Organisatie | Edam-Volendam |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Regeling algemene dienst gemeente Edam-Volendam 2016 |
Citeertitel | Regeling aanstelling in algemene dienst Edam-Volendam 2016 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de Regeling algemene dienst van de voormalige gemeente Edam-Volendam van 18 december 2012.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
19-06-2017 | 01-01-2016 | 01-01-2020 | nieuwe regeling | 04-04-2017 | Onbekend. |
Het college van de gemeente Edam-Volendam,
gelezen de brief van het landelijk Overleg Gemeentelijke Arbeidsvoorwaarden van 26 november 2012, nr. CvA/Lbr/12/101;
gelet op artikel 2:1A van de CAR-UWO;
gehoord de commissie voor Georganiseerd Overleg op 7 december 2016;
vast te stellen de hierna volgende Regeling algemene dienst gemeente Edam-Volendam 2016.
Een medewerker is inzetbaar binnen de gehele organisatie op passende structurele en tijdelijke functies en op projecten met passende werkzaamheden.
Leidinggevende en medewerker maken jaarlijks concrete afspraken over ontwikkeling en opleiding gericht op inzetbaarheid in de huidige functie (effectiviteit) of over doorstroom naar een andere passende functie (loopbaanplan). De leidingggevende houdt bij het maken van de afspraken over ontwikkeling, opleiding of doorstroming, voor zover relevant rekening met de persoonlijke situatie van de medewerker (leeftijd, gezondheid, gezinssituatie e.v.).
De medewerker die in overleg met de leidinggevende een loopbaanplan heeft opgesteld, heeft na herplaatsingskandidaten (als gevolg van reorganisatie of arbeidsongeschiktheid) een voorkeurspositie bij het vervullen van vacatures op hetzelfde niveau als de functie die hij/zij vervult, mits hij/zij voldoet aan de functie-eisen.
In die gevallen waarin de toepassing van deze regeling voor de medewerker onbedoeld tot een onbillijke of onredelijke situatie leidt, kan het college of de daarvoor gemandateerde functionaris van deze regeling afwijken.