Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Nijmegen

Reglement van Orde commissie Beeldkwaliteit

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieNijmegen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingReglement van Orde commissie Beeldkwaliteit
CiteertitelReglement van Orde commissie Beeldkwaliteit
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Gelet op: de artikelen 1, eerste lid onder n, 8, zesde lid, 12, 12a, 12b, 12c van de Woningwet, hoofdstuk 9 van de Nijmeegse Bouwverordening;
  2. Gelet op: artikel 15 van de Monumentenwet 1988 en de Nijmeegse Monumentenverordening 2010;
  3. Gelet op: artikel 84, eerste lid van de Gemeentewet ;

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

05-02-2015Onbekend

28-01-2015

Gemeenteblad 2015/029

Radsvoorstel nr. 009/2015

Tekst van de regeling

Intitulé

Reglement van Orde commissie Beeldkwaliteit

De Raad van de Gemeente Nijmegen,

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 13 januari 2015.

Gelet op: de artikelen 1, eerste lid onder n, 8, zesde lid, 12, 12a, 12b, 12c van de Woningwet, hoofdstuk 9 van de Nijmeegse Bouwverordening;

Gelet op: artikel 15 van de Monumentenwet 1988 en de

Nijmeegse Monumentenverordening 2010;

Gelet op: artikel 84, eerste lid van de Gemeentewet ;

Besluit:

 

  • 1.

    In te trekken het Reglement van Orde commissie Beeldkwaliteit (GB2012-041);

  • 2.

    Vast te stellen het navolgende Reglement van Orde commissie Beeldkwaliteit.

  • Hoofdstuk 1 begripsbepalingen

     

    Artikel 1.1

    1.Welstandsadvies: Het advies dat betrekking heeft op de welstandsaspecten van een aanvraag voor omgevingsvergunning voor het bouwen van een bouwwerk als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid onder a van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht of van een reclameactiviteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid onder h en i van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

    Monumentenadvies: Het advies dat betrekking heeft op aanvragen voor vergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid onder f van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en artikel 2.2, eerste lid onder b en artikel 2.2, lid 2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en het uitbrengen van advies inzake aanwijzing of intrekking aanwijzing als beschermd gemeentelijk monument, gemeentelijk bouwhistorisch monument, stadsbeeld, stadsbeeldobject en identiteitsbepalend object.

    Cultuurhistorisch advies: Het advies dat betrekking heeft op de vraag of door het verlenen van een omgevingsvergunning cultuurhistorische waarden (kunnen) worden aangetast en welke voorschriften, ter bescherming van de cultuurhistorische waarden, aan de omgevingsvergunning moeten worden verbonden.

    • 2.

      De commissie: de commissie Beeldkwaliteit.

    • 3.

      Als de commissie welstandsadvies en/of monumentenadvies en/of cultuurhistorisch advies uitbrengt als bedoeld in dit Reglement, fungeert de commissie als welstandscommissie als bedoeld in artikel 6.2, eerste lid van het Besluit omgevingsrecht respectievelijk als commissie op het gebied van de monumentenzorg als bedoeld in artikel 15 van de Monumentenwet 1988 jo. artikel 1, eerste lid van de Monumentenverordening 2010respectievelijk als commissie als bedoeld in artikel 84, eerste lid van de Gemeentewet.

    • 4.

      Dit Reglement van Orde behoort bij en maakt onderdeel uit van de Nijmeegse Bouwverordening uitsluitend indien en voor zover hierin de samenstelling, inrichting en werkwijze van de welstandscommissie is geregeld.

       

    Hoofdstuk 2 Decommissie Beeldkwaliteit

     

    Artikel 2.1 Taakomschrijving

    De commissie heeft tot taak op verzoek van Burgemeester en Wethouders of uit eigen beweging:

    • a.

      Welstandsadvies uit te brengen aan burgemeester en wethouders over aanvragen voor omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid onder a, artikel 2.2, eerste lid onder h en i van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, tenzij burgemeester en wethouders van oordeel zijn dat voor reclameactiviteiten geen welstandsadvies van de commissie noodzakelijk is. De commissie baseert haar advies over bouw- en reclameactiviteiten op de in de welstandsnota genoemde welstandscriteria.

    • b.

      Monumentenadvies uit te brengen aan burgemeester en wethouders over aanvragen voor omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid onder f, artikel 2.2, eerste lid onder b en artikel 2.2, lid 2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

    • c.

