Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
's-Gravenhage

REGELING ONKOSTENVERGOEDING DIRECTEUREN

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
Organisatie's-Gravenhage
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingREGELING ONKOSTENVERGOEDING DIRECTEUREN
CiteertitelRegeling onkostenvergoeding directeuren
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Ambtenarenwet, Art. 125

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-200501-01-2005Onbekend

06-12-2005

Personeel-Portaal

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

REGELING ONKOSTENVERGOEDING DIRECTEUREN

REGELING ONKOSTENVERGOEDING DIRECTEUREN

HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS,

  • -

    gelet op het bepaalde in artikel 15:1:25 van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Den Haag;

  • -

    mede gelet op het gestelde in artikel 125 Ambtenarenwet juncto 160 Gemeentewet;

  • -

    met instemming van de Commissie van Overleg;

Besluit:

vast te stellen de navolgende regeling:

REGELING ONKOSTENVERGOEDING DIRECTEUREN

1 Algemene bepalingen

Artikel 1:1

Deze regeling verstaat onder:

  • a.

    ambtenaar: de ambtenaar in de zin van artikel 1:1, lid 1, onder a, van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Den Haag;

  • b.

    directeur: de ambtenaar die de functie van (algemeen) directeur of sector-directeur vervult, voor zover die functie is ingedeeld in salarisschaal 17 of hoger, alsmede de ambtenaar die de functie van algemeen-directeur vervult, welke functie is ingedeeld in salarisschaal 16.

2 Voorwaarden

Artikel 2:1
  • 1.

    De directeur heeft aanspraak op een onkostenvergoeding.

  • 2.

    De directeur, die aanspraak heeft op een onkostenvergoeding, kan in ieder geval geen kosten declareren in verband met stadsgebruik van de eigen auto en in verband met telefoongesprekken met de privé-aansluiting.

  • 3.

    De directeur die op 31 december 1989 een onkostenvergoeding genoot en die geen directeur is in de zin van deze regeling, behoudt aanspraak op een onkostenvergoeding overeenkomstig deze regeling bij wijze van overgangsrecht.

3 Aard van de faciliteit

Artikel 3:1

De onkostenvergoeding bedraagt € 124,90 per maand en dit bedrag wordt jaarlijks per 1 januari aangepast aan het consumentenprijsindexcijfer alle huishoudens.

Artikel 3:2

Indien de toepassing van deze regeling naar het oordeel van het college niet tot een redelijke uitkomst zou leiden of op ernstige bezwaren zou stuiten, kan het college in bijzondere gevallen een afwijkende regeling treffen.

4 Slot- en overgangsbepaling

Artikel 4:1

Deze regeling wordt aangehaald als Regeling onkostenvergoeding directeuren. Deze regeling treedt heden in werking en werkt terug tot 1 januari 2005.

Artikel 4:2

Met de inwerkingtreding van deze regeling komt de Onkostenvergoedingsregeling directeuren van 15 november 2001, kenmerk BSD/2001.2442 te vervallen.

Den Haag, 6 december 2005

Het college van burgemeester en wethouders,

de secretaris

D.M.F.Jongen

de burgemeester

W.J.Deetman

Toelichting.

Tot 1 januari 1990 was de onkostenvergoeding voor directeuren gekoppeld aan de salarisgroep, waarnaar de directeur was bezoldigd. Per die datum is gekozen voor een vaste onkostenvergoeding op basis van gemiddeld voor de dienst gemaakte onkosten.

Het prijsindexcijfer genoemd in artikel 3:1 betreft de consumentenprijsindex alle huishoudens.