Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Terneuzen

Nota Gezond en actief Zeeuws-Vlaanderen

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieTerneuzen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingNota Gezond en actief Zeeuws-Vlaanderen
CiteertitelNota Gezond en actief Zeeuws-Vlaanderen
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerpsport welzijn bevolking gezondheid levensverwachting

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2017Onbekend

15-12-2016

Onbekend

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Nota Gezond en actief Zeeuws-Vlaanderen

 

 

Artikel 0 Dit artikel moet nog worden gesplitst

Gezond en actief Zeeuws-Vlaanderen

Regionale Gezondheidsbeleid2017-2020

1.Inleiding

Het gaat de goede kant op met de gezondheid in Nederland, ondanks de nog grote uitdagingen. De gunstige ontwikkelingen en internationale consensus over de aanpak geven alle aanleiding om geen grote beleidswijzigingen door te voeren, maar het huidige beleid juist met kracht voort te zetten. Zo introduceert de minister van volksgezondheid in 2015 de nieuwe landelijke nota gezondheidsbeleid. In een brief geeft de minister aan wat de belangrijkste thema’s voor de komende vier jaar zijn.

Op grond van de Wet publieke gezondheid brengen gemeenten elke vier jaar een lokale gezondheidsnota uit. Hierin beschrijven we de lokale behoeften en mogelijkheden voor gezondheidsbevordering. Het landelijke beleid geeft de kaders aan voor het gemeentelijke beleid. Voor de vertaalslag naar de lokale gezondheidssituatie maken we gebruik van de resultaten van de gezondheidsmonitor van de GGD Zeeland. In navolging van het Rijk stellen we voor om in Zeeuws-Vlaanderen de huidige regionale nota ‘Gezond en Actief Zeeuws-Vlaanderen 2013-2016’ mee te nemen naar de komende vier jaar. De doelstellingen en speerpunten zijn immers nog steeds relevant. Alleen de uitwerking moeten we aanpassen op de ontwikkelingen.

In deze notitie kijken we terug op de afgelopen beleidsperiode: welke ontwikkelingen waren er en wat hebben we bereikt? We trekken hieruit conclusies voor de uitwerking van het beleid tot 2020. Op basis van de resultaten van de gezondheidsmonitor, die begin volgend jaar beschikbaar komen, geven we verder richting aan de uitvoering. Dit doen we in afstemming met inwoners, maatschappelijke organisaties en bedrijven.

2.Ontwikkelingen in gezondheid en beleid

Gezondheidstoestand

Volgens de Volksgezondheid Toekomst Verkenning (VTV) 2014 van het RIVM gaat het goed met onze gezondheid. Dankzij de verbeterde zorg en preventie is de levensverwachting sterk gestegen. Het aantal mensen met een chronische aandoening neemt echter wel toe. Een aantal trends in leefstijl is niet langer ongunstig: het aantal volwassen rokers daalt en overgewicht lijkt niet langer toe te nemen. Jongeren zijn minder gaan drinken en roken, al is het aantal jongeren dat heel veel drinkt onverminderd hoog. Belangrijkste oorzaken van sterfte en ziekte zijn nog altijd roken, overgewicht en weinig bewegen.

Over de gezondheidstoestand in Zeeland hebben we begin 2017 nieuwe cijfers. De meest recente cijfers (2012 / 2013) laten zien dat ook de gezondheid van Zeeuwse 65-plussers de afgelopen jaren is verbeterd. Ouderen voelen zich minder beperkt door hun lichamelijke (on)gezondheid, bewegen meer en doen meer vrijwilligerswerk. Het aantal ouderen dat aangeeft beperkt te zijn door de lichamelijke gezondheid is de afgelopen vijf jaar gedaald. Eenzaamheid onder ouderen is een aandachtspunt.

