenaar van diens bedrijf als deze ten minste één jaar in loondienst heeft gewerkt bij de vergunninghouder of heeft gefunctioneerd als mede-eigenaar.
Hoofdstuk 3. Dagplaatsen, standwerkers en bediening
Artikel 12. Dagplaatsvergunning
Een dagplaatsvergunning kan worden verleend voor het innemen van een standplaats voor het uitoefenen van markthandel op een markt op plaatsen die daarvoor ingevolge het inrichtingsplan in aanmerking komen en op plaatsen die niet zullen worden ingenomen door de houder van een vaste-standplaatsvergunning omdat voor de plaats geen vergunning geldt, de vergunning is vervallen of omdat de vergunninghouder niet in staat is de plaats in te nemen en niet is voorzien in vervanging overeenkomstig artikel 11.
Voor een dagplaatsvergunning komen in aanmerking degenen die daarvoor die dag vóór de aanvang van de markttijd bij de marktmeester een aanvraag hebben ingediend, voldoen aan een eventueel van toepassing zijnd branche- of artikelgroepvereiste en die niet zijn uitgesloten omdat zij gedurende een of meer van de voorafgaande vier marktdagen:
Hoofdstuk 4. Algemene bepalingen voor vergunninghouders
De houder van een vaste-standplaatsvergunning of van een dagplaatsvergunning kan zich doen bijstaan door een of meer andere personen.
Degene die een standplaats of een standwerkplaats wenst in te nemen of inneemt op een markt, is op eerste verzoek van een toezichthouder verplicht aan te tonen dat hij daartoe gerechtigd is.
Artikel 17. Markt schoonhouden
Een vergunninghouder is verplicht afval, waaronder verpakkingsmateriaal, dat tijdens de door hem uitgeoefende verkoop op zijn standplaats vrij komt zodanig te bewaren dat het marktterrein daardoor niet wordt verontreinigd en het afval niet door onbevoegden kan worden verwijderd. Hij voert het afval onmiddellijk na afloop van de markt af of laat het afvoeren.
Met het toezicht op de naleving van het bij of krachtens deze verordening bepaalde zijn belast de door burgemeester en wethouders aangewezen marktmeester en de overige door hen aangewezen toezichthouders.
Artikel 19. Onmiddellijke verwijdering
Burgemeester en wethouders kunnen een vergunninghouder of iemand die hem bijstaat of vervangt gelasten zich onmiddellijk van de markt te verwijderen als deze zich op de markt schuldig heeft gemaakt aan wangedrag of aan bedrog of een bij of krachtens deze verordening gestelde bepaling heeft overtreden.
Artikel 21. Intrekking oude verordening en overgangsrecht
Een krachtens de Marktverordening gemeente Veendam 2004 verleende vergunning of ontheffing geldt als vergunning of ontheffing verleend krachtens deze verordening. Burgemeester en wethouders kunnen deze ambtshalve vervangen door een vergunning of ontheffing krachtens deze verordening. Ambtshalve vervanging kan gepaard gaan met een wijziging van beperkingen en voorschriften.
Toelichting op de Marktverordening Veendam 2017
Het doel van deze verordening is in principe tweeledig. Ten eerste worden hiermee de kaders gecreëerd om markten zodanig te (her)organiseren dat de gemeentelijke belangen beschermd worden en dat de markten tegelijkertijd aantrekkelijk blijven voor zowel consumenten als marktkooplieden en – voor zover gemeenten daar invloed op kunnen uitoefenen – dat er een divers aanbod is dat van goede kwaliteit is. Ten tweede heeft deze verordening tot doel dit alles op een overzichtelijke, duidelijke manier te regelen, ontdaan van overbodige regels en administratieve lasten.
Op grond van artikel 160, eerste lid, aanhef en onderdeel h, van de Gemeentewet kunnen burgemeester en wethouders jaarmarkten of gewone marktdagen instellen (en afschaffen of veranderen). Deze marktverordening is van toepassing op dergelijke van gemeentewege ingestelde markten, voor zover het warenmarkten zijn en deze met enige regelmaat plaatsvinden.
