Organisatie | Nijmegen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening verbetering toegankelijkheid 2013 |
Citeertitel | Verordening verbetering toegankelijkheid 2013 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Onbekend
Gemeentewet art. 142 en art. 149Onbekend
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
28-11-2013 | Onbekend | 13-11-2013 Gemeenteblad 2013/115 | Raadsvoorstel 148/2013 |
De raad van de gemeente Nijmegen,
gelezen het voorstel van het college van 22 oktober 2013, nummer 13.0011186,
gelet op de artikelen 142 en 149 van de Gemeentewet,
overwegende dat het ter bevordering van een goede toegankelijkheid van openbare gebouwen nodig is regels te stellen met betrekking tot het verstrekken van financiële bijdragen ter bevordering van die toegankelijkheid;
De verordening verbetering toegankelijkheid 2009 in te trekken.
De verordening verbetering toegankelijkheid 2013 als volgt vast te stellen:
Paragraaf 4 Overige bepalingen
Indien vanwege bijzondere omstandigheden een strikte toepassing van het bepaalde in deze verordening naar het oordeel van Burgemeester en Wethouders zou leiden tot een onredelijke beslissing, kunnen zij afwijken van de bepalingen van deze verordening.
Deze verordening kan worden aangehaald als “Verordening verbetering toegankelijkheid”.
Aldus vastgesteld op 13 november 2013
De raad van de gemeente Nijmegen
Toelichting Verordening verbetering toegankelijkheid openbare gebouwen gemeente Nijmegen
Doelstelling van het gemeentebestuur is om de toegankelijkheid van openbare gebouwen te verbeteren voor gehandicapten en minder mobiele ouderen. Dat is uitgewerkt in deze verordening waarin definities, criteria, voorwaarden, procedure en de hoogte van de bijdrage zijn opgenomen. Voor de duidelijkheid en een snelle uitvoering is de regeling zo eenvoudig mogelijk. De subsidie wordt alleen toegekend voor bouwkundige voorzieningen aan bestaande openbare gebouwen. Dit gebeurt omdat het Bouwbesluit de mogelijkheid biedt om voor nieuwbouw de essentiële elementen van toegankelijkheid in veel gevallen af te dwingen. Een stimuleringspremie is daarom voor deze categorie niet zinvol. Bovendien kan er bij nieuwbouw uitgegaan worden van een eigen verantwoordelijkheid van de betreffende opdrachtgever.
Onder openbare gebouwen worden gebouwen verstaan die, in de ruime zin des woords, een publieksfunctie hebben. Het begrip is echter ruimer gesteld dan de gebruikelijke definitie van openbare gebouwen. Het betreft ook bijvoorbeeld winkels, praktijken of kantoren. Woningen en woongebouwen zijn uitgesloten van de regeling omdat hiervoor via de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) voorzieningen kunnen worden getroffen.
Gebouwen die minimaal drie jaar voor het tijdstip van indiening van de aanvraag om subsidie voltooid zijn. Voor deze definitie is gekozen omdat het aanbrengen van voorzieningen in gebouwen die kort geleden voltooid zijn zowel uit technisch als uit kostenoogpunt inefficiënt is.
De voorziening moet bijdragen aan het beter toegankelijk maken van openbare gebouwen. De voorzieningen moeten voldoen aan de eisen volgens het Handboek voor Toegankelijkheid. Verder moet de uitvoering doelmatig en sober zijn. De ODRN zal voornoemde aspecten beoordelen.
Gestreefd is naar een eenvoudige regeling die weinig uitvoeringsuren en dus kosten met zich mee brengt. Niettemin zal er sprake zijn van aanvragers zonder de benodigde bouwtechnische kennis en kennis van het hierboven genoemd genoemde Handboek. Daarom zijn advieskosten subsidiabel conform het architectenhonorarium voor zover dat niet hoger is dan het maximale honorarium.
De voorzieningen moeten worden aangebracht in gebouwen die een bepaalde openbare of publieke functie hebben en daarom in principe voor iedereen of een specifieke klantengroep toegankelijk moeten zijn. Gebouwen die alleen een woonfunctie hebben zijn uitgesloten van subsidiëring.
De subsidie wordt verstrekt aan diegene die de voorzieningen bekostigt. Dit kan dus zowel de eigenaar of verhuurder als de huurder of gebruiker zijn. Duidelijk moet zijn dat de eigenaar instemt met het aanbrengen van de voorzieningen. Het kan bijvoorbeeld ondernemers, zelfstandigen of stichtingen betreffen.