Bij de volwassenen onder de 65 jaar is het beeld wat minder gunstig. Dit blijkt uit de vergelijking van hun gezondheidstoestand in 2012 en in 2009. Inwoners van 19 tot en met 64 jaar voldoen minder vaak aan de fitheidsnorm, hebben vaker een chronische aandoening en voelen zich psychisch en sociaal minder gezond. Er zijn in de betreffende periode iets meer mensen mantelzorg gaan geven. In een eerdere analyse van de GGD Zeeland kwam naar voren dat 65-minners een ongezondere leefstijl hebben dan 65-plussers. Mogelijk speelt tijd hierin een belangrijke rol.

Uit landelijke cijfers blijkt dat de gezondheidsverschillen tussen laag en hoog opgeleiden groot zijn. De minister verwacht veel gezondheidswinst door meer aandacht voor preventie in de zorg.

Zie http://www.zeelandscan.nl/ voor de beschikbare cijfers over de gezondheidstoestand in de gemeente.

Positieve gezondheid

In de regionale nota ‘Gezond en actief Zeeuws-Vlaanderen 2013-2016’ introduceerden we de nieuwe definitie van positieve gezondheid van Huber (2012). Deze opvatting van gezondheid als het vermogen van mensen om met ziekten, beperkingen en tegenslagen om te gaan, is de afgelopen jaren door steeds meer partijen omarmd. Gezondheid als de aan- of afwezigheid van ziekte is niet meer het doel op zich. Gezondheidsbeleid gaat veel meer over kwaliteit van leven, regie over het eigen leven, een plek hebben in de samenleving. Hierdoor is gezondheidsbevordering nauw verbonden met andere beleidsdoelen in het sociaal domein, zoals die over zelfredzaamheid en participatie.

Zie http://www.ipositivehealth.com/ voor meer informatie over de uitwerking van de definitie van positieve gezondheid.

De Vitale Revolutie

Positieve gezondheid wordt in Zeeland verder uitgewerkt in De Vitale Revolutie. Een beweging die is ingezet door GGD Zeeland, gemeenten, maatschappelijke organisaties en bedrijfsleven. Doel is om van Zeeland een gezonde regio te maken. Overheid, onderwijs en ondernemers zetten deze beweging in door samen te werken aan een gezonde leefomgeving. Door dit te doen in een omgeving waar mensen wonen, werken en leren (wijk, werk en school) maken mensen makkelijker en vanzelfsprekender gezonde keuzes. Er wordt uitgegaan van balans op vijf levensdomeinen: fysiek, mentaal, sociaal, doel/zingeving en financiën. Zeeuwse gemeenten zetten zich binnen De Vitale Revolutie in om de samenwerking met lokale partners op dit vlak op gang te brengen. De gemeente als werkgever is ook in beeld als het gaat om het bevorderen van de vitaliteit van haar medewerkers.

Zie https://www.devitalerevolutie.nl/ voor meer achtergrondinformatie over De Vitale Revolutie.

Nationaal Programma Preventie ‘Alles is gezondheid

De Vitale Revolutie sluit aan op het Nationaal Programma Preventie ‘Alles is gezondheid’ dat zich richt op het verminderen of uitstellen van chronische aandoeningen en het terugdringen van gezondheidsachterstanden. Het landelijke programma streeft ernaar een maatschappelijke beweging tot stand te brengen die tot aantoonbare en blijvende gezondheidswinst leidt. Dit door minder vrijblijvendheid (in afspraken) en meer focus, verbindingen en samenwerking.

Zie http://www.allesisgezondheid.nl/ voor meer informatie.

Gezondheidsbevordering en zorg

Samenwerking met de zorg heeft de afgelopen beleidsperiode meer vorm gekregen. De rijksoverheid werkt toe naar een prominente plaats van preventie of voorzorg in de zorg zelf.

GoedLeven

In Zeeuws-Vlaanderen zijn gemeenten betrokken bij GoedLeven. Deze samenwerking met zorgaanbieders en zorgverzekeraar CZ heeft zich mede op ons verzoek ontwikkeld tot een netwerksamenwerking. Doel van het netwerk is het bevorderen van gezondheid en het garanderen van goede, toegankelijke zorg en ondersteuning in onze regio. We zoeken naar manieren om preventie, welzijn, ondersteuning en zorg in samenhang te organiseren, bijvoorbeeld met een integrale, populatiegebonden aanpak. Gemeenten moeten daarbij bewaken dat ontwikkelingen aansluiten bij de behoeften van hun inwoners.

