Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Hollands Kroon

Geconsolideerde versie van het Kruimelbeleid, gemeente Hollands Kroon (na wijziging van onderdeel II bij besluit van het college van 2 juli 2019) exclusief de toelichting

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieHollands Kroon
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingGeconsolideerde versie van het Kruimelbeleid, gemeente Hollands Kroon (na wijziging van onderdeel II bij besluit van het college van 2 juli 2019) exclusief de toelichting
CiteertitelKruimelbeleid gemeente Hollands Kroon
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Artikel 2.12 lid 1, onder a, onder 2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht
  2. Artikel 4 onderdeel 9 van Bijlage II van het Besluit Omgevingsrecht

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

08-07-201921-10-2019Wijziging kruimelbeleid, gemeente Hollands Kroon

02-07-2019

gmb-2019-165959

30-06-201608-07-2019Gewijzigd beleid

21-06-2016

Gemeenteblad

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Geconsolideerde versie van het Kruimelbeleid, gemeente Hollands Kroon (na wijziging van onderdeel II bij besluit van het college van 2 juli 2019) exclusief de toelichting

 

Kruimelbeleid gemeente Hollands Kroon

Kruimelbeleid gemeente Hollands Kroon 21062016

1. Inleiding

  • 1.1 Aanleiding: “Waarom kruimelbeleid?”

    De Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) biedt de grondslag voor de gemeente Hollands Kroon om in bepaalde gevallen, in afwijking van het bestemmingsplan, een omgevingsvergunning te verlenen. Zonder beleid moet van geval tot geval een afweging worden gemaakt.

    Dit beleid heeft betrekking op aanvragen, die volgens onderstaand schema, in aanmerking komen voor toetsing aan het kruimelbeleid.

    1.2 Doel

    Het doel van dit beleid is om meer duidelijkheid te geven over de toepassing van het kruimelbeleid bij ruimtelijke ontwikkelingen en de uniformiteit bij deze toepassing te waarborgen.

    De beleidsregels gaan in op de zogenaamde kruimelgevallen, waarvoor burgemeester en wethouders met toepassing van artikel 2.12 lid 1, onder a, onder 2 Wabo omgevingsvergunning kunnen verlenen. Deze beleidsregels geven een verdere werking van de in artikel 4 van bijlage II van het Besluit omgevingsrecht (Bor) gegeven mogelijkheden, met name door het stellen van criteria. Het volledige artikel is opgenomen in bijlage 1 van deze regeling.

    1.3 Beleid

    Burgemeester en wethouders zijn bevoegd dit beleid vast te stellen.

    Aanvullend geldt dat:

    1. Burgemeester en wethouders volgens de beleidsregels moeten handelen;

    2. Het voldoen aan de beleidsregels garandeert niet dat een omgevingsvergunning wordt verleend, omdat:

    1. in bijzondere omstandigheden, als de gevolgen voor een belanghebbende onevenredig zijn in vergelijking met het doel van de beleidsregel, burgemeester en wethouders hiervan mogen afwijken(zie artikel 4:84 Algemene wet bestuursrecht (Awb)). Deze afwijking van de beleidsregels is slechts bij uitzondering mogelijk en moet goed gemotiveerd worden;

    2.  artikel 4:48 van de Awb het mogelijk maakt dat deze beleidsregels worden voorzien in een afwij-kingsmogelijkheid, bijvoorbeeld in de vorm van een ‘hardheidsclausule’, op grond waarvan in specifieke gevallen van het beleid kan worden afgeweken. In de hierna opgenomen beleidsregels is een dergelijke hardheidsclausule toegevoegd.

    1.4 Inhoud planologisch afwijkingenbeleid

    Deze beleidsnota bestaat uit twee hoofdstukken. Hoofdstuk 1 vormt de inleiding. In hoofdstuk 2 zijn de voorwaarden geformuleerd, waaraan de aanvraag omgevingsvergunning dient te voldoen. Deze voorwaarden zijn opgedeeld in algemene en specifieke regels. In onderdeel I zijn de algemene regels geformuleerd. In onderdeel II zijn voor iedere, afzonderlijke afwijkingsbevoegdheid specifieke regels geformuleerd. In onderdeel III zijn de begrippen en wijze van meten opgenomen.

