Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Waterland

Afvalstoffenverordening gemeente Waterland 2004

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Waterland
Officiële naam regelingAfvalstoffenverordening gemeente Waterland 2004
Citeertitel Afvalstoffenverordening gemeente Waterland 2004
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmilieu
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de

Afvalstoffenverordening gemeente Waterland 2000 en de artikelen 4.4.1, 4.4.2, 4.4.3, 4.4.4, 4.4.7 en 4.7.1 eerste lid, onder e van de Algemene Plaatselijke Verordening voor de gemeente Waterland 2004.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Wet milieubeheer, art. 10.23 lid 1

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

02-02-200505-10-2013Nieuwe regeling

16-12-2004

Ons Streekblad, 22-12-2004

2004-90B

Tekst van de regeling

De Raad van de gemeente Waterland;

Gelezen het voorstel van het college van 24 augustus 2004;

Gehoord de Commissie Ruimtelijke Ordening en Milieu van 11 november 2004;

gelet op artikel 10.23, eerste lid, van de Wet milieubeheer;

BESLUIT:

I.de “Afvalstoffenverordening gemeente Waterland 2004” vast te stellen;

Opbouw van de afvalstoffenverordening;

Hoofdstuk 1: Algemene bepalingen;

Hoofdstuk 2: Inzameling van huishoudelijke afvalstoffen (regels over inzameldienst, andere inzamelaars en houders van een inzamelvergunning en de inzamelstructuur; geen regels voor het ter inzameling aanbieden van afvalstoffen door de burger);

Hoofdstuk 3: Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen (regels voor de burger over de aanbieding van huishoudelijke afvalstoffen);

Hoofdstuk 4: Inzameling van bedrijfsafvalstoffen;

Hoofdstuk 5: Zwerfafval;

Hoofdstuk 6: Overige onderwerpen die de afvalstoffenverordening aangaan;

Hoofdstuk 7: Slotbepalingen (strafbaarstelling, toezicht en overgangstermijn).

Hoofdstuk 1 ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan dan wel mede verstaan:

  • a.

    wet: Wet milieubeheer;

  • b.

    inzamelen: de activiteiten gericht op het ophalen of innemen van afvalstoffen die binnen de gemeente ter inzameling worden aangeboden en het feitelijk ophalen en innemen daarvan;

  • c.

    ter inzameling aanbieden: de wijze van overdragen van afvalstoffen aan een inzamelende persoon of instantie, inclusief het achterlaten van afvalstoffen in daartoe door of vanwege de inzamelende persoon of instantie geplaatste inzamelmiddelen of -voorzieningen of op een daartoe aangewezen plaats;

  • d.

    inzamelmiddel: een voor de inzameling van afvalstoffen bestemd hulp- of bewaarmiddel, bijvoorbeeld een huisvuilzak, minicontainer, afvalemmer, kca-box of big bag, ten behoeve van één huishouden;

  • e.

    inzamelvoorziening: een voor de inzameling van afvalstoffen bestemd(e) bewaarmiddel of -plaats, bijvoorbeeld een verzamelcontainer, wijkcontainer of brengdepot, ten behoeve van meerdere huishoudens;

  • f.

    inzameldienst: de krachtens artikel 7, eerste lid, aangewezen inzameldienst, belast met de inzameling van huishoudelijke afvalstoffen;

  • g.

    andere inzamelaars: de krachtens artikel 7, tweede lid, aangewezen personen en instanties, belast met het afzonderlijk inzamelen van categorieën huishoudelijke afvalstoffen;

  • h.

    inzamelvergunning: de vergunning zoals bedoeld in artikel 11;

  • i.

    gebruiker van een perceel: degene die in de gemeente feitelijk gebruik maakt van een perceel ten aanzien waarvan ingevolge artikel 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt;

  • j.

    straatafval: huishoudelijke afvalstoffen van zeer beperkte omvang en gewicht, zoals proppen, papier, sigarettenpeuken, kauwgom, plastic bekertjes en blikjes, verpakkingsmateriaal, etenswaren, niet zijnde klein chemisch afval, ontstaan buiten een perceel;

  • k.

    wegen: alle voor het openbaar verkeer openstaande wegen of paden met inbegrip van de daarin liggende bruggen en duikers en de tot die wegen behorende paden en bermen of zijkanten;

  • l.

    motorrijtuigen: alle voertuigen, bestemd om anders dan langs spoorstaven te worden voortbewogen uitsluitend of mede door een mechanische kracht, op of aan het voertuig zelf aanwezig dan wel door elektrische tractie met stroomtoevoer van elders;

  • m.

    perceel: een stuk grond behorende bij de woning.

Artikel 2 Beslistermijn

Het college beslist op een aanvraag voor een vergunning of ontheffing binnen 8 weken na de dag waarop de aanvraag ontvangen is.

Het college kan zijn beslissing voor ten hoogste 8 weken verdagen.

Artikel 3 Indiening aanvraag
  • 1. Indien een aanvraag voor een vergunning of ontheffing wordt ingediend minder dan drie weken vóór het tijdstip waarop de aanvrager de vergunning of ontheffing nodig heeft, kan het college besluiten de aanvraag niet te behandelen.

  • 2. Voor bepaalde, door het college aan te wijzen, vergunningen of ontheffingen kan de in het eerste lid genoemde termijn worden verlengd tot ten hoogste acht weken.

Artikel 4 Voorschriften en beperkingen
  • 1. Aan een krachtens deze verordening verleende vergunning of ontheffing kunnen voorschriften en beperkingen worden verbonden in het belang van de bescherming van het milieu.

  • 2. De houder van een vergunning of ontheffing is verplicht de daaraan verbonden voorschriften en beperkingen na te komen.

Artikel 5 Persoonlijk karakter van de vergunning of ontheffing

De vergunning of ontheffing is persoonsgebonden, tenzij bij of krachtens verordening anders is bepaald.

