Organisatie | Houten |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening begraven gemeente Houten |
Citeertitel | Verordening begraven |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Art. 35 Wet op de Lijkbezorging en art. 150 Gemeentewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
10-01-2008 | 24-05-2012 | Onbekend | 27-11-2007 Houtens Nieuws | 2007-023 |
De raad van de gemeente Houten heeft het voorstel van burgemeester en wethouders van 27 november 2007, nr. 2007-063 gelezen en besluit;
overwegende dat het gewenst is om regels vast te stellen voor begraven op eigen terrein en om de mogelijkheid een graf te reserveren of uit te zoeken te verruimen;
overwegende dat het gewenst is om de Beheersverordening begraafplaatsen gemeente Houten 2004 te actualiseren;
gelet op artikel 35 van de Wet op de lijkbezorging (Wet van 7 maart 1991) en artikel 150 van de Gemeentewet;
Artikel 1 begripsomschrijvingen
Artikel 2 uitbreiding begrippen eigen en algemeen graf
AFDELING 2 Openstelling, orde en rust op de begraafplaats
Artikel 3 openstelling begraafplaatsen
Artikel 6 opgravingen en ruimen
AFDELING 3 Voorschriften voor lijkbezorging
Artikel 7 kennisgeving begraven en asbezorging, openen en sluiten van graf
Artikel 8 over te leggen stukken
Artikel 10 tijden van begraving en asbezorging
AFDELING 4 Indeling en uitgifte der graven
Artikel 11 indeling graven en asbezorging
Artikel 12 aantal overledenen in algemene graven
Artikel 14 moment van uitgifte
Artikel 15 volgorde van uitgifte
Artikel 17 termijnen eigen graven
Artikel 19 overschrijving van verleende rechten
Artikel 20 einde van de grafrechten
Artikel 21 afstand doen van graven
Artikel 22 sluiting van graven
Artikel 23 vergunning grafbedekking
Artikel 24 verantwoordelijkheid grafbedekking
Artikel 26 verwijdering grafbedekking
AFDELING 6 Ruiming van graven, urnengraven en urnennissen
Artikel 27 ruiming, bezorging van overblijfselen en as
AFDELING 7 Gedeelte voor kerkgenootschap
Artikel 28 afwijkende regels en kennisgeving onderhoudsbehoefte van graven
AFDELING 8 In stand houden historische graven en opvallende grafbedekking
Artikel 31 begripsomschrijvingen
AFDELING 2 Eisen ten aanzien van de aanvrager
Artikel 32 over te leggen stukken
Artikel 33 eigendom en binding grond
AFDELING 3 Eisen ten aanzien van de begraafplaats
Artikel 35 ligging, bestemming en gebruik
HOOFDSTUK 1 Beheer en gebruik van de algemene begraafplaatsen
AFDELING 3 Voorschriften voor lijkbezorging
Artikel 7 kennisgeving begraven en asbezorging, openen en sluiten van graf
Degene, die wil doen begraven, as wil doen bijzetten of as wil doen verstrooien, geeft daarvan uiterlijk om 12.00 uur van de werkdag voorafgaande aan die waarop de begraving, bijzetting of verstrooiing zal plaatsvinden, schriftelijk kennis aan de beheerder. De zaterdag geldt voor de toepassing van dit artikel niet als werkdag. Indien de burgemeester toestemming heeft gegeven om het lijk binnen 36 uur na het overlijden te begraven, moet de kennisgeving aan de beheerder zo tijdig mogelijk worden gedaan.
Het openen van een graf ter begraving of voor het bezorgen van as, en het daarna sluiten van een graf, alsmede het bedienen van de hulpmiddelen mag uitsluitend geschieden door het personeel van de begraafplaats op aanwijzingen en onder toezicht van de beheerder. De nabestaanden kunnen deze werkzaamheden onder toezicht van de beheerder geheel of gedeeltelijk zelf verrichten indien zij hun wens daartoe uiterlijk om 12.00 uur van de dag voorafgaande werkdag mondeling of schriftelijk aan de beheerder hebben kenbaar gemaakt. De zaterdag geldt voor de toepassing van deze bepaling niet als werkdag. Zij dienen bij deze werkzaamheden de aanwijzingen van de beheerder op te volgen.
