Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Nijmegen

Beleidsregels stadionomgevingsverboden 2015

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieNijmegen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregels stadionomgevingsverboden 2015
CiteertitelBeleidsregels stadionomgevingsverboden 2015
Vastgesteld doorburgemeester
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Artikel 2.2.11 van de Algemene Plaatselijke Verordening, artikelen 10:4, 10:6 en 10:9 van de Algemene wet bestuursrecht;

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

28-01-2015Onbekend

26-01-2015

Gemeenteblad 2015/021

nvt

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregels stadionomgevingsverboden 2015

 

 

Betreft:

Wijziging in het besluit tot aanwijzing wegen en uren op grond van artikel 2.2.11. APV, mandaat aan de politie en gebruiksinstructies voor dit mandaat, te weten: tekstuele wijzigingen.

De burgemeester van de gemeente Nijmegen

Gelet op

Artikel 2.2.11 van de Algemene Plaatselijke Verordening, artikelen 10:4, 10:6 en 10:9 van de Algemene wet bestuursrecht;

Besluit

  • I.

    Gewijzigd vast te stellen de ‘beleidsregels stadionomgevingsverboden’;

  • II.

    Aan de Hulpofficieren van Justitie van de politie-eenheid Oost Nederland, district Gelderland-Zuid, de bevoegdheid te verlenen om de in artikel 2.2.11 van de APV aan de burgemeester toegekende bevoegdheid tot het opleggen van een stadionomgevingsverbod namens de burgemeester in mandaat uit te voeren, onder de voorwaarde van een jaarlijkse rapportage over de uitoefening van die bevoegdheid;

  • III.

    De inwerkingtreding te bepalen op de dag na bekendmaking;

  • IV.

    Het besluit van 28 november 2007 (beleidsregels stadionomgevingsverboden 2008) in te trekken.

     

Beleidsregels Stadionomgevingsverbod

 

1.Algemeen

Op grond van artikel 2.2.11 van de APV kan de burgemeester in het belang van de openbareorde aan een persoon het bevel geven zich niet op te houden in de omgeving vanhet Goffertstadion vanaf 4 uur voor het vastgestelde aanvangstijdstip tot 4 uur na afloop vanvoetbalwedstrijden. Het verbod geldt voor een bepaalde periode en is niet langer dan tweejaar.

Indien een persoon de openbare orde

  • 1.

    in een stadion van een Nederlandse betaald voetbalvereniging, of

  • 2.

    in de omgeving van een dergelijk stadion heeft verstoord, of

  • 3.

    bij een onder auspiciën van de UEFA georganiseerde uitwedstrijd van NEC de orde heeft verstoord, en

  • 4.

    daarvoor een privaatrechtelijk stadionverbod van de KNVB heeft gekregen

krijgt deze persoon, indien aan de onderstaande voorwaarden daarvoor is voldaan, tevens een bestuursrechtelijk stadionomgevingsverbod binnen de gemeente Nijmegen opgelegd.

Het bevel kan ook worden opgelegd aan een persoon aan wie een strafrechtelijk stadionverbod is opgelegd. Indien er een stadionomgevingsverbod wordt opgelegd als aanvulling op een strafrechtelijk stadionverbod of wegens verstoring van de openbare orde zonder dat dit heeft geleid tot het opleggen van een (privaatrechtelijk dan wel strafrechtelijk) stadionverbod, zullen bij het opleggen van een stadionomgevingsverbod deze beleidsregels analoog worden toegepast.

 

2.Gebied

Het gebied waarvoor een stadionomgevingsverbod wordt opgelegd wordt omsloten door: Hatertseweg - Weg door Jonkerbos - Tarweweg - Nieuwe Dukenburgse weg - Muntweg - Wezenlaan - Slotemaker de Bruïneweg.

Ten aanzien van bovengenoemde wegen geldt dat deze wegen zelf geen deel uitmaken van het gebied waarvoor het stadiongebied van toepassing is.

 

3.Gedragingen en termijnen stadionomgevingsverbod

Of naast een stadionverbod tevens een stadionomgevingsverbod wordt opgelegd hangt afvan de ernst van de gedraging en de (verwachte) impact van de gedraging op de openbare orde. Er worden door de burgemeester enkel stadionomgevingsverboden opgelegd naar aanleiding van gedragingen die een mogelijk effect op de openbare orde kunnen (gaan) hebben. Voor de overige gedragingen wordt in principe geen stadionomgevingsverbod opgelegd.

Wanneer een stadionomgevingsverbod wordt opgelegd correspondeert de duur van het verbod met de duur van het stadionverbod volgens de richtlijn Termijn Stadionverbod KNVB, met als maximum een duur van 24 maanden.

Wanneer door de KNVB of NEC wordt besloten tot oplegging van een voorwaardelijk stadionverbod wordt daarbij aansluitend eveneens een voorwaardelijk stadionomgevingsverbod opgelegd.

In onderstaand schema wordt weergegeven wanneer en voor hoelang er een stadion- (afgekort SV) en een stadionomgevingsverbod (afgekort SOV) wordt opgelegd.

