Organisatie | Sint Maarten |
---|---|
Organisatietype | Koninkrijksdeel |
Officiële naam regeling | Landsbesluit van de Regering van Sint Maarten houdende regels de uitvoering van artikel 4, vierde lid, van de Politieregeling Landsbesluit opleidingen ambtenaren van de immigratie |
Citeertitel | Landsbesluit opleidingen ambtenaren van de immigratie |
Vastgesteld door | Minister van Justitie |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp |
De oorspronkelijke regeling is gepubliceerd in P.B. 1998, no. 139. Zie www.overheid.nl voor de historie van deze regeling vóór 10-10-10 via lokale regelingen en uitgebreid zoeken onder v.m. Nederlandse Antillen, met als zoekdatum 09-10-2010.
artikel 4 lid 4 Politieregeling
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
03-03-2017 | 10-10-2010 | nieuwe regeling | 02-03-2017 AB 2017, GT nr. 20 | . |
De kosten verbonden aan de in dit landsbesluit, houdende algemene maatregelen, bedoelde opleidingen worden telkenmale door de minister vastgesteld.
De voorzitter, de secretaris en de leden van de commissie, bedoeld in artikel 43, en de gecommitteerden, bedoeld in artikel 47, genieten een door de minister in overleg met de Minister van Onderwijs, Cultuur, Jeugd en Sport vast te stellen vergoeding.
§ 2. Opleiding ter verkrijging van het diploma elementaire opleiding
De elementaire opleiding is er op gericht de ambtenaar van de immigratie voor te bereiden op het op de juiste wijze vervullen van zijn taak in de naar hun aard sterk uiteenlopende situaties die zich in het dagelijks werk voordoen.
Het leerplan en de tot het leerplan behorende opleidingen worden door het hoofd van de opleidingsschool ter vaststelling aan de korpschef voorgelegd.
Ten einde het juiste verloop van het opleidingsproces te volgen en de vorderingen van de leerlingen tijdens dit proces te beoordelen, wordt in de derde maand van de opleiding door de leiding van de opleidingsschool schriftelijke dan wel mondelinge tentamens afgenomen in de door de korpschef bepaalde vakken.
Hij is voor het in artikel 12, eerste lid, genoemde gedeelte C geslaagd als het totaal van de cijfers dat hij voor de tot dit gedeelte behorende vakken heeft behaald ten minste 42 bedraagt, met dien verstande, dat de cijfers die hij voor de onder e tot en met h genoemde vakken heeft behaald elk niet minder dan 6 en de cijfers die hij voor de overige tot dit gedeelte behorende vakken behaalde elk niet minder dan 5 bedragen.
De kandidaat, die voor elk van de in artikel 12, eerste lid, genoemde gedeelten is geslaagd, wordt geacht te zijn geslaagd voor het examen ter verkrijging van het diploma elementaire opleiding. Hij verkrijgt alsdan het diploma elementaire opleiding.
De kandidaat die niet heeft voldaan aan de in artikel 18 gestelde eisen, doch ten aanzien van wie het totaal van de door hem behaalde cijfers ten minste 89 bedraagt wordt in de gelegenheid gesteld om zo spoedig mogelijk, doch binnen 30 dagen na vaststelling van de uitslag, eenmalig in een of meer vakken herexamen af te leggen.
De bij het ingevolge artikel 19, eerste lid, gehouden herexamen toegekende cijfers treden in de plaats van de aanvankelijk behaalde cijfers, waarna de uitslag wordt herzien overeenkomstig artikel 17.
Met betrekking tot het in de artikelen 19 en 20 bedoelde herexamen is artikel 15, eerste en tweede lid, van overeenkomstige toepassing.
De kandidaat die, na een herexamen te hebben afgelegd, alsnog blijk heeft gegeven te hebben voldaan aan de vereisten genoemd in artikel 17, wordt met inachtneming van het aanvankelijk behaalde puntental geacht gelijktijdig met de overige kandidaten te zijn geslaagd.
§ 3. Van de opleiding ter verkrijging van het diploma kaderopleiding.
De opleiding ter verkrijging van het diploma kaderopleiding is er op gericht de ambtenaar van de immigratie een ruimere vakkennis te verschaffen en leidinggevende kennis en vaardigheden bij te brengen.
