Organisatie | 's-Gravenhage |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Spaarloonregeling gemeente Den Haag |
Citeertitel | spaarloonregeling |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Ambtenarenwet, Art. 125
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2006 | 18-12-2017 | Onbekend | 06-12-2005 Personeel-Portaal | Onbekend |
HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS,
voorts overwegende, dat bij collegebesluit van 28 augustus 2001, BSD/2001.594 aan de directeur POI mandaat is verleend tot wijziging van de spaarloonregeling op het vlak van de nieuwe deblokkeringsmogelijkheden en met betrekking tot de spaarinstellingen alsmede tot het nemen van uitvoeringsmaatregelen met betrekking tot het spaarloon;
tenslotte overwegende, dat bij collegebesluit van 10 april 2001, BSD/2001.524 aan de directeur POI mandaat is verleend tot aanpassing van de rechtspositionele besluiten van algemene strekking (regelingen en brieven) als gevolg van de invoering van de Euro per 1 januari 2002, hetgeen bij besluit van 25 september 2001, BSD/2001.1868 voor wat de Spaarloonregeling gemeente Den Haag geëffectueerd is;
vast te stellen de navolgende gewijzigde versie van de Spaarloonregeling gemeente Den Haag:
De spaarloonregeling is van toepassing op het in artikel 1 bedoelde personeelslid, mits deze op en na 1 januari van het desbetreffende jaar in dienst is en het bevoegd gezag op en na 1 januari van het desbetreffende jaar de heffingskorting toepast met betrekking tot de uitbetaling van het loon. Voor de toepassing van deze regeling wordt met personeelslid gelijkgesteld degene die in het kader van de Sociale Werkvoorziening bij de Haeghe Groep, dan wel bij de Vereniging AVO en de Stichting dr. Schroeder van der Kolk werkzaam is en die een dienstverband heeft van meer dan een jaar.
Het bevoegd gezag houdt op verzoek van het personeelslid op diens salaris een bedrag in en maakt dat over naar de ten name van het personeelslid geopende spaarloonrekening bij de spaarinstelling dan wel naar de rekening van de financiële instelling waarbij het personeelslid een overeenkomst van levensverzekering waarbij een lijfrente of een kapitaalverzekering is verzekerd heeft afgesloten. Dit bedrag is niet hoger dan het ingevolge artikel 11, eerste lid, onderdeel h, onder 2E, van de Wet op de loonbelasting vastgestelde maximum spaarbedrag. Het maximum spaarbedrag bedraagt in 2005 € 613,00 op jaarbasis.
het personeelslid dat een overeenkomst van levensverzekering waarbij een lijfrente of een kapitaalverzekering is verzekerd heeft afgesloten overlegt bij zijn verzoek een op schrift gestelde verklaring van de financiële instelling waarbij hij de overeenkomst heeft afgesloten, waaruit blijkt dat deze instelling conform deze regeling en de Uitvoeringsregeling werknemersspaarregelingen en winstdelingsregelingen handelt;
Bij het in artikel 3 bedoelde verzoek doet het personeelslid opgave van ten minste de volgende gegevens:
Het personeelslid kan telkens per 1 januari van enig kalenderjaar het bevoegd gezag schriftelijk verzoeken het maandelijks in te houden bedrag te wijzigen dan wel de eenmalige inhouding te wijzigen, een en ander met inachtneming van het in artikel 3 bedoelde maximumbedrag.
Het is het personeelslid niet toegestaan rechtstreeks stortingen op zijn spaarloonrekening te verrichten.
Het personeelslid kan de op zijn spaarloonrekening gestorte spaarbedragen opnemen indien:
het spaarbedrag wordt aangewend ter voldoening van premies verschuldigd ingevolge een overeenkomst van levensverzekering waarbij een lijfrente of een kapitaalverzekering is verzekerd, mits wordt voldaan aan de voorwaarden van artikel 16, tweede lid, juncto artikel 8, eerste en tweedelid, van de Uitvoeringsregeling werknemersspaarregelingen en winstdelingsregelingen;
Indien als gevolg van toepassing van het tweede lid een bedrag van de spaarloonrekening wordt opgenomen, geschiedt dit ten laste van het spaarbedrag dat het laatste is bijgeschreven; is dit niet toereikend dan van het voorlaatste en zo vervolgens. Binnen de blokkeringstermijn is opname van het spaarloon om andere dan in het tweede lid genoemde redenen niet toegestaan. Gebeurt dit toch, dan is het personeelslid over het opgenomen bedrag alsnog loonheffing en (pseudo)premies WAO, WW en ZW verschuldigd.
Indien de effecten binnen die termijn weer worden verkocht en uit de opbrengst onverwijld het voor de aankoop bestede bedrag geheel of gedeeltelijk wordt teruggestort op de spaarloonrekening, wordt het teruggestorte bedrag geacht niet te zijn opgenomen binnen de termijn van vier volle kalenderjaren.
Op verzoek van het personeelslid beëindigt het bevoegd gezag de inhouding van spaarbedragen op het salaris van het personeelslid.
