Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Groningen (Gr)

Nadere regels en besluiten behorende bij de Afvalstoffenverordening gemeente Groningen

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Groningen (Gr)
Officiële naam regelingNadere regels en besluiten behorende bij de Afvalstoffenverordening gemeente Groningen
CiteertitelNadere regels en besluiten Afvalstoffenverordening
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpmilieu
Eigen onderwerp

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Afvalstoffenverordening van de gemeente Groningen

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-201418-03-2017Nieuwe regeling

24-12-2013

Gemeenteblad 2013-143

MD 13.4041581

Tekst van de regeling

Intitulé

Nadere regels en besluiten Afvalstoffenverordening van de gemeente Groningen

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Groningen,

(MD 08.1664129);

Gelet op de Afvalstoffenverordening van de gemeente Groningen.

HEEFT BESLOTEN:

vast te stellen de volgende wijziging van de Nadere regels behorende bij de Afvalstoffen-verordening gemeente Groningen

Nadere regels en besluiten als bedoeld in de Afvalstoffenverordening gemeente Groningen

Artikel 1 Nadere omschrijving van afvalstoffen als bedoeld in artikel 8, lid 2 van de Afvalstoffenverordening:

  • a.

    Groente, fruit en tuinafval (gft):

    loof, schillen en resten van groenten en fruit en aardappelen, gekookte etenswaren, brood, eierschalen, doppen van pinda’s en nootjes, snijbloemen, gras, stro, bladeren, klein snoeiafval, resten van tuinplanten, kort gemaakte takken en composteerbare zakken en composteerbare verpakkingsmaterialen. Ten aan zien van dit laatste onderdeel wordt op gemerkt dat de zakken en verpakkingsmaterialen dienen te zijn voorzien van een kiemplantlogo; onder dit kiemplantlogo dient een nummer te staan dat aangeeft dat het desbetreffende product voldoet aan de Europese norm voor composteerbare verpakkingen ( NEN-EN 13432);

    Niet tot gft-afval behoren:

    kattenbakvulling, zand, tuinaarde, potgrond, turfmolm, vogelkooizand, asbakinhoud, haar van mensen en dieren, kauwgum, kerstbomen, as, van de openhaard, kurk, lucifers, luiers, melkpakken, schelpen, slachtafval, steekschuim, stofzuigerzakken (+inhoud), papier (met uitzondering van een krant op de bodem van de container);

  • b.

    Oud papier en karton:

    droog en schoon oud papier en karton, zoals kranten, papierenzakken, reclamedrukwerk, telefoongidsen, tijdschriften, grafisch papier (van printers en kopieerapparaten), cadeaupapier, schrijfpapier, papiersnippers, eierdozen, (venster)enveloppen, faxpapier, golfkarton, kartonnen dozen, kartonnen verpakkingen;

    Niet tot oud papier en karton behoren:

    drankenkartons voor zuivel en frisdranken, ordners en ringbanden met metaal en/of plastic onderdelen, geplastificeerd papier, sanitair papier (papieren zakdoekjes, wegwerpluiers, toiletpapier), behang, vinyl, doorslagpapier;

  • c.

    Verpakkingsglas:

    op kleur gescheiden eenmalige glasverpakkingen zoals flessen, potten en andere glazen verpakkingen;

    Niet tot verpakkingsglas behoren:

    vlakglas, (glas)keramiek, gloei- en spaarlampen, TL-lampen, nagellakflesjes, stenen kruiken, porselein, kristal, spiegels, doppen van flessen, kunststofflessen, kurken;

  • d.

    Textiel:

    kleding, schoeisel, lakens, dekens, grote lappen stof, gordijnen en handdoeken, en alle andere textiel dat ingezameld is;

  • e.

    Klein chemisch afval

    Huishouden

    • batterijen

    • spaarlampen/energiezuinige lampen

    • TL–buizen

    • vloeibare gootsteenontstopper

    • lampenolie

    • petroleum

    • bestrijdingsmiddelen; en/insecticiden

    Medicijnkastje

    • medicijnen

    • kwikthermometers

    • injectienaalden

    Doe het zelf

    • verf, lak, beits en houtverduurzamingsmiddelen

    • bij verven gebruikte producten zoals terpentine, thinner, verfafbijtmiddel, verfverdunner, kwastreiniger, kwastontharder en wasbenzine

    • kwikschakelaars

    Hobby

    • fotofixeer

    • foto–ontwikkelaar

    • etsvloeistoffen zoals salpeterzuur en zwavelzuur

    • zoutzuur

    Vervoer

    • accu’s

    • benzine

    • motorolie /afgewerkte olie/ remolie

    • oliefilters

    Niet tot klein chemisch afval behoren:

    aceton, ammonia, asbest, brandblussers (halon),correctievloeistof zoals typex, frituurvet, gasflessen, inkt, kit of lijm, loodwikkels, meubelolie, nagellak, nagellakremover, ontvettingsmiddelen, ovenreiniger, plamuur, rookmelders, smeervet, spuitbussen, vlekkenwater, vlooienbanden;

  • f.

    Grof tuinafval:

    takken die te groot of te zwaar zijn om in de gft-container te worden aangeboden. Stammen en takken mogen maximaal polsdik zijn;

    Niet tot grof tuinafval behoren: gft-afval, onkruid, gras, bladeren, wortels, aarde, balken, hout;

  • g.

    Huishoudelijk restafval:

    afval afkomstig uit particuliere huishoudens, dat overblijft na scheiding in andere deelstromen genoemd in artikel 8 Afvalstoffenverordening;

  • h.