Artikel 6 Intrekking of wijziging van de vergunning of ontheffing

De vergunning of ontheffing kan worden ingetrokken of gewijzigd:

  • a.

    indien ter verkrijging daarvan onjuiste dan wel onvolledige gegevens zijn verstrekt;

  • b.

    indien op grond van verandering van de omstandigheden of inzichten opgetreden na het verlenen van de vergunning of ontheffing, moet worden aangenomen dat intrekking of wijziging moet worden gevorderd in het belang van de bescherming van het milieu;

  • c.

    indien de aan de vergunning of ontheffing verbonden voorschriften en beperkingen niet zijn of worden nagekomen;

  • d.

    indien van de vergunning of ontheffing geen gebruik wordt gemaakt binnen een daarin gestelde termijn dan wel, bij gebreke van een dergelijke termijn binnen een redelijke termijn;

  • e.

    indien de houder dit verzoekt.

Hoofdstuk 2 INZAMELING VAN HUISHOUDELIJKE AFVALSTOFFEN

Artikel 7 Aanwijzing inzameldienst en andere inzamelaars
  • 1. Het college wijst de inzameldienst aan, die belast is met de inzameling van huishoudelijke afvalstoffen.

  • 2. Naast de inzameldienst kan het college andere inzamelaars aanwijzen die belast zijn met het afzonderlijk inzamelen van categorieën huishoudelijke afvalstoffen.

Artikel 8 Afzonderlijke inzameling
  • 1. Door de inzameldienst of andere inzamelaars worden de volgende categorieën huishoudelijke afvalstoffen afzonderlijk ingezameld:

    • a.

      groente-, fruit- en tuinafval

    • b.

      klein chemisch afval;

    • c.

      (vlak)glas;

    • d.

      oud papier en karton;

    • e.

      textiel;

    • f.

      wit- en bruingoed;

    • g.

      bouw- en sloopafval;

    • h.

      verduurzaamd hout;

    • i.

      grof tuinafval;

    • j.

      asbest en asbesthoudend afval;

    • k.

      grof huishoudelijk afval;

    • l.

      huishoudelijk restafval;

    • m.

      metalen.

  • 2. Het college kan een omschrijving vaststellen van de categorieën huishoudelijke afvalstoffen als bedoeld in het eerste lid.

Artikel 9 Inzamelmiddelen en -voorzieningen
  • 1. De inzameling kan plaatsvinden via:

    • a.

      een inzamelmiddel voor de gebruiker van een perceel;

    • b.

      een inzamelvoorziening voor de gebruikers van een aantal percelen;

    • c.

      een inzamelvoorziening op wijkniveau;

    • d.

      een brengdepot op lokaal of regionaal niveau.

  • 2. Het college kan aanwijzen via welk al dan niet van gemeentewege verstrekt inzamelmiddel of via welke inzamelvoorziening de inzameling van een bepaalde categorie huishoudelijke afvalstoffen ten behoeve van de gebruiker van een perceel plaatsvindt.

Artikel 10 Frequentie van inzamelen
  • 1. Huishoudelijk restafval wordt tenminste één maal per twee weken bij elk perceel ingezameld.

  • 2. In afwijking van het eerste lid wordt huishoudelijk restafval:

    • .

      in de historische binnenstad van Monnickendam,

    • ·

      in de historische kern van Marken en

    • .

      bij de hoogbouwwoningen welke gebruik maken van verzamelcontainers

    één maal per week nabij elk perceel ingezameld.

  • 3. Groente-, fruit- en tuinafval wordt tenminste één maal per twee weken afzonderlijk bij elk perceel ingezameld.

  • 4. In afwijking van het derde lid wordt groente-, fruit- en tuinafval bij de hoogbouwwoningen welke gebruik maken van verzamelcontainers één maal per week afzonderlijk nabij elk perceel ingezameld.

  • 5. In afwijking van het derde lid wordt groente-, fruit- en tuinafval;

    • .

      in de historische binnenstad van Monnickendam en

    • .

      in de historische kern van Marken

    niet afzonderlijk bij elk perceel ingezameld.

  • 6. Het college kan de frequentie van inzameling vaststellen van de overige categorieën huishoudelijke afvalstoffen die afzonderlijk in aangewezen delen van de gemeente bij elk perceel worden ingezameld.

Artikel 11 Inzamelverbod huishoudelijke afvalstoffen behoudens vergunning
  • 1. Het is verboden zonder inzamelvergunning van het college huishoudelijke afvalstoffen in te zamelen.

  • 2. De inzamelvergunning kan worden geweigerd in het belang van een doelmatig beheer van huishoudelijke afvalstoffen.

  • 3. Het verbod geldt niet voor de inzameldienst of andere inzamelaars.

  • 4. Het verbod geldt niet voor personen of instanties die in het kader van producentenverantwoordelijkheid bij algemene maatregel van bestuur een inzamelplicht hebben gekregen voor categorieën van huishoudelijke afvalstoffen.

Hoofdstuk 3 AANBIEDEN VAN HUISHOUDELIJKE AFVALSTOFFEN TER INZAMELING

Artikel 12 Verbod op het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen aan anderen
  • 1. Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling aan te bieden aan een ander dan de inzameldienst, andere inzamelaars en aan de houders van een inzamelvergunning.

  • 2. Het verbod geldt niet voor personen of instanties die in het kader van producentenverantwoordelijkheid bij algemene maatregel van bestuur een inzamelplicht hebben gekregen voor categorieën van huishoudelijke afvalstoffen.

Artikel 13 Verbod op het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen door anderen dan de gebruikers van percelen
  • 1. Het is anderen dan gebruikers van percelen verboden om huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling aan te bieden aan de inzameldienst of de andere inzamelaars.

  • 2. Het college kan besluiten dat het aan anderen dan gebruikers van percelen verboden is om huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling aan te bieden aan de houder van een inzamelvergunning.

Artikel 14 Afzonderlijk ter inzameling aanbieden
  • 1. Het is verboden om de volgende categorieën huishoudelijke afvalstoffen anders dan gescheiden ter inzameling aan te bieden:

    • a.

      groente-, fruit- en tuinafval

    • b.

      klein chemisch afval;

    • c.

      glas;

    • d.

      oud papier en karton;

    • e.

      textiel;

    • f.

      wit- en bruingoed;

    • g.

      bouw- en sloopafval;

    • h.

      verduurzaamd hout;

    • i.

      grof tuinafval;

    • j.

      asbest en asbesthoudend afval;

    • k.

      grof huishoudelijk afval;

    • l.

      huishoudelijk restafval;

    • m.

      metalen.

