Organisatie | Drimmelen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening cliëntenparticipatie Sociale Zekerheid 2010, gemeente Drimmelen |
Citeertitel | Verordening cliëntenparticipatie Sociale Zekerheid 2010, gemeente Drimmelen |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
26-08-2010 | 01-07-2010 | 01-01-2015 | Nieuwe regeling | 01-07-2010 't Carillon, 29-07-2010 | Onbekend |
De raad van de gemeente Drimmelen;
gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 4 mei 2010;
gelet op artikel 47 van de Wet werk en bijstand, artikel 42 van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers, artikel 42 van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen, artikel 2, lid 3 van de Wet sociale werkvoorziening, artikel 12, lid 1 onderdeel d en lid 2 van de Wet investeren in jongeren en artikel 150 van de Gemeentewet;
overwegende dat het noodzakelijk is om cliëntenparticipatie in het kader van de Wet werk en bijstand, de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers, de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen de Wet sociale werkvoorziening en de Wet investeren in jongeren bij verordening te regelen;
Hoofdstuk 2 Van het Platform Sociale Zaken
Artikel 2 Platform Sociale Zaken
Er is een Platform Sociale Zaken om gestalte te geven aan de wettelijke verplichting van cliëntenparticipatie. Dit Platform Sociale Zaken voorziet in cliëntenparticipatie waar dit wettelijk is voorgeschreven en wordt binnen gemeente Drimmelen als één Platform ingezet op het gebied van WWB, Wsw, IOAW, IOAZ en WIJ.
Het platform Sociale Zaken bevordert de totstandkoming van een integraal en evenwichtig beleid met betrekking tot de beleidsterreinen WWB (inclusief minimabeleid), Wsw, IOAW, IOAZ en WIJ en geeft hiertoe gevraagd en ongevraagd advies aan het college van burgemeester en wethouders. Het Platform Sociale Zaken bevordert de totstandkoming van een integraal en evenwichtig beleid.
Leden van het platform Sociale Zaken worden geselecteerd uit cliënten en belangenorganisaties die binnen gemeente Drimmelen werkzaam zijn en op basis van de maatschappelijke participatie bindingen hebben met cliënten; het is aan het Platform Sociale Zaken om belangenorganisaties uit te nodigen tot deelname in het Platform Sociale Zaken.
De leden van het Platform Sociale Zaken mogen geen lid zijn van de Ondernemingsraad van WAVA!GO of andere sociale werkvoorzieningschappen/gemeenten, geen lid zijn van andere gemeentelijke commissies, geen lid zijn van van de gemeenteraad en geen ambtenaar bij de afdeling of werkzaam zijn bij een adviseur van de gemeente op de betreffende beleidsterreinen.
Hoofdstuk 3 Overige bepalingen
Het college zorgt er voor dat het platform Sociale Zaken kan beschikken over de middelen die noodzakelijk zijn om de in deze verordening geformuleerde taken te kunnen uitvoeren. Voorts heeft het college de bevoegdheid tot het vaststellen van een vergoeding ten behoeve van de voorzitter en de leden van het Platform Sociale Zaken.
Het college is bevoegd om nadere regels te stellen met betrekking tot de uitvoering van deze verordening.
Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 1 juli 2010
drs. G.L.C.M. de Kok, voorzitter
mr. M.J.N. Schetters-Schuurbiers, griffier
Binnen verschillende sociale zekerheidsregelingen, waarvan de uitvoering is opgedragen aan de gemeente, wordt er belang gehecht aan de vormgeving van cliëntenparticipatie. Dit belang wordt ook groter naarmate de gemeente meer beleidsvrijheid krijgt. Om deze redenen heeft de wetgever in een aantal sociale zekerheidsregelingen de verplichting opgelegd dat de gemeente bij verordening regels stelt over de wijze waarop cliëntenparticipatie plaatsvindt. Een dergelijke bepaling is opgenomen in de Wet werk en bijstand (WWB), de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW), de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ) de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) en sinds 1 oktober 2009 de Wet investeren in Jongeren (WIJ).
In de WWB is in artikel 47 de volgende bepaling over cliëntenparticipatie opgenomen.
De gemeenteraad stelt bij verordening regels over de wijze waarop de personen, bedoeld in artikel 7, eerste lid, of hun vertegenwoordigers worden betrokken bij de uitvoering van deze wet, waarbij in ieder geval wordt geregeld de wijze waarop:
In zowel de IOAW als de IOAZ is in artikel 42 de volgende bepaling opgenomen.
Het college draagt zorg voor de realisatie en vormgeving van cliëntenparticipatie bij de uitvoering van de wet, met inachtneming van artikel 150 van de Gemeentewet.
In artikel 2, lid 3 van de Wsw is het volgende vastgelegd.
De gemeenteraad stelt bij verordening regels over de wijze waarop de ingezetenen die geïndiceerd zijn of hun vertegenwoordigers worden betrokken bij de uitvoering van deze wet, waarbij in ieder geval wordt geregeld de wijze waarop:
Tenslotte is in artikel 12 van de WIJ vastgelegd:
In deze verordening wordt vormgegeven aan cliëntenparticipatie ten aanzien van de hierboven genoemde wetten.