Tot het volgen van de kaderopleiding komt in aanmerking de ambtenaar van de immigratie eerste klasse die in het bezit is van het diploma elementaire opleiding en ten minste vier jaar als ambtenaar van de immigratie tweede klasse werkzaam is geweest.
De aanvang van de opleiding wordt telkenmale wanneer daaraan behoefte bestaat door de Hoofdcommissaris vastgesteld. De duur van de opleiding is niet langer dan 52 weken.
De Hoofdcommissaris bepaalt, rekening houdende met de dienstbelangen en de opleidingsmogelijkheden, het aantal tot de opleiding toe te laten deelnemers. Afhankelijk hiervan en in volgorde van de ranglijst wordt de ambtenaar van de immigratie die zich tijdig heeft aangemeld tot de opleiding toegelaten.
Tot het volgen van de opleiding kunnen ook worden aangewezen zij die voor het examen verbonden aan een eerder gehouden opleiding ter verkrijging van het diploma kaderopleiding werden afgewezen.
Ten einde het juiste verloop van het opleidingsproces te volgen en de vorderingen van de leerlingen tijdens dit proces te beoordelen worden in de zesde maand van de opleiding door het hoofd van de opleidingsschool schriftelijke dan wel mondelinge tentamens gehouden in de daarvoor door de korpschef bepaalde vakken.
De kandidaat is voor het in artikel 33, eerste lid, genoemde gedeelte A geslaagd als het totaal van de cijfers dat hij voor de tot dit gedeelte behorende vakken behaalde ten minste 17 bedraagt, met dien verstande dat niet meer dan een van de behaalde cijfers minimaal een 5 mag bedragen. Het behaalde cijfer voor het vak a dient ten minste een 6 te bedragen.
Hij is voor het in artikel 33, eerste lid, genoemde gedeelte C geslaagd als het totaal van de cijfers dat hij voor de tot dit gedeelte behorende vakken heeft behaald ten minste 48 bedraagt, met dien verstande dat de cijfers die hij voor de onder h tot en met k genoemde vakken behaalde elk niet minder dan 6 en de cijfers die hij voor de overige tot dit gedeelte behorende vakken behaalde elk niet minder dan 5 bedragen.
Hij is voor het in artikel 33, eerste lid, genoemde gedeelte D geslaagd als het totaal van de cijfers dat hij voor de tot dit gedeelte behorende vakken heeft behaald ten minste 12 bedraagt, met dien verstande dat het cijfer dat hij voor het vak o behaalde niet minder dan 5 en het cijfer dat hij voor het vak p behaalde niet minder dan 6 bedraagt.
Hij is voor het in artikel 33, eerste lid, genoemde gedeelte E geslaagd als het totaal van de cijfers dat hij voor de tot dit gedeelte behorende vakken heeft behaald ten minste 30 is, met dien verstande dat de cijfers die hij voor de onder q en r genoemde vakken behaalde elk niet minder dan 5 bedragen en de onder s, t en u genoemde vakken elk niet minder dan 6 bedragen.
De kandidaat die voor elk van de in artikel 33, eerste lid, genoemde gedeelten is geslaagd, wordt geacht te zijn geslaagd voor het examen ter verkrijging van het diploma kaderopleiding. Hij verkrijgt alsdan het diploma kaderopleiding.
De kandidaat die niet heeft voldaan aan de in artikel 36 gestelde eisen doch ten aanzien van wie het totaal van de door hem behaalde cijfers ten minste 131 bedraagt, wordt in de gelegenheid gesteld om zo spoedig mogelijk, doch binnen 30 dagen na vaststelling van de uitslag, eenmalig in een of meer vakken herexamen af te leggen.
De aanvullende opleidingen worden onderscheiden in:
vormingscursussen welke tot doel hebben het inzicht van de ambtenaar van de immigratie in de maatschappelijke problematiek, voor zover van belang voor de uitoefening van zijn taak, te verruimen dan wel hem kennis en inzicht te verschaffen met betrekking tot bijzondere taken van de ambtenaar van de immigratie.
Onverminderd het bepaalde in de paragrafen 1 tot en met 3 worden de examens en herexamens gehouden overeenkomstig de in deze paragraaf gestelde regels.
De examencommissie oordeelt in een vergadering of een kandidaat overeenkomstig de artikelen 17 en 36 is geslaagd.
De voorzitter is belast met de algehele leiding van de werkzaamheden van de examencommissie. Hij belegt een vergadering van deze commissie zo dikwijls hij dit nodig oordeelt.