  • 2. Het college kan de inzameldienst en andere inzamelaars aanwijzen aan wie de in het eerste lid aangewezen categorieën huishoudelijke afvalstoffen moeten worden aangeboden.

  • 3. Het is verboden de aangewezen categorieën huishoudelijke afvalstoffen aan te bieden aan anderen dan de krachtens het tweede lid aangewezen inzameldienst en andere inzamelaars.

  • 4. Het in het eerste lid gestelde verbod m.b.t het groente-, fruit- en tuinafval geldt niet voor de inwoners van de historische binnenstad van Marken en Monnickendam.

Artikel 15 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via een inzamelmiddel voor de gebruiker van een perceel
  • 1. Het is voor de gebruiker van een perceel ten behoeve van wie krachtens artikel 9, tweede lid, voor een bepaalde categorie huishoudelijke afvalstoffen een inzamelmiddel is aangewezen of van gemeentewege is verstrekt, verboden de betreffende afvalstoffen anders aan te bieden dan via het daartoe aangewezen of verstrekte inzamelmiddel.

  • 2. Het is voor de gebruiker van een perceel verboden andere categorieën huishoudelijke afvalstoffen via een inzamelmiddel aan te bieden, dan de categorie waarvoor dit inzamelmiddel krachtens artikel 9, tweede lid, is bestemd.

  • 3. Het college kan regels stellen omtrent de plaatsen en wijze waarop huishoudelijke afvalstoffen via een inzamelmiddel ter inzameling moeten worden aangeboden.

  • 4. Het college kan regels stellen met betrekking tot het maximale gewicht van de afvalstoffen per inzamelmiddel en het maximale aantal inzamelmiddelen dat per keer kan worden aangeboden.

  • 5. Indien van gemeentewege een inzamelmiddel aan de gebruiker van een perceel is verstrekt kan het college regels stellen omtrent de voorwaarden waaronder het inzamelmiddel is verstrekt, het gebruik en het reinigen daarvan.

  • 6. Indien het inzamelmiddel niet van gemeentewege is verstrekt, kan het college eisen stellen aan het te gebruiken inzamelmiddel.

  • 7. Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen op andere wijze ter inzameling aan te bieden dan krachtens dit artikel is bepaald.

  • 8. Het is verboden voor anderen dan de gebruiker van een perceel ten behoeve van wie krachtens artikel 9, tweede lid, een inzamelmiddel is verstrekt of aangewezen, hun afvalstoffen ter inzameling aan te bieden via dit inzamelmiddel.

Artikel 16 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via een inzamelvoorziening ten behoeve van een groep percelen
  • 1. Het is de gebruiker van een perceel voor wie krachtens artikel 9, tweede lid, mede ten behoeve van zijn perceel een inzamelvoorziening voor een bepaalde categorie huishoudelijke afvalstoffen is aangewezen, verboden de betreffende afvalstoffen anders aan te bieden dan via de betreffende inzamelvoorziening.

  • 2. Het is verboden andere categorieën huishoudelijke afvalstoffen via een inzamelvoorziening voor een aantal percelen aan te bieden, dan de categorie waarvoor deze inzamelvoorziening krachtens artikel 9, tweede lid, is bestemd.

  • 3. Het college kan regels stellen ten aanzien van de wijze waarop huishoudelijke afvalstoffen via een inzamelvoorziening ten behoeve van een groep percelen moet worden aangeboden.

  • 4. Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen op andere wijze aan te bieden via een inzamelvoorziening ten behoeve van een groep percelen dan krachtens het derde lid is bepaald.

  • 5. Het is verboden voor anderen dan de gebruikers van percelen voor wie krachtens artikel 9, tweede lid, een inzamelvoorziening is aangewezen, huishoudelijke afvalstoffen aan te bieden via deze inzamelvoorziening.

Artikel 17 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via inzamelvoorzieningen op wijkniveau
  • 1. Het is verboden andere categorieën huishoudelijke afvalstoffen via een inzamelvoorziening op wijkniveau aan te bieden dan de categorie waarvoor de inzamelvoorziening krachtens artikel 9, tweede lid, is bestemd.

  • 2. Het college kan regels stellen omtrent de wijze waarop huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling kunnen worden aangeboden via een inzamelvoorziening op wijkniveau.

  • 3. Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen op andere wijze via een inzamelvoorziening op wijkniveau ter inzameling aan te bieden dan krachtens het tweede lid is bepaald.

  • 4. Het verbod in artikel 15, zevende lid, en artikel 16, vierde lid, geldt niet voor het aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via inzamelvoorzieningen op wijkniveau overeenkomstig dit artikel.

Artikel 18 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via een brengdepot op lokaal of regionaal niveau
  • 1. Het is verboden andere categorieën huishoudelijke afvalstoffen via een brengdepot op lokaal of regionaal niveau aan te bieden dan de categorieën waarvoor het brengdepot krachtens artikel 9, tweede lid, is bestemd.

  • 2. Het college kan regels stellen omtrent de wijze waarop huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling kunnen worden aangeboden bij het brengdepot op lokaal of regionaal niveau.

  • 3. Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen op andere wijze via een brengdepot op lokaal of regionaal niveau ter inzameling aan te bieden dan krachtens het derde lid is bepaald.

  • 4. Het verbod in artikel 15, zevende lid, en artikel 16, vierde lid, geldt niet voor het aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via een brengdepot op lokaal of regionaal niveau overeenkomstig dit artikel.

Artikel 19 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen zonder inzamelmiddel
  • 1. Het college kan categorieën huishoudelijke afvalstoffen aanwijzen die zonder inzamelmiddel als bedoeld in artikel 9 van deze verordening ter inzameling kunnen worden aangeboden.

  • 2. Het college kan regels stellen over de wijze waarop deze categorieën huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling moeten worden aangeboden.

  • 3. Het college kan regels stellen over het maximale gewicht, de afmetingen en het volume waarop deze categorieën huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling moeten worden aangeboden.

