Organisatie | De Fryske Marren |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Gemeenschappelijke Regeling Bedrijvenparken A7 c.a. 2009 |
Citeertitel | Gemeenschappelijke Regeling Bedrijvenparken A7 c.a. 2009 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
De exacte datum vaststelling, bekendmaking en inwerkingtreding van de regeling is niet bekend.
Wet gemeenschappelijke regelingen, art. 1
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2010 | 01-01-2010 | nieuwe regeling | 01-12-2009 Onbekend | Onbekend |
De raden, de colleges van burgemeester en wethouders en de burgemeesters van de gemeenten Skarsterlân en Heerenveen, ieder voorzover zij voor die gemeente bevoegd zijn;
a. de deelnemers aan deze regeling samenwerken, ter bevordering van de economische ontwikkeling en werkgelegenheid en de daarmee verband houdende bedrijvigheid binnen de gemeenten Skarsterlân en Heerenveen , om door een krachtige en gecoördineerde aanpak te komen tot een optimale benutting van de kansen op economische groei, die de aanwezigheid van rijksweg A7 genereert, zonder afbreuk te doen aan het positieve woon- en leefklimaat;
b. het ter uitvoering van het onder a genoemde beleid gewenst is geacht te komen tot een gestructureerde vorm van bestuurlijke samenwerking en in 1993 is overgegaan tot de oprichting van een rechtspersoonlijkheid bezittend openbaar lichaam;
c. het aanbeveling verdient tussen de deelnemers een nieuwe gemeenschappelijke regeling te sluiten;
d. de samenwerking zich onder andere richt op het ontwikkelen en realiseren van het bedrijventerreinen die deels zijn gelegen op het grondgebied van de gemeente Heerenveen en deels op het grondgebied van de gemeente Skarsterlân;
e. artikel 1, lid 1, van de Wet gemeenschappelijke regelingen (Wet van 20 december 1984, houdende nieuwe bepalingen met betrekking tot gemeenschappelijke regelingen) bepaalt dat de raden, de colleges van burgemeester en wethouders en de burgemeesters van twee of meer gemeenten afzonderlijk of gezamenlijk, ieder voor zover zij voor de eigen gemeente bevoegd zijn, een gemeenschappelijk regeling kunnen treffen ter behartiging van een of meer bepaalde belangen van die gemeenten;
gelet op de Gemeentewet en de Wet gemeenschappelijke regelingen;
HOOFDSTUK II DOELSTELLINGEN, TAKEN EN BEVOEGDHEDEN
De gemeenschappelijke regeling heeft tot doel: het stimuleren van de ontwikkeling en verzorgen van een optimale afstemming van de in het werkingsgebied gelegen bedrijventerreinen, dit overeenkomstig het in 1989 door de gemeenten Skarsterlân en Heerenveen gesloten convenant.
Aan de Ontwikkelingsmaatschappij worden de volgende bevoegdheden overgedragen:
Ruimtelijke ordening en bouwen
- de bevoegdheid van de raad en het college van burgemeester en wethouders van Heerenveen alsmede van de raad en het college van burgemeester en wethouders van Skarsterlân te besluiten op verzoeken tot het nemen van een projectbesluit (artikel 3.10 Wet ruimtelijke ordening);
- de bevoegdheid van het college van burgemeester en wethouders van Heerenveen alsmede van het college van burgemeester en wethouders van Skarsterlân te besluiten op verzoeken om, met het oog op de voorziening in een tijdelijke behoefte voor een bepaalde termijn met een maximum van vijf jaar, voor die termijn ontheffing te verlenen van de in het werkingsgebied geldende bestemmingsplannen (artikel 3.22 Wet ruimtelijke ordening);
- de bevoegdheid van het college van burgemeester en wethouders van Heerenveen alsmede van het college van burgemeester en wethouders van Skarsterlân om te besluiten op verzoeken om ontheffing van de in het werkingsgebied geldende bestemmingsplannen, zoals bedoeld in artikel 3.23 Wet ruimtelijke ordening juncto. artikel 4.1.1 Besluit ruimtelijke ordening evenwel met uitzondering van het bepaalde in artikel 4.1.1 Besluit ruimtelijke ordening, lid 1, sub b;
- de bevoegdheid van het college van burgemeester en wethouders van Heerenveen alsmede van het college van burgemeester en wethouders van Skarsterlân te besluiten op aanvragen om een verzoek om binnenplanse ontheffing zoals opgenomen in de voor het werkingsgebied vigerende bestemmingsplannen;