    Beleidsregels

    Onderdeel I: Algemene regels

    a. Er moet voldaan worden aan de volgende voorwaarden:

    1. de aanvraag is uitvoerbaar volgens wet- en regelgeving;

    2. de aanvraag past binnen het gemeentelijke beleid en mag de uitvoering van beleid/een bestem-mingsplan, dat in voorbereiding is, niet bemoeilijken;

    3. er ontstaat geen precedent waardoor ‘gedwongen’ medewerking in andere gevallen leidt tot een ongewenste, ruimtelijke ontwikkeling of milieuhygiënische situatie;

    4. het bouwplan gaat niet ten koste van parkeergelegenheid op het perceel, tenzij voldoende vervan-gende parkeergelegenheid voor (vracht)auto’s wordt aangelegd (één en ander volgens het gestelde bij de bouwverordening);

    5. de aanvraag doet geen onevenredige afbreuk aan of levert geen onevenredige hinder/beperkingen(bijvoorbeeld bezonning) op voor aangrenzende of nabije functies en bestemmingen;

    6. de aanvrager sluit met de gemeente een planschadeverhaalsovereenkomst en een anterieure overeenkomst, indien een exploitatieovereenkomst door de gemeente voor het verhalen van gemaakte kosten noodzakelijk wordt gevonden.

    b. Burgemeester en wethouders kunnen aan de medewerking nadere regels verbinden met het oog op een goede ruimtelijke ordening.

    c. Burgemeester en wethouders kunnen in bijzondere situaties besluiten om in afwijking van de hierna volgende specifieke regels een omgevingsvergunning te verlenen, als de aanvraag niet in strijd is met een goede ruimtelijke ordening.

    Onderdeel II: Specifieke regels

    Aanvullend op de algemene regels geldt dat aan logies in woningen geen medewerking wordt verleend en dat in geval van logies van werknemers bij het agrarisch bedrijf in principe alleen wordt meegewerkt als ook voldaan wordt aan de hieronder genoemde nadere specifieke regels voor de toepassing van artikel 4, onderdeel 9 van Bijlage II bij het Besluit omgevingsrecht (Bor).

    Nadere specifieke regels

    1. Logies voor maximaal 40 tijdelijke werknemers in bebouwing, niet zijnde kassen, bij een agrarisch bedrijf voor zover:

    a. de logiesaccommodatie een nevenfunctie betreft van de agrarische bedrijfsactiviteiten;

    b. toezicht geborgd is;

    c. de logiesfunctie geen afbreuk veroorzaakt aan de bedrijfsvoering en ontwikkelingsmogelijkheden van nabijgelegen (agrarische) bedrijven;

    d. de accommodatie (brand)veilig is.

    Procedure

    Op aanvragen is de reguliere procedure van toepassing.

    Hardheidsclausule

    Voor wat betreft de toepassing van deze regeling zijn burgemeester en wethouders bevoegd om af te wijken van deze regeling, wanneer deze voor één of meer belanghebbenden gevolgen zou hebben, die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig zijn in verhouding tot de met de beleidsregels te dienen doelen.

    Van een bijzondere omstandigheid kan sprake zijn indien:

    er geen redelijke alternatieven bestaan om in het verlenen van medewerking te voorzien, mits de ruimtelijke consequenties beperkt blijven en geen (ongewenste) precedentwerking hoeft te worden gevreesd.

    Van onevenredigheid kan sprake zijn indien:

    de aanvraag niet binnen het geldende beleid past, maar als gevolg van het verzoek een beleidswijziging wordt doorgevoerd.

    Inwerkingtreding

    Dit beleid treedt in werking op de eerste dag na de bekendmaking in het digitale gemeenteblad.

    Titel

    Het beleid kan worden aangehaald met de citeertitel: "Kruimelbeleid, gemeente Hollands Kroon".