  • 4. Het is verboden deze categorieën huishoudelijke afvalstoffen op andere wijze ter inzameling aan te bieden dan krachtens dit artikel is bepaald.

Artikel 20 Dagen en tijden voor het ter inzameling aanbieden
  • 1. Het college stelt de dagen en tijden vast waarop categorieën huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling kunnen worden aangeboden.

  • 2. Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen op andere dagen en tijden ter inzameling aan te bieden dan krachtens het eerste lid is bepaald.

Artikel 21 Het in bijzondere gevallen ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen

In afwijking van hetgeen in deze paragraaf is bepaald kan het college regels stellen omtrent het in bijzondere gevallen ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen aan de inzameldienst of andere inzamelaars.

Hoofdstuk 4 INZAMELING VAN BEDRIJFSAFVALSTOFFEN

Artikel 22 Inzameling bedrijfsafvalstoffen door de inzameldienst

Het college kan categorieën bedrijfsafvalstoffen aanwijzen die door de inzameldienst worden ingezameld.

Artikel 23 Ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan de inzameldienst
  • 1. Het is verboden bedrijfsafvalstoffen aan te bieden aan de inzameldienst.

  • 2. Het verbod geldt niet voor de krachtens artikel 22 aangewezen categorieën bedrijfsafvalstoffen, voorzover degene die gebruik maakt van de inzameling door de inzameldienst voldoet aan de daarmee ontstane belastingplicht op grond van de verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing 2004.

  • 3. Het college kan regels stellen omtrent de dagen, tijden, wijzen en plaatsen waarop de krachtens artikel 22 aangewezen bedrijfsafvalstoffen aan de inzameldienst ter inzameling kunnen worden aangeboden.

  • 4. Het is verboden de krachtens artikel 22 aangewezen bedrijfsafvalstoffen ter inzameling aan te bieden in strijd met deze regels.

Artikel 24 Het ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan een ander dan de inzameldienst
  • 1. Het college kan regels stellen voor het ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan een ander dan de inzameldienst.

  • 2. Het is verboden bedrijfsafvalstoffen ter inzameling aan te bieden in strijd met deze regels.

Hoofdstuk 5 ZWERFAFVAL

Artikel 25 Voorkomen van diffuse milieuverontreiniging
  • 1. Het is verboden buiten een daarvoor door het college bestemde plaats en buiten een inrichting in de zin van de Wet milieubeheer een afvalstof, stof of voorwerp op of in de bodem te brengen, te storten, te houden, achter te laten of anderszins te plaatsen op een wijze die aanleiding kan geven tot hinder of nadelige beïnvloeding van het milieu.

  • 2. Het college kan van het verbod ontheffing verlenen.

  • 3. Het verbod is niet van toepassing op:

    • a.

      het overeenkomstig deze verordening ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen of bedrijfsafvalstoffen;

    • b.

      het thuiscomposteren van groente-, fruit- en tuinafval;

    • c.

      voor zover de (afval)stoffen tijdelijk op de weg geraken of worden gebracht als onvermijdelijk gevolg van het laden, lossen of vervoeren van afvalstoffen dan wel het verrichten van andere werkzaamheden op of aan de weg.

  • 4. Het in het eerste lid gestelde verbod geldt niet voorzover de Wet bodembescherming of het Bouwstoffenbesluit voorziet in de beoogde bescherming van het milieu.

Artikel 26 Achterlaten van straatafval
  • 1. Het is verboden straatafval in de openbare ruimte achter te laten zonder gebruik te maken van de van gemeentewege of anderszins geplaatste of voorgeschreven bakken, manden of soortgelijke voorwerpen.

  • 2. Het is verboden om andere afvalstoffen dan straatafval achter te laten in daartoe van gemeentewege of anderszins geplaatste of voorgeschreven bakken, manden of soortgelijke voorwerpen.

Artikel 27 Voorkomen van zwerfafval bij ter inzameling gereed staande afvalstoffen
  • 1.

    Het is verboden afvalstoffen of inzamelmiddelen die ter inzameling gereed staan te doorzoeken en te verspreiden.

  • 2.

    Het is verboden tegen afvalstoffen of inzamelmiddelen, die ter inzameling gereed staan, te stoten, te schoppen of deze omver te werpen.

Artikel 28 Afvalbakken in inrichtingen voor het verbruiken van eet- en drinkwaren

De houder of beheerder van een inrichting waar eet- of drinkwaren worden verkocht die ter plaatse kunnen worden genuttigd, is verplicht:

  • a.

    een afvalbak, -mand of soortgelijk voorwerp in of nabij de inrichting op een duidelijk zichtbare plaats aanwezig te hebben, waarin het publiek afval kan achterlaten;

  • b.

    zorg te dragen dat deze afvalbak, -mand of soortgelijk voorwerp van een zodanige constructie is dat het afval daarin deugdelijk geborgen blijft en dat die afvalbak, -mand of voorwerp steeds tijdig wordt geledigd;

  • c.

    zorg te dragen dat dagelijks, uiterlijk een uur na sluiting van de inrichting, doch in ieder geval terstond op eerste aanzegging van een ambtenaar, belast met de toezicht op de naleving van dit artikel, in de nabijheid van de inrichting achtergebleven afval, voorzover kennelijk uit of van die inrichting afkomstig, wordt opgeruimd.

Artikel 29 Wegwerpen van reclamebiljetten of ander promotiemateriaal

Degene die in de openbare ruimte reclamebiljetten of dergelijke of ander promotiemateriaal onder het publiek verspreidt, is verplicht deze of de verpakking daarvan terstond op te ruimen of te laten opruimen, indien deze in de omgeving van de plaats van uitreiking op de weg of een andere voor het publiek toegankelijke plaats door het publiek worden weggeworpen.

Artikel 30 Zwerfafval bij vervoeren, laden en lossen of overige werkzaamheden
  • 1. Het is verboden afvalstoffen, stoffen of voorwerpen zodanig te laden, te lossen of te vervoeren of andere werkzaamheden te verrichten dat de weg wordt verontreinigd of het milieu nadelig kan worden beïnvloed.