Artikel 8 over te leggen stukken
Begraving of bijzetting in een eigen graf waarvan de uitgiftetermijn binnen de wettelijke minimum grafrusttermijn afloopt, kan alleen plaatsvinden onder gelijktijdige verlenging van de uitgiftetermijn met een zodanige periode dat de alsdan resterende uitgiftetermijn tenminste gelijk is aan de wettelijk minimum grafrusttermijn. De verlenging dient te worden aangevraagd door de rechthebbende of, indien deze is overleden, door een van de andere personen, genoemd in artikel 16, lid 2 .
Bij het ter begraving aanbieden van een kist of ander lijkomhulsel dient ten minste 24 uur voorafgaand aan het tijdstip van begraving een schriftelijke verklaring te worden overgelegd - volgens een door het college van burgemeester en wethouders vast te stellen model - omtrent de aanwezigheid van de in voorgaande leden bedoelde materialen en voorwerpen. Indien van een lijkhoes gebruik wordt gemaakt, zal de aanbieder tevens moeten overleggen
AFDELING 4 Indeling en uitgifte der graven
Artikel 11 indeling graven en asbezorging
Burgemeester en wethouders bepalen bij nader vast te stellen regels hoeveel lijken en hoeveel asbussen met of zonder urnen er kunnen worden bijgezet in de eigen graven. Zij bepalen tevens de afmetingen en de uitgifteduur van de eigen graven. De uitgifteduur kan niet korter zijn dan de minimumtermijn vastgesteld in de Wet op de lijkbezorging.
Artikel 15 volgorde van uitgifte
Burgemeester en wethouders kunnen de uitgifte van een uitgezocht graf weigeren indien de uitgifte bezwaarlijk is om redenen die verband houden met het beheer van de begraafplaats. In ieder geval worden op een nog niet in gebruik genomen grafheuvel pas graven uitgegeven op een door burgemeester en wethouders nader te bepalen moment.
1.Burgemeester en wethouders kunnen bij nader vast te stellen regels de algemene en eigen graven onderverdelen in categorieën. Zij bepalen voor de verschillende categorieën de situering en de oppervlakte.
Artikel 17 termijnen eigen graven
Burgemeester en wethouders verlenen, voor zover de daartoe bestemde ruimte van de begraafplaats(en) zulks toelaat, op een daartoe bij hen schriftelijk in te dienen aanvraag, voor de tijd van twintig jaar het recht op een eigen graf. De termijn begint te lopen op de datum waarop het eigen graf is uitgegeven.
Burgemeester en wethouders kunnen aan de rechthebbende op een eigen graf vergunning verlenen tot het daarin voor eigen rekening doen aanbrengen van een grafkelder overeenkomstig de door hen te stellen voorwaarden.
Artikel 19 overschrijving van verleende rechten
Na het overlijden van de rechthebbende of gebruiker dient het grafrecht binnen 1 jaar op hun verzoek te worden overgeschreven op naam van de echtgenoot, geregistreerde partner of andere levenspartner, een bloed- of aanverwant tot en met de derde graad. Indien de rechthebbende of gebruiker is overleden en in het graf dient te worden begraven of zijn asbus dient te worden bijgezet, dient het verzoek tot overschrijving daaraan voorafgaand te worden gedaan. Overschrijving op verzoek van de rechthebbende of gebruiker ten name van een ander dan de vorengenoemde personen is slechts mogelijk, indien daarvoor gewichtige redenen bestaan.
Artikel 20 einde van de grafrechten
Het college van burgemeester en wethouders kan de grafrechten vervallen verklaren: a. indien de betaling van het gebruiksrecht ten behoeve van de vestiging of een verlenging van het grafrecht - ondanks een aanmaning - niet binnen drie maanden na aanvang van die termijn is geschied; b. indien de rechthebbende of gebruiker - ondanks een aanmaning - in verzuim blijft een op grond van deze Verordening op hem rustende verplichting na te komen of daarmee in strijd handelt; c. indien de rechthebbende of de gebruiker van een graf is overleden en het recht niet binnen één jaar is overgeschreven.
Artikel 21 afstand doen van graven
Zonder aanspraak te kunnen maken op enige vergoeding kan de rechthebbende schriftelijk afstand doen ten behoeve van de gemeente van het recht op het eigen graf. Van de ontvangst van zodanige verklaring doen burgemeester en wethouders schriftelijk mededeling aan de rechthebbende.