    Grof huishoudelijk afval, categorie 1:

    van particuliere huishoudens afkomstige afvalstoffen die te groot of te zwaar zijn om op dezelfde wijze als huishoudelijk restafval te worden aangeboden, zoals wasmachines, gasfornuizen, koel- en vriesapparatuur, fietsframes, twee-en driezitsbanken, tuinpaaltjes, bedspiralen/ matrassen; kleine hoeveelheden sloopachtig afval (niet meer dan 0,5 m3), die geen substantiële belemmering vormen voor het inzamelvoertuig zoals aanrechtbladen, badkuipen, hout, hokjes van huisdieren, douchedeur of -cabine, keukenkastjes, hang- en legkasten, vlak- en vensterglas, deuren, gipsplaat, golfplaat (geen asbest) en planken;

  • i.

    Tot categorie 2, grof huishoudelijk afval, behoren:

    grote hoeveelheden sloopachtig afval (meer dan 0,5 m3), steenachtige materialen (zoals wc-potten, wasbakken, tegels, puin), aarde, grond, zand, bielzen, boomstammen, dikke balken, tuinschuttingen, stalen buizen, auto-onderdelen, deelstromen waarvoor een andere inzamel- of brengvoorziening geldt (zoals snoeiafval, glas, asbest, dakbedekking, textiel, papier, kleine elektrische en elektronische apparaten). Afval van deze categorie dat niet in een aparte deelstroom valt, dient in de regel te worden gebracht naar een brengvoorziening zoals de ARCG.

Artikel 2 Aanwijzingsbesluit inzamelinstantie als bedoeld in artikel 7, lid 1 en inzamelende instanties als bedoeld in artikel 7, lid 2 van de Afvalstoffenverordening

  • 1. Bijlage 2 noemt de aangewezen instanties zoals bedoeld in artikel 7 lid 2, voor de inzameling van de daarin genoemde stromen klein chemisch afval.

Artikel 3 Aanwijzingsbesluit ex artikel 9 lid 2 Afvalstoffenverordening

Bijlage 3 bevat het aanwijzingsbesluit als bedoeld in artikel 9 lid 2:

  • de delen van de gemeente waar de ondergrondse container is aangewezen als inzamelvoorziening (bijgevoegde kaarten).

  • de overige delen van de gemeente (kaartje) waarvoor een bepaald inzamelmiddel geldt.

  • lijsten met adressen waar bepaalde inzamelmiddelen gelden

Artikel 4 Besluit inzake frequentie inzameling overige afvalstoffen ex artikel 10, lid 5 Afvalstoffenverordening

In de percelen die zijn gelegen binnen de diepenring in de binnenstad van Groningen wordt door de inzameldienst één keer per maand oud papier ingezameld.

Artikel 4a Regels ex artikel 14a

De gebruiker van een perceel die geen ongeadresseerde handelsreclame wenst te ontvangen, dient dit kenbaar te maken door het aanbrengen van een sticker verkrijgbaar bij de Milieudienst en het Gemeentelijk Informatie Centrum. Deze sticker dient op de brievenbus of maximaal 10 centimeter vanaf de brievenbus te worden aangebracht. De gebruiker heeft de keuze tussen een Ja-Nee, en een Nee-Nee sticker, waarbij in het eerste geval geen handelsreclame wordt bezorgd, maar wel huis aan huis bladen worden bezorgd. In het tweede geval worden geen handelsreclame en geen huis aan huis bladen bezorgd.

Artikel 5 Regels ex artikel 15, leden 3, 4 en 5 Afvalstoffenverordening omtrent het aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via een inzamelmiddel

  • 1. Wijze van aanbieden:

    • a.

      de inzamelmiddelen moeten goed gesloten zijn;

    • b.

      de inzamelmiddelen mogen geen uitstekende delen bevatten die kunnen leiden tot beschadigingen van de inzamelmiddelen.

    • c.

      er mogen geen afvalstoffen buiten de inzamelmiddelen achterblijven;

    • d.

      het aanbieden moet ordelijk geschieden;

    • e.

      de inzamelmiddelen moeten op het voetpad, zo dicht mogelijk bij de rijweg, of, bij het ontbreken van een voetpad, aan de kant van de rijweg worden aangeboden, tenzij krachtens lid 2 een andere plaats is aangewezen.

    • f.

      In het belang van een doelmatig beheer van afvalstoffen moeten de inzamelmiddelen regelmatig worden gereinigd.

    • g.

      Door of namens het college kunnen in het kader van een doelmatige inzameling door middel van kaartjes, die aan het inzamelmiddel worden bevestigd, en/of folders, brieven en stickers, aan bewoners instructies worden gegeven over de juiste manier van aanbieden van het inzamelmiddel.

  • 2. Plaats van aanbieding:

    Door of namens het college kunnen in het kader van een doelmatige inzameling door middel van kaartjes, die aan het inzamelmiddel worden bevestigd, en/of folders, brieven en stickers, aan bewoners instructies worden gegeven met betrekking tot de locatie waar het inzamelmiddel moet worden geplaatst.

  • 3. Maximale gewicht van de afvalstoffen per inzamelmiddel en het maximale aantal inzamelmiddelen dat per keer kan worden aangeboden:

    • a.

      De inhoud van huisvuilzakken mag niet zwaarder zijn dan 7 kilogram en er mogen per perceel maximaal 20 huisvuilzakken per maand worden aangeboden;

    • b.

      De inhoud van grijze en groene containers mag niet zwaarder zijn dan 60 kilogram.

      Per week mag maximaal één minicontainer per perceel volgens het schema genoemd in de afvalwijzer worden aangeboden. Er mag geen minicontainer met ander afval worden aangeboden in diezelfde week.

    • c.

      Bij percelen waar de ondergrondse container het aangewezen inzamelmiddel is, mogen per perceel maximaal gemiddeld 20 huisvuilzakken per maand worden aangeboden. Indien meer dan gemiddeld 20 huisvuilzakken per maand worden aangeboden, blijkend uit het aantal trommeltikken, kunnen tarieven op grond van de Verordening reinigingsheffing worden opgelegd.

    • d.