  • 2. Indien bij het laden of lossen of vervoeren van afvalstoffen, stoffen of voorwerpen deze weg wordt verontreinigd of het milieu nadelig wordt beïnvloed, is degene die genoemde werkzaamheden verricht alsmede diens opdrachtgever verplicht deze weg te reinigen of te laten reinigen:

    • a.

      direct na het ontstaan van de verontreiniging, indien de verontreiniging gevaar voor de veiligheid van het verkeer of beschadiging van het wegdek oplevert;

    • b.

      direct na beëindiging van de werkzaamheden, indien de verontreiniging geen gevaar voor de veiligheid van het verkeer of beschadiging van het wegdek oplevert;

    • c.

      indien de werkzaamheden langer dan een dag duren, elke dag direct na beëindiging van de werkzaamheden.

Hoofdstuk 6 OVERIGE ONDERWERPEN DIE DE VERORDENING AANGAAN

Artikel 31 Verbod opslag van afvalstoffen
  • 1. Het is verboden afvalstoffen op voor het publiek zichtbare plaats in de open lucht en buiten een inrichting in de zin van de Wet milieubeheer op te slaan of opgeslagen te hebben.

  • 2. Het college kan ontheffing verlenen van het in het eerste lid gestelde verbod.

  • 3. Het verbod is niet van toepassing op het overdragen of ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen aan de inzameldienst, andere inzamelaars of aan houders van een inzamelvergunning.

Artikel 32 Afgifte autowrakken afkomstig uit een huishouden

Het is de eigenaar of kentekenhouder verboden zich te ontdoen van een autowrak, dat afkomstig is van een huishouden, anders dan door afgifte aan inrichtingen, genoemd in artikel 6 van het Besluit Beheer Autowrakken.

Hoofdstuk 7 SLOTBEPALINGEN

Artikel 33 Strafbepaling

Een gedraging in strijd met de volgende artikelen is een strafbaar feit in de zin van artikel 1a, onder 3º, Wet op de economische delicten:

Artikel 12 Verbod op het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen aan anderen

Artikel 13 Verbod op het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen door anderen dan gebruikers van percelen

Artikel 14 Afzonderlijk ter inzameling aanbieden

Artikel 15 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via een inzamelmiddel voor de gebruiker van een perceel

Artikel 16 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via een inzamelvoorziening ten behoeve van een groep percelen

Artikel 17 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via inzamelvoorzieningen op wijkniveau

Artikel 18 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via een brengdepot op lokaal of regionaal niveau

Artikel 19 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen zonder inzamelmiddel

Artikel 20 Dagen en tijden voor het ter inzameling aanbieden

Artikel 23 Ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan de inzameldienst

Artikel 24 Het ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan een ander dan de inzameldienst

Artikel 25 Voorkomen van diffuse milieuverontreiniging

Artikel 26 Achterlaten van straatafval

Artikel 27 Voorkomen van zwerfafval bij ter inzameling gereed staande afvalstoffen

Artikel 28 Afvalbakken in inrichtingen voor het verbruiken van eet- en drinkwaren

Artikel 29 Wegwerpen van reclamebiljetten of ander promotiemateriaal

Artikel 30 Zwerfafval bij vervoeren, laden en lossen of overige werkzaamheden

Artikel 31 Verbod op een voor het publiek zichtbare plaats aanwezig hebben van afvalstoffen

Artikel 32 Afgifte autowrakken afkomstig uit een huishouden

Artikel 34 Toezichthouders

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de krachtens artikel 18.4, derde lid, van de wet aangewezen ambtenaren.

Artikel 35 Inwerkingtreding
  • 1. Deze verordening treedt in werking zes weken na bekendmaking.

  • 2. De artikelen: 4.4.1, 4.4.2, 4.4.3, 4.4.4, 4.4.7 en 4.7.1 eerste lid, onder e van de Algemene Plaatselijke Verordening voor de gemeente Waterland 2004 worden ingetrokken. Op dat tijdstip wordt de Afvalstoffenverordening gemeente Waterland 2000 ingetrokken.

Artikel 36 Overgangsbepaling
  • 1. Vergunningen en ontheffingen verleend krachtens de verordening bedoeld in artikel 35, tweede lid, blijven - indien en voorzover het gebod of het verbod waarop de vergunning of ontheffing betrekking heeft, ook vervat is in deze verordening en voorzover zij niet eerder zijn vervallen of ingetrokken.

  • 2. Voorschriften en beperkingen opgelegd krachtens de verordening bedoeld in artikel 35, tweede lid, blijven - indien en voor zover de bepalingen ingevolge welke deze voorschriften en beperkingen zijn opgelegd, ook zijn vervat in deze verordening en voor zover zij niet eerder zijn vervallen of ingetrokken.

  • 3. Indien voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening een aanvraag om een vergunning of ontheffing op grond van de verordening bedoeld in artikel 35, tweede lid, is ingediend en voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening nog niet op die aanvraag is beslist, wordt daarop de overeenkomstige bepaling van de onderhavige verordening toegepast.

  • 4. Op een aanhangig beroep of bezwaarschrift, betreffende een vergunning of ontheffing bedoeld in het eerste lid, dan wel voorschrift of beperking bedoeld in het tweede lid dat voor of na het tijdstip bedoeld in artikel 35, eerste lid, is ingekomen binnen de voordien geldende beroepstermijn, wordt beslist met toepassing van de verordening bedoeld in artikel 35, tweede lid.

  • 5. In afwijking van het eerste lid, blijft een vergunning of ontheffing van kracht, totdat onherroepelijk is beslist op een aanvraag voor een, krachtens een in deze verordening overeenkomstig opgenomen gebod of verbod vereiste vergunning of ontheffing, indien deze aanvraag ten minste acht weken voor afloop van de in het eerste lid genoemde termijn bij het bevoegde bestuursorgaan is ingediend.

  • 6. Gebod- of verbodsbepalingen waarvoor een vergunning of ontheffing vereist is krachtens deze verordening en niet voorkomend in de verordening als bedoeld in artikel 35, tweede lid zijn niet van toepassing:

    • a.

      gedurende 6 weken na het in werking treden van deze verordening;

    • b.

      ook na de onder a bepaalde termijn, voor zover degene die de vergunning of ontheffing nodig heeft, binnen deze termijn een aanvraag heeft ingediend, totdat onherroepelijk op deze aanvraag is beslist.