    Onderdeel III: Begrippen en wijze van meten

    Begrippen

    achtererfgebied

    Erf achter de lijn die het hoofdgebouw doorkruist op 1 m achter de voorkant en van daaruit evenwijdig loopt met het aangrenzend openbaar toegankelijk gebied, zonder het hoofdgebouw opnieuw te doorkruisen of in het erf achter het hoofdgebouw te komen.

    bedrijfswoning

    Een woning in of bij een gebouw, of op een terrein. Bedoeld voor één of meer personen, voor wie de huisvesting, gelet op de bestemming van het gebouw of het terrein, noodzakelijk is.

    bouwwerken geen gebouwen zijnde

    Bouwwerk of gedeelte daarvan, waar mensen niet in kunnen komen.

    bed & breakfast

    Een voorziening gericht op het bieden van de mogelijkheid tot overnachting en het serveren van ontbijt, als aan de woonfunctie ondergeschikte, toeristische, recreatieve activiteit. Onder bed & breakfast wordt niet verstaan overnachting in verband met het verrichten van tijdelijke of seizoensgebonden werkzaamheden en/of arbeid.

    bouwwerk

    Een bouwkundige constructie van enige omvang, die direct of indirect en duurzaam met de aarde is verbonden, of wel iets wat gemaakt is en wat op of in de grond staat.

    Bestaand

    Het legale gebruik dat op het tijdstip van inwerkingtreding van deze beleidsregels aanwezig is en/of bebouwing die op dat tijdstip aanwezig of in uitvoering is, krachtens een bouw- of omgevingsvergunning dan wel vergunningsvrij was.

    bijbehorende bouwwerken

    Een functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindende hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd en met de aarde verbonden bouwwerk met een dak, zoals aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen.

    bouwen

    Het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats.

    bouwvlak

    Een vlak op de bestemmingsplankaart waar gebouwen mogen worden gebouwd.

    detailhandel

    Het bedrijfsmatig te koop aanbieden van goederen aan consumenten en bedrijven.

    detailhandel grootschalig

    Meer dan 1500 m2 vloeroppervlakte voor het bedrijfsmatig te koop aanbieden van goederen aan consumenten en bedrijven.

    detailhandel in volumineuze goederen

    Detailhandel, die vanwege de omvang van de artikelen een grote oppervlakte nodig heeft voor de uitstalling. Dit betreffen bijvoorbeeld de verkoop van auto's, boten, caravans, tuininrichtingsartikelen, grove bouwmaterialen, keukens, meubels en woninginrichting en sanitair.

    eigen terrein

    Terrein behorend dan wel direct aansluitend bij de inrichting niet zijnde openbaar toegankelijk gebied.

    erf

    Al dan niet bebouwd perceel, of een gedeelte daarvan, dat direct is gelegen bij een hoofdgebouw en dat in feitelijk opzicht is ingericht ten dienste van het gebruik van dat gebouw, en, voor zover een be-stemmingsplan of een beheersverordening van toepassing is, deze inrichting niet verbieden;

    gebouw

    Elk bouwwerk dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden om-sloten ruimte vormt.

    hoofdgebouw

    Een gebouw of een gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de realisatie van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en gelet op die bestemming, het belangrijkst is.

    horeca

    Alle eet- en drinkgelegenheden en hotels.

    Het woord is een lettergreepwoord, gevormd uit de woorden hotel, restaurant en café.

    huishouding

    Van een huishouding is sprake wanneer een persoon dan wel personen in een zekere continue samenstelling met elkaar wonen en tussen de verschillende personen een zekere onderlinge verbondenheid bestaat.

    kamerverhuur

    Een bedrijfsmatig (nacht)verblijf aanbieden, waarbij het kenmerk is dat de kamerhuurder ter plaatse het hoofdverblijf heeft.

    logies

    Een bedrijfsmatig (nacht)verblijf aanbieden, waarbij de betreffende persoon het hoofdverblijf elders heeft.

    logiesaccommodatie

    Een gebouw of gedeelte van een gebouw, die door zijn constructie en inrichting is bestemd voor het bedrijfsmatig (nacht)verblijf aanbieden aan mensen, die hun hoofdverblijf elders hebben, niet zijnde groepsaccommodatie of kamergewijze verhuur.

