Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Arnhem

Verordening Winkeltijden Arnhem

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Arnhem
Officiële naam regelingVerordening Winkeltijden Arnhem
CiteertitelVerordening Winkeltijden Arnhem (nr. 2058)
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpalgemeen
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Toevoeging 3e en 4e lid aan artikel 6.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Gemeentewet
  2. Winkeltijdenwet
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-201001-01-2013nieuwe regeling

09-11-2009

Arnhemse koerier18 november 2009.

B&W 06-10-2009. doc.nr 2009.0.084.543
02-12-199601-01-2010nieuwe regeling

02-12-1996

Persbericht van23-09-1996

B&W29-10-1996,nr. ezp96/1748n/BLO96/1090N

Tekst van de regeling

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    de wet: de Winkeltijdenwet;

  • b.

    feestdagen: Nieuwjaarsdag, Tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, Tweede Pinksterdag, Eerste Kerstdag en Tweede Kerstdag.

Artikel 2 Overdracht van de ontheffing
  • 1. Ontheffingen op grond van deze verordening zijn overdraagbaar na verkregen toestemming van het college van burgemeester en wethouders.

  • 2. In geval van een voorgenomen overdracht van de in het eerste lid bedoelde ontheffingen doet de houder van de ontheffing hiervan onmiddellijk schriftelijk mededeling aan het college van burgemeester en wethouders onder vermelding van de naam en het adres van de voorgestelde rechtverkrijgende.

Artikel 3 Intrekken of wijzigen van de ontheffing

Het college van burgemeester en wethouders kan een ontheffing intrekken of wijzigen, indien:

  • a.

    ter verkrijging daarvan onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt;

  • b.

    op grond van een verandering van de omstandigheden of inzichten opgetreden na het verlenen van de ontheffing, moet worden aangenomen dat intrekking of wijziging wordt gevorderd door het belang of de belangen ter bescherming waarvan de ontheffing is vereist;

  • c.

    het gebruik van de winkel of de uitoefening van een bedrijf anders dan in een winkel op basis van de ontheffing gevaar oplevert voor de openbare orde, de veiligheid of het woon- en leefklimaat ter plaatse;

  • d.

    de aan de ontheffing verbonden voorschriften en beperkingen niet zijn of worden nagekomen;

  • e.

    van de ontheffing geen gebruik wordt gemaakt binnen een daarin gestelde termijn of, bij gebreke van een dergelijke termijn, binnen een redelijke termijn;

  • f.

    de houder of zijn rechtverkrijgende dit verzoekt.

Artikel 4 Zon- en feestdagenregeling

1.De verboden, vervat in artikel 2, eerste lid, onder a en b van de wet, gelden niet op ten hoogste twaalf, door het college van burgemeester en wethouders aan te wijzen, zon- en feestdagen per kalenderjaar.

Artikel 5 Openstelling van avondwinkels op zon- en feestdagen, 4 mei en 24 december.
  • 1. Het college van burgemeester en wethouders kan op aanvraag ontheffing verlenen van de in artikel 2, eerste lid, onder a en b van de wet vervatte verboden ten behoeven van winkels, die gesloten zijn op de in die verboden bedoelde zon- en feestdagen tussen 0 en 16:00 uur.

  • 2. Het college van burgemeester en wethouders kan voor ten hoogste 9 winkels ontheffing verlenen.

  • 3. Aan de ontheffing worden de volgende voorschriften verbonden:

    • a.

      de winkel dient gesloten te zijn tussen 0 en 16:00 uur;

    • b.

      er dienen uitsluitend of hoofdzakelijk eet- en drinkwaren te worden verkocht, met uitzondering van sterke drank als bedoeld in artikel 1, eerste lid met de Drank- en Horecawet.

  • 4. De ontheffing kan worden geweigerd indien de woon- en leefsituatie of de openbare orde in de omgeving van de winkel op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed door de openstelling van de winkel.

  • 5. De ontheffing kan worden ingetrokken indien na verlening van de ontheffing blijkt dat de overlast als bedoeld in het vierde lid omvangrijker is of in de loop der tijd is geworden dan bij het verlenen van de ontheffing werd voorzien.