  • 7. De intrekking van de verordening bedoeld in artikel 35, tweede lid heeft geen gevolgen voor de geldigheid van op basis van die verordening genomen nadere regels en aanwijzingsbesluiten, indien en voorzover de rechtsgrond waarop de aanwijzingsbesluiten zijn gebaseerd ook vervat is in deze verordening en voor zover zij niet eerder zijn vervallen of ingetrokken.

Artikel 37 Citeerbepaling

Deze verordening wordt aangehaald als: “Afvalstoffenverordening gemeente Waterland 2004”.

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Waterland, gehouden op 16 december 2004

De raad voornoemd,

de griffier, de voorzitter,

(Drs. J.A. Baars) (Mr. E.F. Jongmans)

Behorende bij besluitnummer 90B Afvalstoffenverordening 2004

De raad van de gemeente Waterland

overwegende dat het in belang van een doelmatige verwijdering van huishoudelijke afvalstoffen wenselijk is nadere richtlijnen vast te stellen,

gelet op de desbetreffende bepalingen van de ‘Afvalstoffenverordening gemeente Waterland 2004’ en de Wet milieubeheer;

besluiten de volgende nadere regels vast te stellen:

A. ingevolge artikel 7, eerste lid, wordt de volgende instantie genoemd;

  • a.

    Recycling Services, Kernweg 10, 1627 LC Hoorn welke belast is met de inzameling van huishoudelijke afvalstoffen waaronder: het huishoudelijk restafval, gft- afval, grof tuinafval, grof huishoudelijk afval, wit- en bruingoed en metalen;

B. ingevolge artikel 7, tweede lid, worden de volgende personen en/of instanties genoemd;

  • a.

    Containerverhuurbedrijf N.J. Tol en Zn., 1446 WB Contract 13 te Purmerend welke belast is met het afzonderlijk inzamelen van verpakkingsglas, oud-papier en karton;

  • b.

    Stichting Humana Hergebruik, Schoudermantel 15 te Bunnik welke belast is met het afzonderlijk inzamelen van textiel middels het gebruik van wijkcontainers.

C. ingevolge artikel 8, tweede lid, worden de onderstaande categorieën als volgt omschreven;

  • a.

    groente-, fruit-, en tuinafval:

    dat deel van het huishoudelijk afval dat van organische oorsprong is. Het gaat met name om plantaardigorganisch afval, maar ook dierlijk- organisch afval behoort tot deze categorie;

  • b.

    (verpakkings)glas:

    eenmalige glasverpakking en ander klein glaswerk, maar geen spiegelglas, vlakglas, opaalglas (het witkleurige glas van gloeilampen) doppen, kurken, tl-buizen, (energiezuinige) lampen en ovenschalen;

  • c.

    oud-papier en karton:

    droog en schoon oud-papier en karton uit huishoudens, al dan niet gebruikt, bedrukt, of onbedrukt en onverschillig van welke aard;

  • d.

    textiel:

    alle kleding en textiel afkomstig van huishoudens zoals dekbedden, lakens, dekens, keuken-, vaat- en handdoeken, grote lappen stof, gordijnen, vitrages en schoeisel, al dan niet draagbaar of direct herbruikbaar;

  • e.

    wit- en bruingoed:

    elektrische en elektronische apparaten zoals omschreven in het besluit verwijdering wit- en bruingoed en in de regeling aanwijzing producten wit- en bruingoed;

  • f.

    verduurzaamd hout

    hout dat geïmpregneerd is met verduurzamingsmiddelen.

  • g.

    grof tuinafval:

    dat deel van het huishoudelijk afval dat van organische oorsprong is en niet op dezelfde wijze kan worden ingezameld als groente-, fruit-, en tuinafval, bijvoorbeeld afval dat ontstaat bij snoeiwerkzaamheden (snoeihout)en takkenbossen;

  • h.

    grof huishoudelijk afval

    huishoudelijke afvalstoffen die qua vorm en gewicht te groot en te zwaar zijn om op dezelfde wijze als de andere huishoudelijke afvalstoffen aan de inzameldienst, de krachtens artikel 8 lid twee aangewezen personen of instanties of aan de krachtens artikel 12 lid 1 aangewezen houders van een inzamelvergunning ingezameld c.q. aangeboden kunnen worden;

  • i.

    huishoudelijk restafval

    alle brandbare huishoudelijke afvalstoffen, welke niet behoren tot de in artikel 8, eerste lid genoemde categorieën huishoudelijke afvalstoffen:

  • j.

    metalen

    metaal en oud ijzer.

D. ingevolge artikel 9, tweede lid;

  • a.

    groente,- fruit- en tuinafval dient te worden aangeboden in de van gemeentewege verstrekte groene minicontainer;

  • b.

    in afwijking van het onder punt a bepaalde kunnen de inwoners van de historische binnenstad van Monnickendam het groente-, fruit- en tuinafval bij het gemeentelijk brengdepot ter inzameling aanbieden;

  • c.

    in afwijking van het onder punt a bepaalde kunnen de inwoners van de historische kern van Marken het groente-, fruit- en tuinafval in de verzamelcontainer op het terrein van de voormalige gemeentewerf op Marken ter inzameling aanbieden;

  • d.

    in afwijking van het onder punt a bepaalde dient het groente,- fruit- en tuinafval afkomstig van hoogbouwwoningen, waar geen afzonderlijke inzamelmiddelen zijn verstrekt, te worden aangeboden in de groente-, fruit- en tuinafval verzamelcontainers;

  • e.

    huishoudelijk restafval dient aangeboden te worden in de van gemeentewege verstrekte grijze minicontainer;

  • f.

    in afwijking van het onder punt e bepaalde dient het huishoudelijk restafval in de historische binnenstad van Monnickendam te worden aangeboden in vuilniszakken;

  • g.

    in afwijking van het onder punt e bepaalde dient het huishoudelijk restafval in de historische kern van Marken te worden aangeboden in vuilniszakken;

  • h.