Zie http://www.goedleven.nl/ voor meer informatie.

Commissie Toekomstige Zorg Zeeland

Op 1 april 2015 zag de Commissie Toekomstige Zorg Zeeland (CTZZ) het licht. Aanleiding voor het oprichten van de commissie is de druk op de zorg in Zeeland. Druk die enerzijds ontstaat door hoe in Nederland de zorg is geregeld en anderzijds door demografische ontwikkelingen in Zeeland. De opdracht aan de CTZZ was dan ook: formuleer een visie op toekomstbestendige zorg in de provincie en schets hoe de zorg er in 2025 uit ziet.

De Commissie bestaat uit zorgverzekeraar CZ (de grootste verzekeraar in de regio), de provincie Zeeland en een onafhankelijk voorzitter. In juli 2015 heeft de CTZZ haar toekomstvisie op de zorg aangeboden aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Sindsdien zijn actieplannen opgesteld voor 4 werkstromen:

  • 1.

    Zorg dichtbij

  • 2.

    GGZ (geestelijke gezondheidszorg)

  • 3.

    Medisch Specialistische zorg

  • 4.

    Informatietechnologie

Uitwerking vindt plaats met alle betrokken verzekeraars, zorgpartijen en gemeenten. Daarnaast is er een klankbordgroep ingesteld met vertegenwoordigers van cliënten en patiënten. Zij kunnen gevraagd en ongevraagd advies geven.

Uitgangspunten voor 2025 zijn:

  • o

    Behoeften van patiënt als basis

  • o

    Langdurige (ouderen)zorg vindt thuis plaats zo lang het kan

  • o

    Zoveel mogelijk expertise dicht bij huis voor chronische zorg

  • o

    Toegang tot acute zorg binnen wettelijke normen

  • o

    Schaal vergroting voor complexe zorg

  • o

    Kwaliteit en doelmatigheid centraal bij selectieve zorg

  • o

    Verbinding in de volle breedte van de Zeeuwse zorg door eenduidigheid

Gemeenten zijn – op Zeeuws niveau - bestuurlijk en ambtelijk betrokken bij de werkstromen GGZ en Zorg dichtbij. Ook hier gaat het erom een goede koppeling te maken tussen preventie, welzijn, ondersteuning en zorg. Dit vergt voor een deel lokaal maatwerk. De gemeentebesturen van Hulst, Sluis en Terneuzen hebben zowel de Commissie als de Stuurgroep GGZ op de specifieke belangen van Zeeuws-Vlaanderen gewezen.

Zie http://toekomstigezorgzeeland.nl/ voor verdere informatie.

Veranderende rol gemeente

Gemeenten moeten, volgens het huidige kabinet, blijvend aandacht hebben voor preventie en gezondheidsbevordering, en dan vooral in verbinding met andere gemeentelijke domeinen. De nieuwe Wmo gaat ervan uit dat burgers zelf meer aan zet zijn en dat gemeenten meer faciliterend gaan werken dan uitvoerend. In onze regionale gezondheidsnota hebben we vastgesteld dat gezondheid vooral ook een verantwoordelijkheid is van mensen zelf en een gezamenlijke verantwoordelijkheid van gemeente, maatschappelijke organisaties en bedrijfsleven. Op basis van wat bekend is over effectieve gezondheidsbevordering, zullen we ons samen met deze partijen moeten richten op een omgevingsgerichte aanpak: de gezonde keuze de makkelijkste maken daar waar mensen wonen, werken en leren. Voorbeelden hiervan zijn het beweegvriendelijk inrichten van de wijk, programma’s voor vitale werknemers en gezonde schoolkantines. Dit kan alleen effect hebben als we aansluiten bij wat mensen beweegt. ‘Nudging’ en ‘social marketing’ zijn termen die bij deze aanpak horen.