Bij beëindiging van de dienstbetrekking geeft het personeelslid dan wel zijn nagelaten betrekkingen aan het bevoegd gezag aan of de gespaarde bedragen, met behoud van de opnamemogelijkheden als genoemd in artikel 8, tweede lid, op de spaarloonrekening zullen blijven staan zolang de in artikel 8, eerste lid, genoemde termijn nog niet is verstreken dan wel dat gespaarde bedragen zullen worden opgenomen.
Het is het personeelslid niet toegestaan het tegoed op zijn spaarloonrekening respectievelijk de afgesloten levensverzekering op enigerlei wijze in onderpand te geven of zijn rechten hierop over te dragen.
De spaarloonregeling ziet er in grote lijn als volgt uit:
Op het salaris wordt een bepaald bedrag ingehouden. Over het bedrag van thans maximaal € 613,- op jaarbasis wordt geen loonheffing en (pseudo)premies WAO, WW en ZW ingehouden. Voorwaarde is wel dat het spaarbedrag voor tenminste vier kalenderjaren op een geblokkeerde spaarrekening wordt gezet. Na afloop van die 4 kalenderjaren is het spaarbedrag, zonder dat alsnog loonheffing moet plaatsvinden, vrij opneembaar. De vrijgekomen bedragen en de rente worden overgeboekt naar de gewone salarisrekening of naar een privé-rekening bij de Fortisbank.
Binnen de blokkeringstermijn van vier jaar mogen gespaarde bedragen niet worden opgenomen. Hierop zijn enkele uitzonderingen, te weten:
Bij opname als bedoeld onder 1, 2, 3, 4, 5, 6 en 8 is geen loonheffing verschuldigd. Wat onderdeel 7 betreft: in geval van beëindiging van de dienstbetrekking kunnen de gespaarde bedragen op de spaarloonregeling blijven staan. Betrokkene heeft dan het volle profijt van de belastingfaciliteit. Wil betrokkene echter bij beëindiging van de dienstbetrekking de gespaarde bedragen opnemen dan is loonheffing verschuldigd naar tijdsevenredigheid.
Er kan worden gespaard via maandelijkse inhoudingen op het salaris (thans maximaal € 51,08 zijnde € 613,-/12) of er kan in het kalenderjaar eenmalig (max. € 613,-) een bedrag worden gespaard. Deze keuze kan ieder jaar worden gemaakt. In geval van maandelijks sparen kan het spaarbedrag telkens per 1 januari van enig kalenderjaar worden gewijzigd, evenals de hoogte van het maandelijks te sparen bedrag.
De spaarloonregeling is van toepassing op de medewerkers in actieve dienst die met de gemeente Den Haag een dienstverband hebben van naar verwachting tenminste een jaar. Betrokkene dient op en na 1 januari van het lopende kalenderjaar in dienst te zijn en met betrekking tot de uitbetaling van het salaris in dit kalenderjaar dient de heffingskorting toepast te zijn.
Bij beëindiging van de dienstbetrekking blijven de gespaarde bedragen staan op de geblokkeerde spaarrekening, totdat de 4-jaarstermijn is verstreken, tenzij het personeelslid of zijn nagelaten betrekkingen verzoeken om de gespaarde bedragen direct te mogen opnemen. Een dergelijk verzoek dient te worden gedaan binnen 2 maanden na beëindiging van het dienstverband.
Deelname- en mutatieformulier spaarloonregeling
wenst aan de spaarloonregeling deel te nemen door middel van een levensverzekering:
Ja/Nee Indien ja: bestaand/nieuw
Als u deze vraag met ja hebt beantwoord, ontvangt u van de Fortis-bank een persoonlijke uitnodiging: u kunt dan de bewijsstukken van bestaande levensverzekeringen overleggen met het nummer van de instelling waarheen het geld moet worden overgemaakt en desgewenst informatie verkrijgen over de mogelijkheden van nieuwe levensverzekeringen.
Bij aanmelding/wijziging in de loop van het kalenderjaar en voorkeur voor maandbetaling:
Indien deze vraag met ja is beantwoord, wordt het bedrag van € 613,00 uitgesmeerd over het nog resterende aantal maanden van dit jaar.
De vrijgekomen bedragen en de rente dienen te worden overgeboekt naar rekening
nr ................... bij bank ..................... te .................
nr ................... bij de Postbank
nr ................... bij Fortis-bank (nieuw te openen rekening)
Ondergetekende verklaart bekend te zijn met de spaarvoorwaarden. De belangrijkste punten zijn
Datum: ................... Handtekening:
Gaarne dit formulier zo spoedig mogelijk indienen bij de salarisadministratie.
In te vullen door de inhoudingsplichtige:
werkgeversnummer .................. aansluitnummer loonbelasting ...............
personeelsnummer .......................
nr spaarloonrekening bij Fortis-bank:..........................
In dit laatste geval wordt het geld teruggestort naar de werkgever, die zorg draagt voor het alsnog doen inhouden van de juiste loonbelasting c.a.
Plaats, ..................... Datum, .....................
Dit formulier zenden naar of inleveren bij de Fortis-bank, Jan Hendrikstraat 4, Postbus 620, 2501 CP Den Haag