Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Kapelle

Uitvoerinsgbesluit Wegsleepverordening gemeente Kapelle

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieKapelle
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingUitvoerinsgbesluit Wegsleepverordening gemeente Kapelle
Citeertitel
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpopenbare orde en veiligheid
Eigen onderwerpopenbare orde en veiligheid

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Wegsleepverordening Kapelle

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

04-07-2017Nieuwe regeling

18-04-2017

Gemeenteblad 2017, nr. 112798

2017/20/2b

Tekst van de regeling

Intitulé

Uitvoerinsgbesluit Wegsleepverordening gemeente Kapelle

Burgemeester en wethouders van de gemeente Kapelle;

gelet op de Wegsleepverordening gemeente Kapelle;

b e s l u i t e n:

vast te stellen het

Uitvoeringsbesluit Wegsleepverordening gemeente Kapelle

 

1.Inleiding

Op 30 mei 2016 heeft de gemeenteraad de Wegsleepverordening Gemeente Kapelle (hierna: Wegsleepverordening) vastgesteld. Deze verordening is vastgesteld om uitvoering te kunnen geven aan de wegsleepregeling uit de Wegenverkeerswet 1994 (hierna: WVW 1994). In dit uitvoeringsbesluit worden de praktische zaken geregeld voor uitvoering van de wegsleepregeling.

Eerst wordt het wettelijk kader voor de wegsleepregeling beschreven. Daarna volgen de procedures voor het wegslepen, bewaren en teruggeven van voertuigen. Tot slot wordt aangegeven welke gegevens in het bewaringsregister opgenomen dienen te worden.

 

2. Wegsleepverordening gemeente Kapelle

Naast hoofdstuk X van de WVW 1994 en het Besluit wegslepen van voertuigen (hierna: Besluit) kan de Wegsleepverordening als wettelijk kader worden genoemd. Deze verordening bevat de aanwijzing van wegen en weggedeelten waar voertuigen weggesleept kunnen worden in het belang van het vrijhouden van deze wegen en weggedeelten. Artikel 2 van de Wegsleepverordening wijst alle wegen en weggedeelten binnen de gemeente aan, voor zover ze behoren tot de in het Besluit genoemde categorieën van wegen en weggedeelten.

De Wegsleepverordening bevat tevens de aanwijzing van de bewaarplaats voor weggesleepte voertuigen: het terrein van Auto Kuzee, Pearyweg 9, 4462 GT in Goes.

 

3. Wegslepen van voertuigen

 

3.1 Bevoegdheid wegslepen

Op basis van artikel 170, eerste lid van de WVW 1994 is de bevoegdheid tot het wegslepen en inbewaring stellen van voertuigen een vorm van bestuursdwang. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd tot het toepassen van bestuursdwang. De uitvoering van de Wegsleepverordening hebben burgemeester en wethouders gemandateerd. In de praktijk komt dit er op neer dat een buitengewoon opsporingsambtenaar of een politiefunctionaris beoordeelt of een voertuig weggesleept dient te worden. De feitelijke uitvoering van de bestuursdwang, het wegslepen van het voertuig, gebeurt door Kuzee. Indien aan de voorwaarden voor het wegslepen van voertuigen, zoals gesteld in artikel 170, eerste lid van de WVW 1994 wordt voldaan, betekent dit niet automatisch dat overgegaan kan worden tot het wegslepen van een voertuig. De bevoegde opsporingsambtenaar dient zeer zorgvuldig om te gaan met deze bevoegdheid. Hij dient in ieder afzonderlijk geval te beoordelen of wegslepen van het betreffende voertuig absoluut noodzakelijk is.

 

3.2 Procedure wegslepen

Indien een bevoegde ambtenaar besluit een voertuig weg te laten slepen, dient hij de volgende procedure te volgen:

  • -

    De ambtenaar stelt de politie in kennis en geeft daarbij de locatie, merk en het kenteken van het voertuig of, indien een kenteken ontbreekt, een omschrijving van het voertuig en de reden van wegslepen.

  • -

    De ambtenaar wacht in de nabijheid van het betreffende voertuig tot het sleepvoertuig arriveert.

  • -

    Indien de bestuurder van het voertuig zich meldt en bereid is het voertuig te verplaatsen, annuleert de ambtenaar het sleepvoertuig en meldt hij de annulering bij het M.I.C.

