Organisatie | 's-Gravenhage |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Aanpassing mandaatregeling, hoofdstuk 1.5 OCW en hoofdstuk 1.6. SZW |
Citeertitel | Aanpassing mandaatregeling, hoofdstuk 1.5 OCW en hoofdstuk 1.6. SZW |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
De besluiten BOW/2016.392 en BSW/2014.291 worden ingetrokken
Artikelen 10:1 tot en met 10:12 van de Algemene wet bestuursrecht
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
11-04-2017 | 01-04-2017 | 01-01-2019 | Wijziging | 11-04-2017 Gemeenteblad | RIS 296709, BOW/2017.62 |
Het college van burgemeester en wethouders van Den Haag,
gelet op de artikelen 10:1 toten met 10:12 van de Algemene wet bestuursrecht,
Dienst Onderwijs, Cultuur en Welzijn
De algemeen-directeur Dienst Onderwijs, Cultuur en Welzijn is gemandateerde aangaande de bevoegdheden van het college van burgemeester en wethouders ter zake van:
1.0.0. hoofdstuk 4, Titel 4.2 (subsidies)
1.0.1. hoofdstuk 5 (handhaving)
Haagse Kaderverordening Subsidieverstrekking,voor zover deze van toepassing is op instellingen die werkzaam zijn binnen het taakgebied van de dienst.
1.2.1. het verlenen van subsidie en de daaruit voortvloeiende beslissingen ten aanzien van betalingen en terugvorderingen (artikel 2).
1.2.2. het vaststellen van subsidie en de daaruit voortvloeiende beslissingen ten aanzien van betalingen en terugvorderingen (artikel 2).
1.2.3. het intrekken of wijzigen van nog niet vastgestelde subsidie en de daaruit voortvloeiende beslissingen ten aanzien van betalingen en terugvorderingen (artikel 2).
1.2.5. het vaststellen volgens welke verdeelsleutel het beschikbare subsidiebedrag wordt verdeeld in de gevallen dat het beschikbare subsidiebedrag niet groter is dan € 150.000,00 (artikel 6).
1.2.6. het in aanvulling op UVS art. 15, 19, 25, 31, 40 en 49 stellen van regels met betrekking tot de subsidieverlening, waaronder de termijn van indiening van stukken (artikel 7).
1.2.7. het in individuele gevallen opleggen van aanvullende verplichtingen bij subsidieverlening, die strekken tot verwezenlijking van het doel van de subsidie (artikel 10 lid 3).
1.2.8. het in individuele gevallen opleggen van verplichtingen die betrekking hebben op de wijze waarop of de middelen waarmee de gesubsidieerde activiteit wordt verricht (artikel 10 lid 4).
1.2.9. het verlenen van voorschotten op subsidies (artikel 11).
1.2.10. het in aanvulling op UVS art. 13a, 21, 27, 33, 42 en 51 stellen van regels met betrekking tot de subsidievaststelling waaronder de termijn van indiening van stukken (artikel 12).
1.2.11. het aanwijzen van een accountant ten behoeve van review op de verrichte werkzaamheden van de instellingsaccountant (artikel 13, lid 2).
1.2.12. alle beslissingen ten aanzien van vergoedingen voor vermogensvorming met uitzondering van het geven van toestemming dat activiteiten door een andere rechtspersoon worden
voortgezet (artikel 15, lid 1 t/m 3).
1.2.13. het aanwijzen van ambtenaren die belast zijn met het toezicht op de naleving van het bij of krachtens de HKS bepaalde (artikel 23).
Uitvoeringsvoorschrift subsidies instellingen en natuurlijke personen bij de Haagse kaderverordening subsidies (UVS)
1.3.1. het verlenen van een ontheffing aan een instelling om te voldoen aan de eisen welke aan de subsidieaanvraag worden gesteld. (artikel 6, lid b).
1.3.2. het verlenen van een ontheffing aan een instelling om te voldoen aan hetgeen is bepaald met betrekking tot de inrichting van de administratie (artikel 6, lid c).
1.3.3. het verlenen van een ontheffing aan een instelling om te voldoen aan de in het uitvoeringsvoorschrift opgenomen subsidieverplichtingen (artikel 6, lid e).
1.3.4. het verlenen van een ontheffing aan een instelling om te voldoen aan de eisen welke aan de subsidievaststelling worden gesteld (artikel 6, lid f).
1.3.5. het verlenen van een ontheffing aan een instelling om te voldoen aan de verplichting tot verzekering (artikel 6, lid g).