Integrale aanpak

De doelen van gezondheidsbeleid overlappen met die van veel andere gemeentelijke beleidsterreinen. Het Rijk stimuleert een integrale aanpak van gezondheidsbevordering met nieuwe wet- en regelgeving. De nieuwe Omgevingswet bijvoorbeeld maakt het gemeenten en provincies mogelijk om expliciet en vroegtijdig gezondheid en (fysieke) veiligheid te be trekken bij ruimtelijke planvorming. De inwerkingtreding van de wet wordt niet eerder verwacht dan 2019. De komende jaren zullen gemeenten al wel experimenteren met een nieuwe aanpak.

3.Wat betekenen deze ontwikkelingen voor het beleid in de komende jaren?

Vasthouden aan gestelde doelen

We gaan de nieuwe beleidsperiode door met het ingezette beleid. De uitgangspunten van de nota ‘Gezond en actief Zeeuws-Vlaanderen’ blijven gelden. We houden in de periode 2017-2020 vast aan de eerder gestelde doelen:

  • ·

    het verhogen van de levensverwachting in goede gezondheid van de bevolking van Zeeuws-Vlaanderen en dus het terugdringen van de jaren in (ervaren) ongezondheid;

  • ·

    het verkleinen van sociaaleconomische gezondheidsverschillen in Zeeuws-Vlaanderen.

We richten ons dus op het voorkomen en uitstellen van chronische aandoeningen en het wegwerken van gezondheidsachterstanden. Daarbij richten we ons op het promoten van een gezonde, actieve leefstijl (thema 1 van de huidige nota) en op het samen werken aan gezondheid, participatie en zorg (thema 2).

Thema 1. Promoten van een gezonde en actieve leefstijl

De meeste gezondheidswinst is nog steeds te behalen door ons te richten op de landelijke speerpunten op het gebied van roken, overmatig alcoholgebruik, (ernstig) overgewicht, bewegen, diabetes en depressie. Gemeenten hebben de taak om de gezonde leefstijl van hun bevolking te bevorderen. Landelijke programma's als Nationaal Programma Preventie, Gezond in..., Jongeren op Gezond Gewicht, Sport en Bewegen in de Buurt, ondersteunen gemeenten hierbij. Ook de landelijke bewustwordingscampagnes helpen ons. Bij het promoten van een gezonde en actieve leefstijl nemen we de landelijke speerpunten in acht en laten we ons inspireren door de landelijke programma’s.

We zullen invulling gaan geven aan de omgevingsgerichte aanpak en nog meer onze rol van regisseur en ondersteuner aannemen. We gaan dus niet zelf bedenken wat goed is voor inwoners. We bevragen en luisteren, nodigen uit, stimuleren, ondersteunen, verbinden en voeren regie. We werken samen binnen wisselende netwerken en verbanden, daar waar we iets kunnen toevoegen voor onze samenleving en gezamenlijke belangen en doelen dienen.

Vanuit die optiek zijn we deelnemer van het netwerk GoedLeven en zetten we De Vitale Revolutie in. Daarbij vatten we gezondheid breed op en richten ons op 5 levensdomeinen: fysieke en psychische gezondheid, sociaal welbevinden, doel en zingeving en financiën.

Zeeuws-Vlaanderen op Gezond Gewicht

Wat hebben we gedaan?

Ons streven met het speerpunt Zeeuws-Vlaanderen op gezond gewicht was en is om zoveel mogelijk mensen in beweging te krijgen. In de afgelopen beleidsperiode hebben we daar op verschillende manieren aan gewerkt.

Via een 4-6 jaarlijkse pagina in het Zeeuws-Vlaams advertentieblad – Gezond en Actief Zeeuws-Vlaanderen - hebben we inwoners bewust gemaakt van het belang van bewegen. Tevens hebben we ze op de hoogte gebracht de beweegmogelijkheden in de buurt. We hebben met de pagina een podium gegeven aan de vele initiatieven lokaal en regionaal, van individuen, maar ook van bijvoorbeeld scholen, verzorgingshuizen, groepen vrijwilligers en welzijnsorganisaties.

