Organisatie | Terneuzen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Ruimte-voor-Ruimte-regeling |
Citeertitel | Beleidsregel Ruimte-voor-Ruimte-regeling gemeente Terneuzen |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Eigen onderwerp | ruimtelijk wijk verkeer infrastructuur bestemmingsplan bebouwing |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
03-11-2016 | Onbekend | 18-10-2016 | Onbekend |
Burgemeester en Wethouders van de gemeente Terneuzen,
Gelet op Titel 4.3 Beleidsregels van de Algemene wet bestuursrecht;
Gelet op artikel 2.3 van de Verordening Ruimte Provincie Zeeland;
Gelet op artikel 60.5 van de regels van het bestemmingsplan Buitengebied Terneuzen (vastgesteld 25 juni 2013)
De Beleidsregel ‘Ruimte-voor-Ruimte-regeling’ vast te stellen.
Deze beleidsregel is van toepassing bij de afweging of in het kader van de ruimte-voor-ruimte-regeling meegewerkt kan worden door ons aan de realisering van een nieuwe woning ter compensatie van de sloop van onbruikbare, detonerende of niet-waardevolle bebouwing.
Artikel 2: Uitgesloten bebouwing
De beleidsregel is niet van toepassing op monumentale en cultuurhistorisch waardevolle bebouwing. Dit geldt eveneens voor nog niet gerealiseerde bebouwing die op grond van het bestemmingsplan kan worden toegestaan of illegale bebouwing.
Artikel 3: Kwalitatieve regeling
De ruimte-voor-ruimte regeling betreft een kwalitatieve regeling. Sloop van (voormalige) bedrijfsbebouwing in combinatie met nieuwbouw van een burgerwoning is niet per definitie een verbetering. De kwaliteitswinst alsmede de financiële noodzaak zal overeenkomstig de volgende artikelen aangetoond moeten worden.
De ruimte-voor-ruimte regeling betreft een kwalitatieve regeling. Doel van de regeling is het verbeteren van de ruimtelijke kwaliteit in het Buitengebied. Beoordeeld zal worden:
Artikel 5: Financiële noodzaak compensatiewoning
De regeling is bedoeld om op basis van kosten en waarde van de te slopen (voormalige) bedrijfsbebouwing te beoordelen of dit een compensatiewoning rechtvaardigt.
Van initiatiefnemers wordt verlangd dat zij een exploitatieopzet overleggen, waaruit dit blijkt.
De aan de aan de exploitatieopzet ten grondslag liggende taxaties en offertes dienen daarbij gevoegd te worden.
Uitgangspunt is dat er een positief saldo mag zijn, van maximaal 5% van de totale kosten.
Meewerken aan een compensatiewoning kan uitsluitend indien wordt voldaan aan alle relevante milieu-aspecten.
Artikel 7: woningbouwcontingent compensatiewoningen
We willen voorkomen dat de compensatiewoningen een te grote druk leggen op de algehele woningvoorraad. Uitgangspunt in de woningmarktafspraken is dat nieuwe woningbouwinitiatieven zich met name concentreren in bestaand bebouwd gebied. Per jaar zal voor maximaal 5 compensatiewoningen in het buitengebied contingent beschikbaar worden gesteld.
Uit de kosten-batenanalyse zal per geval moeten blijken of een beroep gedaan kan worden op één of meerdere compensatiewoningen. In aanvulling hierop geldt dat:
Ons college kan bij het beoordelen van de aanvraag afwijken van de onderhavige beleidsregel, in die gevallen dat onverkorte toepassing van de beleidsregel voor een of meer belanghebbenden gevolgen zou hebben die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig zijn in verhouding tot de met de beleidsregel te dienen doelen.