Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Cromstrijen

Categorieen van gevallen waarvoor geen verklaring van bedenkingen is vereist (2017)

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieCromstrijen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingCategorieen van gevallen waarvoor geen verklaring van bedenkingen is vereist (2017)
CiteertitelCategorieen van gevallen waarvoor geen verklaring van bedenkingen is vereist (2017)
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, artkel 6.5 Besluit omgevingsrecht

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

20-05-201701-01-2021Nieuwe regeling

09-05-2017

Het Kompas, d.d. 19 mei 2017

Z.06650/ADV-B&W-17-00528

Tekst van de regeling

Intitulé

Categorieen van gevallen waarvoor geen verklaring van bedenkingen is vereist (2017)

 

 

 

Categorieën van gevallen waarin geen verklaring van geen bedenkingen als bedoeld in artikel 6.5, derde lid van het Besluit omgevingsrecht is vereist voor het verlenen van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.12, eerste lid onder a, sub 3 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo).

Inleiding

Deze lijst behoort bij het raadsbesluit van 9 mei 2017 inhoudende de aanwijzing van categorieën van gevallen waarin de “verklaring van geen bedenkingen” van de raad niet vereist is.

Indien een initiatief in strijd is met een goede ruimtelijke ordening en/of hogere wet- en regelgeving kan er geen omgevingsvergunning worden verleend.

Categorieën

De “verklaring van geen bedenkingen” is niet vereist voor de onderstaande categorieën van gevallen.

Artikel 1 Weigering van de omgevingsvergunning

In de volgende (categorieën van gevallen is geen verklaring van geen bedenkingen van de raad vereist, zoals bedoeld in artikel 6.5, lid 3 van het Bor bij het weigeren van een omgevingsvergunning:

  • a.

    Indien de aangevraagde activiteit niet past binnen de (wettelijke) kaders en door het college wordt geweigerd om toepassing te geven aan artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3 van de Wabo;

  • b.

    Indien reeds op voorhand duidelijk is dat de aanvraag om omgevingsvergunning op andere gronden dan planologische moet worden geweigerd.

Artikel 2 Verlening van de omgevingsvergunning

In de volgende (categorieën) van gevallen is geen verklaring van geen bedenkingen van de raad vereist, zoals bedoeld in artikel 6.5, lid 3 van het Bor bij de verlening van een omgevingsvergunning:

  • a.

    Wonen

    • -

      Indien er sprake is van realisering van woningbouw, mits de toename van het aantal woningen niet meer dan tien woningen bedraagt en passend is binnen het (regionale) woningbouwprogramma danwel binnen de aan het college bij machtiging gegeven bevoegdheid voor het programmeren van naar het oordeel van het college kansrijke projecten.

    • -

      Het vergroten van een reeds bestaande en/of in een bestemmingsplan opgenomen woning en bijgebouwen.

    • -

      Het wijzigen, vergroten en/of verplaatsen van bouwvlakken inclusief het aanpassen van woningtypologie.

  • b.

    Functiewijzigingen

    • -

      Het wijzigen van de functie van bestaande opstallen met bijbehorende gronden en de daaruit voortkomende in- en uitpandige bouwactiviteiten, binnen en buiten de bebouwde kom, mits de oppervlakte niet groter wordt dan 1.500 m2 en het aantal woningen hierdoor niet toeneemt met meer dan tien woningen.

  • c.

    Maatschappelijke voorzieningen

    • -

      Projecten bij of voor maatschappelijke, culturele- en sportvoorzieningen waarbij de toename van het bebouwd oppervlak maximaal 20% bedraagt ten opzichte van het maximaal planologisch toegestane.

  • d.

    Infrastructuur

    • -

      Het veranderen van bestaande en het realiseren van nieuwe parkeer-, fiets- en groenvoorzieningen, inclusief de bij die functie bijbehorende bouwwerken, geen gebouwen zijnde, en voorzieningen.

    • -

      Projecten voor openbare nutsvoorzieningen, voorzieningen voor het openbaar vervoer of het wegverkeer.

  • e.

    Bedrijvigheid/werken/horeca/detailhandel

    • -

      Projecten ten behoeve van nieuwvestiging danwel wijziging van kleinschalige werkfuncties behorende tot milieucategorie 1 en 2 (VNG bedrijven en milieuzonering).

    • -

      Projecten ten behoeve van nieuwvestiging danwel wijziging van bedrijfsfuncties op een als zodanig bestemd bedrijventerrein.

    • -

      Projecten ten behoeve van nieuwvestiging danwel wijziging van bedrijfsfuncties buiten een als zodanig bestemd bedrijventerrein waarbij de toename past binnen de daartoe opgenomen bepalingen in de provinciale verordening.

  • f.

    Windturbines

    • -

      Projecten voor realisatie van windturbines passend binnen de daartoe opgenomen bepalingen in de provinciale verordening.

  • g.

    Agrarische bedrijven

    • -

      Projecten voor nieuwvestiging, uitbreiding en wijziging van grondgebonden agrarische bedrijven.

  • h.

    Niet agrarische nevenactiviteiten

    • -

      Het realiseren van niet-agrarische nevenactiviteiten bij agrarische bedrijvigheid.

Artikel 3 Algemeen

  • a.

    In het geval er wél een verklaring van geen bedenkingen dient te worden verleend, omdat sprake is van een project dat niet onder de in dit besluit benoemde categorieën valt, en er door belanghebbenden over de ontwerpverklaring geen zienswijzen zijn ingediend, wordt deze geacht definitief te zijn. Indien er wel zienswijzen worden ingediend, zal het college deze behandelen en de raad hierover voorafgaand aan verlening c.q. weigering van de vergunning informeren.

  • b.

    Het college kan, indien een ontwikkeling naar het oordeel van het college politiek (zeer) gevoelig is, besluiten om in weerwil van de aangewezen categorieën het project toch voor te leggen aan de raad voor een individuele verklaring van geen bedenkingen.

  • c.

    De raad wordt vooraf door het college geïnformeerd over het gebruik maken van dit besluit door het college.

  • d.

    Voor ondergeschikte wijzigingen in een project waarvoor reeds een verklaring van geen bedenkingen is gegeven, behoeft niet opnieuw een verklaring van geen bedenkingen te worden afgegeven.

Toelichting

Elk initiatief wordt onderworpen aan een eigenstandige beoordeling. Het feit dat een initiatief past binnen één van de categorieën impliceert niet dat er medewerking wordt verleend. Een initiatief dient ruimtelijk aanvaardbaar te worden geacht en voorzien te zijn van een goede ruimtelijke onderbouwing waarbij tevens de uitvoerbaarheid verzekerd dient te zijn.