  • -

    Nadat het sleepvoertuig is gearriveerd dient de sleepbon volledig ingevuld te worden, voordat de bemanning van het sleepvoertuig met de werkzaamheden begint. Op de bon dienen ook duidelijk alle beschadigingen van het voertuig en de losse voorwerpen in het voertuig vermeld te worden.

  • -

    De ambtenaar vermeldt op de sleepbon of sprake is van een volledige of een onvolledige berging (zie ook hierna onder 3.3).

  • -

    De ambtenaar en de chauffeur van het sleepvoertuig ondertekenen de sleepbon.

  • -

    Nadat het voertuig aan het sleepvoertuig is gekoppeld en de sleepbon volledig is ingevuld en

  • -

    ondertekend, wordt het voertuig overgebracht naar de bewaarplaats.

     

3.3 Sleepfasen en kosten

Het wegslepen van voertuigen kan in drie fasen worden verdeeld.

Fase 1

Het sleepbedrijf is gewaarschuwd. De bestuurder van het betreffende voertuig meldt zich echter bij zijn voertuig, voordat het sleepvoertuig is gearriveerd en is bereid het voertuig te verplaatsen. In dit geval is sprake van loos uitrijden. In deze gevallen is de bestuurder kosten van loos uitrijden zoals vastgesteld in artikel 1 sub a van de Tarieventabel behorend bij de Wegsleepverordening verschuldigd. De bevoegde ambtenaar dient de persoonsgegevens van de bestuurder vast te stellen en hem mee te delen dat de kosten van loos uitrijden verhaald zullen worden.

Fase 2

Het sleepvoertuig is gearriveerd, maar de bestuurder meldt zich voordat een aanvang is gemaakt met het vastkoppelen van het voertuig aan het sleepvoertuig. Dit is het geval totdat de eerste kabel aan het voertuig is bevestigd. In deze gevallen is de bestuurder kosten van een onvolledige berging zoals vastgesteld in artikel 1 sub b van de Tarieventabel behorend bij de Wegsleepverordening verschuldigd. De bevoegde ambtenaar dient de persoonsgegevens van de bestuurder vast te stellen en hem mee te delen dat de kosten van een onvolledige berging verhaald zullen worden.

Fase 3

Het sleepvoertuig is gearriveerd en er is een aanvang gemaakt met het vastkoppelen van het voertuig aan het sleepvoertuig. Dit is het geval vanaf het moment dat de eerste kabel aan het voertuig is bevestigd. In dit geval is sprake van een volledige berging. Indien de bestuurder zich bij het voertuig meldt en bereid is het voertuig te verplaatsen, kan het voertuig worden losgekoppeld en ter beschikking worden gesteld van de bestuurder. Dit kan tot het moment dat het sleepvoertuig wegrijdt met het weg te slepen voertuig. Indien het voertuig wordt losgekoppeld en ter beschikking van de bestuurder wordt gesteld, is deze wel de kosten van een volledige berging verschuldigd, zoals vastgesteld in artikel 4, eerste lid, onder a en b van de Wegsleepverordening gemeente Reimerswaal. De bevoegde ambtenaar dient de persoonsgegevens van de bestuurder vast te stellen en hem mee te delen dat de kosten van een volledige berging verhaald zullen worden.

Fase 4

Het sleepvoertuig rijdt weg, het weg te slepen voertuig wordt overgebracht naar de bewaarplaats en in bewaring gesteld. De bestuurder dient zijn voertuig af te halen bij de bewaarplaats. Teruggave vindt alleen plaats aan de eigenaar / houder van het voertuig na betaling van alle kosten. Deze kosten bestaan uit de kosten van een volledige berging plus de kosten van het bewaren van een voertuig, zoals vastgesteld in artikel 4, eerste lid, onder a en b en tweede lid, onder a en b van de Wegsleepverordening. De eigenaar / houder van het voertuig betaalt de kosten ter plaatse aan de bewaarder.

 

3.4 Geen kosten verschuldigd

Artikel 172, derde lid van de WVW 1994 bepaalt dat burgemeester en wethouders het bedrag van de

kosten, verbonden aan de toepassing van bestuursdwang, terugbetalen, indien:

  • 1.

    niet tot overbrenging en inbewaringstelling had mogen worden overgegaan;

  • 2.

    de omstandigheden waaronder de overtreding is begaan van dien aard waren dat de kosten

redelijkerwijs niet verschuldigd zijn;

3.aannemelijk is dat het voertuig tegen de wil van de rechthebbende is gebruikt en hij dit gebruik

redelijkerwijs niet heeft kunnen voorkomen.