Artikel 22 sluiting van graven
Op schriftelijk verzoek van de rechthebbende kunnen burgemeester en wethouders een graf gesloten verklaren. Gedurende de tijd dat een graf gesloten is, mag daarop geen andere grafbedekking worden geplaatst en mag daarin geen andere begraving plaats hebben, of asbus worden bijgezet, dan wel as worden verstrooid dan die van de stoffelijke overschotten van personen die de rechthebbende in zijn verzoek met name heeft genoemd.
Artikel 23 vergunning grafbedekking
Rechthebbenden of gebruikers zijn verplicht de gedenktekens en grafbeplanting goed te onderhouden. Onder dit onderhoud wordt begrepen het rechtzetten, herstellen of vernieuwen, het verven van opschriften, en het bijkleuren of schilderen van stenen en hekwerken en ornamenten, alsmede het regelmatig snoeien van winterharde gewassen en het verwijderen van dode beplanting.
Artikel 24 verantwoordelijkheid grafbedekking
De in artikel 19 bedoelde gedenktekens of beplantingen worden geacht voor rekening en risico van de rechthebbende of gebruiker te zijn aangebracht. Schade als gevolg van brand, vorst, storm, wateroverlast, bliksem, ontploffing, molest, vandalisme en andere van buiten komende oorzaken, of ontstaan door het weghalen en terugplaatsen van een gedenkteken ten behoeve van een bijzetting, en eventuele gevolgschade voor derden, is voor rekening van de rechthebbende of gebruiker.
De rechthebbende of gebruiker is verplicht de - door welke omstandigheden ook - aan een gedenkteken of beplanting toegebrachte schade op eerste aanschrijven te herstellen, indien de beschadiging zodanig is dat deze naar het oordeel van het college van burgemeester en wethouders het uiterlijk aanzien van de begraafplaatsen schaadt.
Indien binnen twee maanden na de dag van aanschrijving geen herstel of vernieuwing heeft plaatsgevonden, is het college van burgemeester en wethouders bevoegd tot verwijdering en vernietiging van de gedenktekens of beplantingen over te gaan, waarbij geldt dat zij voor deze handeling niet aansprakelijk kan worden gesteld, onverlet het recht van het college van burgemeester en wethouders tot herstel of vernieuwing op kosten van de rechthebbende of gebruiker over te gaan.
Niet-blijvende beplantingen op een graf die in een verwaarloosde staat verkeren kunnen door de beheerder worden verwijderd zonder dat aanspraak kan worden gemaakt op schadevergoeding. Losse bloemen, planten, kransen en dergelijke kunnen, wanneer zij verwelkt zijn, door de beheerder worden verwijderd. Linten, siervazen en dergelijke voorwerpen worden gedurende drie maanden ter beschikking gehouden van de rechthebbende of gebruiker indien deze daartoe tevoren een mondeling of schriftelijk verzoek heeft gedaan bij de beheerder.
Artikel 26 verwijdering grafbedekking
Het voornemen tot verwijdering van de grafbedekking wordt gedurende tenminste één jaar voorafgaande aan het tijdstip waarop de grafbedekking zal worden verwijderd op een op het te ruimen graf te plaatsen bordje door burgemeester en wethouders bekend gemaakt, tenzij het adres van de rechthebbende of gebruiker bij burgemeester en wethouders bekend is. In dat geval maken zij aan hem uiterlijk één jaar voor het genoemde tijdstip per brief van hun voornemen bekend.
Op grond van een daartoe door de rechthebbende of gebruiker bij burgemeester en wethouders ingediend schriftelijk verzoek, blijft de grafbedekking na verwijdering nog gedurende drie maanden ter beschikking van degene aan wie een vergunning als bedoeld in artikel 19 was verleend. Het schriftelijk verzoek kan worden ingediend gedurende de in het tweede lid genoemde termijn.