Het gaat om de reguliere wekelijkse warenmarkt(en) als ook om eventueel nieuw in te stellen markten.
De regulering van andere ambulante handel dan waarop deze verordening van toepassing is, is te vinden in de Model-Algemene Plaatselijke Verordening (hierna: Model-APV). Artikel 2:25 van de Model-APV bevat bijvoorbeeld het vergunningstelsel voor evenementen, zoals braderieën. Verder bevat hoofdstuk 5 van de Model-APV bepalingen over collecteren (afdeling 2), venten (afdeling 3), standplaatsen niet zijnde standplaatsen op markten (afdeling 4) en snuffelmarkten (afdeling 5). Uit de in de Model-APV opgenomen bepalingen blijkt steeds dat deze niet van toepassing zijn op door burgemeester en wethouders op grond van artikel 160, eerste lid, aanhef en onder h, van de Gemeentewet ingestelde markten.
Dit artikel schrijft voor dat burgemeester en wethouders per markt een inrichtingsplan vast dienen te stellen en regelt wat daarin geregeld moet en kan worden. Zo kan per markt onder andere bepaald worden wat de markttijd is, welke delen van de markt bestemd zijn voor welke marktactiviteiten en op welke wijze nieuwe vergunningen worden verleend. Ieder inrichtingsplan dient voorzien te zijn van een kaart waarop het hierboven genoemde is aangegeven.
Vaste-standplaatsvergunningen gelden in beginsel voor onbepaalde tijd, maar hier kan in individuele gevallen van worden afgeweken (tweede lid). Bijvoorbeeld als gewerkt wordt met een ‘proefperiode’.
Een standwerkvergunning kan beperkt worden tot het verkopen van bepaalde typen producten.
Bij bijzondere gevallen (eveneens tweede lid) kan een andere standplaats worden aangewezen. Daarbij kan gedacht worden aan zaken als extreme weersomstandigheden, noodzakelijke reconstructiewerkzaamheden, bepaalde evenementen (bijvoorbeeld op Koningsdag).
Door de koppeling van de vergunning aan een natuurlijke persoon en eventueel de beperking tot één vergunning per persoon per markt of voor de gemeente (lid 7) wordt een zo eerlijk mogelijke verdeling van vergunningen bewerkstelligd. Uiteraard kan het wel zo zijn dat de natuurlijke persoon een onderneming drijft in de vorm van een rechtspersoon. Ook dan wordt een natuurlijke persoon (bijvoorbeeld de bedrijfsleider) aangemerkt als vergunninghouder. Het is dus niet mogelijk de vergunning op naam van de rechtspersoon te stellen.
Doordat de eis van handelingsbekwaamheid niet gekoppeld is aan een minimumleeftijd (eveneens lid 7) komen ook zestien- en zeventienjarigen aan wie door de kantonrechter handlichting is verleend in aanmerking voor een vergunning. Er is geen reden om minderjarigen die in het rechtsverkeer als handelingsbekwaam beschouwd worden, van de vergunning uit te sluiten.
Het vereiste ‘gerechtigd in Nederland arbeid te verrichten’ (eveneens lid 7) ziet met name op vreemdelingen die een vergunning ingevolge de Wet arbeid vreemdelingen nodig hebben.
Artikelen 5. Vrijgekomen standplaats; plaatsverbetering volgens anciënniteitslijst en 6. wachtlijststelsel
Als bij een markt waarvoor een anciënniteitsstelsel wordt gehanteerd, een vaste standplaats vrijkomt, kan deze op aanvraag worden toegewezen aan de hooggeplaatste op de door burgemeester en wethouders bijgehouden anciënniteitslijst. Artikel 5 ziet dus niet op de verlening van nieuwe vergunningen, maar alleen op een wijziging van een reeds verleende vergunning vanwege de toewijzing van een andere, (veelal) betere vaste standplaats.