Een beweegcompetitiemet stappenteller tussen organisaties in Zeeland was een andere uitwerking van het speerpunt. Redenatie erachter: gedrag veranderen is lastig, het gaat makkelijker als het niet te veel inspanning vraagt, en laten we dat eens uittesten op ons zelf. De GGD Zeeland heeft de beweegcompetitie georganiseerd, met als doel het zitgedrag van werknemers te verminderen en zo hun gezondheid te bevorderen. Na afloop bleken de deelnemers zich gezonder te voelen en minder lang te zitten tijdens hun werk.

De competitie krijgt een vervolg in een bredere aandacht voor de gezonde werkplek en vitaliteit van werknemers.

Wat gaan we doen?

We gaan door met deze activiteiten.

In het kader van de nieuwe Omgevingswet kunnen we onderzoeken hoe we met de inrichting van de openbare ruimte gezondheid kunnen bevorderen.

Daarnaast hebben we aandacht voor gezondheidsbevordering van specifieke doelgroepen, zoals jongeren, statushouders en mensen in een achterstandspositie qua inkomen en opleiding.

Verantwoord alcoholgebruik onder jongeren in Zeeuws-Vlaanderen

Wat hebben we gedaan?

We hebben in dat kader de afgelopen 6 jaar samengewerkt met de andere gemeenten in Zeeland in het project 'Laat ze niet (Ver)zuipen!' (LZNV). Conform de landelijke cijfers is in Zeeland de startleeftijd waarop jongeren beginnen met het drinken van alcohol omhoog gegaan. Het aantal jongeren onder de 18 jaar dat drinkt, is afgenomen. Nog steeds wordt er echter door relatief veel jongeren erg veel gedronken.

Wat gaan we doen?

De integrale aanpak blijft dus nog even nodig en de drie Zeeuws-Vlaamse gemeenten handhaven daarom hun beleid op het gebied van Jeugd en Alcohol. Voor de komende beleidsperiode lijkt het vooral van belang om in te zoomen op naleving en handhaving. Gemeenten kunnen hier nog veel meer met elkaar samenwerken. Dit werken we uit in een preventie- en handhavingsplan voor 2017-2020. Dit plan zullen we naar verwachting in het voorjaar 2017 kunnen aanbieden.

Gezond in de stad (GIDS): de aanpak van gezondheidsachterstanden

Gezond in... wordt uitgevoerd in het kader van het Nationaal Programma Preventie. Het programma werkt hierbij samen met gemeenten en diverse andere partners en wordt gefinancierd door het ministerie van VWS. Gezond in… is het stimuleringsprogramma dat GIDS-gemeenten helpt bij hun lokale aanpak van gezondheidsachterstanden.

De drie Zeeuws-Vlaamse gemeenten nemen deel aan GIDS. Ze maken hiervoor ieder voor zich een uitvoeringsplan, op basis van wat nodig is in hun gemeente.

De stimuleringsregeling moet ervoor zorgen dat gemeenten een structurele aanpak ontwikkelen voor het verkleinen en voorkomen van gezondheidsverschillen tussen ‘arm en rijk’. In de komende beleidsperiode zullen we dit verder uitwerken.

Gezondheidsbevordering statushouders

Gemeenten krijgen van het Rijk extra geld per vergunninghouder die zij huisvesten. Gemeenten kunnen deze middelen vrij besteden aan posten genoemd in het uitwerkingsakkoord. Preventie, jeugdgezondheidszorg en infectieziektebestrijding worden daarin expliciet genoemd. De komende beleidsperiode zullen we onderbouwd keuzes daarin maken.

Thema 2. Samen werken aan gezondheid, participatie en zorg

Zoals eerder in deze brief aangegeven, moeten gemeenten samenwerken als het gaat om het bevorderen van gezondheid. De ‘publieke’ gezondheid is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van gemeenten, burgers, maatschappelijke (zorg-)organisaties en bedrijfsleven. Een belangrijk uitgangspunt voor samenwerking is dat er een meerwaarde moet zijn voor alle betrokken partijen, maar vooral voor de inwoners van de gemeente. In de afgelopen beleidsperiode hebben we samengewerkt met vrijwilligers, verenigingen, zorgaanbieders en ondernemers. Dit moet in de nieuwe beleidsperiode nog meer vorm krijgen. Om meer effect te sorteren, maar ook om meer samenhang te krijgen tussen preventie, welzijn en zorg. We werken hier aan onder andere binnen het netwerk GoedLeven en bij de uitwerking van de visie van de Commissie Toekomstige Zorg Zeeland, maar ook in de gezondheidscentra waar gemeenten bij betrokken zijn.