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
Er is voor gekozen om begrippen die al zijn omschreven in de in de aanhef van deze verordening genoemde wetten en de Algemene wet bestuursrecht (Awb) niet afzonderlijk te definiëren in deze verordening. Dit voorkomt dat in geval van wijziging van betreffende definities in genoemde wetten ook de verordening moet worden gewijzigd.
De begrippen die niet zijn omschreven in bovengenoemde wetten of die verduidelijkt moeten worden, zijn in het tweede lid omschreven.
Hoofdstuk 2 Van het Platform Sociale Zaken
Artikel 2 Platform Sociale Zaken
Dit artikel behelst een globale omschrijving van het doel van cliëntenparticipatie en omarmt de gedachte dat cliëntenparticipatie onmisbaar is in een uitvoering van de beleidsgebieden waarin de cliënt centraal staat.
Dit artikel bepaalt de reikwijdte van de taken en bevoegdheden die aan het Platform Sociale Zaken zijn toebedeeld. Het Platform wordt een rol gegeven bij de bevordering van een integraal en evenwichtig beleid.
Naast een adviserende taak wat betreft de algemene werkzaamheden en dienstverlening van de afdeling Maatschappelijke Aangelegenheden, heeft het Platform Sociale Zaken ook recht van initiatief op dit terrein.
Dit artikel regelt in grote lijnen het aantal aanwezigen tijdens het overleg tussen de vertegenwoordiging van het college en het Platform Sociale Zaken, staat een zeker evenwicht voor in de vertegenwoordiging van alle cliënten en belangenorganisaties en maatschappelijke organisaties en deelt een aantal functies toe aan de gemeentelijke vertegenwoordiging tijdens het overleg.
Dit artikel bepaalt, dat het Platform Sociale Zaken door de afvaardiging van een lid van het college in de vergaderingen van het Platform met betrekking tot het beleid overleg voert met het college. Het college is immers het bestuursorgaan dat is belast met de uitvoering van de in de in de aanhef van deze verordening genoemde wetten. In beginsel zal het college zich tijdens het overleg laten vertegenwoordigen door de portefeuillehouder sociale zaken.
Gekozen is voor toevoeging van een ambtelijk secretaris om redenen van faciliterende aard.
In dit artikel staat een aantal taken opgesomd die de voorzitter tijdens de vergaderingen van het Platform Sociale Zaken. Bij het staken van de stemmen heeft de voorzitter bij uitzondering stemrecht en is in deze situatie is zijn stem bepalend.
In dit artikel staat een aantal taken opgesomd die de ambtelijke secretaris vóór, tijdens en na het overleg van het Platform Sociale Zaken heeft.
Artikel 7 Benoeming en zittingsduur leden Platform Sociale Zaken
Het Platform kan haar eigen leden aanzoeken met toepassing van artikel 4.
Het eerste lid biedt een waarborg voor een minimale vergaderfrequentie van tweemaal per jaar van het Platform Sociale Zaken. Uiteraard is het mogelijk om extra vergaderingen uit te schrijven. Dit kan zowel op verzoek van het Platform Sociale Zaken als op verzoek van de gemeente.
Hoofdstuk 3 Overige bepalingen
Evenals de uitvoering van de in de in de aanhef van deze verordening genoemde wetten ligt de uitvoering van deze verordening bij het college.
Artikel 10 Verslaglegging overleg
Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.
Het college draagt kosteloos zorg voor alle faciliteiten om het overleg met het Platform Sociale Zaken naar behoren te laten verlopen. Hier wordt expliciet onder verstaan het beschikbaar stellen van een vergaderruimte en het kopiëren en verspreiden van noodzakelijke stukken. Verder draagt het college bij aan deskundigheidsbevordering onder de leden van het Platform Sociale Zaken. Daarbij kan gedacht worden aan periodieke instructies aan de leden c.q. deelnemende belangengroepen en maatschappelijke organisaties.
Thans wordt er geen vergoeding per vergadering aan de voorzitter en de leden van het Platform Sociale Zaken verstrekt. In de toekomst is het zeker niet uitgesloten, dat een dergelijke vergoeding noodzakelijk zal blijken te zijn in het kader van de continuïteit van het functioneren van het Platform Sociale Zaken. Het college krijgt met deze bepaling de bevoegdheid dit nader te regelen.
Het college is bevoegd om nadere regels te stellen met betrekking tot de uitvoering van deze verordening.
Deze verordening vervangt de verordening cliëntenparticipatie, die in juni 2008 is vastgesteld door de gemeenteraad. Deze verordening wordt hierbij dan ook ingetrokken.
Op grond van artikel 86 van de Wet Investeren in Jongeren loopt de overgangsperiode af per 1 juli 2010. Per die datum lopen ook de tijdelijke beleidsregels af op grond waarvan de bestaande verordeningen eveneens van toepassing zijn op jongeren. Een en ander betekent dat deze verordening uiterlijk op 1 juli 2010 in werking moet treden.