      In aantoonbare bijzondere omstandigheden, die leiden tot een niet beïnvloedbare hoeveelheid restafval, mag na toestemming door of namens het college een extra grijze minicontainer of mogen maximaal 20 extra huisvuilzakken per maand worden aangeboden. Indien meer dan gemiddeld 20 huisvuilzakken worden aangeboden, blijkend uit het aantal trommeltikken, kunnen kosten in rekening worden gebracht op grond van de Verordening reinigingsheffing.

      Indien men, als er geen bijzondere omstandigheden zijn, meer dan één minicontainer met hetzelfde afval volgens het schema in de afvalwijzer wil aanbieden, moet daartoe een verzoek worden gedaan aan het college van burgemeester en wethouders. Er kan dan een extra container worden geleverd tegen het daarvoor geldend tarief.

  • 4. Huisvuilzakken mogen slechts als inzamelmiddel worden gehanteerd indien zij voldoen aan de kwaliteitseisen conform NEN 7021 en voorzien zijn van KOMO-keur.

Artikel 6 Regels ex artikel 16, leden 3 en 5, Afvalstoffenverordening omtrent het aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via een inzamelvoorziening ten behoeve van een groep percelen

  • 1. Afvalstoffen dienen in een gesloten zak in de inzamelvoorziening te worden gedeponeerd.

  • 2. De vuilniszak mag geen uitstekende delen bevatten.

  • 3. De inzamelvoorziening moet na gebruik goed gesloten zijn.

  • 4. Er mogen geen afvalstoffen buiten de inzamelvoorziening achterblijven.

  • 5. Het aanbieden moet ordelijk geschieden.

  • 6. Er mogen per perceel gemiddeld maximaal 20 huisvuilzakken per maand worden aangeboden.

  • 7. Bij meer dan 20 zakken per maand kunnen tarieven worden opgelegd op grond van de Verordening reinigingsheffing.

Artikel 7 Regels ex artikel 17 lid 2 omtrent de wijzen waarop huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling kunnen worden aangeboden via een inzamelvoorziening op wijkniveau

  • 1. Het aanbieden moet ordelijk geschieden.

  • 2. In de inzamelvoorziening mogen geen afvalstoffen worden gedeponeerd die uitstekende delen bevatten die kunnen leiden tot beschadigingen van de inzamelvoorziening.

  • 3. Er mogen geen afvalstoffen buiten de inzamelvoorziening achterblijven.

Artikel 8 Regels ex artikel 18, leden 1 en 2, Afvalstoffenverordening

  • 1. De aanbiedvoorwaarden van het Afvalbrengstation van de ARCG en het Afvalbrengstation Vinkhuizen Zuid zijn vermeld in de afvalwijzer.

  • 2. Voor het brengen van afval bij het afvalstation Vinkhuizen Zuid kunnen tarieven worden gehanteerd.

Artikel 9 Aanwijzingsbesluit en regels ex artikel 19, leden 1 en 2 Afvalstoffenverordening omtrent het ter inzameling aanbieden zonder inzamelmiddel

  • 1. De volgende categorieën huishoudelijke afvalstoffen kunnen zonder inzamelmiddel ter inzameling worden aangeboden:

    • a.

      grof huishoudelijk afval;

    • b.

      oud papier aan inzamelaars;

    • c.

      koel- en vriesapparatuur

    • d.

      grof tuinafval

  • 2. De volgende aanbiedregels gelden voor het aanbieden van deze afvalstoffen:

    • a.

      Het overdragen van grof huishoudelijk afval, behorend tot categorie 1, na telefonische melding of melding per internet, moet ordelijk geschieden door plaatsing daarvan op een vastgestelde inzameldag tussen 6.00 en 8.00 uur, op het voetpad, zo dicht mogelijk bij de rijweg, of, bij het ontbreken van een voetpad, aan de kant van de rijweg, tenzij door of namens het college een andere plaats is aangewezen;

    • b.

      Een stuk grof huishoudelijk afval, behorende tot categorie 1, mag bij het overdragen of aanbieden geen grotere afmeting hebben dan 1,5 meter lengte en 1,0 meter breedte. Kleinere stukken grof huishoudelijk afval moeten zoveel mogelijk in één of meer bundels samengedrukt en gebonden worden overgedragen of aangeboden; hout dient gebundeld te worden overgedragen of aangeboden; afval zoals hokjes van huisdieren, douchedeuren of -cabines, keukenkastjes, hang en -legkasten moeten gedemonteerd worden overgedragen of aangeboden; vlak- en vensterglas moeten in kleine stukken worden verpakt in dozen worden overgedragen of aangeboden; deuren, gipsplaten, golfplaat (geen asbest) en planken moeten gebundeld worden overgedragen of aangeboden.

    • c.

      Stukken of bundels grof huishoudelijk afval, behorend tot categorie 1, mogen niet zwaarder zijn dan 25 kilogram;

    • d.

      De totale hoeveelheid grof huishoudelijk afval, behorend tot categorie 1, mag niet meer zijn dan 1,5 m3 per keer per perceel;

    • e.

      De onder d genoemde hoeveelheid grof huishoudelijk afval, mag voor maximaal 0,5 m3 bestaan uit sloopachtig afval als genoemd onder categorie 1;

    • f.

      Het aanbieden van meer dan 0,5 m3 sloopafval betekent dat dit afval wordt aangemerkt als grof huishoudelijk afval behorend tot categorie 2

    • g.

      Oud papier en/of karton dat wordt aangeboden of overgedragen aan aangewezen inzamelaars moet stevig worden samengebonden in bundels verpakt of worden verpakt in kartonnen dozen, tot een maximum gewicht van 10 kilogram per bundel of doos;

    • h.

      Koel- en vriesapparatuur, behorend tot categorie 1 van grof huishoudelijk afval dient schoon en leeg aan een bij amvb aangewezen inzamelaar of, na telefonische melding of melding per internet, aan de inzameldienst te worden overgedragen of aangeboden.

    • i.

      Aan de inzameldienst mogen niet meer dan twee stuks wasmachines, koelkasten, gasfornuizen of fietsframes, twee- en driezitsbanken dan wel ander grof huishoudelijk afval van soortgelijke omvang worden aangeboden.