De ‘uitstalling’ (artikel 6, derde lid, onder d) is de kraam of ander onderkomen van waaruit de verkoop plaatsvindt.
Om rechtszekerheid aan de aanvrager te verschaffen, krijgt deze een schriftelijk bewijs van zijn inschrijving op de wachtlijst (artikel 6, vierde lid). Wel dient de aanvrager jaarlijks (vóór 1 januari) zijn inschrijving te verlengen. Deze jaarlijkse verlenging is wenselijk om controle te houden op het systeem en om de gegadigden gemotiveerd te houden.
Of voor een markt een anciënniteitsstelsel wordt gehanteerd en of nieuwe vaste-standplaatsvergunningen overeenkomstig het wachtlijststelsel worden verleend, blijkt uit het inrichtingsplan voor de betrokken markt.
In dit artikel is een selectiestelsel uitgewerkt waarmee aanvragen voor de te verlenen nieuwe vaste-standplaatsvergunningen op bepaalde aspecten kunnen worden beoordeeld. Of de verlening overeenkomstig het selectiestelsel plaatsvindt blijkt uit het inrichtingsplan voor de betrokken markt.
In dit artikel is een stelsel voor verlening van nieuwe vaste standplaatsen op basis van loting uitgewerkt. Of de verlening op basis van loting plaatsvindt blijkt uit het inrichtingsplan voor de betrokken markt. De tekst van het artikel gaat ervan uit dat alleen degenen die voldoen aan de vereisten voor verlening van een vaste-standplaatsvergunnung aan de loting deelnemen.
Artikel 9. Overschrijven vaste-standplaatsvergunning
Dit artikel regelt de gevallen en voorwaarden waaronder het mogelijk is om vaste-standplaatsvergunningen over te schrijven. Het gaat om overschrijving van een vaste-standplaatsvergunning met alle daaraan verbonden voorwaarden en beperkingen, waaronder dus de nader bepaalde individuele standplaats.
Artikel 12. Dagplaatsvergunning
Lid 1. Dit kan zich bijvoorbeeld voordoen als de vergunning voor de betrokken plaats is vervallen voor die marktdag, doordat de vergunninghouder niet tijdig is komen opdagen; zie artikel 10, vierde lid.
Het in aanmerking nemen van een langere termijn ex artikel 12, derde lid, betekent dat langer dan vier marktdagen wordt ‘teruggekeken’ om te zien of de betrokkene zich heeft misdragen of in gebreke is gebleven met de betaling van zijn marktgeld.
Artikel 19. Onmiddellijke verwijdering
In artikel 125 van de Gemeentewet is bepaald dat het gemeentebestuur onder andere ter uitvoering van gemeentelijke verordeningen de bevoegdheid heeft een last onder bestuursdwang op te leggen. Artikel 20 geeft burgemeester en wethouders de bevoegdheid om een bijzondere vorm van bestuursdwang (verwijdering) toe te passen als een vergunninghouder zich schuldig maakt aan wangedrag of bedrog op de markt of bij andere overtredingen van de marktverordening.
Bij deze vorm van bestuursdwang wordt spoedeisendheid als bedoeld in artikel 5:31, eerste lid, van de Awb, verondersteld. Dan kan de bestuursdwang worden toegepast zonder voorafgaande last. Bij zéér spoedeisende gevallen, waarbij een besluit niet kan worden afgewacht, kan bestuursdwang onmiddellijk worden toegepast (artikel 5:31, tweede lid, van de Awb). Wel dient het besluit in dat geval achteraf alsnog bekendgemaakt te worden overeenkomstig artikel 5:31, tweede lid, van de Awb jo. artikel 5:24, derde lid, van de Awb. Het hangt van de omstandigheden van het geval af of er sprake is van een spoedeisend geval, of misschien zelfs van een zeer spoedeisend geval.