Organisatie | SED organisatie |
---|---|
Organisatietype | Regionaal samenwerkingsorgaan |
Officiële naam regeling | Financiële verordening SED organisatie 2015 |
Citeertitel | Financiële verordening Gemeenschappelijke Regeling SED organisatie |
Vastgesteld door | algemeen bestuur |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
30-01-2015 | 01-01-2015 | 01-01-2018 | Nieuwe regeling | 06-01-2015 | Onbekend |
Besluit van het algemeen bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling SED organisatie, houdende de vaststelling van de verordening op de uitgangspunten voor het financiële beleid, het financiële beheer, de inrichting van de financiële organisatie en het onderzoek naar doeltreffendheid en doelmatigheid, alsmede regels voor de controle op het financiële beheer en op de inrichting van de financiële organisatie van de Gemeenschappelijke Regeling SED organisatie (Financiële verordening SED organisatie)
Het algemeen bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling SED organisatie,
Gelet op artikel de artikelen 212, 213 en 213a van de Gemeentewet, artikel 37, eerste lid, van de Gemeenschappelijke Regeling SED organisatie;
Hoofdstuk 1: Algemene bepalingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
Accountantscontrole: de controle van de in artikel 197 Gemeentewet en artikel 201 van de Provinciewet bedoelde jaarrekening uitgevoerd door de door het algemeen bestuur benoemde accountant van:
waarbij de nadere regels die bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden gesteld op grond van artikel 213, zesde lid Gemeentewet en artikel 217, zesde lid Provinciewet, in acht worden genomen.
Rechtmatigheid in het kader van de accountantscontrole. Het overeenstemmen van het tot stand komen van de financiële beheershandelingen en de vastlegging daarvan met de relevante wet- en regelgeving, zoals bedoeld in het Besluit accountantscontrole gemeenten.
Hoofdstuk 2: Begroting en verantwoording
Artikel 2 Inrichting begroting en jaarverslaggeving
Het algemeen bestuur stelt per bestuursperiode de indeling van de begroting vast conform het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten.
Het dagelijks bestuur stuurt jaarlijks voor 15 april van het jaar voorafgaand aan dat waarvoor de begroting dient de ontwerpbegroting en de ontwerpjaarrekening toe aan de gemeenteraden en provinciale staten. De gemeenteraden en provinciale staten kunnen uiterlijk 10 weken (gerekend na 15 april) bij het dagelijks bestuur hun zienswijze op de ontwerpbegroting en ontwerpjaarrekening naar voren brengen.
Artikel 3: Autorisatie begroting, investeringskredieten en begrotingswijzigingen
Indien het dagelijks bestuur voorziet dat een product of investeringskrediet dreigt te worden overschreden, wordt dit door het dagelijks bestuur aan het algemeen bestuur gemeld. Dit kan middels de tussentijdse rapportages (zie artikel 4) of middels een voorstel voor wijziging van het product of investeringskrediet of een voorstel voor bijstelling van het beleid en legt dit aan het algemeen bestuur ter autorisatie voor.
Hoofdstuk 3: Financieel beleid
Artikel 5: Waardering en afschrijving vaste activa
Het dagelijks bestuur biedt het algemeen bestuur een nota aan inzake het waarderings-, activerings- en afschrijvingsbeleid. Het dagelijks bestuur zorgt voor de actualisatie van de nota.
Artikel 7 Reserves en voorzieningen
Voor wat betreft het beleid omtrent reserves en voorzieningen biedt het dagelijks bestuur het algemeen bestuur een nota reserves en voorzieningen aan. Het algemeen bestuur stelt de kaders voortvloeiend uit de nota vast. De nota behandelt:
Artikel 8 Financieringsfunctie
Het dagelijks bestuur neemt in het treasurystatuut de regels op die zij hanteert voor het dagelijks beheer van koersrisico, valutarisico, kredietrisico, relatiebeheer, intern liquiditeitsrisico en geldstromenbeheer. Het dagelijks bestuur regelt daarbij ook de administratieve organisatie en interne controle van de financieringsfunctie.
Hoofdstuk 6: Accountantscontrole
Artikel 17 Toegang tot informatie
De accountant is bevoegd tot het opnemen van alle kassen, waardepapieren en voorraden en het inzien van alle boeken, notulen, brieven, computerbestanden en overige bescheiden, waarvan hij inzage voor de accountantscontrole nodig oordeelt. Het dagelijks bestuur draagt er zorg voor dat de accountant voor de uitvoering van zijn controlewerkzaamheden een onbelemmerde toegang heeft tot alle stukken.
Het dagelijks bestuur draagt er zorg voor dat alle afdelingen van de SED organisatie zijn gehouden de accountant alle informatie te verstrekken, opdat de accountant zich een juist en volledig oordeel kan vormen over de rechtmatige totstandkoming van baten, lasten, balansmutaties en het gevoerde beheer en over de getrouwheid van de daarover verstrekte informatie.
Artikel 18 Overige controles en opdrachten
Het dagelijks bestuur kan de door het algemeen bestuur benoemde accountant opdracht geven tot het uitvoeren van specifieke werkzaamheden met betrekking tot de rechtmatigheid, de doelmatigheid en de doeltreffendheid voor zover de onafhankelijkheid van de accountant daarmee niet in het geding komt. Het dagelijks bestuur informeert het algemeen bestuur vooraf over deze aan de accountant te verstrekken opdrachten.
Het dagelijks bestuur draagt de zorg voor de uitvoering van het beleid betreffende de specifieke uitkeringen volgens de eisen van rechtmatigheid van de ministeries. De directeur is voor de controle van de rechtmatige besteding van specifieke uitkeringen bevoegd de opdracht te verlenen aan een andere dan de door het algemeen bestuur benoemde accountant, indien dit in het belang van de uitvoeringsdienst is.
Het dagelijks bestuur draagt de zorg voor de verantwoording aan derden (Belastingdienst, ABP, Sociale verzekeringsbank, CBS, e.d.) en neemt hierbij de gestelde controle-eisen in acht. Indien een deel van deze vereisten moet worden uitgevoerd door een accountant, is het dagelijks bestuur bevoegd hiervoor de opdracht te verlenen aan een andere dan de door het algemeen bestuur benoemde accountant, indien dit in het belang van de gemeenschappelijke regeling is.