Organisatie | Amsterdam |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Subsidieregeling Projectvoorbereiding duurzame initiatieven in Amsterdam 2017 |
Citeertitel | Subsidieregeling Projectvoorbereiding duurzame initiatieven in Amsterdam 2017 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | Financiën |
Datum ondertekening inwerkingtredingsbesluit:
Bron bekendmaking inwerkingtredingsbesluit: n.v.t.
Onbekend.
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
18-02-2017 | 08-11-2017 | nieuwe regeling | 07-02-2017 Gemeenteblad 2017, 24633 | - |
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze subsidieregeling wordt verstaan onder:
a) Agenda Duurzaam Amsterdam: kaderstellend beleidsstuk waarin de duurzaamheidsdoelstellingen van Amsterdam staan verwoord ;
b) Duurzaam initiatief: een project waarin uitvoering wordt gegeven aan de doelstellingen van de Agenda Duurzaam Amsterdam,
c) Materialen: hulpmiddelen die nodig zijn om het project te realiseren;
d) Project-voorbereiding: activiteiten die vooraf gaan aan de uitvoering van een duurzaam initiatief.
e) Kleine project-voorbereiding: voorbereiding waarvoor het gevraagde bedrag tussen € 500,- en € 5000,- ligt.
f) Grote project-voorbereiding: voorbereiding waarvoor het gevraagde bedrag tussen € 5000,- en € 15.000,- ligt.
g) Activiteitenplan: de inhoudelijke onderbouwing van en toelichting op de project-voorbereiding.
Artikel 2 Toepasselijkheid Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013
De ASA 2013 is van toepassing, tenzij daarvan in deze regeling uitdrukkelijk wordt afgeweken.
Artikel 3 Doel subsidieregeling
Het college wil met deze subsidieregeling de voorbereiding van duurzame initiatieven in Amsterdam stimuleren, en zo bijdragen aan de realisering van de Agenda Duurzaam Amsterdam
Artikel 4 Subsidiabele activiteiten
Het college kan eenmalige subsidie verstrekken voor de project-voorbereiding van een duurzaam initiatief.
Het college stelt voor de activiteit die volgens deze subsidieregeling voor subsidie in aanmerking komt jaarlijks het subsidieplafond vast.
Artikel 10 Aanvullende verplichtingen
Naast de verplichtingen op grond van artikel 10 en 11 van de ASA 2013, zijn aan de subsidie de volgende verplichtingen verbonden:
a) Binnen een jaar na toekenning van de subsidie is de project-voorbereiding uitgevoerd.
b) De subsidieontvanger draagt zorg voor de benodigde vergunningen.
c) Na afloop van de project-voorbereiding stuurt de subsidieontvanger een kort verslag van de uitgevoerde activiteiten dat de gemeente kan gebruiken bij haar communicatie.
d) Als de subsidieontvanger de project-voorbereiding naar externen communiceert zal deze hierbij melden dat gebruik gemaakt is van de subsidieregeling Projectvoorbereiding duurzame initiatieven.
De subsidieregeling ‘Projectvoorbereiding duurzame initiatieven in Amsterdam 2017' is bedoeld om Amsterdammers te ondersteunen bij de totstandkoming van duurzame initiatieven. Dergelijke initiatieven leveren een bijdrage aan de opschaling die noodzakelijk is om de doelstellingen uit de Agenda Duurzaam Amsterdam te bereiken.
De subsidieregeling faciliteert duurzame initiatieven van ‘onderop'; aanvragers zijn zelf mede uitvoerder van het beoogde initiatief.
De subsidie kan aangevraagd worden voor voorbereidingskosten die voort komen uit de complexiteit van de voorbereidende activiteiten die worden ondernomen en daarom niet ondergebracht kunnen worden in de begroting van het project zelf. Zie toelichting op artikel 7 lid 1)
project-voorbereiding duurzame initiatieven
Bij project-voorbereiding gaat het om de activiteiten die nodig zijn om een duurzaam initiatief daadwerkelijk te kunnen starten . De project-voorbereiding kan bestaan uit het wegnemen van risico's (bijvoorbeeld onvoldoende kennis, draagvlak, financiering), het organiseren van de samenwerking, de aanschaf van hulpmiddelen die voor het project nodig zijn en/of het testen van een proefinstallatie. Vaak is er behoefte aan juridische, technisch en/of financieel advies. In de voorbereidende fase kan veel worden geleerd. Het verkrijgen van kennis is geen einddoel, maar middel om daadwerkelijk aan de slag te kunnen met de uitvoering van een collectief duurzaam initiatief.
