Organisatie | Steenwijkerland |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening rekenkamercommissie 1 juli 2017 |
Citeertitel | Verordening rekenkamercommissie 1 juli 2017 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Deze verordening vervangt per 18 augustus 2017 de Verordening rekenkamercommissie Steenwijkerland 2017.
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
18-08-2017 | 01-07-2017 | Nieuwe regeling | 20-06-2017 | Onbekend |
De raad van de gemeente Steenwijkerland
gelet op artikel 81a van de Gemeentewet;
vast te stellen de volgende Verordening rekenkamercommissie gemeente Steenwijkerland 1 juli 2017
Paragraaf 2 TAAK, SAMENSTELLING EN LIDMAATSCHAP VAN DE COMMISSIE
De commissie onderzoekt de doelmatigheid, de doeltreffendheid en de rechtmatigheid van het door het gemeentebestuur gevoerde bestuur. Een door de commissie ingesteld onderzoek naar de rechtmatigheid van het door het gemeentebestuur gevoerde bestuur bevat geen controle van de jaarrekening als bedoeld in artikel 213, tweede lid, van de Gemeentewet.
De leden leggen alvorens zij hun functie uitoefenen in de vergadering van de raad in de handen van de voorzitter van de raad de eed (verklaring of belofte) af:
“Ik zweer (verklaar) dat ik, om tot lid van de rekenkamercommissie benoemd te worden, rechtstreeks noch middellijk, onder welke naam of voorwendsel ook, enige gunst heb gegeven of beloofd. Ik zweer (verklaar en beloof) dat ik, om iets in dit ambt te doen of te laten, rechtstreeks noch middellijk enig geschenk of belofte heb aangenomen of zal aannemen. Ik zweer (beloof) dat ik getrouw zal zijn aan de Grondwet, dat ik de wetten zal nakomen en dat ik mijn plichten als lid van de rekenkamercommissie naar eer en geweten zal vervullen. Zo waarlijk helpe mij God Almachtig! (Dat verklaar en beloof ik!)”.
Voor de uitvoering van haar werkzaamheden werkt de commissie in een personele unie samen met de gemeenten Meppel, Staphorst en Westerveld.
Artikel 2.4 Verboden betrekkingen en verboden handelingen
Een lid van de commissie kan niet tevens een betrekking vervullen als bedoeld in artikel 81f, lid 1, van de Gemeentewet.
Het is een lid van de commissie verboden de handelingen te verrichten als bedoeld in artikel 15 van de Gemeentewet. De raad kan, gehoord de commissie, een lid dat heeft gehandeld in strijd met dit verbod uit zijn functie ontslaan.
Paragraaf 3 DE WERKWIJZE VAN DE COMMISSIE
Artikel 3.3 Bevoegdheden van de commissie bij het uitvoeren van onderzoek
De commissie is bevoegd, indien en voor zover de gemeente uit anderen hoofde over deze bevoegdheid beschikt of daartoe toestemming heeft van de betrokken instellingen, ten aanzien van de volgende instellingen en over de daarbij genoemde periode, op de wijze als in de vorige leden van dit artikel bepaald onderzoek te doen bij:
openbare lichamen en gemeenschappelijke organen ingesteld krachtens de Wet gemeenschappelijk regelingen waaraan de gemeente deelneemt, over de jaren dat de gemeente deelneemt in de regeling;
andere privaatrechtelijke rechtspersonen waaraan de gemeente of een derde voor rekening en risico van de gemeente rechtstreeks of middellijk een subsidie, lening over garantie heeft verstrekt ten bedrage van tenminste 50% van de baten van deze instelling, over de jaren waarop deze subsidie, lening of garantie betrekking heeft.
Artikel 3.4 Uitvoering van het onderzoek en rapportage
Het feitelijke onderzoek wordt door de commissie bij voorkeur uitbesteed aan onderzoekers of externe deskundigen, tenzij aard en omvang van het onderzoek dat niet nodig maakt. De rekenkamercommissie is de opdrachtgever van de onderzoeken, geeft aanwijzingen tijdens het onderzoek en behoudt na het onderzoek alle zeggenschap over het onderzoeksmateriaal en de resultaten van het onderzoek.
De commissie is bevoegd van de leden van het gemeentebestuur en van de ambtenaren mondelinge en schriftelijke inlichtingen in te winnen die zij nodig heeft voor de uitvoering van het onderzoek. De leden van het gemeentebestuur en de ambtenaren zijn verplicht de gevraagde inlichtingen binnen de door de commissie gestelde termijn te verstrekken.
De commissie stelt via de gemeentesecretaris de betrokken ambtenaren in de gelegenheid om binnen een door haar te stellen termijn, die tenminste twee weken bedraagt, opmerkingen over de correctheid van het feitenonderzoek aan de commissie kenbaar te maken. Betrokken zijn degenen wier taakuitvoering (mede) voorwerp van onderzoek is of is geweest. De commissie bepaalt wie verder als betrokkenen worden aangemerkt.
De commissie vergadert in beslotenheid. De rapporten en verslagen van de commissie zijn openbaar. Op grond van de belangen genoemd in artikel 10 van de Wet Openbaarheid van Bestuur kan de commissie rapporten of gedeelten daarvan als geheim aanmerken. De leden van de commissie en degenen die ten behoeve van de commissie werkzaam zijn, zijn verplicht tot geheimhouding van al hetgeen hen daarover ter kennis is gekomen.
Paragraaf 4 DE ONDERSTEUNING VAN DE COMMISSIE
Artikel 4.2 Onderzoeksmedewerkers
Onderzoeksmedewerkers kunnen, indien de commissie hen daartoe de bevoegdheid als bedoeld in artikel 3.4 toekent, alle informatie verzamelen die de commissie in het belang van het onderzoek nodig acht. Zij hebben een geheimhoudingsplicht met betrekking tot die informatie en zijn alleen verantwoording verschuldigd aan de commissie.