AFDELING 6 Ruiming van graven, urnengraven en urnennissen
Artikel 27 ruiming, bezorging van overblijfselen en as
Het voornemen van burgemeester en wethouders om een graf te ruimen wordt gedurende tenminste één jaar voorafgaande aan het tijdstip waarop het graf geruimd zal worden op een bij het te ruimen graf te plaatsen bordje ter kennis van de belanghebbende worden gebracht, tenzij het adres van de rechthebbende of gebruiker op het graf aan hen bekend is. In dat geval stellen zij hem uiterlijk één jaar voorafgaande aan het bedoelde tijdstip per brief van hun voornemen in kennis.
Nabestaanden van een overledene die begraven is in een algemeen graf kunnen gedurende de in het eerste lid bedoelde termijn de beheerder schriftelijk verzoeken bij ruiming, de overblijfselen, indien mogelijk, bijeen te doen brengen voor herbegraving elders. Nabestaanden van een overledene waarvan een asbus al of niet met een urn is bijgezet in een algemeen graf kunnen de beheerder vragen om deze ter beschikking te houden voor herbegraving of verstrooiing elders.
De rechthebbende op een eigen graf, kan de beheerder schriftelijk verzoeken om de overblijfselen te doen verzamelen om deze weder in dezelfde grafruimte te doen plaatsen dan wel om deze elders opnieuw te doen begraven. De rechthebbende op een eigen urnengraf of urnennis kan de beheerder vragen om de urn ter beschikking te houden om elders bij te zetten of te doen verstrooien.
AFDELING 7 Gedeelte voor kerkgenootschap
Artikel 28 afwijkende regels en kennisgeving onderhoudsbehoefte van graven
Burgemeester en wethouders kunnen na overleg met het bestuur van het kerkgenootschap ten aanzien van de openstelling van het gedeelte, de indeling van graven, de onderverdeling van graven in categorieën en de eisen voor grafbedekking op het ter beschikking van het kerkgenootschap gestelde deel van de begraafplaats nadere regels stellen die afwijken van de regels krachtens de artikel 3, eerste lid, 10, tweede lid, 13 en 19, tweede lid, van deze Verordening.
Het bestuur van het kerkgenootschap kan burgemeester en wethouders schriftelijk verzoeken hem er schriftelijk van in kennis te stellen dat er onderhoud of herstel door de rechthebbende of gebruiker nodig is van de grafbedekking op een of meer graven op het deel van de begraafplaats dat aan het kerkgenootschap ter beschikking is gesteld.
Op grond van het in het tweede lid genoemde verzoek stellen burgemeester en wethouders het bestuur van het kerkgenootschap schriftelijk in kennis dat de grafbedekking van een of meer graven onderhoud en herstel behoeft. De kennisgeving laat de bevoegdheid van burgemeester en wethouders onverlet om de rechthebbende of gebruiker op de graven ervan in kennis te stellen dat de grafbedekking moet worden onderhouden of hersteld.
HOOFDSTUK 2 BEGRAVEN OP EIGEN TERREIN
AFDELING 2 Eisen ten aanzien van de aanvrager
Artikel 32 over te leggen stukken
De aanvrager legt een haalbaarheidsonderzoek met betrekking tot de aanleg van een bijzondere begraafplaats over. Dit onderzoek geeft inzicht in de gemiddelde hoogste grondwaterstand, grondsoort en de aanwezigheid van kabels en leidingen. Verder moet een archeologisch advies ingewonnen worden bij de gemeente.
Artikel 33 eigendom en binding grond
De aanvrager dient de wettelijke grafrust van 10 jaar na de laatste begraving te waarborgen. De aanvrager dient voor de toekomst te waarborgen dat de binding van de nabestaanden met de grond behouden blijft. Bij verkoop van het perceel dient een kettingbeding in de koopovereenkomst opgenomen te worden.
Burgemeester en wethouders onderscheidenlijk de gemeenteraad (in geval van begraven op eigen terrein) kunnen een of meer bepalingen van deze verordening buiten toepassing laten of daarvan afwijken, voorzover toepassing in een individueel geval leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard.
De rechten en verplichtingen met betrekking tot eigen graven die voortvloeien uit de ingevolge artikel 41 ingetrokken Verordening, worden geacht ingevolge deze verordening te zijn ontstaan.
Hij die handelt in strijd met de artikelen 3, derde lid, 4, eerste lid, tweede lid, vierde lid en vijfde lid, 6, 7, derde lid, of artikel 8, eerste en tweede lid, wordt gestraft met een geldboete van de eerste categorie.