Organisatie | Beuningen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Delegatie- en mandaatregister 2017 |
Citeertitel | Delegatie- en mandaatregister Beuningen |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Doorlopende regeling/wijzigingen vanaf 1999.
Algemene wet bestuursrecht, Hoofdstuk 10
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
19-07-2017 | 10-07-2018 | Doorlopende regeling; toevoeging mandaten; mandaten ivm doorkomst Vierdaagse | 20-06-2017 | BW17.00325 en BW18.00370 | |
24-04-2017 | 20-07-2017 | Doorlopende regeling; toevoeging mandaten | 04-04-2017 | BW17.00185 en BW17.00214 |
Er is een derde figuur waarbij de bevoegdheid niet over gaat, maar in naam van en onder verantwoordelijkheid van het bestuursorgaan wordt uitgeoefend. Dit heet mandaat. Onder mandaat verstaat artikel 10.1. van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb): de bevoegdheid om namens het bestuursorgaan een besluit te nemen. Er zijn andere vormen van mandaat, namelijk de volmacht en de machtiging.
Op gemeentelijk niveau kennen we momenteel alleen delegatie van bevoegdheden van de gemeenteraad aan het college van burgemeester en wethouders. Het is van belang dat iedere medewerker in de organisatie nagaat welke bevoegdheid bij wie ligt, omdat onbevoegd genomen besluiten door de rechter kunnen worden vernietigd.
De wettelijke voorwaarden waaronder mandaat is toegestaan, is opgenomen in afdeling 10.1.1 van de Awb. Op volmachten en machtigingen gelden dezelfde regels als voor mandaat. Dit is vastgelegd via de schakelbepaling van artikel 10:12 Awb.
Mandaat is in beginsel toegestaan, tenzij een wettelijk voorschrift anders bepaalt of de aard van de bevoegdheid zich daartegen verzet (artikel 10:3 Awb). Zo komt het voor dat mandaat uitdrukkelijk wordt uitgesloten. Ook komt het voor dat specifiek is aangegeven aan wie mandaat kan worden verleend. Daarmee is dan mandaat aan een ander uitgesloten.
Voor alle mandaten geldt de ‘Richtlijn mandaat, volmacht en machtiging gemeente Beuningen 2013 (hierna: richtlijn), voor het eerst vastgesteld op 20 juli 2010. Daarin is opgenomen hoe de gemeentelijke organisatie omgaat met het verlenen van mandaat en de wijze waarop de medewerkers met een gemandateerde bevoegdheid dienen om te gaan. Het algemene uitgangspunt in de richtlijn is dat bevoegdheden zo laag mogelijk in de organisatie worden gelegd. Tegelijk biedt de richtlijn een organisatorisch kader om medewerkers bewuster te maken van situaties waarin het wenselijk is af te zien van een gemandateerde bevoegdheid. Vooral in bestuurlijk of maatschappelijk gevoelige zaken, is het van belang dat een besluit politiek draagvlak heeft. Om die reden worden in de richtlijn standaard algemene clausules en instructies verbonden die voor alle mandaten en ondermandaten gelden. Daarmee wordt de legitimiteit van besluiten die krachtens mandaat en ondermandaat worden genomen, gewaarborgd. De richtlijn wordt hieronder weergegeven.
Richtlijn mandaat, volmacht en machtiging gemeente Beuningen 2013
Burgemeester en wethouders van Beuningen en de Burgemeester van Beuningen;
ieder voor zover het hun bevoegdheden betreft;
gelet op de Algemene wet bestuursrecht;
de Richtlijn mandaat, volmacht en machtiging gemeente Beuningen 2013 vast te stellen
In deze Richtlijn mandaat, volmacht en machtiging gemeente Beuningen wordt verstaan onder:
Artikel 2 Wijze van mandaat en ondermandaat (ook wel submandaat).
Mandaat en ondermandaat van bevoegdheden wordt in hiërarchische lijn verleend aan functionarissen, tenzij uitdrukkelijk anders is vermeld.
