Organisatie | Heerhugowaard |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening cliënten advies raad Heerhugowaard 2015 |
Citeertitel | Verordening cliënten advies raad Heerhugowaard 2015 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | verordening |
Geen.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
14-04-2017 | 01-05-2015 | Nieuwe regeling | 23-06-2015 Publicatie via www.officielebekendmakingen.nl d.d. 6 april 2017 | RB2015053 en INT15-0925 |
VERORDENING CLIENTEN ADVIES RAAD
de Raad van de gemeente Heerhugowaard;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 28 april 2015;
gelet op het advies van de commissie Maatschappelijke ontwikkeling d.d. 11 juni 2015;
gelet op artikel 47 van de Participatiewet;
Artikel 47 van de Participatiewet voorschrijft dat de gemeenteraad bij verordening regels vaststelt over de wijze waarop personen als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de Participatiewet of hun vertegenwoordigers betrokken worden bij de ontwikkeling van het gemeentelijk beleid;
Artikel 1 Begripsomschrijving:
College: Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Heerhugowaard
Wmo: Wet maatschappelijke ondersteuning
Voorzitter: De voorzitter van de Cliënten Advies Raad
Doelgroepen Wmo: verstandelijk en/of lichamelijk gehandicapten en chronisch zieken, ouderen, psychiatrische patiënten, cliënten verslavingszorg, dag- en thuislozen, mantelzorgers en cliënten in de vrouwen- en jeugd hulpverlening.
Naast het doen van voorstellen en/of het uitbrengen van advies aan het college en/of de gemeenteraad, heeft de CAR met inachtneming van artikel 4, lid 1, tot taak:
Artikel 11 Huishoudelijk reglement
De CAR stelt ter aanvulling op de verordening een huishoudelijk reglement op dat ter goedkeuring aan het college wordt voorgelegd. In dit reglement wordt in ieder geval de werkwijze opgenomen over hoe omgegaan wordt met een (verzoek om) advies. Tevens wordt hierin opgenomen in welke uitzonderlijke gevallen in besloten vergadering kan worden vergaderd. Het huishoudelijk reglement wordt uiterlijk twee maanden na de datum van installatie van de CAR vastgesteld.
In alle gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslist het college na consultatie van de voorzitter.
Met deze verordening wordt uitvoering gegeven aan artikel 47 van de Participatiewet. Dit artikel draagt de gemeenteraad op bij verordening regels vast te stellen over de wijze waarop personen als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de Participatiewet of hun vertegenwoordigers betrokken worden bij de ontwikkeling van het gemeentelijke beleid. Personen als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de Participatiewet zijn personen:
als bedoeld in artikel 34a, vijfde lid onderdelen b en c, van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (hierna: WIA), artikel 35, vierde lid, onderdelen b en c, van de WIA en artikel 36, derde lid, onderdelen b en c, van de WIA tot het moment dat het inkomen uit arbeid in dienstbetrekking gedurende twee aaneengesloten jaren ten minste het minimumloon bedraagt en ten behoeve van die persoon in die twee jaren geen loonkostensubsidie als bedoeld in artikel 10d van de Participatiewet is verleend;
De uitvoering van de Participatiewet is door de colleges en gemeenteraden van Heerhugowaard, Alkmaar en Langedijk opgedragen aan de bedrijfsvoeringsorganisatie Halte Werk. De basis hiervoor wordt gevormd door een gemeenschappelijke regeling. Uit het bovenstaande vloeit voort dat ook de uitvoering geven aan artikel 47 van de Participatiewet is opgedragen aan (het bestuur van) Halte Werk. Op grond hiervan is in deze verordening (die door de drie betrokken gemeenten wordt vastgesteld) in voorkomende gevallen de term ‘het college’ vervangen door ’het bestuur van Halte Werk’.
Enkel die bepalingen die nadere toelichting behoeven worden hier behandeld.
Dit artikel bepaalt hoe de cliëntenparticipatie concreet wordt vorm gegeven.