1.3.6. het verplichten van instellingen om deel te nemen aan overleg en samenwerking (artikel 9).
1.3.7. het toepassen van een korting op de te verlenen subsidie (artikel 11).
1.3.9. het stellen van een langere termijn voor het vasthouden van administratieve gegevens door de subsidieontvanger (artikel 17).
1.3.10. het bepalen van tijdstippen en het geven van nadere richtlijnen voor de indiening van bescheiden met betrekking tot tussentijdse rapportages (artikel 36, lid 1; artikel 45).
1.3.11. het bepalen welke andere risico's moeten worden verzekerd (artikel 38, lid 2; artikel 47, lid 2; artikel 54, lid 2).
1.3.12. het verlenen van toestemming voor het plegen van reserveringen ten behoeve van besteding in een volgend tijdvak en het stellen van nadere regels met betrekking tot de hoogte van deze reservering (artikel 53, lid 2).
1.3.13. het bepalen dat nadelige verschillen in de daarop volgende jaren moeten worden gecompenseerd (artikel 53, lid 3).
1.3.14. het verlenen van toestemming om af te wijken van de voorgeschreven financiële verplichtingen (artikel 56).
Algemene Subsidieverordening Den Haag 2014 (ASV)
1.4.1. het verlenen van subsidie en de daaruit voorvloeiende beslissingen ten aanzien van voorschotten, betalingen en terugvorderingen (artikel 3, 11 vierde lid, 14, 19 en 22).
1.4.2. het vaststellen van subsidie en de daaruit voorvloeiende beslissingen ten aanzien van betalingen en terugvorderingen (artikel 3, artikel 19 tot en met 22).
1.4.3. het weigeren, intrekken of wijzigen van nog niet vastgestelde subsidie en de daaruit voortvloeiende beslissingen ten aanzien van betalingen en terugvorderingen (artikel 11).
1.4.4. het verlenen van toestemming voor het overhevelen van exploitatiesubsidie van de ene kostensoort naar de andere kostensoort (artikel 17).
1.4.5. het opleggen van verplichtingen aan subsidieontvanger bij subsidieverlening met betrekking tot het beheer en gebruik van hetgeen met de subsidie tot stand is gekomen, tussentijdse rapportages, en rekening en verantwoording (artikel 16).
1.4.6. het vaststellen van een nieuwe aanvraagtermijn voor de subsidievaststelling en een verdagingstermijn voor de subsidievaststelling (artikel 21).
1.4.7. het laten uitvoeren van een review op de verrichte werkzaamheden van de accountant van de subsidieontvanger (artikel 23).
1.4.8. alle beslissingen ten aanzien van vergoedingen voor vermogensvorming met uitzondering van het geven van toestemming dat activiteiten door een andere rechtspersoon worden voorgezet (artikel 24).
1.4.9. het aanwijzen van ambtenaren of derden-deskundigen die belast zijn met het toezicht op de naleving van de bij of krachtens de ASV vastgestelde voorschriften (artikel 27).
1.4.10. het afwijken of het buiten toepassing laten, in bijzondere gevallen, van een artikel of artikelen van deze verordening met uitzondering van de artikelen 1, 2, 3 en 8 voor zover toepassing gelet op het belang van de aanvrager of subsidieontvanger leidt tot onbillijkheid van overwegende aard (artikel 26).
1.6.het aanvragen en verantwoorden van subsidies, voor zover deze betrekking hebben op taakgebied van de dienst.
1.7. het benoemen en het verlenen van ontslag aan leden van commissies, werkgroepen,e.d. die functioneren binnen het taakgebied van de dienst, met uitzondering van de gevallen waarin benoeming en ontslag afwijken van een voordracht, aanbeveling of verzoek van de organisatie welke door het desbetreffende lid wordt vertegenwoordigd.
2. Taken Zorg en Volksgezondheid
Wet maatschappelijke ondersteuning 2015
2.1. het besluiten op een aanvraag van de maatwerkvoorziening maatschappelijke opvang (artikel 2.3.5 lid 1 sub b ).
2.2. het besluiten op een aanvraag van de maatwerkvoorziening beschermd wonen (artikel 2.3.5 lid 1 sub b).
2.3. het verstrekken van een persoonsgebonden budget voor maatschappelijke opvang of beschermd wonen. (artikel 2.3.6 lid 1).
2.4. alle besluiten welke bij of krachtens de wet en op die wet gebaseerde gemeentelijke verordening(en) , gemeentelijke regeling(en) en beleidsregels zijn opgedragen aan burgemeester en wethouders.