    in afwijking van het onder punt e bepaalde dient het huishoudelijk restafval in de Kerkbuurt (nr.14 t/m 153) verpakt in vuilniszakken te worden aangeboden in de daarvoor bestemde ondergrondse containers;

  • i.

    in afwijking van het onder punt e bepaalde dient het huishoudelijk restafval afkomstig van hoogbouwwoningen, waar geen afzonderlijke inzamelmiddelen zijn verstrekt, verpakt in

    huisvuilzakken te worden aangeboden in de verzamelcontainers;

  • j.

    oud papier en karton dienen te worden aangeboden in de daarvoor bestemde wijkcontainers of te worden afgegeven aan een inzamelaar welke in het bezit is van een gemeentelijke inzamelvergunning oud-papier of bij het gemeentelijk brengdepot ter inzameling te worden aangeboden;

  • k.

    verpakkingsglas dient te worden aangeboden in de daarvoor bestemde wijkcontainers;

  • l.

    textiel dient te worden aangeboden in de daarvoor bestemde wijkcontainers of te worden afgegeven aan een charitatieve inzamelaar welke in het bezit is van een gemeentelijke inzamelvergunning;

  • m.

    klein chemisch afval dient te worden aangeboden bij het gemeentelijk brengdepot ;

  • n.

    groot wit- en bruingoed dient ter inzameling te worden aangemeld voor de grofvuil inzamelronde of te worden aangeboden bij het gemeentelijk brengdepot;

  • o.

    asbest en asbesthoudend afval dient uitsluitend verpakt in dik doorzichtig plastic te worden aangeboden bij het gemeentelijk brengdepot;

  • p.

    grof tuinafval (maximaal één kubieke meter per keer) dient samengebonden met een maximale lengte van 1,50 meter ter inzameling te worden aangemeld voor de grofvuil inzamelronde of te worden aangeboden bij het gemeentelijk brengdepot;

  • q.

    grof brandbaar huishoudelijk restafval dient ter inzameling te worden aangemeld voor de grofvuil inzamelronde of te worden aangeboden bij het gemeentelijke brengdepot;

  • r.

    metalen dienen ter inzameling te worden aangemeld voor de grofvuil inzamelronde of te worden aangeboden bij het gemeentelijk brengdepot;

  • s.

    bouw- en sloopafval dient te worden aangeboden bij het gemeentelijk brengdepot.

  • t.

    klein wit- en bruigoed dient ter inzameling te worden aangeboden bij het gemeentelijk brengdepot;

  • u.

    autobanden dienen ter inzameling te worden aangeboden bij het gemeentelijk brengdepot.

E. ingevolge artikel 10, negende lid, wordt bepaald dat;

  • a.

    grof huishoudelijk afval afzonderlijk (via de grofvuil inzamelronde) één keer per maand bij elk perceel ingezameld wordt;

  • b.

    tuinafval (maximaal één kubieke meter per keer) afzonderlijk (via de grofvuil inzamelronde) één keer per maand bij elk perceel ingezameld wordt;

  • c.

    metalen afzonderlijk (via de grofvuil inzamelronde) één keer per maand bij elk perceel ingezameld wordt;

F. ingevolge artikel 13, tweede lid, wordt bepaald dat

Het aan anderen dan gebruikers van percelen verboden is om huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling aan te bieden aan de houder van een inzamelvergunning.

G. ingevolge artikel 15, derde lid;

  • a.

    het huishoudelijk restafval en groente-, fruit-, en tuinafval dient gescheiden en op de door het college vastgestelde dagen ter inzameling te worden aangeboden;

  • b.

    de minicontainers dienen op de daarvoor bestemde huisvuilverzamelplaatsen te worden aangeboden met de wieltjes gericht naar de rijweg. De huisvuilverzamelplaatsen zijn herkenbaar aan een trottoir tegel met het opschrift ‘HUISVUIL’. Huishoudens welke gebruik mogen maken van vuilniszakken dienen de zakken voor de woning, aan de rand van de openbare rijweg aan te bieden;

  • c.

    de vuilniszakken of (mini-)containers dienen goed gesloten te zijn;

  • d.

    de minicontainers en de vuilniszakken dienen bij het ter inzameling aanbieden goed gesloten te zijn, zodanig dat zulks geen aanleiding kan geven tot verwondingen of het scheuren van de vuilniszakken.

H. ingevolge artikel 15, vierde lid,

  • a.

    de hoeveelheid aangeboden huishoudelijke afvalstoffen in vuilniszakken mag niet meer bedragen dan 12 kilogram;

  • b.

    de hoeveelheid aangeboden huishoudelijke afvalstoffen in minicontainers mag niet meer bedragen dan 50 kilogram.

I. ingevolge artikel 15, vijfde lid,

  • a.

    aan de huishoudens dat aan de belastingplicht op grond van de verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing gemeente Waterland voldoen worden de inzamelmiddelen verstrekt;

  • b.

    bij de vermissing van het inzamelmiddel dient in eerste instantie hiervan een melding bij de politie te worden gemaakt, voordat aan de aanvrager een nieuwe inzamelmiddel verstrekt wordt;

  • c.

    stuivende stoffen mogen uitsluitend verpakt in een gesloten zak in de minicontainer aan de inzameldienst, de krachtens artikel 7 lid 2 aangewezen personen of instanties of aan de krachtens artikel 11 lid 1 aangewezen houders van een inzamelvergunning worden overgedragen of ter inzameling worden aangeboden;

  • d.

    de gebruiker dient zorg te dragen voor het in- en uitwendig reinigen van de minicontainer. De reiniging dient regelmatig plaats te vinden zodat wordt voorkomen dat afval in de minicontainer blijft plakken.

J. ingevolge artikel 15, zesde lid,

  • a.

    ter voorkoming van verwondingen en/of het scheuren van vuilniszakken moeten de huishoudelijke afvalstoffen bij het overdragen of ter inzameling aanbieden zonder uitsteeksels in de vuilniszakken worden verpakt;

  • b.

    stuivende stoffen mogen in situaties dat er geen minicontainer is, uitsluitend worden aangeboden in gesloten vuilniszakken.