    • j.

      Indien per perceel grof huishoudelijk afval behorend tot categorie 1 wordt aangeboden aan de inzameldienst kunnen daarvoor kosten berekend worden op grond van de Verordening reinigingsheffing.

    • k.

      Indien meer grof huishoudelijk afval wordt aangeboden dan de hoeveelheid genoemd bij sub d, of indien vaker afval wordt aangeboden dan het aantal keren bedoeld bij sub j, kan een tarief op grond van de Verordening reinigingsheffing worden opgelegd.

    • l.

      Voor het overdragen of aanbieden van grof huishoudelijk afval van categorie 2 wordt een tarief op grond van de Verordening reinigingsheffing opgelegd.

    • m.

      Grof tuin afval mag niet meer zijn dan 3 m3; het moet gebundeld worden overgedragen of aangeboden. Stammen en/of takken mogen niet groter van omvang zijn dan polsdikte. Voor verwijdering van grof tuinafval kan een tarief worden opgelegd op grond van de Verordening reinigingsheffing.

    • n.

      Autowrakken, afkomstig van een huishouden zijn huishoudelijke afvalstoffen, deze moeten door de eigenaar of kentekenhouder worden afgegeven aan inrichtingen, genoemd in artikel 6 van het Besluit Beheer Autowrakken (zie artikel 32 van de Afvalstoffen-verordening). Het is verboden deze aan de inzameldienst aan te bieden.

Artikel 10 Regels ex artikel 20, leden 1 en 2, van de Afvalstoffenverordening inzake dagen en tijden voor het ter inzameling aanbieden:

  • 1. De dagen voor het ter inzameling aanbieden van huishoudelijk afval zijn opgenomen in de afvalwijzer.

  • 2. De inzamelmiddelen moeten worden aangeboden op de vastgestelde inzameldag tussen 6.00 en 8.00 uur (dit geldt niet voor huisvuilzakken die in ondergrondse containers worden gedeponeerd).

  • 3. De inzamelmiddelen moeten zo spoedig mogelijk na lediging door de inzameldienst, doch uiterlijk aan het eind van de vastgestelde inzameldag, van de weg zijn verwijderd.

  • 4. Grof huishoudelijk afval, grof tuinafval en koel- en vriesapparatuur mogen slechts tussen 06.00 en 08.00 uur worden aangeboden op de dag die, na telefonische melding of melding per internet bij de inzameldienst, door de inzameldienst is aangewezen.

  • 5. In verband met geluidhinder mogen glasbakken alleen tussen 7.00 uur en 20.00 uur worden gebruikt.

  • 6. De openingstijden van het afvalbrengstation van de ARCG zijn: maandag tot en met vrijdag van 8.00 uur tot 16.30 uur en op zaterdag van 11.00 uur tot 16.00 uur.

  • 7. De openingstijden van het afvalbrengstation Vinkhuizen Zuid zijn: maandag tot en met vrijdag van 10.00 uur tot 16.30 uur en zaterdag van 11.00 uur tot 16.00 uur.

Artikel 11

Reserveren voor eventuele calamiteitenregeling ex artikel 21 Afvalstoffenverordening

Artikel 12 Aanwijzing ex artikel 22 Afvalstoffenverordening

Alle bedrijfsafval wordt aangewezen als andere categorie van afvalstoffen die door de inzameldienst wordt ingezameld.

Artikel 13 Regels ex artikel 23, leden 3 en 5 Afvalstoffenverordening

Nadere regels voor het aanbieden van bedrijfsafval aan de inzameldienst

  • 1.

    De afvalcontainers moeten goed afgesloten zijn.

  • 2.

    De overdracht of de aanbieding van bedrijfsafval in afvalcontainers moet op zodanige wijze geschieden, dat geen afvalstoffen buiten de containers achterblijven.

  • 3.

    Het overdragen of aanbieden van bedrijfsafval moet ordelijk geschieden door plaatsing daarvan op de inzameldag tussen 6.00 en 8.00 uur, op het voetpad, zo dicht mogelijk bij de rijweg, of bij het ontbreken van een voetpad, aan de kant van de rijweg, tenzij door of namens het college een andere plaats is aangewezen.

  • 4.

    De houder van de afvalcontainer moet er voor zorgen dat de afvalcontainer zo spoedig mogelijk na lediging, doch uiterlijk aan het eind van de inzameldag van de weg is verwijderd.

  • 5.

    Indien op grond van overheidsvoorschriften bepaalde afvaldeelstromen gescheiden moeten worden aangeboden, mogen deze afvaldeelstromen niet met het andere bedrijfsafval worden vermengd.

  • 6.

    Het verbod bedoeld in artikel 23, lid 5 Afvalstoffenverordening geldt voor het volgende gebied:

    De straten binnen de Diepenring ( dus exclusief de buitenste ring), het Damsterdiep (tot aan de Petrus Campersingel), het Schuitendiep (tot aan de Schouwburg), de Nieuweweg, de Loppersumgang, de Pluimerstraat, de Nieuwe Ebbingestraat en de A-straat.

Artikel 14 Regels ex artikel 24, lid 1 Afvalstoffenverordening

  • 1. De afvalcontainers moeten goed gesloten zijn.

  • 2. De overdracht of de aanbieding van bedrijfsafval in afvalcontainers moet op zodanige wijze geschieden dat geen afvalstoffen buiten de containers achterblijven.

  • 3. Het overdragen of aanbieden van bedrijfsafval in de openbare ruimte moet ordelijk geschieden.

    Het bedrijfsafval moet op de inzameldag tussen 6.00 en 20.00 uur geplaatst worden, op het voetpad, zo dicht mogelijk bij de rijweg, of bij het ontbreken van een voetpad, aan de kant van de rijweg, tenzij door of namens het college een andere plaats is aangewezen.