- de bevoegdheid van het college van burgemeester en wethouders van Heerenveen alsmede van het college van burgemeester en wethouders van Skarsterlân te besluiten op aanvragen om een reguliere bouwvergunning (artikel 44 Woningwet);
- de bevoegdheid van het college van burgemeester en wethouders van Heerenveen alsmede van het college van burgemeester en wethouders van Skarsterlân om de aanhoudingsplicht voor de beslissing op bouwaanvragen te doorbreken (artikel 50, lid 3, Woningwet);
- de bevoegdheid van het college van burgemeester en wethouders van Heerenveen alsmede van het college van burgemeester en wethouders van Skarsterlân om te beslissen op aanvragen om een milieuvergunning (artikel 8.1 en 8.2 Wet milieubeheer);
- de bevoegdheid van het college van burgemeester en wethouders van Heerenveen alsmede van het college van burgemeester en wethouders van Skarsterlân om de beperkingen waaronder de milieuvergunning is verleend en de voorschriften die daaraan zijn verbonden, te wijzigen, aan te vullen of in te trekken, dan wel alsnog beperkingen aan te brengen of alsnog voorschriften aan de vergunning te verbinden, voor zover blijkt dat de nadelige gevolgen die de inrichting voor het milieu veroorzaakt, gezien de ontwikkeling van de technische mogelijkheden tot bescherming van het milieu verder kunnen, of, gezien de ontwikkeling van de kwaliteit van het milieu, verder moeten worden beperkt (artikel 8.22 Wet milieubeheer);
- de bevoegdheid van het college van burgemeester en wethouders van Heerenveen alsmede van het college van burgemeester en wethouders van Skarsterlân om de beperkingen waaronder een vergunning is verleend, en voorschriften die daaraan zijn verbonden, te wijzigen, aan te vullen of in te trekken, dan wel alsnog beperkingen aan te brengen of voorschriften aan een vergunning te verbinden in het belang van de bescherming van het milieu (artikel 8.23 Wet milieubeheer);
- de bevoegdheid van het college van burgemeester en wethouders van Heerenveen alsmede van het college van burgemeester en wethouders van Skarsterlân om op aanvraag van de vergunninghouder, beperkingen waaronder een vergunning is verleend, en voorschriften die daaraan zijn verbonden, te wijzigen, aan te vullen of in te trekken, dan wel alsnog deze beperkingen aan te brengen of voorschriften aan een vergunning te verbinden (artikel 8.24 Wet milieubeheer)
- de bevoegdheid van het college van burgemeester en wethouders van Heerenveen alsmede van het college van burgemeester en wethouders van Skarsterlân om een milieuvergunning voor een inrichting geheel of gedeeltelijk intrekken in de gevallen zoals genoemd in artikel 8.25 Wet milieubeheer
- de bevoegdheid van het college van burgemeester en wethouders van Heerenveen alsmede van het college van burgemeester en wethouders van Skarsterlân om de milieuvergunning geheel of gedeeltelijk in te trekken op verzoek van de vergunninghouder, indien het belang van de bescherming van het milieu zich daartegen niet verzet (artikel 8.26 Wet milieubeheer);
-de bevoegdheid van het college van burgemeester en wethouders van Heerenveen alsmede van het college van burgemeester en wethouders van Skarsterlân om te beslissen op verzoeken om vergunning te verlenen voor het maken van een uitweg naar de weg, van de weg gebruik te maken voor het hebben van een uitweg en verandering te brengen in een bestaande uitweg naar de weg (artikel 2.1.5.3 APV Heerenveen, artikel 2.1.5.3 APV Skarsterlân).
- de bevoegdheid van het college van burgemeester en wethouders van Heerenveen alsmede van het college van burgemeester en wethouders van Skarsterlân op verzoeken om vergunning te verlenen voor het maken van handelsreclame met behulp van een opschrift, aankondiging of afbeelding in welke vorm dan ook, die vanaf de weg of vanaf een andere voor het publiek toegankelijke plaats zichtbaar is (artikel 4.4.2 APV Heerenveen; artikel 4.4.3 APV Skarsterlân).
onder het voorgaande is mede begrepen het beslissen op bezwaar- en beroepschriften, gericht tegen beslissingen die door organen van de Ontwikkelingsmaatschappij zijn genomen.