Toelichting artikelen subsidieregeling
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Onderdeel a. Agenda Duurzaam Amsterdam: vigerend beleidsstuk dat de doelstellingen bevat voor het gemeentelijke duurzaamheidsbeleid
Onderdeel b. Een duurzaam initiatief is
Onderdeel c. Voorbeelden zijn gereedschap, meetapparatuur en/of constructiemateriaal dat ingezet wordt op de projectlocatie. Ook communicatiemateriaal (bijvoorbeeld t.b.v. draagvlakverwerving) is subsidiabel. Kantoorartikelen maken hier geen onderdeel vanuit.
Onderdeel d. De project-voorbereiding moet een duurzaam initiatief in de steigers zetten. Als de activiteiten zijn uitgevoerd weet men voldoende om tot uitvoering over te kunnen gaan. De project-voorbereiding kan bestaan uit de volgende activiteiten: uit (laten) voeren van een haalbaarheidsonderzoek, het verkrijgen van voldoende draagvlak/ commitment of het verkrijgen van juridische, technisch en/of financieel advies.
Een proef(installatie) kan onderdeel uitmaken van deze project-voorbereiding. Een proef(installatie) is gericht op proefnemingen en of proeven bij een onderzoek, waarvan parameters en grenzen duidelijk afgebakend zijn.
Onderdeel e. Wanneer de hoogte van het aangevraagde bedrag voor de voorbereiding groter is dan €500,- en maximaal €5.000,- is dan wordt dit als een kleine project-voorbereiding beschouwd. Voor kleine project-voorbereidingen stelt het college het subsidiebedrag meteen vast. Er is geen nadere plicht tot verantwoording. Wel wordt er een inhoudelijk verslag gevraagd van de uitvoering van de activiteiten (zie artikel 10).
Onderdeel f. Wanneer de hoogte van het aangevraagde bedrag voor de voorbereiding groter is dan €5000.- en maximaal €15.0000.- dan wordt dit als groot beschouwd. Daarvoor is een inhoudelijke en financiële verantwoording achteraf noodzakelijk.
Onderdeel g. Uit het activiteitenplan moet blijken dat de activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd kunnen leiden tot de uitvoering van het beoogde duurzame initiatief (zie ook artikel 8).
Artikel 2 Toepasselijkheid Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013
Dit artikel behoeft geen toelichting.
Artikel 3 Doel subsidieregeling
Amsterdam wil een inhaalslag maken op het gebied van duurzaamheid. Duurzame initiatieven zijn daarbij hard nodig. Denk aan het volleggen van grote daken met zonnepanelen, duurzamer goederenvervoer, hergebruik van (rest)materiaal binnen een gebied. Door deze regeling kunnen dergelijke initiatieven in de steigers worden gezet.
De resultaten van de initiatieven die met deze regeling worden voorbereid moeten merkbaar zijn binnen de grenzen van de gemeente Amsterdam en een bijdrage leveren aan de realisering van de doelstellingen van de Agenda Duurzaam Amsterdam.
De kwantitatieve en kwalitatieve doelstellingen van de Agenda Duurzaam gaan over vijf transitiepaden: duurzame energie, slim en schoon vervoer, circulaire economie, klimaatbestendige stad en de eigen gemeentelijke organisatie.
In de Agenda Duurzaam Amsterdam is de circulaire economie een nieuw thema. Realisering van deze doelstellingen is gebaat bij nieuwe kennis en praktijkervaring, onder meer door collectieve duurzame initiatieven.
In een circulaire economie wordt slim omgegaan met energie, water, grondstoffen en voedsel. Het is een economie waar ‘afval' een grondstof is en waar energie komt van duurzame bronnen. Het heet circulair, want schaarse grondstoffen worden teruggewonnen én ingezet om nieuwe (financiële of andere vormen van) waarde te genereren. Om zo de beweging van ‘bezit' naar ‘gebruik' en het ‘delen' van producten te versnellen. Een circulaire economie vraagt om een nieuwe aanpak van productie, consumptie, (regionale) distributie en logistiek .
Artikel 4 Subsidiabele activiteiten
De activiteiten uit het projectplan worden niet meerdere keren gesubsidieerd.
Zie hoofdstuk 2 artikel 4 van de ASA.
Onderdeel a. Dit artikel behoeft geen toelichting
Onderdeel b. De actieve betrokkenheid van de aanvrager bij de project-voorbereiding maakt de kans groter dat het project dat is voorbereid ook daadwerkelijk wordt uitgevoerd.
Artikel 7 Criteria om voor subsidie in aanmerking te komen
Onderdeel a: Er moet onderbouwd worden dat het duurzame initiatief leidt tot duurzaamheidswinst binnen één of meerdere thema's van de Agenda Duurzaam Amsterdam. Bij voorkeur worden ook prognoses gegeven.
