Organisatie | Zutphen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Voorschriften voor het recreatiegebied Bronsbergenmeer |
Citeertitel | Voorschriften voor het recreatiegebied Bronsbergenmeer |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp | |
Externe bijlage | Plattegrond recreatiegebied Bronsbergenmeer |
Geen
Algemene plaatselijke verordening 2005
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
22-07-2004 | Nieuwe regeling | 06-07-2004 Zutphense Koerier, 14-07-2004 | Onbekend |
Burgemeester en wethouders van de gemeente Zutphen;
op grond van artikel 5.4.2, eerste en tweede lid van de Algemene Plaatselijke Verordening Zutphen 1992 voor recreatiefgebruik beschikbare terreinen kunnen aanwijzen waar het verboden is:
op grond van artikel 2.4.12, eerste lid onder a van de Algemene Plaatselijke Verordening Zutphen 1992 voor publiek toegankelijke plaatsen kunnen aanwijzen waar het verboden is een hond te laten verblijven of te laten lopen;
op grond van artikel 5.4.3 van de Algemene Plaatselijke Verordening Zutphen 1992 voor recreatief gebruik beschikbare terreinen voorschriften kunnen stellen in het belang van de openbare orde, de zedelijkheid, de volksgezondheid, ter voorkoming van gevaar, schade en overlast of ter bescherming van het milieu;
Gelet op het bepaalde in de artikelen 2.4.10.a, 2.4.12, 5.4.2 en 5.4.3 van de Algemene Plaatselijke Verordening Zutphen 1992;
Voor het recreatiegebied Bronsbergenmeer, zoals aangegeven op de bij dit besluit behorende plattegrond, de volgende voorschriften vast te stellen:
Het is verboden in het recreatiegebied in de openlucht een vuur aan te leggen of te barbequen.
Bij de vorming van ijs is het verboden de aanwezige ijsvlakte te beschadigen of andere handelingen te verrichten waardoor de veiligheid van personen die zich op het ijs begeven in gevaar wordt gebracht.
Toelichting voorschriften Bronsbergenmeer
Een aantal geboden en verboden kunnen rechtstreeks worden her leid uit de Algemene Plaatselijke Verordening of andere regelgeving en zijn dan ook niet in de voorschriften vastgelegd. Het betreft de volgende geboden en verboden:
Deze regel is een aanvulling op art 5.9 1 APV. In dit artikel is het verbod opgenomen om in de openlucht vuur aan te leggen, te stoken of te hebben. Art. 5.9.1, derde lid, onder c van de APV geeft een uitzondering op dit verbod voor zover het betreft verlichting door middel van kaarsen, fakkels e.d. of voor koken, baken en braden, indien dat geen gevaar oplevert voor de omgeving. Het is niet gewenst dat de activiteiten met betrekking tot koken, baken en braden in het recreatiegebied plaatsvinden Daarom is het noodzakelijk om dit voorschrift expliciet op te nemen.
Ten aanzien van verlichting door middel van kaarsen, fakkels e.d. is het opnemen van een voorschrift niet noodzakelijk, omdat in artikel 6 een verbod is opgenomen om zich tussen zonsondergang en zonsopgang in het recreatiegebied te bevinden.
Op grond van artikel 5.4.2 APV kunnen burgemeester en wethouders plaatsen aanwijzen waar het verboden is zich met paarden en andere rij - of trekdieren buiten de in de aanwijzing aangeduide paden te bevinden.
Artikel 5.4.2, derde en vierde lid bepaalt dat het verbod niet geldt voor o.a bestuurders van paarden ten dienst van hulpverleningsdiensten, in verband met beheer, onderhoud en exploitatie van het recreatiegebied.. enz.
De ruiterpaden zijn ter plaatse aangegeven.
Op grond van artikel 2.4.12, eerste lid, onder a APV kunnen burgemeester en wethouders voor publiek toegankelijke plaatsen aanwijzen, waar het de eigenaar of een houder van een hond verboden is die hond te laten verblijven of te laten lopen.
Op grond van artikel 2.4.10a APV is het verboden fietsen of bromfietsen onbeheerd buiten de door burgemeester en wethouders aangewezen en daarvoor bestemde ruimten of plaatsen te laten staan.
Op grond van artikel 5.4.2 APV is het verboden zich met een motorvoertuig, bromfiets of fiets buiten de in de door burgemeester en wethouders aangewezen plaatsen te bevinden. Voor de duidelijkheid zijn de van toepassing zijnde uitzonderingsgevallen van artikel 5.4.2 APV in het voorschrift opgenomen.
Op de bijgevoegde plattegrond zijn de parkeer- en stallingsgelegenheden voor motorvoertuigen, bromfietsen en fietsen aangegeven.
De strekking van deze regel is dat vissen, surfen en het gebruik van allerlei vaartuigen niet is toegestaan.
Deze regel is opgenomen vanuit de motieven openbare orde en voorkomen van schade, met name de overlast van groepen jongeren die ‘s avonds en ‘s nachts een bezoek aan het recreatiegebied brengen.
De basis van dit voorschrift is te vinden in artikel 2.1.6.11 APV. Het geeft aan dat de veiligheid van personen die zich op het ijs bevinden niet in gevaar mag worden gebracht.
In bijzondere omstandigheden kan van één of meer gestelde verboden worden afgeweken, bijvoorbeeld bij evenementen.