Organisatie | Drimmelen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening speelautomaten(hallen) gemeente Drimmelen 2017 |
Citeertitel | Verordening speelautomaten(hallen) gemeente Drimmelen 2017 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | volkshuisvesting en woningbouw |
Eigen onderwerp |
Deze verordening vervangt per 23 september 2017 de Verordening inzake speelautomaten(hallen) gemeente Drimmelen.
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
23-09-2017 | 13-07-2018 | Nieuwe regeling | 14-09-2017 | Onbekend |
De raad van de gemeente Drimmelen;
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 15 augustus 2017;
gelet op artikel 30c tweede lid van de Wet op de Kansspelen, het Speelautomatenbesluit 2000 en artikel 149 van de Gemeentewet;
vast te stellen de navolgende verordening speelautomaten(hallen) gemeente Drimmelen.
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
de wet: de Wet op de kansspelen;
speelautomatenbesluit: KB van 23 mei 2000, Stb. 224, houdende regels ter uitvoering van titel Va van de wet, zoals gewijzigd bij besluit van 1 april 2014, Stb. 2014, 34;
speelautomaat: een toestel, ingericht voor de beoefening van een spel, dat bestaat uit een door de speler in werking gesteld mechanisch, elektrisch of elektronisch proces, waarbij het resultaat kan leiden tot de middellijke of onmiddellijke uitkering van prijzen of premies, daaronder begrepen het recht om gratis verder te spelen;
behendigheidsautomaat: een speelautomaat waarvan het spel resultaat uitsluitend kan leiden tot een verlengde speelduur of het recht op gratis spellen en het proces, ook nadat het in werking is gesteld, door de speler kan worden beïnvloed en het geheel of vrijwel geheel van zijn inzicht en behendigheid bij het gebruik van de daartoe geboden middelen afhangt of en in welke mate de speelduur verlengd of het recht op gratis spelen verkregen wordt;
hoogdrempelige inrichting: een inrichting als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Drank- en Horecawet, waarin rechtmatig het horecabedrijf als bedoeld in dat artikel lid wordt uitgeoefend:
laagdrempelige inrichting: een inrichting als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Drank- en Horecawet, waarin rechtmatig het horecabedrijf als bedoeld in dat artikellid wordt uitgeoefend, die geen hoogdrempelige inrichting is.
speelautomatenhal: een inrichting, bestemd om het publiek gelegenheid te geven een spel door middel van speelautomaten te beoefenen, als bedoeld in artikel 30 c, eerste lid, onder b, van de wet;
openbare weg: alle voor het openbaar rij- en ander verkeer openstaande wegen of paden, daaronder begrepen de daarin gelegen bruggen en duikers, de tot die wegen of paden behorende bermen en zijkanten, alsmede kampeerplaatsen en de aan de wegen of paden liggende en als zodanig aangeduide parkeerterreinen.
Voor een hoogdrempelige inrichting kan voor maximaal twee speelautomaten, waarvan maximaal twee kansspelautomaten, een vergunning als bedoeld in artikel 30b eerste lid van de Wet op de kansspelen worden verleend;
Voor een laagdrempelige inrichting kan voor maximaal 2 speelautomaten een vergunning als bedoeld in artikel 30b eerste lid van de Wet op de kansspelen verleend worden met dien verstande, dat kansspelautomaten in het geheel niet zijn toegestaan;
Voor een laagdrempelige inrichting die voornamelijk bezocht worden door jeugdigen onder de 16 jaar kan geen vergunning voor speelautomaten als bedoeld in artikel 30b eerste lid van de Wet op de kansspelen verleend worden.
De ondernemer dient de vergunning aan te vragen onder overlegging van:
Bescheiden waaruit blijkt dat aan de krachtens artikel 30d, vierde lid onder b van de Wet gestelde eis inzake kennis en inzicht met betrekking tot het gebruik van speelautomaten en de daaraan verbonden risico's van gokverslaving wordt voldaan;
Een volledig ingevuld en ondertekend vragenformulier in het kader van de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur (Wet BIBOB).
Paragraaf 4.1.3.3. van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) is niet van toepassing.
De vergunning kan uitsluitend worden gesteld ten name van de ondernemer en is niet overdraagbaar.
De vergunning wordt geweigerd, indien:
de ondernemer of de beheerder (s) onder curatele staat (staan) of bewind is ingesteld over één of meer aan hen toebehorende goederen als bedoeld in Boek 1, titel 19, van het Burgerlijk Wetboek;
de ondernemer niet voldoet aan alle eisen zoals genoemd in artikel 4 van het Speelautomatenbesluit;
de beheerder niet voldoet aan alle eisen zoals genoemd in artikel 4 van het Speelautomatenbesluit;
indien de aanvrager de bij of krachtens titel VA van de wet gestelde bepalingen heeft overtreden in de drie jaren voorafgaand aan het moment van aanvraag van de vergunning;
indien ernstig gevaar bestaat dat de vergunning mede zal worden gebruikt om:
strafbare feiten te plegen, zoals bedoeld in artikel 3 van de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur.
Indien een overeenkomstig artikel 7, tweede lid, in de vergunning vermelde beheerder de hoedanigheid van beheerder heeft verloren, dient de ondernemer onder overlegging van de in artikel 4, onder 5, genoemde bescheiden, een nieuwe vergunning aan te vragen binnen 14 dagen nadat de in artikel 4 bedoelde verklaring omtrent het gedrag aan hem is verzonden;
De vergunning vervalt indien de beslissing op een aanvraag voor een nieuwe vergunning voor het vestigen dan wel exploiteren van een speelautomaten hal in hetzelfde pand onherroepelijk is geworden dan wel indien geen aanvraag is ingediend binnen zes maanden na het verlies van de hoedanigheid als bedoeld in het eerste lid.
Overtreding van artikel 3 van deze verordening en van de krachtens dit artikel gegeven voorschriften wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste twee maanden of een geldboete van de tweede categorie.
De opsporing van de in artikel 12 strafbaar gestelde feiten is, behalve aan de in artikel 141 van het Wetboek van Strafrecht genoemde opsporingsambtenaren, opgedragen aan hen die door burgemeester en wethouders met de zorg voor de naleving van deze verordening zijn belast, ieder voor zover het de feiten betreft die in de aanwijzing zijn vermeld.
Zo dikwijls de zorg voor de naleving van het bij of krachtens deze verordening bepaalde dit vereist, wordt de bevoegdheid te allen tijde de speelautomatenhal, desnoods tegen de wil van de rechthebbende of gebruiker, te betreden verleend aan de ambtenaren:
Vergunningen die voor de inwerkingtreding van deze verordening zijn verleend voor het exploiteren van een speelautomatenhal blijven van kracht totdat op een aanvraag, ingevolge artikel 3 van deze verordening, is beslist.