Het de project-voorbereiding verschilt per initiatief , het is bijvoorbeeld afhankelijk van onzekerheden en risico's die van te voren uitgewerkt moeten worden, wil men een tot uitvoering overgaan
De onderbouwing hiervan moet inzichtelijk gemaakt worden door de (deel)vragen te beschrijven die met deze project-voorbereiding moeten worden beantwoord voordat besloten kan worden tot daadwerkelijke realisatie van een duurzaam initiatief. De deelvragen maken duidelijk wat er nog ontbreekt, zodat er nog niet gestart kan worden met de realisering van het duurzame initiatief. De vragen maken het complexe karakter van het initiatief inzichtelijk. De deelvragen kunnen bijvoorbeeld gaan over de volgende punten:
Onderdeel c: omdat de middelen zijn bedoeld voor activiteiten die vooraf gaan aan de uitvoering van een duurzaam initiatief (zie artikel 1, lid f),is het percentage van het bedrag dat voor de proef(installatie) mag worden ingezet gemaximeerd op 20% van de projectbegroting.
Onderdeel d behoeft geen toelichting.
onderdeel e: de aanvrager informeert de gebiedsmakelaar van het stadsdeel, de eerste contactpersoon van het gebiedsteam over de subsidieaanvraag. Hierdoor kan een check plaatsvinden of er andere initiatieven of bewonersgroepen bekend zijn met mogelijke raakvlakken.
Contactgegevens van alle gebiedsteams kunt u vinden op: https://www.amsterdam.nl/gemeente/volg-beleid/gebiedsgericht/
Onderdeel f: Bij toestemming kan bijvoorbeeld gedacht worden aan de toestemming van de eigenaar van een gebouw om zonnepanelen op het dak te mogen plaatsen of voor andere duurzame ingrepen. Maar ook vergunningen van de gemeente en andere overheden maken hier onderdeel van uit.
Onderdeel g: Het activiteitenplan moet een activiteit bevatten dat is gericht op het delen van de opgedane kennis, inzichten en methoden met tenminste andere initiatiefnemers buiten het eigen project en andere geïnteresseerden. Het delen van de kennis maakt dat andere initiatieven sneller en krachtiger aan de slag kunnen
De gemeente daagt partijen uit om zoveel mogelijk zelf bij te dragen aan maatschappelijke initiatieven. Bi j grote projecten wordt daarom 30 % cofinanciering gevraagd van de kosten boven € 5000,- . Om te kunnen beoordelen of een aanvraag hieraan voldoet, is een overzicht van alle kosten van de totale project-voorbereiding noodzakelijk. De cofinancieringsbijdrage kan van financiële, materiële of van personele aard zijn. Dus een bijdrage in eigen uren is mogelijk. Wel moet dit bij de verantwoording aangetoond worden (tijdverantwoording).
Artikel 8 Bij de subsidieaanvraag in te dienen gegevens
In aanvulling op hoofdstuk 3 artikel 5 van de ASA wordt in het activiteitenplan, aangetoond hoe de activiteiten voldoen aan de criteria van artikel 7.
Het activiteitenplan (maximaal 6 A4) beschrijft de activiteiten die deel uitmaken van de project-voorbereiding en de deelvragen die hiermee beantwoord moeten worden. De uitvoering van dit plan maakt het mogelijk dat de aanvrager met de realisatie een duurzaam initiatief kan beginnen . Het bevat:
Succes is nooit verzekerd, maar uit de aanvraag moet wel blijken dat dit niet ligt aan een gebrekkig plan.
De begroting geeft inzicht in de kosten van de opgevoerde activiteiten. De bedragen moeten reëel en onderbouwd zijn, bijvoorbeeld door ze te koppelen aan een uurprijs; houd rekening met de (aftrekbaarheid van de ) BTW.
De cofinancieringsbijdrage moet in een brief bij de aanvraag bevestigd worden door de partij(en) die als medefinancier optreden.
De subsidie wordt geweigerd als niet aan de criteria als bedoeld in artikel 7 wordt voldaan.
Wanneer de activiteiten uit het project ook gedekt kan worden door een andere Amsterdamse regeling zal de aanvraag bij deze regeling geweigerd worden.
De aanvrager kan zelf geen commercieel belang hebben in de project-voorbereiding. Daarom komen de uren die de aanvragers in de project-voorbereiding steken niet in aanmerking voor een financiële vergoeding. Deze uren kunnen ook niet als cofinanciering worden opgevoerd. Zo wordt de betrokkenheid van ‘onderop' gegarandeerd.
Er wordt geen subsidie verstrekt voor de voorbereiding van een vergelijkbaar project dat al elders zonder subsidie is gerealiseerd, zoals een standaard zonproject.
Dit artikel behoeft geen toelichting.
Artikel 10 Aanvullende verplichtingen
Lid 1)Dit artikel behoeft geen toelichting
Lid 2) Dit artikel behoeft geen toelichting
Lid 3) De verkregen informatie kan de gemeente gebruiken ter informatie en inspiratie van andere (potentiële)initiatiefnemers. De gemeente kan het verslag gebruiken bij haar communicatie