Organisatie | Westland |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Westland houdende regels omtrent forfaitaire loonkostensubsidie en loonkostensubsidie Tijdelijke beleidsregels forfaitaire loonkostensubsidie en loonkostensubsidie voor schoolverlaters die bij een werkgever in dienst zijn |
Citeertitel | Tijdelijke beleidsregels forfaitaire loonkostensubsidie en loonkostensubsidie voor schoolverlaters die bij een werkgever in dienst zijn |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | onderwijs |
Eigen onderwerp |
Deze beleidsregels eindigen op de dag van de inwerkingtreding van het wetsvoorstel Stroomlijning loonkostensubsidie Participatiewet.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
19-05-2017 | 05-07-2016 | nieuwe regeling | 15-11-2016 Gemeenteblad Groot Westland, 18-05-217 | Gbw 2017, 16 |
HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN
In deze beleidsregels wordt verstaan onder:
Doelgroep loonkostensubsidie: personen als bedoeld in artikel 7, eerste lid, onderdeel a onder 1, 2, 3, 5 of 6 van de Participatiewet, van wie is vastgesteld dat zij met voltijdse arbeid niet in staat zijn tot het verdienen van het wettelijk minimumloon, doch wel mogelijkheden tot arbeidsparticipatie hebben;
HOOFDSTUK 2 TIJDELIJKE BELEIDSREGELS FORFAITAIRE LOONKOSTENSUBSIDIE
HOOFDSTUK 3 TIJDELIJKE BELEIDSREGELS LOONKOSTENSUBSIDIE VOOR SCHOOLVERLATERS DIE BIJ EEN WERKGEVER IN DIENST ZIJN
Ondertekening
Aldus vastgesteld in de vergadering van 15 november 2016
Burgemeester en wethouders van Gemeente Westland,
De secretaris, De burgemeester,
M. van Beek J. van der Tak
Toelichting “Tijdelijke beleidsregels forfaitaire loonkostensubsidie en loonkostensubsidie voor schoolverlaters die bij een werkgever in dienst zijn.”
Door de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid zijn bestuurlijke afspraken gemaakt met sociale partners, gemeenten, de VNG en het UWV om de Participatiewet en de Wet banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten te vereenvoudigen. Het doel hiervan is om de praktische uitvoering van de Participatiewet en de Wet banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten verder te verbeteren.
De Staatssecretaris wil ten aanzien van een tweetal voorgenomen wetswijzigingen gebruik maken van de mogelijkheid vooruit te lopen op deze wetgeving. Het betreft het mogelijk maken van forfaitaire loonkostensubsidie in de eerste 6 maanden van het dienstverband en het mogelijk maken van loonkostensubsidie voor jongeren van het voortgezet speciaal onderwijs/praktijkonderwijs/de entreeopleiding die al werken. Doel van de maatregelen is dat werkplekken sneller tot stand komen respectievelijk kunnen worden voortgezet. Vooruitlopen op deze wetgeving is mogelijk omdat de maatregelen de realisering van de banenafspraak en beschut werk stimuleren en begunstigend uitwerken voor cliënten met een beperking, van werkgevers, en gemeenten. De Staatssecretaris biedt gemeenten daarom de ruimte om vooruit te lopen op deze 2 maatregelen vanaf 5 juli 2016 (datum waarop wetsvoorstel is ingediend bij de Tweede Kamer). Om gebruik te maken van deze ruimte is tijdelijk beleid opgesteld voor de volgende twee in voorbereiding zijnde wetswijzigingen:
Deze in voorbereiding zijnde wetswijzigingen zijn in tijdelijk beleid uitgewerkt. Dit tijdelijk beleid is geldig tot de formele vaststelling in beide kamers (vermoedelijk 1 januari 2017).
Forfaitaire loonkostensubsidie
De voorgestelde wetswijziging biedt bij de indiensttreding van personen die tot de doelgroep banenafspraak behoren de keuzemogelijkheid voor het toepassen van een reguliere loonkostensubsidie (op basis van vastgestelde loonwaarde bij aanvang van het dienstverband, met een maximum van 70% van het wettelijk minimumloon) of een forfaitaire loonkostensubsidie (vast percentage van 50% van het wettelijk minimumloon gedurende het eerste halfjaar). Een forfaitaire loonkostensubsidie maakt de start van een dienstverband met iemand uit de doelgroep banenafspraak gemakkelijker voor een werkgever. De forfaitaire loonkostensubsidie houdt in dat tijdens de eerste 6 maanden van een dienstbetrekking een vaste forfaitaire loonkostensubsidie van 50% van het wettelijk minimumloon kan worden ingezet in plaats van de loonkostensubsidie op basis van loonwaarde. Dit bedrag wordt vermeerderd met de aanspraak op vakantietoeslag op grond van artikel 15 van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag en met een bij ministeriële regeling vastgestelde vergoeding voor werkgeverslasten.
De loonkostensubsidie wordt naar evenredigheid verminderd, indien de arbeidsduur korter is dan de normale arbeidsduur, bedoeld in artikel 12 van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag. Na 6 maanden wordt de loonkostensubsidie voortgezet, maar op basis van een tijdens de forfaitaire periode op de werkplek objectief vastgestelde loonwaarde.
Loonkostensubsidie voor schoolverlaters van het voortgezet speciaal onderwijs/het praktijk- onderwijs/de entreeopleiding, die bij een werkgever in dienst zijn
De wetswijziging zorgt ervoor dat gemeenten voortaan ook loonkostensubsidie, als bedoeld in artikel 10d van de Participatiewet, kunnen inzetten voor schoolverlaters uit het voortgezet speciaal onderwijs, het praktijkonderwijs of de entreeopleiding MBO. Het gaat om jongeren die al bij een werkgever werkzaam zijn en die tot de doelgroep loonkostensubsidie/banenafspraak behoren en waarbij pas gedurende de arbeidsrelatie blijkt dat er sprake is van verminderde productiviteit. Nu is toekenning van loonkostensubsidie wettelijk alleen mogelijk als de arbeidsovereenkomst nog niet in werking is getreden.
Naar aanleiding van signalen van werkgevers en gemeenten is er een wetswijziging voorgesteld waarmee het gemakkelijker wordt om mensen met een arbeidsbeperking aan het werk te helpen. Gemeenten mogen vast vooruit lopen op deze verbeteringen in de Participatiewet, nog voordat de wijzigingen in werking zijn getreden. Deze beleidsregels verliezen hun geldigheid per datum van inwerkingtreding van het wetsvoorstel. Dit wetsvoorstel luidt voluit: Wijziging van de Participatiewet, de Wet tegemoetkoming loondomein, de Wet financiering sociale verzekeringen en de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening in verband met stroomlijning van de loonkostensubsidie op grond de Participatiewet en enkele andere wijzigingen.
Met deze beleidsregels biedt het college de juridische basis om vooruit te kunnen lopen op de wetswijziging