De behandeling daarvan vindt plaats op de wijze als bepaald in de Verordening op de commissie voor bezwaar- en beroepschriften zoals deze is vastgesteld door de gemeente Skarsterlân.
HOOFDSTUK III Algemeen Bestuur
Het lidmaatschap van het Algemeen Bestuur eindigt van rechtswege, zodra men ophoudt lid of voorzitter te zijn van de raad uit wiens midden men is aangewezen dan wel ophoudt wethouder of secretaris van de desbetreffende deelnemende gemeente te zijn.
Artikel 11 Voorzitter en secretaris Algemeen Bestuur
De secretaris en de plaatsvervangend secretaris worden door het Algemeen Bestuur benoemd. Deze functionarissen worden tevens benoemd als secretaris en plaatsvervangend secretaris voor het Dagelijks Bestuur. Benoembaar zijn slechts medewerkers van het ambtelijk apparaat van de deelnemende gemeenten. De benoeming geldt, tenzij anders bepaald, voor de zittingsduur van de gemeenteraad.
HOOFDSTUK IV Dagelijks Bestuur
Het Dagelijks Bestuur bestaat uit twee leden van het college van de gemeente Heerenveen en twee leden van het college van de gemeente Skarsterlân.
De burgemeester van de gemeente Skarsterlân en de burgemeester van de gemeente Heerenveen maken deel uit van het Dagelijks Bestuur. Daarnaast wordt binnen het Dagelijks Bestuur aangewezen de portefeuillehouder Economische Zaken en/of de portefeuillehouder Ruimtelijke Ordening.
De voorzitter van het Algemeen Bestuur is tevens voorzitter van het Dagelijks Bestuur.
De leden van het Dagelijks Bestuur treden als lid van dit bestuur af op de dag waarop de zittingsperiode voor de leden van het Algemeen Bestuur afloopt.
Zij blijven lid van het Dagelijks Bestuur totdat in hun opvolging is voorzien.
HOOFDSTUK V DE VOORZITTER EN DE SECRETARIS
De voorzitter vertegenwoordigt de Ontwikkelingsmaatschappij in en buiten rechte. Hij kan de vertegenwoordiging aan een door hem gemachtigde opdragen. In rechtsgedingen tussen de Ontwikkelingsmaatschappij en de gemeente waarvan de voorzitter lid van het college is, wordt hij vervangen door de plaatsvervangend voorzitter.
HOOFDSTUK IX FINANCIELE BEPALINGEN
Artikel 25 Wijziging begroting
Met betrekking tot het wijzigen van de begroting is het bepaalde in het voorafgaande van overeenkomstige toepassing.
HOOFDSTUK XII OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN
In alle gevallen, waarin deze regeling niet voorziet, wordt - onverminderd het bepaalde in de Wet gemeenschappelijke regelingen - door het Algemeen Bestuur een voorziening getroffen.
Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Skarsterlân op
De griffier, De voorzitter
Aldus vastgesteld door burgemeester en wethouders van de gemeente Skarsterlân op
De secretaris, De burgemeester,
Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Heerenveen op
De griffier,
Aldus vastgesteld door burgemeester en wethouders van de gemeente Heerenveen op
HOOFDSTUK I ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Artikel 2 Het openbaar lichaam
Artikel 3 Duur van de regeling
HOOFDSTUK II DOELSTELLINGEN, TAKEN EN BEVOEGDHEDEN
HOOFDSTUK III Algemeen Bestuur
Artikel 11 Voorzitter en secretaris Algemeen Bestuur
Artikel 12 Taken voorzitter Algemeen Bestuur
HOOFDSTUK IV Dagelijks Bestuur
Artikel 17 Taken Dagelijks Bestuur
HOOFDSTUK V DE VOORZITTER EN DE SECRETARIS
HOOFDSTUK VII INLICHTINGEN, VERANTWOORDING EN TERUGROEPING
HOOFDSTUK IX FINANCIELE BEPALINGEN
Artikel 25 Wijziging begroting
Artikel 27 Nadelig/batig saldo
HOOFDSTUK XI UITTREDING, WIJZIGING EN OPHEFFING