Omdat het niet mogelijk is om alle belanghebbenden persoonlijk te betrekken bij het beleid, ligt het voor de hand een cliëntenraad samen te stellen die bestaat uit vertegenwoordigers van de doelgroepen zelf of vertegenwoordigers uit belangenorganisaties. De leden van de cliëntenraad worden benoemd door het bestuur van Halte Werk.
Om de actieve betrokkenheid van alle personen goed tot zijn recht te kunnen laten komen, is het van belang dat de cliëntenraad een afspiegeling is van alle in artikel 7, eerste lid, onderdeel a, van de Participatiewet genoemde doelgroepen. Een evenredige vertegenwoordiging van bovengenoemde groepen in de cliëntenraad is daarom het uitgangspunt van deze verordening. Dit voor zover dat redelijkerwijs mogelijk is.
Omdat de uitvoering van de wet door de colleges van Heerhugowaard, Alkmaar en Langedijk is opgedragen aan de bedrijfsvoeringsorganisatie Halte Werk, is de vraag of er sprake moet zijn van een evenredige vertegenwoordiging vanuit de betrokken gemeenten. In beginsel is dit niet noodzakelijk. Bij de start van de cliëntenraad wordt hiervoor echter wel gekozen. De huidige cliëntenraden hechten eraan dat ook maatschappelijke organisaties lid kunnen zijn van de cliëntenraad.
Er is voor gekozen om door de cliëntenraad uit zijn midden de voorzitter te laten benoemen. Daarmee wordt gewaarborgd dat ook de voorzitter voor en namens de benoemde doelgroep handelt.
Er is voor gekozen om de procedure van adviseren en de afspraken rond het periodiek overleg met de diverse geledingen van Halte Werk niet op te nemen in de verordening, maar apart te regelen in een document (reglement van orde) dat door het bestuur van Halte Werk bekrachtigd wordt. Dit biedt de mogelijkheid de afspraken daar waar wenselijk aan te passen, zonder dat de verordening daarvoor gewijzigd hoeft te worden.
Artikel 3. Ambtelijke ondersteuning
Op grond van artikel 47, onderdeel b, van de Participatiewet moet worden voorzien in ondersteuning om de cliëntenraad zijn rol effectief te kunnen laten vervullen. Om hierin te kunnen voorzien wordt deze ondersteuning opgenomen in het takenpakket van een medewerker van Halte Werk. Deze medewerker kan de communicatie tussen bestuur, college en gemeenteraad enerzijds en de cliëntenraad anderzijds stroomlijnen.
De ambtelijke ondersteuner is geen lid van de cliëntenraad.
Artikel 4. Taken van het bestuur
Het wordt belangrijk geacht dat de cliëntenraad tijdig wordt betrokken bij de totstandkoming van beleid zodat het uitoefenen van invloed op het beleid op die wijze mogelijk is. Daarom is in het derde lid bepaald dat het bestuur ervoor zorgt dat de cliëntenraad wordt betrokken bij de beleidsontwikkeling.
Artikel 5. Taken en bevoegdheden van de cliëntenraad
De cliëntenraad kan ook gevraagd en ongevraagd adviseren over de wijze waarop het beleid wordt uitgevoerd. Het gaat hierbij uitdrukkelijk niet om zaken betreffende individuele klachten, bezwaarschriften en andere zaken met betrekking tot een individuele persoon. Gedacht moet worden aan signalen die de cliëntenraad ontvangt m.b.t. bijvoorbeeld de bereikbaarheid, de afhandelingstermijnen, de bejegening, en de communicatie die het individuele niveau overstijgen.
Artikel 7. Vergoeding aan de leden
De leden van de cliëntenraad ontvangen een vergoeding voor hun activiteiten. Werknemers van instellingen of organisaties die op grond van artikel 2 lid 3 deel uit maken van de cliëntenraad komen niet voor deze vergoeding in aanmerking, omdat zij door hun werkgever voor deze werkzaamheden betaald worden, of van hun werkgever een vergoeding hiervoor ontvangen.