Gedraging

Maanden SV

Maanden SOV

Overtreding van de wet ID

3 voorwaardelijk

-

Opgeven valse naam

3

-

Overtreding APV

9

9

Poging tot brandstichting met geringe gevaarzetting

9

9

Niet voldoen aan een bevel of vordering van personen die belast zijn met de kaartcontrole en/of het handhaven van de orde, waaronder politie en stewards

9

9

Valsheid in geschrift

9

-

Beledigen en/of kwetsen van personen

9

-

Diefstal of verduistering

9

-

Baldadigheid/provocatie

9

9

Openbare dronkenschap in of rond het stadion

9

9

Overtreding van de Opiumwet

9

9

(Geringe) vernieling of beschadiging

9

9

Overtredingen van de KNVB standaardvoorwaarden niet nader en/of afzonderlijk genoemd in deze richtlijn

Afhankelijk van de overtreding 9 tot 24 maanden

-

Niet voldoen aan verplichte combiregeling

12

-

Poging tot binnendringen van het stadion

12

-

Schaden van het aanzien en/of belang van het voetbal

12

-

Gooien van voorwerpen en/of vloeistoffen

Afhankelijk van het feit en/of de gevolgen: 12 tot 24

-

Aanbieden/verkopen van toegangskaarten

18

-

Bezit of verkoop van illegale kaarten

18

-

Opruiing

18

18

Huisvredebreuk/lokaalvredebreuk buiten het stadion (stadionterrein en omgeving)

18

18

Brandstichting met geringe gevaarzetting

18

18

Wederspannigheid

18

18

Eenvoudige mishandeling

18

18

Overtreding van de Wet Wapens en Munitie

18

18

Openlijke geweldpleging

Afhankelijk van de omschrijving en/of de gevolgen: 18 tot 36

gelijk aan het Sv, met een maximum van 2 jaar

Voorhanden hebben en/of afsteken van vuurwerk

18

18

Belediging groep c.q. verpreiding discriminatoire uitlatingen

24

24

(Ernstige) vernieling of beschadiging

24

24

Poging tot brandstichting met ernstige gevaarzetting

36

24

Poging zware mishandeling

36

24

Bedreiging

36

24

Huisvredebreuk/lokalvredebreuk in het stadion

36

-

Binnendringen van het stadion met geweld

48

24

Betreden van het speelveld (erfvredebreuk)

60

-

Vernieling met ernstige gevolgen

60

24

Afsteken van een vuurwerkbom

60

24

Mishandeling met zwaar lichamelijk letsel ten gevolge c.q. zware mishandeling

60

24

Brandstichting met ernstige gevaarzetting

60

24

Poging doodslag

60

24

Deelneming aan een aanval of een vechterij

60

24

Mishandeling met de dood ten gevolg

240 (20 jaar)

24

Doodslag

240 (20 jaar)

24

Deelneming aan aanval of vechterij de dood ten gevolge

240 (20 jaar)

24

4.Regels met betrekking tot uitoefening van de bevoegdheid in mandaat

De politie is belast met de actieve handhaving van het stadionomgevingsverbod. De uitoefening van het mandaat is strikt gebonden aan de onderstaande uitvoeringsregels.

 

Ten aanzien van de voorbereiding van het besluit geldt:

  • ·

    De gemandateerde onderzoekt of de feiten op grond waarvan de KNVB het stadionverbod heeft opgelegd voldoende aannemelijk zijn om ook een stadionomgevingsverbod voor op te kunnen leggen.

  • ·

    De gemandateerde maakt het voornemen tot het opleggen van het stadionomgevingsverbod schriftelijk bekend aan de persoon aan wie het verbod wordt opgelegd.

  • ·

    De persoon aan wie het voornemen tot het opleggen van het stadionomgevingsverbod wordt bekendgemaakt wordt in de gelegenheid gesteld binnen twee weken zijn of haar zienswijze naar voren te brengen Het uitbrengen van de zienswijze kan schriftelijk of mondeling gebeuren.

  • ·

    Indien de zienswijzen naar het oordeel van gemandateerde leiden tot nieuwe feiten of inzichten die tot heroverweging van het voornemen tot oplegging van het stadionverbod zouden moeten leiden, treedt gemandateerde in overleg met de Afdeling Veiligheid van de gemeente Nijmegen.

     

Ten aanzien van het besluit tot oplegging van het stadionomgevingsverbod geldt:

  • ·

    Indien de zienswijzen geen nieuwe feiten of inzichten opleveren die die er toe moeten leiden dat er geen stadionomgevingsverbod zou moeten worden opgelegd, wordt het stadionomgevingsverbod opgelegd.

  • ·

    Het stadionomgevingsverbod wordt persoonlijk en schriftelijk aan de betreffende persoon bekendgemaakt.

  • ·

    Binnen twaalf weken na oplegging van het stadionverbod wordt het stadionomgevingsverbod opgelegd.

  • ·

    In de beschikking wordt duidelijk aangegeven voor welk tijdvak het stadionomgevingsverbod geldt en op grond van welke feiten een stadionomgevingsverbod wordt opgelegd.

  • ·

    Een stadionomgevingsverbod duurt maximaal twee jaren (24 maanden) maar nooit langer dan het stadionverbod dat door de KNVB ten aanzien van dezelfde gedraging is opgelegd.

  • ·

    Indien een stadionverbod opgelegd door de KNVB eerder wordt beëindigd, heroverweegt de burgemeester het nut en de noodzaak van het door hem opgelegde stadionomgevingsverbod.

  • ·

    Een stadionomgevingsverbod geldt voor een bepaalde termijn en derhalve voor alle wedstrijden, ongeacht het risicoprofiel van die wedstrijden, in dat tijdvak.

     

De burgemeester van Nijmegen,

drs. H.M.F. Bruls

 

Datum: 26 januari 2015