In het onder a genoemde geval dienen burgemeester en wethouders op basis van artikel 172, zevende lid van de WVW 1994 tevens een redelijke schadeloosstelling te betalen aan degene die het voertuig heeft afgehaald. Dit geeft nogmaals aan dat zeer zorgvuldig met de bevoegdheid tot het wegslepen van voertuigen omgegaan dient te worden.

 

4. Bewaren en teruggeven van voertuigen

4.1 Procedure bewaren en teruggeven van voertuigen

  • -

    Het weggesleepte voertuig wordt overgebracht naar de bewaarplaats van Autobedrijf Kuzee in Goes (Pearyweg 9).

  • -

    Het tijdstip van bewaren gaat in op het moment dat het voertuig op de bewaarplaats van het

  • -

    wegsleepvoertuig is losgekoppeld.

  • -

    De bewaarder controleert het gesleepte voertuig op beschadigingen. Indien nodig maakt hijaantekeningen in het bewaringsregister (zie ook hierna onder 4.3).

  • -

    De bewaarder vult het bewaringsregister verder in (zie ook hierna onder 4.3).

  • -

    Indien de eigenaar / houder van het voertuig zich meldt bij de bewaarplaats en aantoont eigenaar / houder te zijn, geeft de bewaarder het voertuig terug, nadat alle kosten zijn betaald. De eigenaar / houder ontvangt een kwitantie.

  • -

    De bewaarder noteert de afgifte in het bewaringsregister.

  • -

    Indien het voertuig niet binnen 48 uur na inbewaringstelling is afgehaald, geeft de bewaarder dit door aan de gemeente.

  • -

    De gemeente verzendt, indien mogelijk binnen een week, een bekendmaking van het wegslepen en in bewaring stellen van het voertuig. Indien het voertuig een kenteken heeft, wordt de bekendmaking verzonden aan degene aan wie het kenteken is opgegeven. Indien blijkt dat ter zake van het voertuig aangifte van vermissing is gedaan, wordt de bekendmaking verzonden aan degene die deze aangifte heeft gedaan. De bekendmaking vermeldt de geconstateerde overtreding, dat het voertuig is weggesleept, de bewaarplaats waar het voertuig afgehaald kan worden en de openingstijden van de bewaarplaats. Tevens wordt in de bekendmaking opgenomen dat degene die het voertuig afhaalt, aan dient te tonen dat hij eigenaar / houder van het voertuig is en dat hij de kosten, verbonden aan het wegslepen en bewaren van het voertuig, verschuldigd is.

     

4.2 Niet afgehaalde voertuigen

Indien het weggesleepte voertuig niet binnen 13 weken is opgehaald, kunnen burgemeester en wethouders overgaan tot verkoop van het voertuig. Indien dit onmogelijk blijkt, kan overdracht aan een derde ‘om niet’ of vernietiging plaatsvinden. Hiertoe kan ook binnen de termijn van 13 weken besloten worden, zodra de kosten van het wegslepen en bewaren van het voertuig, vermeerderd met de geraamde kosten voor verkoop, overdracht ‘om niet’ of vernietiging, onevenredig hoog worden in verhouding met de waarde van het voertuig (artikel 5:30 Awb). Op basis van artikel 172, tweede lid van de WVW 1994 kan dit niet binnen twee weken na de schriftelijke bekendmaking zoals hiervoor onder 4.1 beschreven. Bovendien mag op basis van artikel 15 van het Besluit een in bewaring gesteld voertuig pas worden verkocht, overgedragen om niet of vernietigd, nadat een beëdigd taxateur een rapport betreffende de waarde heeft opgemaakt. De opbrengst van verkoop of de geschatte sloopwaarde bij vernietiging wordt in mindering gebracht op de kosten van het wegslepen en bewaren van het voertuig.

 

4.3 Bewaringsregister

Op basis van artikel 170, vierde lid van de WVW 1994 dienen burgemeester en wethouders zorg te dragen voor het bijhouden van een bewaringsregister. In het besluit is bepaald welke gegevens dit register moet bevatten.

 

5. Slotbepalingen

Dit uitvoeringsbesluit treedt in werking de eerste dag na bekendmaking en wordt aangehaald als “Uitvoeringsbesluit Wegsleepverordening gemeente Kapelle”.

 

Aldus vastgesteld door burgemeester en wethouders op 18 april 2017,

de secretaris, de burgemeester,

mr. A.J. van den Berge mr. A.B. Stapelkamp