  • 4. De houder van de afvalcontainer moet er voor zorgen dat de afvalcontainer zo spoedig mogelijk na lediging, doch uiterlijk aan het eind van de inzameldag van de weg is verwijderd.

  • 5. Indien op grond van overheidsvoorschriften bepaalde afvaldeelstromen gescheiden moeten worden aangeboden, mogen deze afvaldeelstromen niet met het andere afval worden vermengd.

  • 6. Het verbod zoals vermeld in artikel 24 lid 2 Afvalstoffenverordening is van toepassing op het gebied als omschreven in artikel 13, lid 6.

Artikel 15

Reserveren voor eventueel nadere regels ex artikel 25 lid 3 onder b Afvalstoffen-verordening inzake thuiscomposteren van gft.

Artikel 16 Inwerkingtreding

  • 1. Deze ‘Nadere regels en besluiten’ als bedoeld in de Afvalstoffenverordening treden in werking op 1 januari 2005.

  • 2. Op dat tijdstip worden vervallen verklaard de tot die datum geldende nadere regels en besluiten op grond van de afdelingen 1 en 2 van Hoofdstuk 4 van de Algemene Plaatselijke verordening van de gemeente Groningen 1994.

Opnieuw vastgesteld bij besluit van de algemeen directeur van de Milieudienst op 9 september 2008 is het aanwijzingsbesluit inzameling klein chemisch afval.

Datum bekendmaking: 1 oktober 2008.

Datum inwerkingtreding: 2 oktober 2008.

AANWIJZINGSBESLUIT

Burgemeester en wethouders van Groningen

Gelet op artikel 7 lid 2 van de Afvalstoffenverordening gemeente Groningen

BESLUITEN:

Aan te wijzen, voor de inzameling van klein chemisch afval, de instanties en bedrijven genoemd op bijgevoegd lijst.

Opnieuw vastgesteld bij besluit van de algemeen directeur van de Milieudienst op 9 september 2008.

Datum bekendmaking: 1 oktober 2008.

Datum inwerkingtreding: 2 oktober 2008.

Gemeenteblad 2008-75.

AANWIJZINGSBESLUIT

Burgemeester en wethouders van Groningen

Gelet op artikel 9 lid 2 van de Afvalstoffenverordening gemeente Groningen

BESLUITEN:

Vast te stellen:

  • dat in de gebieden weergegeven op bijgevoegde kaarten en adressenbestand in lijst 1, de ondergrondse container als inzamelmiddel geldt;

  • dat in bijgevoegde lijst 2 een adressenbestand is gegeven waarvoor de perscontainer als inzamelmiddel geldt;

  • dat in bijgevoegde lijst 3 het adressenbestand is gegeven waarvoor als inzamelmiddel de restafvalcontainer geldt.

Vastgesteld bij collegebesluit van 30 november 2004, nr. 6f.

Datum bekendmaking: 29 december 2004.

Datum inwerkingtreding: 1 januari 2005.

Gemeenteblad 2004-76.

Lijst inzameling van klein chemisch afval

(VNN) Verslavingszorg Noord Nederland Hanzeplein 125

GGD Hanzeplein 120

VNN A-weg 29

VNN Oostersingel 194

VNN Bornholmstraat

Apotheek A-straat A-straat 20

Apotheek Beijum Emingaheerd 4

Apotheek Boterdiep Boterdiep 119

Apotheek De Helden De Held 119

Apotheek de Wijert van Lenneplaan 117-1

Apotheek de Wiljes Overwinningsplein 9

Apotheek Diephuis Moesstraat 34

Apotheek Hanzeplein Hanzeplein 122

Apotheek Helpman Helperplein 17

Apotheek Hoogkerk Reddingiusweg 36A

Apotheek Lewenborg Kombuis 173

Apotheek Oldeman Vechtstraat 135

Apotheek Oosterhoogebrug Rijksweg 18

Apotheek Oosterpoort Meeuwerderweg 6

Apotheek Paddepoel Dierenriemstraat 110

Apotheek Poll Korreweg 118

Apotheek Selwerd Berkenlaan 131a

Apotheek Venema A-Kerkhof 17/19

Apotheek Vinkhuizen/de Held Siersteenlaan 428/1

Apotheek Wester A-weg 5

Eemshuis Schoolstraat 9

Gebruikersruimte Herebinnensingel 35

Gezondheidscentrum West A-weg 5

Openhof Spilsluizen 5

Vondelflat Vondellaan 77

Anker Overwinningsplein 54

Boot en Heymans Sint Jansstraat 13-15

Asadin Nwe Ebbingestraat 54

Jacob's Boekhandel Brugstraat 25

Jansen Kantoormachines Moesstraat 49

Milo Meeuwerderweg 111

Milo Van Lenneplaan 113

Onderdelenhuis Nwe Ebbingestraat 86

Videotheek Beijum Claremaheerd 51-55

Lampenier Zonnelaan 253

Piccardthof Piccardtlaan 2

Tilman Noorderstationstraat 31

Belga Kajuit 272

Drogisterij Kamst Stoepemaheerd 20B

Bijlage 2

Lijst adressen met gezamenlijke perscontainer

Voor informatie over uw adres kunt u terecht in de afvalwijzer:

http://gemeente.groningen.nl/afval/afvalwijzer

U kunt via deze afvalwijzer afleiden welk inzamelmiddel voor uw adres geldt.