      Monumentenadvies uit te brengen aan burgemeester en wethouders over voorstellen voor aanwijzing of intrekking daarvan als beschermd gemeentelijk monument, gemeentelijk bouwhistorisch monument, stadsbeeld, stadsbeeldobject en identiteitsbepalend object.

    • d.

      Cultuurhistorisch advies uit te brengen aan burgemeester en wethouders over de vraag of door het verlenen van een omgevingsvergunning cultuurhistorische waarden (kunnen) worden aangetast en welke voorschriften, ter bescherming van de cultuurhistorische waarden, aan de omgevingsvergunning moeten worden verbonden.

       

    Artikel 2.2 Samenstelling en besluitvorming

    • 1.

      De commissie bestaat uit een voorzitter en vijf andere leden, die deskundig zijn op het gebied van dan wel affiniteit hebben met architectuur, ruimtelijke kwaliteit en cultuurhistorie.

    • 2.

      Als de voorzitter afwezig is, wijzen de zitting hebbende leden uit hun midden een plaatsvervangend voorzitter aan.

    • 3.

      De leden van de commissie, behoudens de voorzitter, hebben stemrecht. De adviezen worden uitgebracht bij meerderheid van stemmen. Als er een plaatsvervangend voorzitter is aangewezen heeft deze geen stemrecht. Als de stemmen staken, wordt een verdeeld advies uitgebracht.

    • 4.

      De commissie kan slechts adviezen uitbrengen indien, naast de voorzitter of plaatsvervangend voorzitter, ten minste de drie van de zitting hebbende stemgerechtigde leden aanwezig zijn.

    • 5.

      De voorzitter en andere leden van de commissie zijn onafhankelijk van het gemeentebestuur.

    • 6.

      De commissie wordt bijgestaan door een secretaris of diens plaatsvervanger(s).

       

    Artikel 2.3 Benoeming en zittingsduur

    • 1.

      De voorzitter en de andere leden van de commissie worden op voorstel van Burgemeester en Wethouders benoemd en ontslagen door de gemeenteraad voor zover het betreft de uitoefening van de welstandsadviestaak.

    • 2.

      De voorzitter en de andere leden van de commissie worden door Burgemeester en Wethouders benoemd en ontslagen voor zover het betreft de uitoefening van de andere adviestaken van de commissie.

    • 3.

      De voorzitter en de andere leden van de commissie kunnen ten hoogste voor een termijn van drie jaar worden benoemd. Zij kunnen eenmaal worden herbenoemd voor een periode van ten hoogste drie jaar.

       

    Hoofdstuk 3

     

    Artikel 3.1 Werkwijze

    De commissie regelt zelf haar wijze van werken, zulks met inachtneming van de bepalingen van dit Reglement.

     

    Artikel 3.2 Subcommissies

    • 1.

      De commissie is bevoegd uit haar midden subcommissies in te stellen.

    • 2.

      De voorzitter is geen lid van een subcommissie.

    • 3.

      Het bepaalde in dit Reglement over de werkwijze en de bevoegdheden van de commissie is van overeenkomstige toepassing op elk van haar subcommissies, met dien verstande dat de voorschriften inzake voorzitter en plaatsvervangend voorzitter niet van toepassing zijn.

    Artikel 3.3 Openbaarheid van vergaderen en mondelinge toelichting

    • 1.

      De behandeling van vergunningsaanvragen door of onder verantwoordelijkheid van de commissie is openbaar. Ook openbaar is het adviseren over voorstellen voor aanwijzing (en intrekking aanwijzing) van beschermde gemeentelijke monumenten, gemeentelijke bouwhistorische monumenten, stadsbeelden, stadsbeeldobjecten, identiteitsbepalende objecten en opname in het gemeentelijk monumentenregister. Het openbaar deel van de vergadering, wordt tijdig bekendgemaakt in een van overheidswege uitgegeven blad of een dag-, nieuws- of huis-aan-huisblad, dan wel op een andere geschikte wijze. Indien Burgemeester en Wethouders – al dan niet op verzoek van de aanvrager – een verzoek doen tot niet-openbare behandeling, dan dienen Burgemeester en Wethouders daaraan klemmende redenen op grond van artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur ten grondslag te leggen. De openbaarheid geldt zowel voor de beraadslagingen, de beoordeling als de adviezen.