Het hoofd van de opleidingsschool is belast met de regeling van de examens en herexamens.
De gecommitteerden zien toe op een juiste gang van zaken bij de examens en herexamens alsmede op het te handhaven niveau. Zij wonen daartoe zoveel mogelijk de examens, herexamens en de vergaderingen van de examencommissie bij en kunnen inzage verlangen van de bij het examen of herexamen of tijdens de opleiding gemaakte werkstukken en van de opgaven welke daarop betrekking hebben.
Bij de mondelinge examens en herexamens maken de beoordelaars de nodige aantekeningen over het verloop en het resultaat van de ondervragingen.
Het gebruik van andere dan door het hoofd van de opleidingsschool voorgeschreven hulpmiddelen bij het maken van het schriftelijke examenwerk is verboden. Het gebruik van een woordenboek en van de naar het oordeel van het hoofd van de opleidingsschool noodzakelijke wettelijke regelingen kan bij het maken van het schriftelijke examenwerk worden toegestaan.
Indien de beoordelaars niet tot overeenstemming kunnen komen met betrekking tot het toekennen van een cijfer of kwalificatie bemiddelt een van de gecommitteerden. Indien ook daarna deze overeenstemming niet wordt bereikt, beslist de voorzitter van de examencommissie.
Nadat de cijfers definitief zijn toegekend worden deze vastgelegd op een of meer verzamellijsten. Deze lijsten worden ondertekend door de betrokken beoordelaars toegezonden aan de secretaris van de examencommissie.
Het schriftelijke examenwerk en de opgaven welke daarop betrekking hebben worden gedurende de opleiding en de daarop volgende zes maanden aan de opleidingsschool bewaard, waarna ze worden vernietigd.
Tussen het tijdstip waarop de opgaven voor een schriftelijk vak zijn uitgereikt en het tijdstip waarop het betreffende examen of herexamen is beëindigd mag geen kandidaat, behoudens noodzaak en dan onder toezicht, het lokaal waarin de opgaven worden uitgewerkt verlaten.
Kandidaten die zich ten aanzien van een examen of herexamen aan enig bedrog schuldig maken of hebben gemaakt worden door de examencommissie bij monde van haar voorzitter van (verdere) deelneming aan het examen of herexamen uitgesloten respectievelijk als niet geslaagd aangemerkt. Hierop worden de kandidaten voor de aanvang van het examen of herexamen nadrukkelijk gewezen.
De voorzitter van de examencommissie brengt een besluit als bedoeld in artikel 54 met omschrijving van de gronden onverwijld schriftelijk ter kennis van de minister.
§ 6. Verwijdering van de opleiding
De deelnemer aan de opleidingen die de lessen niet geregeld bijwoont dan wel blijk geeft van onvoldoende ijver en weinig vorderingen of die door zijn gedrag de geregelde voortgang van de lessen stoort, kan door de korpschef van de opleiding worden verwijderd of niet tot het examen worden toegelaten.
Tegen een beslissing tot verwijdering, welke schriftelijk en met redenen omkleed moet zijn, staat betrokkene gedurende acht dagen nadat hem de beslissing is uitgereikt schriftelijk beroep open bij de minister. Van deze mogelijkheid tot het instellen van beroep wordt in de beslissing melding gemaakt.
§ 7. Overgangs- en slotbepalingen
De door de zorg van de Hoofdcommissaris in 1989/1990 gehouden opleiding en examen, bedoeld in Korpsbekendmaking d.d. 23 maart 1989 no. 60 (Politieblad Nederlandse Antillen 1990 no. 12), worden geacht te zijn een opleiding en examen ter verkrijging van het diploma kaderopleiding, bedoeld in § 3 van dit landsbesluit.
De door de zorg van de Hoofdcommissaris in 1991/1992 gehouden opleiding en examen, bedoeld in Korpsbekendmaking d.d. 26 juli 1991 no. 19 (Politieblad Nederlandse Antillen 1991 no. 30), worden geacht te zijn een opleiding en examen ter verkrijging van het diploma elementaire opleiding, bedoeld in § 2 van dit landsbesluit.
Het door de ambtenaar van de immigratie voor een vak behaalde cijfer zes of hoger op een examen of herexamen ter verkrijging van hetzij het diploma elementaire opleiding hetzij het diploma kaderopleiding waarvoor hij werd afgewezen, blijft geldig tot en met: