Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Medemblik

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Medemblik houdende regels omtrent subsidie archeologie Subsidieverordening archeologie particuliere initiatiefnemers

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieMedemblik
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening van de gemeenteraad van de gemeente Medemblik houdende regels omtrent subsidie archeologie Subsidieverordening archeologie particuliere initiatiefnemers
CiteertitelSubsidieverordening archeologie particuliere initiatiefnemers
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerpRuimtelijke ontwikkeling

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 147a Gemeentewet
  2. titel 4.2 Algemene wet bestuursrecht
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

13-04-201701-01-2017nieuwe regeling

09-03-2017

Gemeenteblad 2017, 60600

IVR-16-04673

Tekst van de regeling

Intitulé

Subsidieverordening archeologie particuliere initiatiefnemers

De raad van de gemeente Medemblik;

 

gelezen het bijbehorend voorstel van het raadslid A. Schouten (CDA) van de gemeente Medemblik d.d. 12 december 2016

 

gelet op artikel 147a van de Gemeentewet en titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht;

 

overwegende dat het wenselijk is particulieren tegemoet te komen in de kosten voor archeologisch onderzoek;

 

b e s l u i t:

 

vast te stellen de ‘Subsidieverordening archeologie particuliere initiatiefnemers’

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    aanvrager: de eigenaar, die op grond van deze verordening subsidie aanvraagt.

  • b.

    eigenaar: de natuurlijke of rechtspersoon die eigenaar is van een terrein.

  • c.

    subsidie: de aanspraak op financiële middelen als bedoeld in titel 4.2. van de Algemene Wet

    Bestuursrecht;

  • d.

    archeologische monumenten: hetgeen artikel 1, onder c, van de Monumentenwet

    1988 daaronder verstaat;

  • e.

    archeologisch onderzoek: hetgeen artikel 1, onder h, van de Monumentenwet

    1988 verstaat onder het doen van opgravingen;

  • f.

    een rapport: hetgeen artikel 39, tweede lid, van Monumentenwet 1988 daaronder

    verstaat;

  • g.

    college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Medemblik;

  • h.

    initiatief: bodemverstorende activiteit op archeologisch waardevol terrein.

Artikel 2 Bevoegd bestuursorgaan

  • 1.

    Het college is bevoegd met inachtneming van het bepaalde in deze verordening te beslissen op aanvragen om subsidie.

  • 2.

    Het college beslist binnen 13 weken nadat de complete aanvraag is ingediend.

  • 3.

    Het college kan aan zijn besluit nadere voorwaarden verbinden.

Artikel 3 Subsidieplafond

  • 1.

    Het subsidieplafond ten behoeve van de verstrekking van subsidies op grond van deze verordening bedraagt € 30.000,- per jaar. Dit bedrag wordt minimaal eens pervijf jaar geïndexeerd met het in de gemeentebegroting gebruikte indexcijfer.

  • 2.

    Het plafond genoemd in het eerste lid van dit artikel wordt jaarlijks voor aanvang van het tijdvak waarop het betrekking heeft door middel van een publicatie bekendgemaakt.

  • 3.

    Aanvragen worden behandeld op volgorde van binnenkomst, te rekenen vanaf de datum van ontvangst van het stuk dat als laatste is ingediend om de aanvraag te completeren.

Artikel 4 Toepassingsbereik

Subsidie wordt niet verleend voor:

  • a.

    initiatieven van bedrijven;

  • b.

    projectontwikkeling;

  • c.

    algemene infrastructuur;

  • d.

    bodemsanering;

  • e.

    waterbergingen, of;

  • f.

    projecten op de voormalige zeebodem.

Artikel 5 Aanvraag

  • 1.

    De eigenaar van een terrein doet een aanvraag om subsidie bij het college.

  • 2.

    De aanvraag wordt bij voorkeur ingediend bij het principeverzoek of schetsplan,maar in elk geval voorafgaand aan de aanvraag voor de omgevingsvergunning voor hetslopen of bouwen als bedoeld in artikel 2.1 van Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

  • 3.

    Een aanvraag gaat vergezeld van:

    • a.

      een bewijs van eigendom (gewaarmerkt afschrift koopakte) en een gewaarmerktuittreksel uit de kadastrale legger;

    • b.

      de Archeologische Quick Scan of Archeologisch Bureauonderzoek opgesteld dooreen gecertificeerde archeoloog (gecertificeerd volgens de BRL 4000, KNA Protocol 4002);

    • c.

      een gespecificeerde begroting van de kosten door de uitvoerende instantie.

Artikel 6 Voorwaarden

  • 1.

    Subsidie wordt toegekend indien wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:

    • a.

      archeologievriendelijk bouwen is onderzocht, maar blijkt geen optie te zijn;

    • b.

      de eigenaar werkt naar behoren mee aan het archeologisch onderzoek;

    • c.

      het archeologisch onderzoek wordt efficiënt en doelmatig ingezet;

    • d.

      het college beoordeelt en stemt in met het Progamma van Eisen;

    • e.

      het archeologisch onderzoek wordt uitgevoerd door een organisatie die in het bezit is van

      het keurmerk ‘Kwaliteitsborg bodembeheer SIKB’ en zijn gecertificeerd volgens BRL SIKB

      4000 Archeologisch bodemonderzoek;

    • f.

      het archeologisch onderzoek wordt uitgevoerd binnen de periode van één jaar nadat het

      college het Programma van Eisen heeft vastgesteld;

Hoofdstuk 2 Subsidie

Artikel 7 Hoogte subsidie

  • 1.

    Subsidie kan worden verleend ten laste van de gemeentebegroting, voor zover in de vastgestelde gemeentebegroting gelden beschikbaar zijn gesteld en met dien verstande dat het in de gemeentebegroting opgenomen bedrag tevens geldt als subsidieplafond.

  • 2.

    Bij de bepaling van de hoogte van de subsidie worden de kosten berekend exclusief BTW.

  • 3.

    De subsidie bedoeld in lid 1:

    • a.

      het maximaal subsidiabel bedrag is 30% van maximaal € 25.000,00 van de totale onderzoekskosten;

    • b.

      wordt slechts eenmaal per vijf kalenderjaren aan eigenaren voor hetzelfde adres of terrein een subsidie verstrekt.

Artikel 8 Voorlopige en definitieve vaststelling

  • 1.

    Een subsidie wordt in eerste instantie voorlopig verleend.

  • 2.

    Op een voorlopig toegekende subsidie kan een voorschot worden verleend van 50 %, uit te betalen na het verrichten van het inventariserend veldonderzoek.

  • 3.

    De aanvrager meldt het werk gereed bij de subsidieverstrekker , zodra het plan is uitgevoerd.

  • 4.

    Voor gereedmelding stelt het college een gereedmeldingsformulier beschikbaar.

  • 5.

    De aanvrager overlegt bij de gereedmelding de volgende stukken:

    • a.

      een specificatie van de werkelijk gemaakte kosten;

    • b.

      alle betalingsbewijzen of een accountantsverklaring die daar inzicht in geeft;

    • c.

      De definitieve rapportage volgens de door het college vastgestelde Programma van Eisen;

    • d.

      De pakbon van de overdracht van vondsten en data van het provinciaal depot voor bodemvondsten;

    • e.

      De onder c en d genoemde stukken moeten binnen twee kalenderjaren na de laatste dag van het veldonderzoek worden ingeleverd.

  • 6.

    Het college stelt na gereedmelding het bedrag van de subsidie definitief vast.

  • 7.

    De vaststelling gebeurt op basis van de door het college goedgekeurde werkelijke kosten.

  • 8.

    De definitieve subsidie kan nimmer meer bedragen dan het bedrag van de voorlopig toegekende subsidie.

  • 9.

    Indien de definitieve subsidie lager is dan het uitbetaalde voorschot, betaalt de subsidieontvanger het verschil terug binnen 30 dagen na vaststelling.

Hoofdstuk 3 Slotbepalingen

Artikel 9 Hardheidsclausule

Het college is bevoegd van deze verordening af te wijken in gevallen waarin de toepassing van de verordening, gelet op het belang van de aanvrager, leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 10 Evaluatie

Deze verordening wordt in 2019 geëvalueerd. Bij de evaluatie worden het behalen van de doelstelling, deze verordening, het beschikbare budget en de wijze van financiering van het fonds meegenomen.

Artikel 11 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op de dag van bekendmaking en werkt terug tot en met 1 januari 2017.

Artikel 12 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als ‘Subsidieverordening archeologie particuliere initiatiefnemers’.

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Medemblik, gehouden op 9 maart 2017,

De griffier,

A. Reus

De voorzitter,

A. Reus F.R. Streng