Dat deel van de kosten dat specifiek voor de verbetering van de toegankelijkheid bestemd is. Als bijvoorbeeld de toegangsdeur van een winkel vernieuwd wordt en er wordt in plaats van een standaarddeur (die door duwen en trekken geopend wordt) een automatisch openende deur geplaatst vormt het prijsverschil tussen deze beide deurtypen de meerkosten. Een ander voorbeeld: als de ingreep bestaat uit het verminderen of opheffen van hoogteverschillen (bijvoorbeeld het verwijderen van drempels met daarbij aanpassing van de hoogte van deuren) dan zijn alle kosten te beschouwen als meerkosten.
Voor een daadwerkelijk stimulerend effect is het belangrijk dat er een gedeelte van de daadwerkelijke meerkosten wordt vergoed. Gekozen is voor een bijdrage ter hoogte van 75 % van de subsidiabele kosten. In de praktijk is bij stimuleringsregelingen gebleken dat lagere percentages minder of helemaal niet werken. Grote investeringen (met name voor liften) zouden echter een onevenredig groot beroep op het beschikbare budget kunnen doen zodat een maximering wenselijk is. De maximum subsidie voor het aanbrengen van een lift wordt daarom gesteld op € 25.000,--. Voor overige voorzieningen is het maximaal € 10.000.
Veel ingrepen zullen relatief beperkte kosten met zich meebrengen. Het betreft vaak het opheffen van hoogteverschillen, het verbreden van toegangen en het aanbrengen van automatische deuren. Het is belangrijk om een zo groot mogelijk stimulerend effect te bereiken voor zoveel mogelijk projecten.
5.Aanvraag, subsidieverlening, gereedmelding, subsidievaststelling, betaling en intrekking
De aanvraag kan worden ingediend door diegene die de voorzieningen bekostigt. De regeling wordt uitgevoerd door de Afdeling Milieu, bureau Wonen in samenwerking met de ODRN. Aanvragen moeten bij de Afdeling Milieu, bureau Wonen worden ingediend. De aanvraag bestaat uit een formulier met een omschrijving van de uit te voeren werkzaamheden met daarbij een gespecificeerde raming van de subsidiabele kosten en het adres of de locatie. Als voldaan is aan alle voorwaarden verstrekt de gemeente een subsidieverlening. In principe mag geen aanvang met de werkzaamheden worden gemaakt voordat er sprake is van een subsidieverlening. In voorkomende gevallen kan hiervoor ontheffing worden verleend. Aanvragen worden behandeld op volgorde van binnenkomst en voor zover er nog voldoende budget aanwezig is. Iedere instantie, persoon of belangenbehartiger kan signaleren en/of initiëren.
Nadat de werkzaamheden zijn uitgevoerd meldt de aanvrager dit aan de gemeente (Afdeling Milieu, bureau Wonen). Deze melding moet binnen zes maanden na voltooiing van de werkzaamheden geschieden. De melding moet vergezeld gaan van een omschrijving van de uitgevoerde werkzaamheden, een gespecificeerde opgave van de definitieve subsidiabele kosten, betalingsbewijzen en een opgave van het bank-/gironummer waarop de bijdrage moet worden uitbetaald.
Op grond van voornoemde gereedmelding verstrekt de gemeente een subsidievaststelling. De hoogte van de bijdrage in de subsidievaststelling kan, afhankelijk van de daadwerkelijk uitgevoerde werkzaamheden, wel lager maar nooit hoger zijn dan die bij de subsidieverlening. Burgemeester en Wethouders kunnen op verzoek ontheffing verlenen van de termijn van 6 maanden.
De bijdrage wordt uitbetaald nadat er een subsidievaststelling heeft plaatsgevonden. De daadwerkelijke uitvoering van de werkzaamheden zal worden gecontroleerd door de gemeente Nijmegen. Hierdoor wordt gewaarborgd dat de subsidie rechtmatig en doelmatig verstrekt wordt. De subsidie wordt binnen 4 weken na de subsidievaststelling uitbetaald.
Om voorkomen dat gehonoreerde aanvragen niet worden uitgevoerd is een termijn gesteld van 6 maanden na subsidieverlening waarbinnen met de werkzaamheden moet zijn begonnen. Op verzoek kunnen Burgemeester en Wethouders ontheffing van deze termijn verlenen. De subsidie wordt ingetrokken als de aangebrachte voorzieningen niet voldoen aan de voorwaarden van deze regeling.