Kaarten met daarop aangegeven een ondergrondse container als inzamelmiddel:

xservicekaart zeehelden- & badstratenbuurtservicekaart Beyum/Wibenaheerdservicekaart De Wijertservicekaart Helpman Westservicekaart Helpman Oostservicekaart Coendersborgservicekaart Westerhavengebiedservicekaart Nieuwstadservicekaart Achter de MuurKorreweg en omgevingservicekaart Indischebuurtservicekaart Oosterpoortservicekaart Selwerd-Paddepoel-Vinkhuizenservicekaart Selwerd-Paddepoel-Vinkhuizen (2)

x

xservicekaart Lewenborg

xLocatie 3001, 212 t/m 215 - Popkenstraat

servicekaart Reitdiep & de Mudden

xRivierenbuurt & Herewegbuurt

servicekaart de Hoogteservicekaart GrunobuurtLocatie 1025 (Cascade) 20 & 21 - Emmasingelservicekaart Corpus den Hoornservicekaart Beyum-Westservicekaart Laanhuizen

Gemeentebladnummer: 2013 -143

Datum bekendmaking:

24 december 2013

Projectomschrijving:

Nadere regels behorende bij de Afvalstoffenverordening

gemeente Groningen

Registratienummer:

MD 13.4041581

Besluit tot wijziging van de Nadere regels behorende bij de Afvalstoffenverordening gemeente Groningen

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Groningen maakt bekend:

dat het in zijn vergadering van 3 december 2013, besluitnummer 5i, besloten heeft het wijzigingsbesluit Nadere regels behorende bij de Afvalstoffenverordening gemeente Groningen vast te stellen.

Toelichting

Actualisatie van de Nadere regels en besluiten. Zo zijn de openingstijden van het Afvalbrengstation Vinkhuizen Zuid aangepast, moet er voor een extra minicontainer betaald worden, en is het ophalen van grofvuil door de inzameldienst niet meer gratis.

Inwerkingtreding en inzage

Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2014.

Dit besluit ligt vanaf vandaag voor iedereen ter inzage en is kosteloos verkrijgbaar bij het Gemeentelijk Informatie Centrum (GIC), Kreupelstraat 1 (De Prefectenhof) te Groningen.

Het GIC is op dinsdag tot en met vrijdag vrij toegankelijk van 9.00-11.00 uur. Op afspraak kunt u hier terecht op maandag van 13.00-17.00 uur. Op dinsdag, woensdag en vrijdag van 11.00-17.00 uur. En op donderdag van 11.00-19.00 uur.

Toelichting

Toelichting aanvullingen/wijzigingen

Paragraaf 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

De begrippenlijst is uitgebreid met de begrippen inzamelvergunning, inzameldienst, andere inzamelaars, wegen en motorrijtuigen. Deze toevoegingen vloeien voort uit bepalingen in deze verordening waarbij deze begrippen aan de orde komen. De laatste twee genoemde begrippen zijn

ontleend aan de Wegenverkeerswet 1994.

Artikel 2 Beslistermijn

De tekst van dit artikel sluit aan bij artikel 4 van APVG-1994.

Artikel 3 Indiening aanvraag

De tekst van dit artikel sluit aan bij artikel 5 leden 1en 2 van de APVG-1994.

Artikel 4 Voorschriften en beperkingen

De tekst van dit artikel sluit aan bij 9 APVG-1994.

Nieuw is dat de voorschriften en beperkingen die aan een vergunning of ontheffing worden verbonden,

voortaan het belang van het milieu beogen te beschermen.

Lid 3 is een nieuwe toevoeging en beoogt de handhaving te vergemakkelijken.

Artikel 5 Persoonlijk karakter van de vergunning

De tekst van dit artikel sluit aan bij artikel 10 APVG-1994.

Artikel 6 Intrekking of wijziging van de vergunning of ontheffing

De tekst van dit artikel sluit aan bij artikel 11 APVG-1994.

Paragraaf 2 Inzameling van huishoudelijke afvalstoffen

Artikel 7 Aanwijzing inzameldienst en andere inzamelaars (voormalig artikel 101 APVG 1994)

Op grond van artikel 10.24 Wm is thans verplicht bij of krachtens deze verordening een inzameldienst aan te wijzen voor de inzameling van huishoudelijke afvalstoffen.

In het tweede lid is geregeld dat ook andere inzamelaars bij uitvoeringsbesluit kunnen worden aangewezen.

De aanwijzing op grond van dit lid kan ook worden gebruikt voor detaillisten die bijvoorbeeld batterijen van particulieren inzamelen als inzamelpunt aan te wijzen. Indien detaillisten of reparatiebedrijven op grond van een Amvb als inzamelaars zijn aangewezen geldt de aanwijsbevoegdheid van de gemeente uiteraard niet. Denk bijvoorbeeld aan het besluit Beheer wit- en

bruingoed; hierbij gaat het om de inname van elektronische en elektrische apparaten.

Artikel 8 Afzonderlijke inzameling (voormalig artikel 102 APVG 1994)

Nieuw zijn hier de begrippen bouw- en sloopafval en verduurzaamd hout. Er is aangesloten bij de begrippen genoemd in het LAP. Het gaat hier om bouw- en sloop en verduurzaamd hout uit huishoudens, dat als grof vuil wordt aangeboden.

In de nadere regels zal omschreven worden wat hieronder wordt verstaan; zie lid 2.

Schoeisel wordt in deze lijst niet meer genoemd omdat dit nu onder het begrip textiel valt.

Ook hier is aangesloten bij de definitie genoemd in het LAP.

De hiergenoemde lijst kan naar behoeven worden uitgebreid. De raad kan besluiten tot het afzonderlijk inzamelen van andere bestanddelen van huishoudelijke afvalstoffen. Gedacht kan worden aan kunststof, ijzer of autobanden.

Artikel 8 komt overeen met artikel 14 van deze verordening.

In lid 2 is bepaald dat het college een omschrijving kan vaststellen voor categorieën huishoudelijke

afvalstoffen. Zie artikel 1 van de nadere regels.

Artikel 9 Inzamelmiddel en -voorzieningen (voormalig artikel 103)

Het college kan voor iedere gebruiker van een perceel per categorie huishoudelijke afvalstoffen

aanwijzen via welk(e) inzamelmiddel of –voorziening wordt ingezameld.

Op dit moment worden de inzamelmiddelen aan de burger bekend gemaakt, via de afvalwijzer.

Lid 3 is toegevoegd zodat de afvalwijzer de grondslag in de verordening vindt en het formeel geregeld is dat in de afvalwijzer kan worden aangegeven welk inzamelmiddel of - voorziening er gebruikt dient

te worden.