    Nachtregister

    Artikel 438 van het Wetboek van Strafrecht stelt het bijhouden van een nachtregister door de exploitant van een nachtverblijf verplicht. De exploitant dient na aankomst van een persoon onverwijld de naam, beroep of betrekking, woonplaats en dag van aankomst op te tekenen en te controleren of deze persoon een geldig reisdocument of identiteitsbewijs kan overleggen.

    openbaar toegankelijk gebied

    Weg als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder b, van de Wegenverkeerswet 1994, alsmede pleinen, parken, plantsoenen, openbaar vaarwater en ander openbaar gebied dat voor publiek algemeen toe-gankelijk is, met uitzondering van wegen uitsluitend bedoeld voor de ontsluiting van percelen door langzaam verkeer.

    peil

    1. voor een bouwwerk, waarvan de hoofdtoegang direct aan de weg grenst de hoogte van de weg ter plaatse van die hoofdtoegang;

    2. voor een bouwwerk, waarvan de hoofdtoegang niet direct aan de weg grenst de bouwhoogte van het terrein ter plaatse van die hoofdtoegang bij aanvang van de bouw;

    3. indien in of op het water wordt gebouwd het Normaal Amsterdams Peil (of een plaatselijk aan te houden waterpeil).

    pension

    Een voor een ieder toegankelijk gebouw voor het bedrijfsmatig (nacht)verblijf aanbieden gedurende kortere of langere periode, waarbij het kenmerk is dat de betreffende persoon het hoofdverblijf ter plaatse of elders heeft.

    recreatieve overnachtingsmogelijkheid

    Een kampeermiddel, gebouw of voertuig dat wordt gebruikt, opgericht en/of verhuurd voor recreatieve overnachtingen/logies.

    voorerfgebied

    Erf dat geen onderdeel is van het achtererfgebied.

    voorgevel

    De naar de weg gekeerde gevel(s) van een gebouw of, indien het een gebouw betreft met meer dan één naar de weg gekeerde gevel, de gevel die kennelijk als zodanig moet worden aangemerkt.

    voorgevellijn

    Een denkbeeldige lijn, die langs de voorgevel (voorkant) van een woning of een gebouw ligt aan de openbare weg. Als een gebouw meer dan één gevel heeft die aan een openbare weg ligt, dan zijn al die gevels voorgevel.

    wonen

    Bewonen van een woning door één afzonderlijke huishouding.

    woning

    Een gebouw of gedeelte van een gebouw, bestaande uit meerdere ruimten, die bedoeld zijn voor de bewoning door één huishouden wiens huisvesting daar, gelet op de bestemming, al dan niet noodza-kelijk is, niet zijnde een bijzondere woonvorm of kamerverhuur/logies voor meer dan vijf personen per wooneenheid. De verschijningsvorm kan zijn vrijstaand, twee-onder-een-kap, en rijwoningen.

    Wijze van meten

    Bij de toepassing van deze regels wordt als het volgt gemeten:

    a. de goothoogte van een bijbehorend bouwwerk:

    vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, dan wel de druiplijn, het boeiboord of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel;

    b. de bouwhoogte van een bijbehorend bouwwerk:

    vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een bijbehorend bouwwerk met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes en naar de aard daarmee gelijk te stellenbouwonderdelen;

    c. de oppervlakte van een bijbehorend bouwwerk:

    tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bijbehorende bouwwerk.

    De goothoogte van een lessenaarsdak wordt bepaald door de hoogte van de goot aan de lage zijde van het dak; de bouwhoogte wordt bepaald door de hoogte van de hoge zijde van het dak.

    Indien bijbehorende bouwwerken van een platte afdekking worden voorzien, geldt de maximale goot-hoogte als maximale hoogte.