Mandaat houdt een beslissingsmandaat in, tenzij uitdrukkelijk anders is vermeld.
Ondermandaat houdt slechts ondertekeningsmandaat in tenzij:
het ondermandaat aan een medewerker van de afdeling Sociale Zaken of van de afdeling Dienstverlening is verleend en de bevoegdheid aan de hand van een protocol, beleidsregel of werkproces wordt verricht waarbinnen voldoende functiescheiding is opgenomen als bedoeld in sub b of waarbij toetsing achteraf plaatsvindt door middel van representatieve steekproeven;
De functionaris aan wie bevoegdheden zijn gemandateerd, wordt bij afwezigheid vervangen door het afdelingshoofd, tenzij het gaat om vervanging van een Prestatie Akkoord Verklaarder zoals bedoeld in de actuele budgethoudersregeling. Het afdelingshoofd stelt het college in kennis van de aanwijzing van vaste vervangers van PAV-ers op hun afdeling.
Afdeling II Toepassing van mandaat en ondermandaat
Artikel 6 Algemene beperkingen
Deze mandaatrichtlijn geldt niet voor de bevoegdheid tot:
Binnen de omvang van mandaat en ondermandaat worden de volgende instructies in acht genomen:
1.Een krachtens mandaat en ondermandaat genomen besluit wordt als volgt ondertekend:
(naam functionaris), (functie en afdeling)
namens burgemeester en wethouders
(naam functionaris), (functie en afdeling)
2.In het geval het mandaat uitsluitend betrekking heeft op ondertekening (ondertekeningsmandaat) worden uitgaande stukken als volgt ondertekend:
Volgens het door het/de (naam bestuursorgaan) genomen besluit d.d.…”
(naam functionaris), (functie en afdeling)
3.In het geval het ondermandaat uitsluitend betrekking heeft op ondertekening (ondertekeningsmandaat) worden uitgaande stukken als volgt ondertekend:
Volgens het namens het/de (naam bestuursorgaan) genomen besluit d.d.
naam functionaris, hoofd afdeling …..
Naam functionaris, medewerker ……
Artikel 10 Samenhangende rechtshandelingen of feitelijke handelingen
(Delegans: Raad, delegataris: college van B&W, tenzij anders vermeld)
De delegatiebesluiten zijn niet aan een raadsperiode verbonden.
Waar staat ‘Manager’ wordt bedoeld de manager van de desbetreffende afdeling.
6.3 Afdeling Belastingen en Buitenruimte
Waar staat ‘Manager’ wordt bedoeld de manager van de desbetreffende afdeling.
6.4 Afdeling Beleid en Ontwikkeling
Waar staat ‘Manager’ wordt bedoeld de manager van de desbetreffende afdeling.
Bevoegdheid tot vaststellen afwijkende sluitingsuur en tijdelijke sluiting horecabedrijven (art. 2:30 APV) |
6.5Afdeling Informatie en Bedrijfsvoering
Waar staat ‘Manager’ wordt bedoeld de manager van de desbetreffende afdeling.
6.7 Omgevingsdienst Regio Nijmegen (ODRN)
Mandaatbesluit Omgevingsdienst Regio Nijmegen 2017: extern mandaat aan de directeur van de ODRN, met toestemming voor ondermandaat, inwerking getreden met terugwerkende kracht op 1 februari 2017 (BW17.00150).
Artikel 2 Besluitbevoegdheden Awb
Extern mandaat van het college aan het Werkbedrijf van de Modulaire Gemeenschappelijke Regeling Rijk van Nijmegen (MGR), met toestemming voor ondermandaat, besluit van 25 augustus 2015 (BW15.00530)
Extern mandaat van het college aan Burgemeester en wethouders van Nijmegen, met toestemming voor ondermandaat, besluit van 10-2-2015, in werking getreden op 1-1-2015 (BW14.00976).
6.10 Mandaat in verband met de doorkomst van de Vierdaagse.
Extern mandaat met toestemming voor ondermandaat. Besluit van 4 juli 2017, BW17.00325