3.1. alle beslissingen welke bij of krachtens de wet zijn opgedragen aan burgemeester en wethouders, met uitzondering van de beslissingen op grond van:
artikel 95, lid 1 tot en met 7 en 9
3.2.alle beslissingen welke bij of krachtens de wet zijn opgedragen aan burgemeester enwethouders met uitzondering van de beslissingen op grond van:
artikel 93, lid 1 tot en met 7 en 9
Wet op het voortgezet onderwijs
3.3 alle beslissingen welke bij of krachtens de wet zijn opgedragen aan burgemeester en wethouders met uitzondering van de beslissingen op grond van:
artikel 42c, lid 4 en 50 lid 4
artikel 76f, lid 1 tot en met 7 en 9
3.4. alle beslissingen welke bij of krachtens de wet zijn opgedragen aan burgemeester en wethouders.
Verordening leerlingenvervoer gemeente Den Haag
3.5. alle beslissingen welke in de verordening zijn opgedragen aan burgemeester en wethouders.
Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs gemeente Den Haag 1997
3.6. alle beslissingen welke zijn opgedragen aan burgemeester en wethouders met uitzondering van de beslissingen op grond van:
artikel 16, lid 3, laatste volzin
Verordening personele en materiële voorzieningen onderwijs
3.7. alle beslissingen welke zijn opgedragen aan burgemeester en wethouders metuitzondering van de beslissingen op grond van:
4. Taken Kinderopvang en peuterspeelzaalwerk
Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen
4.1.2. alle beslissingen welke bij of krachtens de Wko zijn opgedragen aan burgemeester en wethouders aangaande de aanvraag en registratie van kindercentra voor dagopvang en buitenschoolse opvang, voorzieningen voor gastouderopvang, peuterspeelzalen, vroeg- en voorschoolse educatie en gastouderbureaus.
4.2.2. alle beslissingen welke bij of krachtens de Wko zijn opgedragen aan en alle beslissingen welke bij of krachtens de Wko de bevoegdheid zijn van burgemeester en wethouders aangaande handhaving en sancties.
4.2.3. alle beslissingen welke bij of krachtens de Verordening peuterspeelzalen 2013 zijn opgedragen aan burgemeester en wethouders.
5.1.1. het treffen van een voorziening voor jeugdhulp (artikel 2.3, lid 1 tot en met 3).
5.1.2. het vaststellen van een protocol met de Raad voor de Kinderbescherming (artikel 3.1, lid 5 ).
5.1.3. het vaststellen van een protocol met de gecertificeerde instelling (artikel 3.5, lid 3).
5.1.4. het verstrekken van een persoonsgebonden budget (artikel 8.1.1, lid 1).
5.1.5. het herzien of intrekken van een besluit tot het verstrekken van een
persoonsgebonden budget (artikel 8.1.4, lid 1).
Verordening Jeugdhulp Den Haag 2015
5.2.1. het vaststellen van nadere regels over de aanvraagprocedure voor een individuele voorziening (artikel 4).
5.2.2. het herzien of intrekken van een besluit over een individuele voorziening (artikel 8, lid 2).
5.2.3. het geheel of gedeeltelijk terugvorderen van de geldswaarde van de ten onrechte genoten individuele voorziening of persoonsgebonden budget (artikel 8, lid 3).
5.2.4. het intrekken van een persoonsgebonden budget (artikel 8, lid 4).
5.2.5. het toepassen van de hardheidsclausule (artikel 14).
5.3. alle beslissingen welke bij of krachtens de Wet op de jeugdverblijven zijn opgedragen aan burgemeester en wethouders aangaande handhaving en sancties jegens jeugdverblijven.
DienstSociale Zaken en Werkgelegenheidsprojecten
1.1 Afleggen van verantwoording
Het indienen en ondertekenen van verantwoordingsdocumenten voor zover behorend binnen de taakgebieden van de Dienst SZW en de Dienst Haeghe Groep.
Het vaststellen van beleidsregels, die nodig zijn voor een juiste uitvoering van de door het college aan de Dienst SZW opgedragen taken alsmede in verband met het taakgebied van de Dienst Haeghe Groep. Deze bevoegdheid mag niet ondergemandateerd worden.
1.3 Indienen en ondertekenen van declaraties
Het indienen en ondertekenen van declaraties van de binnen de taken van de Dienst SZW gemaakte kosten.
