AANWIJZINGSBESLUIT CAMERATOEZICHT BINNENSTAD EN STATIONS VOORPLEIN ’S-HERTOGENBOSCH 2017

De burgemeester van ’s-Hertogenbosch,

overwegende:

• ·

  Dat de burgemeester op grond van artikel 151c van de Gemeentewet en artikel 2:30 van de Algemene plaatselijke verordening ’s-Hertogenbosch 2016 kan besluiten tot plaatsing van (vaste) camera’s voor een bepaalde duur ten behoeve van het toezicht op een openbare plaats.

• ·

  Dat het multifunctionele karakter van de binnenstad, inclusief de omgeving van het NS station leidt tot een scala van activiteiten met een hoge intensiteit, zoals warenmarkten, evenementen, horecabezoek en dat dit dagelijks leidt tot grote aantallen reizigers en bezoekers.

• ·

  Dat het aantal geweldsmisdrijven het hoogst is in de binnenstad, inclusief de omgeving van het NS station.

• ·

  Dat cameratoezicht een technische ondersteuning biedt bij het terugdringen van het aantal (gewelds)delicten omdat met cameratoezicht gerichte sturing van politiecapaciteit kan plaatsvinden en cameratoezicht kan dienen als hulpmiddel voor de verantwoordelijke autoriteiten bij het opsporen en vervolgen van daders van strafbare feiten.

• ·

  Dat cameratoezicht ondersteuning biedt bij het voorkomen van overlast en van incidenten bij evenementen en bij het toepassen van crowd management.

• ·

  Dat van cameratoezicht een preventieve werking uitgaat.

• ·

  Dat het cameratoezicht moet worden gezien in samenhang met diverse maatregelen in het kader van de handhaving van de openbare orde zoals de inzet van collectieve horecaontzeggingen, het aanbrengen van calamiteitenverlichting en het treffen van toiletvoorzieningen, afspraken met ondernemers zoals over het deurbeleid/portiers, gebruik van veiligheidsglas, gespreide afvoer van bezoekers en in samenhang met het door politie en gemeente geïntensiveerde toezicht.

• ·

  Dat ruim vier op de vijf mensen positief tot zeer positief staan tegenover cameratoezicht in de openbare ruimte in relatie tot veilig uitgaan: 85% van het uitgaanspubliek en 81 procent van de centrumbewoners.

• ·

  Dat in overleg met de politie de hierna genoemde locaties zijn bepaald waar het in het belang van de handhaving van de openbare orde noodzakelijk is om cameratoezicht in te stellen.

• ·

  Dat het belang van de handhaving van de openbare orde en de daaronder mede te begrijpen bovengenoemde belangen, zwaarder wegen dat het individuele belang van burgers (bescherming van de persoonlijke levenssfeer).

• ·

  Dat het cameratoezicht op deze locaties voldoet aan de eisen die artikel 151c van de Gemeentewet stelt aan het instellen van cameratoezicht, kenbaarheid van cameratoezicht, proportionaliteit en subsidiariteit.

• ·

  Dat de duur van de aanwijzing en de omvang van de gebieden proportioneel zijn in relatie tot het legitieme doel.

• ·

  Dat de Lokale Driehoek ’s-Hertogenbosch is geraadpleegd.

gelet op:

• o

  artikel 151c van de Gemeentewet

• o

  artikel 2:30 van de Algemene plaatselijke verordening ’s-Hertogenbosch 2016

• o

  de Wet politiegegevens (Wpg)

• o

  het besluit van de gemeenteraad d.d. 15 september 2016

besluit:

• 1.

  Ten behoeve van het houden van toezicht op openbare plaatsen over te gaan tot plaatsing van camera’s in de binnenstad van ’s-Hertogenbosch conform de bij dit besluit behorende gebiedstekening A.

• 2.

  Ten behoeve van het houden van toezicht op openbare plaatsen over te gaan tot het plaatsen van camera’s op het stations voorplein van het centrale NS station van ’s-Hertogenbosch conform de bij dit besluit behorende gebiedstekening B.

• 3.

  De plaatsing van de onder 1 en 2 bedoelde camera’s te effectueren per 1 juli 2017 en te laten voortduren tot 1 juli 2020.