Versterking van de keten acute zorg

Wat hebben we gedaan?

In het kader van dit speerpunt zijn de Zeeuws-Vlaamse gemeenten aangesloten bij de georganiseerde burenhulp Hartveilig wonen. De afgelopen 4 jaar zijn belangrijke stappen gezet in het vormen van een dekkend netwerk van AED’s en getrainde vrijwilligers. De gemeenten, actieve vrijwilligers, EHBO-verenigingen, Rode Kruis, AED-houders en sponsoren hebben daaraan bijgedragen, onder andere met het aanbieden van (gratis) reanimatiecursussen, het financieren van AED’s en het aanbrengen van buitenkasten voor AED’s. Het gevolg is dat steeds meer inwoners in het bezit zijn van een diploma reanimatie met AED en zich aanmelden als vrijwillige hulpverlener in het netwerk van Hartveilig wonen.

Wat gaan we doen?

We streven als drie gemeenten naar het predicaat Hartveilig wonen-regio Zeeuws-Vlaanderen. Het verbeteren van de keten acute zorg moet gezien worden als een aanvulling op de ambulancezorg, met als belangrijkste doel een sterke toename van de overlevingskans bij een plotselinge circulatiestilstand (stilstand van de bloedsomloop).

Een dekkend netwerk van vrijwilligers en AED’s binnen de gemeenten komt in beeld.

De komende periode zal verder ingezet worden op het uitbreiden van het aantal vrijwilligers en een uitbreiding van het aantal openbaar beschikbare AED’s.

Preventieve ouderenzorg: zo lang mogelijk vitaal en zelfredzaam

Doel van dit speerpunt is een lokale aanpak gericht op preventieve ouderengezondheidszorg, die bijdraagt aan het doel om ouderen vitaal te houden en langer thuis te kunnen laten wonen. De minister van VWS ziet dat gemeenten vooral een rol hebben in het verbinden van lopende initiatieven gericht op ouderen, waar nu nog sprake kan zijn van versnippering

Wat hebben we gedaan?

Dit speerpunt heeft de afgelopen beleidsperiode vanuit gezondheidsbeleid sec weinig aandacht gekregen. We hebben vooral gewerkt aan goede ondersteuning vanuit de Wmo; het laten slagen van de decentralisatie. Vanuit het ouderenwelzijnswerk zijn er behoorlijk wat activiteiten georganiseerd om met mensen te werken aan vitaliteit en een goed sociaal netwerk.

Wat gaan we doen?

We gaan daadwerkelijk verbinden. Voor de uitwerking van dit speerpunt leggen we nog meer de verbinding met het Wmo-beleid. Preventieve ouderenzorg is daarnaast een goed onderwerp binnen het netwerk GoedLeven, de werkgroepen Zorg dichtbij van de Commissie Toekomstige Zorg Zeeland en voor de samenwerkingsagenda van Zeeuwse gemeenten en CZ. Daarnaast zijn er tal van initiatieven en ontwikkelingen waarbij aangesloten kan worden. Zo is daar de Academische werkplaats ouderenzorg van de UCR in Middelburg en de landelijke beweging Dementievriendelijke omgeving. We zullen in de nieuwe beleidsperiode een bos van al deze bomen maken.

Tot slot

Veranderingen in regelgeving, talrijke initiatieven van organisaties om ons heen, ontwikkelingen in de samenleving en in de zorg maken het noodzakelijk dat we voortdurend alert zijn en nagaan of we als gemeente nog wel de goede dingen doen. Het is daarom van belang dat we goede kaders hebben waarin we flexibel kunnen opereren. Deze kaders hebben we in deze notitie geschetst.