Het vertegenwoordigen van burgemeester en wethouders en hun belangen toe te lichten ter zitting bij de behandeling van geschillen en verzoeken om een voorlopige voorziening of schorsing ten overstaan van de Rechtbank, sector Bestuursrecht (inclusief de voorzieningenrechter), de Centrale Raad van Beroep, de Raad van State en Gedeputeerde Staten alsmede het maken van bezwaar bij ministeries en andere instanties, tegen vastgestelde hoogte(s) van uitkeringen, na de portefeuillehouder gehoord te hebben en voor zover het behoort tot het taakgebied van de Dienst SZW.
1.5 Regeling financiering en verantwoording Participatiewet, Besluit bijstandsverlening zelfstandigen 2004, WWB, IOAW en IOAZ
Het declareren op grond van de Regeling financiering en verantwoording Participatiewet, Bijstandsverlening Zelfstandigen 2004, WWB, IOAW en IOAZ.
1.6 Subsidieverstrekking met in achtneming van de Algemene Subsidieverordening Den Haag 2014
Subsidieverstrekking met in achtneming van de Algemene Subsidieverordening Den Haag 2014 zowel de verlening, de definitieve vaststelling en de afwijzing van subsidies voor zover betrekking hebbend op de taakgebieden van de Dienst SZW.
Het in het kader van subsidieverwerving indienen van aanvragen, het doen van tussentijdse- en slotdeclaraties en het opstellen/indienen van verantwoordingsdocumenten bij (semi)overheden en particuliere instanties inzake subsidies en bijdragen op de taakgebieden van de Dienst SZW.
1.8 Uitvoering projecten gerelateerd aan taakgebied van de Dienst SZW
Het participeren in projecten en uitvoeren van projecten, die in relatie staan tot het taakgebied van de Dienst SZW.
1.9 (feitelijke) Uitvoeringshandelingen
Het verrichten van alle (feitelijke) handelingen die (verder) nodig zijn voor de uitvoering van de taken die behoren bij het taakgebied van de Dienst SZW.
Het nemen van besluiten met betrekking tot verzoeken tot instemming met rechtstreeks beroep bij de administratieve rechter, ingevolge artikel 7:1a van de Algemene wet bestuursrecht, binnen het taakgebied van de Dienst SZW en het zaken betreffen die voor het nemen van besluiten op bezwaar zijn gemandateerd aan de wethouders SEZH en SWWS.
Werk, inkomen en minimaregelingen
Het nemen van besluiten welke verbandhouden met minimaregelingen.
2.2 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW)
De IOAW en op die wet gebaseerde besluiten en regelingen alsmede gemeentelijke verordening(en) en ministeriële circulaires, met inbegrip van het nemen van primaire besluiten en met uitzondering van het nemen van besluiten op bezwaar.
2.3 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ)
De IOAZ en op die wet gebaseerde besluiten en regelingen alsmede gemeentelijke verordeningen(en) en ministeriële circulaires, met inbegrip van het nemen van primaire besluiten met uitzondering van het nemen van besluiten op bezwaar.
2.4 Participatiewet en Besluit bijstandsverlening zelfstandigen 2004
De Participatiewet en op die wet gebaseerde besluiten en regelingen, waaronder het besluit bijstandsverlening zelfstandigen 2004, alsmede gemeentelijke verordening(en) en ministeriële circulaires, met inbegrip van het nemen van primaire besluiten en met uitzondering van het nemen van besluiten op bezwaar.
De bestuurskostenregeling en op die regeling gebaseerde ministeriële circulaires en besluiten.
De Wet inburgering en de hierop gebaseerde gemeentelijke verordening(en), ministeriële circulaires, besluiten en regelgeving met inbegrip van het nemen van primaire besluiten met uitzondering van het nemen van besluiten op bezwaar.
3.3 Wet op de kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen
De Wet op de kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen voor zover de besluiten en uitvoering betrekking hebben op de verstrekking van de tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang aan specifiek aangewezen gemeentelijke doelgroepen (artikel 1.12 jo. artikel 1.6) inclusief het nemen van primaire besluiten en met uitzondering van het nemen van besluiten op bezwaar.
4.1 Wet Gemeentelijke Schuldhulpverlening (WGS)
De Wet Gemeentelijke Schuldhulpverlening met inbegrip van het nemen van primaire besluiten en met uitzondering van besluiten op bezwaar.
Het nemen van primaire besluiten welke verbandhouden met het bieden, beëindigen en weigeren van noodhuisvesting.
Het verhaal van kosten verbonden aan de bezorging van lijken, die verlaten liggen of die uit zee worden aangebracht of lijken die niet door de nabestaanden, erfgenamen of executeurs-testamentair worden bezorgd (artikel 22);