Artikel 10 Frequentie van inzamelen (voormalig artikel 104 APVG 1994)

Lid 4 van artikel 104 van de APVG-1994 is vervallen, aangezien afzonderlijke inzameling van GFT

per emmer niet meer voorkomt.

Ook wordt sinds enige tijd de frequentie van inzamelen vermeld in de afvalwijzer.

Artikel 11 Inzamelverbod huishoudelijke afvalstoffen behoudens vergunning

(voormalig artikel 105 APVG 1994)

Gemeenten zijn belast met de zorgplicht voor de inzameling van huishoudelijke afvalstoffen. Zij

hebben daarmee het recht om te bepalen dat het verboden is aan andere dan de door het college aangewezen inzameldienst en instanties om huishoudelijke afvalstoffen in te zamelen, tenzij deze daartoe beschikken over een vergunning van het college.

Op basis van artikel 4 van deze verordening kunnen aan de vergunning voorschriften en beperkingen worden verbonden in het belang van de bescherming van het milieu.

In lid 2 wordt de term doelmatig beheer genoemd. Dit is nieuw; voorheen werd de term doelmatige afvalverwijdering genoemd, maar dit begrip is verlaten.

De doelmatigheidstoets voor gemeenten genoemd in artikel 10.26, eerste lid, Wm richt zich concreet op toetsing aan het LAP, op een efficiënt en effectief beheer van afvalstoffen, een effectief toezicht op het beheer van afvalstoffen en op de vastgestelde voorkeursvolgorden van afvalstoffen.

Het inzamelverbod geldt niet voor personen of instanties die op grond van een Amvb in het kader van

productverantwoordelijkheid een inzamelplicht hebben gekregen. Vandaar dat lid 4 is opgenomen. Zie

ook toelichting bij artikel 7.

Paragraaf 3 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen

Artikel 12 Verbod op het ter inzameling aanbieden huishoudelijke afvalstoffen aan anderen

(voormalig artikel 106 APVG 1994)

Artikel 13 verbod op het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen door anderen dan

de gebruikers van percelen (voormalig artikel 107 APVG 1994)

Artikel 14 Afzonderlijk ter inzameling aanbieden (voormalig artikel 108 APVG 1994)

Zie artikel 8.

Artikel 15 ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via een inzamelmiddel voor de

gebruiker van een perceel (voormalig artikel 109 APVG 1994)

Dit artikel biedt de basis voor diverse regels die relevant zijn voor de bedoelde

inzamelmiddelen. Zie bijlage 1, artikel 5.

Het vierde lid geeft de mogelijkheid om behalve een beperking aan het gewicht per inzamelmiddel ook een beperking naar aantal inzamelmiddelen dat per keer mag worden aangeboden op te leggen.

Artikel 16 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via een inzamelvoorziening ten behoeve van een groep percelen (voormalig artikel 110 APVG 1994)

Er is een nieuw lid 6 toegevoegd. Dit lid 6 is in de verordening opgenomen zodat het college, indien daartoe behoefte bestaat, in de toekomst regels kan stellen over de inzameling. Gedacht kan worden aan regels over dagen en tijden, de wijze van aanbieden en het afsluiten van de inpandige voorziening.

Artikel 17 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via inzamelvoorzieningen op

wijkniveau ( voormalig artikel 111 APVG 1994)

Artikel 18 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via het Afvalbrengstation van de ARCG aan de Duinkerkenstraat, het afvalbrengstation Vinkhuizen Zuid (voormalig artikel 112 APVG 1994))

Artikel 19 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen zonder inzamelmiddel(voormalig artikel 113 APVG 1994)

Artikel 20 Dagen en tijden voor het ter inzameling aanbieden

(voormalig artikel 114 APVG 1994)

Artikel 21 Het in bijzondere gevallen ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen

(voormalig artikel 115 APVG 1994)

Dit artikel biedt de grondslag voor een door het college vast te stellen calamiteitenregeling.

Een dergelijke (eventueel tijdelijke) regeling zou bijvoorbeeld nodig kunnen zijn in geval vanstakingen, etc. Ook kan worden gedacht aan een regeling voor het aanbieden van huishoudelijk afvalbij wegopbrekingen.

Paragraaf 4 Inzameling van Bedrijfsafvalstoffen

Artikel 22 Inzameling bedrijfsafvalstoffen door de inzameldienst

(voormalig artikel 117APVG 1994)

De inzameldienst kan naast huishoudelijk afvalstoffen bijvoorbeeld ook bedrijfsafvalstoffen (of een bepaalde categorie van bedrijfsafvalstoffen) inzamelen. Gedacht kan worden aan afval uit de kantoren/winkels/dienstensector of bouw- en sloopafval (voor zover dit niet wordt gerekend tot het huishoudelijk afval).

Artikel 23 Ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan de inzameldienst

(artikel 118 APVG 1994)

Alleen die bedrijven die betalen voor de gemeentelijke inzamelvoorzieningen mogen, voorzover artikel 18 daartoe de mogelijkheid biedt, hun bedrijfsafvalstoffen aanbieden aan de inzameldienst. Het college kan net als bij huishoudelijke afvalstoffen, regels stellen over de wijze waarop de afvalstoffen

ter inzameling dienen te worden aangeboden.

Lid 5 van voormalig artikel 118 APVG is vervallen vanwege de afbakeningsproblematiek zieinleiding.

Artikel 24 Het ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan een ander dan de inzameldienst

(in plaats van artikel 116 APV)

De basis voor het stellen van regels over de inzameling van bedrijfsafvalstoffen is te vinden in artikel 10.23 , derde lid, Wm. Er mogen in het belang van de bescherming van het milieu nadere regels

worden gesteld. De gemeente mag geen vergunningstelsel hanteren voor de inzameling van bedrijfsafvalstoffen. Dit is krachtens artikel 10.48 Wm voorbehouden aan de minister.