K. ingevolge artikel 16, derde lid,

  • a.

    afvalstoffen dienen in een gesloten zak in de verzamelcontainer te worden gedeponeerd en is het verboden afvalstoffen naast de verzamelcontainer te plaatsen.

L. ingevolge artikel 17, tweede lid,

  • a.

    de categorie verpakkingsglas dient ter inzameling aangeboden te worden in glascontainers;

  • b.

    de categorie textiel dient aangeboden te worden in textielcontainers en aan daartoe door het college aangewezen personen of instanties en /of aan degenen aan wie door het college een inzamelvergunning is verleend voor het huis aan huis inzamelen van deze categorie;

  • c.

    de categorie oud-papier en karton dient aangeboden te worden in oud- papiercontainers en aan daartoe door het college aangewezen personen of instanties en /of aan degenen aan wie door het college een inzamelvergunning is verleend voor het huis aan huis inzamelen van deze categorie;

  • d.

    de categorie klein chemisch afval dient aangeboden te worden aan daartoe door het college aangewezen personen of instanties;

  • e.

    in afwijking van hierboven gestelde kan oud-papier en karton en klein chemisch afval afkomstig van de huishoudens ook worden ingeleverd op het terrein van Openbare Werken, Galgeriet 10 te Monnickendam gedurende de openingstijden;

M. ingevolge artikel 18, tweede lid,

  • a.

    huishoudelijke afvalstoffen kunnen uitsluitend worden aangeboden op het terrein van Openbare Werken, Galgeriet 10 te Monnickendam na voorafgaande melding aan de werfbeheerder.

N. ingevolge artikel 19, eerste lid,

  • a.

    categorieën huishoudelijke afvalstoffen die zonder inzamelmiddel mogen worden aangeboden aan de inzameldienst, aan de daartoe door het college aangewezen personen of instanties en/of aan degenen aan wie door het college een inzamelvergunning is verleend, zijn; grof tuinafval (waaronder snoeihout) , oud-papier en karton, textiel, wit- en bruingoed, metalen en ijzer en grof brandbaar huishoudelijk afval;

O. ingevolge artikel 19, tweede lid,

  • a.

    het aanbieden en overdragen van de categorieën wit- en bruingoed, metalen en ijzer en grof brandbaar huishoudelijk afval is slechts toegestaan na voorafgaand telefonisch verzoek tot inzameling;

  • b.

    oud-papier en karton dient zo droog mogelijk aangeboden te worden;

  • c.

    textiel dient in een dichtgebonden plastic zak aangeboden te worden;

  • d.

    groot wit- en bruingoed en metalen dienen op een voor de (hijs) kraan te bereiken plaats aangeboden te worden ( niet achter auto’s, bomen etc.)

  • e.

    grof tuinafval, in het bijzonder snoeihout en takkenbossen, dient gebundeld, niet verpakt in plastic en niet vervuild met andersoortig afval aangeboden te worden;

P. ingevolge artikel 19, derde lid,

  • a.

    grof tuinafval, in het bijzonder snoeihout en takkenbossen, dient in afmeting van maximaal 1,5 meter en mag niet zwaarder zijn dan 20 kilogram ter inzameling te worden aangeboden. Per keer mag maximaal 1 kubieke meter aangeboden worden;

  • b.

    grof brandbaar huishoudelijk restafval mag bij het overdragen of aanbieden geen grotere afmeting  hebben dan 1,5 meter lang en 1,4 meter breed, met uitzondering van meubilair. Tevens dient het in één of meer bundels samengedrukt en gebonden aangeboden of overgedragen te worden. Per  keer mag maximaal 1 kubieke meter aangeboden worden.

Q. ingevolge artikel 20, eerste lid,

  • a.

    het aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen dient te gebeuren op de vastgestelde dagen (en tijden indien dit aangegeven is) zoals vermeld op de jaarlijks vast te stellen gemeentelijke ophaal-/afvalkalender;

  • b.

    voor gebruikers van een perceel: de minicontainers en vuilniszakken dienen op de vastgestelde inzameldag tussen 06:00 uur en het tijdstip van de komst van de inzameldienst aangeboden te worden aan de inzameldienst. Hetzelfde geldt voor de overige categorieën die gescheiden bij elk perceel worden ingezameld;

  • c.

    voor gebruikers van een perceel: de minicontainers dienen zo spoedig mogelijk na lediging door de inzameldienst, maar uiterlijk 22:00 uur op de vastgestelde inzameldag te zijn verwijderd;

  • d.

    voor gebruikers van een perceel: het aanbieden en overdragen van huishoudelijke afvalstoffen die op afroep, zonder inzamelmiddel ingezameld worden, is uitsluitend mogelijk op de dag die, na de melding van de burger wordt aangewezen (niet voor 06:00 uur op de vastgestelde inzameldag);

  • e.

    op wijkniveau: verpakkingsglas, oud-papier en karton en textiel mogen niet worden aangeboden tussen 22: 00 uur en 06:00 uur;

  • f.

    op lokaal niveau: de openingstijden van het gemeentelijk brengdepot zijn als volgt: maandag tot en met donderdag 08:00-12:30, op vrijdag ochtend van 08:00-12:00 uur en de eerste en derde zaterdag van de maand van 09:00-12:00 uur (feestdagen uitgezonderd).

R. ingevolge artikel 21,

  • a.

    In gevallen waarin het kennelijk niet duidelijk is, dat één of meer in artikel 8 genoemde categorieën huishoudelijke afvalstoffen niet op de gebruikelijke wijze kunnen worden ingezameld, zoals bijvoorbeeld in geval van een staking, wegopenbreking etc. dienen de betreffende categorieën huishoudelijke afvalstoffen aangeboden te worden nadat de bijzondere situatie opgeheven is en conform de aanwijzingen van het college.

S. ingevolge artikel 22,

Het is verboden bedrijfsafvalstoffen in te zamelen zonder vergunning van het college.

De uitvoeringsbesluiten kunnen aangehaald worden als Uitvoeringsbesluit gemeente Waterland 2004. Het besluit treedt in werking zes weken na bekendmaking.

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Waterland, gehouden op 16 december 2004.

De raad voornoemd,

De griffier, De voorzitter,

(Drs. J.A. Baars) (Mr. E.F. Jongmans)