Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Amsterdam

Beleid inzake winkeluitstallingen, plantenbakken en gevelbanken in de openbare ruimte (Slotervaart)

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieAmsterdam
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleid inzake winkeluitstallingen, plantenbakken en gevelbanken in de openbare ruimte (Slotervaart)
CiteertitelBeleid inzake winkeluitstallingen, plantenbakken en gevelbanken in de openbare ruimte
Vastgesteld doorgedelegeerde functionaris
Onderwerpopenbare orde en veiligheid
Eigen onderwerpNatuur, milieu en beheer openbare ruimte

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Datum ondertekening inwerkingtredingsbesluit:

Bron bekendmaking inwerkingtredingsbesluit: nvt

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend.

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

19-12-201619-03-2016Herbevestiging Beleid inzake winkeluitstallingen, plantenbakken en gevelbanken in de openbare ruimte, stadsdeel Slotervaart d.d. 22-1-2008 en herbevestigd door het dagelijks bestuur van stadsdeel Nieuw-West d.d. 4-5-2010

07-12-2016

 Gemeenteblad 16-12-2016, nr 177978

2016/int/1244

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleid inzake winkeluitstallingen, plantenbakken en gevelbanken in de openbare ruimte (Slotervaart)

 

 

Beleid inzake winkeluitstallingen, plantenbakken en gevelbanken in de openbare ruimte (Slotervaart)

Algemene regels voor winkeluitstallingen

1. Onder een winkeluitstalling wordt verstaan:

1.1 voorwerpen en stoffen die behoren tot het reguliere assortiment van een winkel1

1.2 uitstallingsmaterialen1

1.3 kleine apparaten zoals een vrieskist, een kippengrill en een speeltoestel voor kinderen2

1.4 reclame- of prijsaanduidingsborden ten behoeve van de verkoop van het winkelassortiment met een maximaal vloeroppervlak van 1 m2 en een maximale hoogte van 1m.3

2. De ondernemer mag een uitstalling uitsluitend voor de eigen winkelgevel plaatsen en alleen zodanig dat:

2.1 de uitstalling onmiddellijk tegen de gevel is geplaatst;

2.2 de toegang tot naast- en bovenliggende woningen, instellingen en bedrijven te allen tijde wordt vrijgehouden;

2.3 een afstand van tenminste 2 meter wordt vrijgehouden tot:

- objecten zoals onder- en bovengrondse brandkranen, elektriciteitsvoorzieningen e.d.,

- de hoek van de street, gemeten langs de gevel,

- bomen en groenvoorzieningen;

2.4 een doorrijdbreedte en —hoogte van tenminste 3,50 meter respectievelijk 4,20 meter overblijft voor ambulances en voertuigen van politie en brandweer.

3.1 De maximale uitstallingsdiepte is 2 meter en wel zodanig dat steeds een afstand van tenminste 2 meter gemeten vanaf de uitstalling tot aan de rand van het trottoir wordt vrijgehouden als de doorloopruimte voor voetgangers.

3.2 Onverminderd het gestelde in punt 2.2 mag de hoogte van de uitstalling inclusief gebruikte hulpmiddelen maximaal 2 meter bedragen.

3.3 de maximale uitstallingsbreedte wordt bepaald door de gevelbreedte.

4. Etenswaren moeten tenminste 0,50 m boven het grondoppervlak worden neergezet.

5. Per winkel mag ten hoogste 1 reclamebord worden geplaatst.

6. De winkeluitstalling met inbegrip van materialen ten behoeve van de uitstalling mag alleen op de openbare weg worden gezet tijdens de uren waarop de winkel voor het publiek geopend mag zijn.

7. De openbare ruimte mag niet worden gebruikt voor het -al dan niet tijdelijk- plaatsen van voorraden, bestemd voor verkoop in de winkel, kratten, pallets, afval, winkelwagens e.d.

8. Het uitstallen van goederen mag uitsluitend ten doel hebben de aandacht van het publiek op de uitgestalde goederen te vestigen, het is niet toegestaan vanuit de winkeluitstalling goederen aan het publiek te verkopen.

9.1 De ondernemer zorgt er voor dat de winkeluitstalling onmiddellijk wordt verwijderd of verplaatst:

- op last van de politie, de brandweer of medewerkers van het stadsdeel;

- als dat nodig is in verband met werkzaamheden in de openbare ruimte;

- als dat nodig is in verband met werkzaamheden aan of langs de gevel.

9.2 De met verwijdering of verplaatsing mogelijk verbonden kosten zijn voor rekening van de ondernemer.

10. De ondernemer zorgt voor een ordelijk aanzien van de uitstalling en voor het schoonhouden van de openbare ruimte die voor de uitstalling wordt gebruikt.

11. De ondernemer zorgt er voor dat de uitstalling geen schade, overlast of gevaar oplevert voor derden, geen scherpe of uitstekende delen bevat waaraan voorbijgangers zich kunnen verwonden en dat de uitstalling windvast is opgesteld.