Artikel 116 APVG-1994 is daarom vervallen. Vanzelfsprekend mogen de gemeenten hun

bevoegdheid niet benutten ter bevoordeling van de eigen inzameldienst en ten nadele van andere aanbieders op de markt.

Paragraaf 5 Zwerfafval

Deze paragraaf is geheel gewijd aan zwerfafval. Een dergelijke paragraaf kwam in de APVG 1994 nietvoor. De artikelen van deze paragraaf vinden nu hun grondslag in de Wm en niet meer in deGemeentewet.

Artikel 25 Voorkomen van diffuse milieuverontreiniging (voormalig artikel 122 APVG 1994)

Dit artikel heeft een primair milieubeschermende functie en beoogt gemeenten een instrument te geven om illegale dumpingen, voorzover er geen hogere wet- of regelgeving van toepassing is, of het

ontstaan van zwerfafval tegen te gaan. In een aantal gevallen zal het brengen van stoffen in of op debodem zodanig gebeuren dat de een hogere wet, zoals de wet Bodembescherming of het Bouwstoffenbesluit, van toepassing is.

Artikel 26 Achterlaten van straatafval (voormalig artikel 121 APVG 1994)

Bij het begrip straatafval gaat het in feite om afval dat ‘onderweg’ ontstaat, buiten een perceel, dat niet als zwerfafval op straat of in het plantsoen terecht dient te komen en waarvoor je de burger (in dit geval ook toeristen) de mogelijkheid wilt bieden om zich ter plekke ervan te ontdoen. Zie voor de

omschrijving van straatafval de definitie in artikel 1.

Klein chemisch afval valt niet onder straatafval’. Dit afval dient in alle gevallen via de daartoe opgezette inzamelstructuur te worden verwijderd.

Artikel 27 Voorkomen van zwerfafval bij ter inzameling gereed staande afvalstoffen

(voormalig artikel 120)

Artikel 28 Afvalbakken in inrichtingen voor het verbruiken van eet- en drinkwaren(voormalig 130 APVG !994)

Lid 3 van art 130 APVG-1994 ontbreekt, dit heeft te maken met de afbakeningsproblematiek, zie de inleiding.

Inrichtingen waar eet- en/of drinkwaren worden verkocht zijn bijvoorbeeld een winkel, hal of kraam.

Het afval dat hierbij vrijkomt zijn bijvoorbeeld papier, etensresten, verpakkingsmateriaal of anderafval.

Artikel 29 Wegwerpen van reclamebiljetten of ander promotiemateriaal

(voormalig artikel 127 APVG 1994)

Artikel 30 Zwerfafval bij vervoeren, laden en lossen of overige werkzaamheden.

(voormalig artikel 126 APVG 1994)

Lid 2 van het voormalig artikel 126 APVG-1994 is vervallen op grond van de afbakeningsproblematiek.

Daar voor in de plaats is een nieuw derde lid toegevoegd.

Artikel 31 Verbod opslag van afvalstoffen (voormalig artikel 123 ).

Bij de afvalstoffenverordening kunnen voortaan in ieder geval regels worden gesteld over het op een voor het publiek zichtbare plaats aanwezig hebben van afvalstoffen. Het vierde lid van het voormalig artikel 123 APVG is vervallen vanwege de afbakeningsproblematiek.

Paragraaf 6 Overige onderwerpen die de verordening aangaan

Artikel 32 Afgifte autowrakken afkomstig uit een huishouden

Er is een wettelijk regiem betreffende autowrakken: het Besluit Beheer Autowrakken van 2002

(Stb. 2002, 259) Dit besluit verplicht autofabrikanten om een hoogwaardige inname en verwerkingssysteem voor autowrakken op te zetten. Op grond van artikel 6 BBA moeten gemeenten in hun afvalstoffenverordening bepalen dat een autowrak, zijnde een huishoudelijke afvalstof, slechts mag worden afgegeven aan autodemontagebedrijven, garages en autoschadeherstelbedrijven. Op grond van artikel 7 BBA worden autowrakken, afkomstig van huishoudens, uitdrukkelijk uitgezonderd

van de gemeentelijke zorgplicht voor de inzameling van huishoudelijk afval.

Paragraaf 7 Straf- en Slotbepalingen

Artikel 33

In dit artikel worden de bepalingen opgesomd die als strafbaar feit worden aangeduid om strafrechtelijk gehandhaafd te kunnen worden. De strafbaarstelling van artikel 10.23Wm over de gemeentelijke afvalstoffenverordening is geregeld in de wet op de economische delicten (Wed).

Artikel 1a, aanhef, onder 3e Wed luidt: “Economische delicten zijn eveneens: overtredingen van voorschriften, gesteld bij of krachtens ……..artikel 10.23 Wm - voorzover aangeduid als strafbare feiten- en… Hieruit volgt dat in de afvalstoffenverordening moet worden aangegeven welke

overtredingen van welke artikelen een strafbaar feit oplevert. Alleen als dit is aangegeven vormt de overtreding een economisch delict.

In genoemde wet is de strafmaat aangegeven van plaatselijke verordeningen die gebaseerd zijn op de wet Milieubeheer.

Artikel 34 Toezichthouders

Artikel 18.4 derde lid van de Wm luidt: Met het toezicht op de naleving van het bij of krachtens de

betrokken wet bepaalde binnen hun ambtsgebied zijn eveneens belast de bij het besluit van gedeputeerde staten en burgemeester en wethouders of andere met de uitvoering van de betrokken wet

belaste bestuursorganen aangewezen ambtenaren.

Aanwijzing van de toezichthouders in de afvalstoffenverordening is noodzakelijk, indien een toezichthouder tevens opsporingsbevoegdheden dient te krijgen. Hiertoe dient een actueel aanwijzingsbesluit te worden genomen.

Artikel 35 Inwerkingtreding.

Artikel 36 Overgangsbepaling.

Artikel 37 Citeerbepaling.