Artikel 6 Ontheffing zon- en feestdagenregeling voor afzonderlijke situaties
  • 1.Het college van burgemeester en wethouders kan ontheffing verlenen van de in artikel 2 van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag, Nieuwjaarsdag, Tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, Tweede Pinksterdag en Eerste of Tweede Kerstdag, ten behoeve van:

    • a.

      bijzondere gelegenheden van tijdelijke aard;

    • b.

      het uitstallen van goederen.

  • 2. De in het eerste lid genoemde ontheffing kan worden verleend in geval van: feestelijkheden, bijeenkomsten, veilingen, beurzen, kunstateliers en galeries.

  • 3. Het college beslist binnen drie weken na de dag waarop de aanvraag is ontvangen. Deze termijn kan eenmaal met ten hoogste drie weken worden verlengd.

  • 4. Indien het college niet binnen de in het derde lid genoemde periode beslist is de ontheffing van rechtswege verleend.

Artikel 7 Verbod straatverkoop bepaalde goederen op zon- en feestdagen

Het college van burgemeester en wethouders kan bepalen dat de vrijstelling genoemd in artikel 12 van het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet niet geldt voor de gehele gemeente of voor een of meer delen van de gemeente.

Artikel 8 Openstelling op werkdagen tussen 22:00 en 06:00 uur
  • 1. Het college van burgemeester en wethouders kan op aanvraag ontheffing verlenen van de verboden van artikel 2 van de wet, voor zover deze betrekking hebben op werkdagen.

  • 2. De ontheffing kan worden geweigerd indien de woon- en leefsituatie of de openbare orde in de omgeving van de winkel op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed door de openstelling van de winkel.

  • 3. De ontheffing kan worden ingetrokken indien na verlening van de ontheffing blijkt dat de overlast als bedoeld in het tweede lid omvangrijker is of in de loop der tijd is geworden dan bij het verlenen van de ontheffing werd voorzien.

Artikel 9 Toerisme

De verboden, vervat in artikel 2, eerste lid van de wet gelden, in verband met de toeristische aantrekkingskracht van deze gebieden, niet:

  • a.

    voor het terrein van het Nederlands Openlucht Museum en het terrein van Burgers Zoo gedurende de tijden dat deze instellingen geopend zijn voor het publiek voor de verkoop van geringe etenswaren, tabak, souvenirs en drank, met uitzondering van alcoholhoudende drank;

  • b.

    voor de campingterreinen van 10:00 tot 22:00 uur voor de verkoop van voedingsmiddelen en kampeerartikelen in de kampwinkels ten behoeve van de campinggasten.

Artikel 10 Evenementen
  • 1. Het college van burgemeester en wethouders kan op aanvraag een ontheffing verlenen van de verboden, vervat in artikel 2, eerste lid van de wet, in verband met de toeristische aantrekkingskracht van bijzondere evenementen.

  • 2. Een ontheffing kan worden verleend:

    • a.

      voor een bepaald, door burgemeester en wethouders nader af te bakenen gebied;

    • b.

      gedurende een periode van hooguit 2 dagen;

    • c.

      tijdens in het besluit nader afgebakende tijdstippen;

    • d.

      voor de verkoop van geringe etenswaren, tabak, souvenirs en drank, met uitzondering van alcoholhoudende drank.

  • 3. Het college van burgemeester en wethouders kan voorschriften verbinden aan de ontheffing.

  • 4. De ontheffing wordt geweigerd indien er geen sprake is van toeristische doeleinden als bedoeld in artikel 3, derde lid, onder a van de wet.

Artikel 11 In werking treden
  • 1. Deze verordening treedt in werking op een door burgemeester en wethouders te bepalen tijdstip.

  • 2. De verordening winkelsluiting Arnhem, alsmede de Verordening Experiment Winkelsluitingswet 1976 worden ingetrokken.

Artikel 12 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening Winkeltijden Arnhem".

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 2 december 1996, nr. BLO96/1090.