12. Het is niet toegestaan een winkeluitstalling in de grond te verankeren.

13. De ondernemer zorgt er voor dat er geen schade aan gemeentelijke eigendommen ontstaat als gevolg van de aanwezigheid en het gebruik van de winkeluitstalling.

1  In het maatschappelijk verkeer gangbare voorbeelden van winkeluitstallingen zijn:

- kratten, bakken, manden, rekken, stellingen (zoals die worden gebruikt voor het uitstallen van groente, fruit, kleding, schoenen, bloemen en planten etc.)

- standaards en molens (zoals die worden gebruikt voor het uitstallen van kranten, ansichtkaarten, zonnebrillen etc)

- losse koopwaar zoals koffers, meubilair, stoffering etc.

2 Speeltoestel: voor zover het Warenwetbesluit attractie- en speeltoestellen niet van toepassing is.

3 Het opnemen van kleine reclameborden betekent een aanpassing van het huidige artikel 8.5 APV.

 

Algemene regels voor plantenbakken en gevelbanken

1.1 Plantenbakken mogen zowel door inwoners als door ondernemers worden geplaatst.

1.2 Gevelbanken mogen alleen door inwoners worden geplaatst, niet door ondernemers.

2. Plantenbakken en gevelbanken mogen alleen zodanig worden geplaatst dat:

2.1 de toegang tot naast- en bovenliggende woningen, instellingen en bedrijven te alien tijde wordt vrijgehouden;

2.2 een afstand van tenminste 2 meter wordt vrijgehouden tot:

- objecten zoals onder- en bovengrondse brandkranen, elektriciteitsvoorzieningen e.d.,

- de hoek van de straat;

- voetgangersoversteekplaatsen, tram- en bushaltes;

- bomen en groenvoorzieningen;

2.3 een doorrijdbreedte en —hoogte van tenminste 3.50 respectievelijk 4.20 meter overblijft voor ambulances en voertuigen van politie en brandweer;

2.4 de plantenbak of de gevelbank geen belemmering vormt voor voorbijgangers.

3.1 Een gevelbank mag alleen tegen de gevel van de woning van de initiatiefnemer worden geplaatst.

3.2 Een plantenbak wordt zo dicht mogelijk tegen de gevel van de woning of de onderneming van de initiatiefnemer geplaatst.

3.3 Een plantenbak mag niet op de rijweg, een fietspad of in een doorgang worden geplaatst.

3.4 Het plaatsen van een plantenbak mag niet leiden tot het opbreken van de weg.

3.5 Een plantenbak moet handmatig verplaatsbaar zijn en mag niet worden bevestigd aan de gevel of aan andere objecten.

4. De maximaal toegestane afmetingen (lengte x breedte) van een plantenbak bedragen 0.75 x 0.75 m, die van een gevelbank 1.50 x 0.50m.

5. Een initiatiefnemer mag ten hoogste twee plantenbakken plaatsen.

6. De initiatiefnemer zorgt voor een ordelijk aanzien van de plantenbak of gevelbank en voor het schoon houden van de openbare ruimte in de directe omgeving daarvan. Onder directe omgeving wordt in ieder geval verstaan een strekkende meter rondom het object.

7. Een plantenbak mag geen hoogopgaande begroeiing bevatten waarbovenbewoners hinder van kunnen hebben en mag geen doornige of giftige planten bevatten.

8.1 De initiatiefnemer zorgt er voor dat de plantenbak of de gevelbank onmiddellijkwordt verwijderd of verplaatst:

- op last van de politie, de brandweer of medewerkers van het stadsdeel: - als dat nodig is in verband met werkzaamheden in de openbare ruimte; - als dat nodig is in verband met werkzaamheden aan of langs de gevel;

8.2 De met verwijdering of verplaatsing mogelijk verbonden kosten zijn voor rekening van de initiatiefnemer.

9. Het stadsdeel kan de plantenbak of gevelbank weghalen als deze niet wordt onderhouden en hierdoor afbreuk wordt gedaan aan of gevaar ontstaat voor de omgeving dan wel niet wordt voldaan aan de aanwijzingen zoals bedoeld onder artikel 8.

10. Een plantenbak of gevelbank mag geen reclame bevatten.

11. De initiatiefnemer zorgt er voor dat geen schade aan gemeentelijke eigendommen ontstaat als gevolg van de aanwezigheid van de plantenbak of gevelbank.

12. De initiatiefnemer zorgt er voor dat de plantenbak of de gevelbank geen schade, overlast of gevaar oplevert voor derden.

1 Onder initiatiefnemer wordt verstaan een inwoner of ondernemer die een plantenbak of een gevelbank in de openbare ruimte wil plaatsen.

Hieronder wordt mede verstaan hij die de zorg voor de bak of de bank overneemt als de oorspronkelijke initiatiefnemer de zorg om welke reden dan ook heeft gestaakt.