    • 2.

      Indien de aanvrager van een vergunning als bedoeld in het vorige lid hierom heeft verzocht, wordt deze door of namens de commissie in staat gesteld tot het geven van een toelichting op de aanvraag.

    • 3.

      In het geval dat de aanvraag als bedoeld in artikel 3.3, eerste lid van dit Reglement in de vergadering van de commissie wordt behandeld en een verzoek tot het geven van een toelichting is gedaan, dient de aanvrager van de vergunning een uitnodiging te ontvangen voor de vergadering van de commissie waarin de aanvraag wordt behandeld.

    • 4.

      Belanghebbenden, niet zijnde de aanvrager, bij aanvragen als bedoeld in artikel 3.3, eerste lid van dit Reglement hebben geen spreekrecht.

    • 5.

      Het bovenstaande is ook van toepassing op de behandeling van vergunningsaanvragen onder verantwoordelijkheid van de commissie.

       

    Artikel 3.4 Afdoening onder verantwoordelijkheid

    • 1.

      De commissie kan de advisering over een aanvraag om advies, in afwijking van artikel 2.2, onder verantwoordelijkheid van de commissie overlaten aan een of meerdere daartoe aangewezen leden. Het aangewezen lid of de aangewezen leden adviseren over aanvragen waarvan volgens hen het oordeel van de commissie als bekend mag worden verondersteld.

    • 2.

      In geval van twijfel wordt de aanvraag alsnog voorgelegd aan de commissie.

       

    Artikel 3.5 Vorm waarin het advies wordt uitgebracht

    • 1.

      De commissie adviseert en motiveert haar advies schriftelijk.

    • 2.

      Zodra het advies wordt uitgebracht en betrekking heeft op een aanvraag om vergunning als bedoeld in artikel 3.3, eerste lid van dit Reglement wordt het door of namens Burgemeester en Wethouders gevoegd bij die aanvraag.

    • 3.

      De adviezen van de commissie worden ondertekend door de secretaris (of diens plaatsvervanger).

       

    Artikel 3.6 Termijn van advisering

    • 1.

      De commissie brengt het advies over een aanvraag om omgevingsvergunning uit binnen drie weken nadat door of namens Burgemeester en Wethouders daarom is verzocht.

    • 2.

      Burgemeester en Wethouders kunnen in hun verzoek om advies de commissie een kortere of langere termijn, dan genoemd in het eerste lid van dit artikel, geven voor het uitbrengen van het advies.

       

    Artikel 3.7 Niet betrokken zijn bij plan

    De voorzitter of andere leden die als opdrachtgever, ontwerper of anderszins bij een door de commissie te beoordelen plan betrokken zijn, onthouden zich van medewerking aan de beoordeling daarvan en zijn niet betrokken bij de beraadslaging, beoordeling en advisering over het plan.

     

    Artikel 3.8 Jaarlijkse verantwoording

    De commissie stelt jaarlijks een verslag op van haar werkzaamheden voor de gemeenteraad, waarin ten minste aan de orde komen:

    • -

      op welke wijze toepassing is gegeven aan de welstandscriteria in de welstandsnota;

    • -

      de werkwijze van de commissie;

    • -

      op welke wijze uitwerking is gegeven aan de openbaarheid van vergaderen;

    • -

      de aard van de beoordeelde plannen;

    • -

      de bijzondere projecten.

    In het jaarverslag kunnen aanbevelingen worden gedaan ten aanzien van het gemeentelijk ruimtelijk en visuele kwaliteitsbeleid in het algemeen en de aanpassing van de gemeentelijke welstandsnota in het bijzonder.

     

    Artikel 3.9 Honorering en onkostenvergoeding

    Op de vergoeding voor het bijwonen van de vergaderingen van de commissie is de Verordening geldelijke voorzieningen commissieleden (1996) van toepassing.

     

    Artikel 3.10 Citeertitel

    Dit Reglement kan worden aangehaald als Reglement van Orde commissie Beeldkwaliteit.

     

    Vastgesteld door de raad van de gemeente Nijmegen in zijn openbare vergadering van 28 januari 2015.

     

    De raadsgriffier,

    Mevrouw drs. M.M.V. Mientjes

    De voorzitter,

    drs. H.M.F. Bruls